Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de pers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de pers

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat is nu eigenlijk zwarte theologie ?

Over deze vraag schrijft drs. A. Boesak, predikant bij de Zuidafrikaanse Nederduits-gereformeerde zendingskerk en sinds 1970 studerend in Kampen, in Hervormd Nederland van 23 november. Zwarte theologie wil Gods handelen in de wereld vertalen in termen van de zwarte ervaring, aldus de schrijver, n.l. de ervaring dat God er is voor de onderdrukte, de arme, de zwarte mens. Zwarte theologie wil formuleren wat zwarte christenen in het evangelie zien, en is een theologie van bevrijding.

Zwarte theologie neemt het op tegen een machtsinterpretatie van het evangeUe en gelooft dat Jezus er in de eerste plaats was voor de armen, de zwakken en de machtelozen. Zwarte christenen nemen het de blanke zeer kwalijk, dat hij dit aspect van het christelijk geloof, namelijk de bevrijding, zo zeer verwaarloosd heeft. Daarom is zwarte theologie essentieel een theologie van bevrijding. Bevrijding in de eerste plaats van een theologie die vanuit een machtspositie wordt bedreven, en in de tweede plaats bevrijding van politieke en economische banden, van ontmenselijking en uitbuiting.

Het is duidelijk: hier heeft men te maken met een reactie-theologie. Maar nogmaals: waarom niet? Zwarte theologie reageert niet tegen blanken of ter wille van de theologie, het christelijk geloof. Het geloof dat ook ons leven bepaalt en waarnaar, ook wij wiUen leven, — ondanks! Het is een reactie op wat dr. Virgil Cruz 'perversies' van het christendom genoemd heeft. Zwarte theologie neemt het op voor het geloof in een strijdende, bevrijdende God tegen een geloof dat Christus dienaar maakt van eigen belang en ziekelijk particularisme. Ze zegt onherroepelijk nee:

O tegen een theologie die van God een abstracte idee maakt en van theologie een nietszeggend intellectueel gedoe, dat met deze wereld in geen enkel verband staat...

9 tegen een theologie die God annexeert als blank en westers, die door de vriendelijkheid en onuitblusbare zendingsijver van blanken ons genadiglijk wordt aangeboden ...

% tegen een theologie die uit onvermogen de mensen en menselijke verhoudingen ontproblematiseert: God wordt schielijk 'kleurenblind', verzoening tussen rassen wordt gedegradeerd tot 'integratie' of erger nog, tot 'gesamentlijke aanbidding' (Zuid-Afrika!).

9 tegen een theologie die overrompeld wordt door het bestaande zodat zij de hoop verliest. Of angstig conserverend zich vastzuigt aan de status quo uit vrees voor verandering; óf meteen alle vertrouwen en hoop opzeggend kiest voor het conflict zonder uitzicht op verantwoordelijke verzoening.

9 tenslotte tegen een ethiek van de ordeningen die aUes bij het oude wil laten en kiest voor een ethiek van de verandering, die gelooft en werkt in de revolutionaire kracht van de Heilige Geest die verandering, bekering en vernieuwing brengt in de wereld. Daarom is Jes. 61 : 1, 2 en Lukas 4:18, 19 voor de zwarte theologie onmisbaar beginpunt. Het aangename jaar van de Heer is er!

Deze zwarte theologie betekent volgens Boesak geen apartheid, geen exclusivisme, maar een theologie van bevrijding voor blank en zwart. Zwarte theologie zal juist aan de zwarten moeten verkondigen dat ze de blanken moet blijven liefhebben, en dat God niet misbruikt mag worden om onderdrukking te bedekken.

Het is niet toevallig dat zwarte theologie juist ontstaan is in landen als Züïd-Afrika en Verenigde Staten, waar aldus de schrijver, christenen hun zwarte mede mensen onderdrukken.

Het is niet toevallig dat zwarte theologie, zoals we het verstaan, alleen maar kon ontstaan in landen als de Verenigde Staten van Amerika en Zuid-Afrika. Het is juist in deze landen waar zwarte christenen voelen dat ze aan een 'christelijke' onderdrukking onderworpen zijn; het is juist in deze landen waar het christendom een 'vested interest' heeft in de handhaving van de status quo.

Het is geen wonder dat juist in deze landen meteen op alle 'gevaren' van deze nieuwe theologie wordt gewezen. Natuurlijk zijn er gevaren. We kimnen gemakkelijk de fouten die de blanke theologie gemaakt heeft vruchteloos herhalen. Onze reactie loopt gevaar ook neurotisch te worden. Er is het gevaar dat we kans lopen ons achter onze zwartheid te verschuilen ten einde constructieve kritiek af te kunnen wijzen. Om maar wat te noemen. Er is het gevaar van theologie die ideologie wordt en van een 'omgekeerde' annexatie van God. Weer is de verleiding onweerstaanbaar: als de blanke dit maar altijd zo goed geweten had zoals hij blijkbaar nu doet, hadden we allemaal veel minder problemen gehad.

Voorlopig betekent dit alles voor een land als Zuid-Afrika dit: voor zwarte christenen is de theologie en de kerk niet langer een vlucht in het hiernamaals, waar het zoveel beter zal zijn'. Je kunt niet over de hemel praten als je niet eens weet wat je op aarde bent en doet. Blank is niet langer bepalend en het toppunt van alle goed. Hun interpretatie is niet langer een bindend gezag waar mijn zwarte hoofd voor moet buigen. Ik leef bij de gratie van God en niét bij de gratie van de blanke, hoe gaarne hij mij dat wil laten geloven door zijn houding en zijn wetten. We zijn er niet voor blanken, we zijn er, zegt Adam Small, en hij spreekt voor allen.

Het is niet eenvoudig op een dergelijk artikel in te gaan. Wie als blanke hierop reageert loopt bij voorbaat gevaar beschuldigd te worden van blanke vooringenomenheid. Het is duidelijk dat achter dit pleidooi voor zwarte theologie een sterk emotionele betrokkenheid zit. Ook wie tegen deze theologische tendenzen 'neen' zegt, zal moeten beginnen met deze geluiden volstrekt serieus te nemen.

En dat betekent in elk geval een stuk zelfkritiek. Zijn wij, als westerse christenen misschien mede schuldig eraan, dat men in Afrika en andere landen opkomt voor zwarte theologie. Omdat we bewust of onbewust evangelie en westerse beschaving niet uit elkaar gehouden hebben. De geschiedenis kan ons in elk geval leren dat er, zo niet altijd door christenen, dan toch door mensen, uit landen waarin het evangelie gepredikt werd gruwelijke dingen bedreven zijn en worden jegens de zwarte medemens.

Zelfkritiek, niet als modehouding. Maar zelfkritiek, om ook eigen theologische po­ sities te onderwerpen aan de Schrift, het Woord van die God Die de God der ganse aarde is. Pas dan zullen we een aantal vragen kunnen stellen aan de vertegenwoordigers van deze zwarte theologie. Vragen die m.i. ook gesteld moeten worden. Niet vanuit blanke superioriteit, maar vanuit gehoorzaamheid aan de Schrift. Wat verstaat men onder een theologie van bevrijding ? Dreigt dit in de zwarte theologie toch niet een politieke ideologie te worden? Boesak zelf onderkent dit gevaar. Maar is hij toch niet te kritiekloos ten aanzien van het woord 'bevrijding'. Dreigt bovendien door dit spreken over 'zwarte theologie' — hoe begrijpelijk ook als reactie, vanuit de wonden die men door de rassistische houding van blanken heeft opgelopen, — niet dat men opnieuw verzeilt in een soort apartheid ?

Ik herken in dit spreken zo weinig de tonen van de Efezebrief, over de verzoening in het ene lichaam van Christus, op grond van de verzoening met God door Christus kruis. Zeker, men kan stellen: Elke theologie wordt bedreven in een bepaalde cultuursituatie. Dat geldt van de Ooster-orthodoxe theologie, dat geldt van de middeleeuwse-theologie, dat geldt ook van de Reformatie.

Maar zullen we niet altijd die theologieën moeten toetsen aan de Schrift ? Het gaat ten diiepste niet om een blanke of zwarte, westerse of oosterse theologie, maar om een bijbelse theologie, die geput is uit de Schriften. Daarin spreekt natuurlijk de situatie mee. Terecht kan men zeggen: Wat betekent dit Evangelie voor de zwarte in zijn situatie ? Maar dat is wat anders dan het, massieve bouwsel van een zwarte theologie ? Bovendien wij belijden 'met alle heiligen', d.w.z. met de kerk der eeuwen. We zullen daarbij ook mogen denken aan het belijden van de oud-christelijke kerk, aan de schatten van de Reformatie. Kan men zeggen: Daar koopt Afrika in zijn situatie niets voor ? We zullen naar de vragen die vanuit de Afrikaanse kerken komen serieus hebben te luisteren, maar omgekeerd ook mogen vragen: Loopt

deze 'zwarte theologie' niet gevaar doof te worden voor die geluiden uit de westerse christenheid, die waarlijk niet geprobeerd hebben God te annexeren als blank en westers, maar slechts wilden doorgeven wat hen in de Schrift geopenbaard was.

Als ds. Boesak schrijft: 'Ik moet mijn zwartheid ontdekken in het licht van het evangelie ... dat ik een waardig schepsel Gods ben, bestemd om een bijzondere rol te spelen in de wereld', dan aarzel ik toch. Je kunt dit begrijpen vanuit een bepaald minderwaardigheidsgevoel waarmee de zwarte wereld is opgescheept. Maar moet je vanuit de Schrift niet zeggen, dat het daar niet slechts gaat om de waardigheid van het schepsel, maar ook om zijn radicale verlorenheid voor God, waaruit Hij door Christus bevrijd moet worden. Ook dat is theologie van bevrijding en daarvan klinkt in dit artikel toch te weinig door.

Dr. Patijn over de wereldraad

In Woord en Dienst van 16 november heeft ds. Spijkerboer een gesprek met dr. C. L. Patijn, waarbij onder meer het politieke spreken der kerk naar voren kwam. Daarover zegt Patijn:

Ik verlang niet van de kerk voortdurend meningen, standpunten of uitspraken te vernemen over politieke kwesties, terwijl er op het ogenblik een bijna koortsachtige aandrang is om de kerk over alles te laten spreken. Ik weet dat velen het met mij pijnlijk gevonden hebben, om 's zondags niet te worden geconfronteerd met het licht van het evangelie, maar met de mening van de predikant over Vietnam, zelfs als de man gelijk had.

Maar wilde zo'n predikant dan niet juist het licht van het evangelie over Vietnam laten schijnen ?

Ik zie niet zo'n direct verband tussen het evangelie en welke politieke kwestie dan ook. Daarbij komt dat het optreden van de kerk in internationale zaken, b.v. in organen als het IKV en het IKOR, in te veel gevallen volstrekt amateuristisch is.

Barth heeft zich ander in de herfst van 1938 heel duidelijk uitgelaten over de bedreiging van Tsjecho< Slowakije door Duitslsuid! Naar mijn mening had Barth toen toevallig gelijk, terwijl hij later soms ongelijk had. Ik heb van een groot theoloog nooit verwacht, dat hij ook een groot politicus was. Ik heb maar één theoloog ontmoet, die tegelijk ook een groot politicus was, en dat was Reinhold Niebuhr.

Waarop berust dat 'toevallige' van Barths gelijk in 1938 dan ?

Het was niet zo toevallig, want Barth had beter door dan vele anderen, wat het nationaal-socialisme was. Dat heeft hy door zijn medewerking aan de synode van Barmen en door zijn hele houding in de kerkstrijd duidelijk bewezen.

Bent u dan helemaal tegen het doen van uitspraken over politieke vragen door de kerk ?

Ik ben niet tegen kerkelijke uitspraken over politieke kwesties wanneer deze zuiverend, onthullend of bemoedigend werken door het blootleggen van de werkelijke verantwoordelijkheden in de gecompliceerdheid der dingen, en dan de weg wijzen die daarin moet worden bewandeld. Maar er is op het ogenblik bij velen een gevaarlijke neiging om het gezag van de Christelijke Kerk te willen inzetten als een soort stormram, om, dikwijls vanuit de verte, moraliserend en belerend te kunnen interveniëren in wereldse zaken.

Ook de positie en plaatsbepaling van de Wereldraad kwamen in dit interview ter sprake. Op een vraag: Wat vindt u op het ogenblik van de Wereldraad? Doet de raad het maximum van wat zij zou kunnen doen, luidt het antwoord:

Dat is onder alle omstandigheden veel gevraagd, maar ik ben met sommige ontwikkelingen in de wereldraad niet gelukkig. In het programma ter bestrijding van het racisme is de wereldraad wel erg ver gegaan in zijn identificatie met hen die in actieve strijd tegen het racisme gewikkeld zijn. Steun aan verzetsbewegingen acht ik verantwoord in omstandigheden waarin dat leidt tot de overdracht van koloniaal bestuur, zoals in de Portugese gebieden. Maar ik heb één nachtmerrie, die mij niet loslaat. Wanneer men in de wereldraad denkt de apartheidspolitiek in Zuid-Afrika te lijf te moeten gaan door steun aan verzetsbewegingen, neemt men de verantwoordelijkheid op zich partisanen de weg op te drijven van terrorisme in een omgeving, die daar

hardnekkig een eind aan kan maken. Wanneer straks bommen ontploffen in de winkelwijken in Johannesburg en Pretoria, en er een scherpe polarisatie in de rassentegenstellingen ontstaat, leidt dit tot duizenden doden en een geweldige verontwaardiging in de wereld. Ik zou niet graag zien, dat men dan de wereldraad zal aanwijzen als medepUchtige aan een hopeloze situatie. Nu weet ik wel dat de zuid-afrikaanse regering en De Telegraaf ditzelfde zeggen, maar dat neem ik dan mdar voor mijn rekening.

Maar zijn wij in het Westen dan niet medeschiddig aan de onderdrukking van de Bantoes door de blanke minderheid ?

Mijn antwoord is wat Margaret Mead tegen James Baldwin in een aantal radiogesprekken zei: 'Ik ben niet schuldig aan dingen, die ik niet heb gedaan.'

Is er dan geen structurele schuld ? Ik ben niet verantwoordelijk voor een structuur. Schuld is persoonlijk of niet.

Meen u dan niet, dat wij structureel geweld uitoefenen ?

Structureel geweld is een modewoord, dat niet uitmunt door klaarheid. Geweld is denkbaar onder alle structuren, en soms nodig, dat weet de politie. Maar men gebruikt het woord structureel geweld ter bestrijding van iedere gevestigde orde, in plaats van onderscheid te maken tussen overheden, die apert onrecht plegen, en de noodzakelijke gezagshandhaving in iedere staatsvorm.

Denkt u dat desinvestering de ontwikkeling in Zuid-Afrika ten goede kan beïnvloeden ?

Daarover zou ik twee dingen willen zeggen: wanneer desinvestering alleen maar betekent, dat europees eigendom overgaat in Japanse of arabische handen, is er niets mee gewonnen. Desinvestering lijkt mij dan een denkfout. Iets anders is dat de medeverantwoordelijkheid voor bedrijfsvoering in Zuid-Afrika de verplichting met zich mee brengt, dat men doet wat men kan om gelijkheid van blanke en zwarte arbeiders in die ondernemingen te realiseren.

In elk geval een nuchter geluid van iemand die de politieke verhoudingen van binnen kent. Daar is niet alles mee gezegd. Maar zij' die zo gemakkelijk vanuit het Evangelie politieke lijnen menen te kunnen aangeven en zo gemakkelijk praten over structurele schuld, zouden er goed aan doen Patijns woorden ter harte te nemen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Uit de pers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 1974

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's