Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Rondom het sterven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Rondom het sterven

3

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bijbelse gegevens: inleiding

In deze aflevering willen wij wat bijbelse gegevens doorgeven, die fundament en gebinte moeten zijn voor onze gedachten of liever ons geloof met betrekking tot het sterven en de dood. Wij doen dat in diepe eerbied voor de Openbaring van God. In die Openbaring komen wij de enige waarheid tegen. Gods Woord is helderder dan het licht en straalt in onze duisternis. Gods bijzondere zorg voor ons en onze zaligheid komt in dat Woord naar voren. En de Heilige Geest geeft getuigenis in onze harten dat de Schrift Gods Woord is, van God is. Daarom zullen wij ons geloof gronden op de Schrift en langs de lijnen en de wegen van de Schrift onze overwegingen laten leiden.

Hoe kunnen bijbelse gegevens werkelijk doorslaggevend zijn? Kunnen we de ene tekst niet tegenover de andere zetten? Vooral wanneer het gaat om een zo wezenlijke, diep ingrijpende zaak als leven en dood. De bijbel is toch ook een boek in ontwikkeling? Zegt het Oude Testament dezelfde dingen over het leven na dit leven als het Nieuwe Testament?

Wij erkennen en herkennen een voortgaande openbaring in de Bijbel. In die voortgang ervaren wij die ontwikkeling, de ontvouwing van Gods heilsplan met Israël en de wereld, met de mens. Die openbaring vindt zijn hoogtepunt in de komst van Jezus Christus, in zijn lijden, sterven en opstanding, in de uitstorting van de Heilige Geest. Zo willen wij dan ook de bijbelse gegevens lezen vanuit de eenheid en enigheid van het Woord van onze God. Die eenheid en enigheid van de Schrift heeft zijn kristallisatiepunt in de Zoon van God. De Schriften getuigen van Hem, die ons de Vader verklaart, door de Heilige Geest.

Deze inleiding geeft aan dat wij de bijbelse gegevens niet los van elkaar mogen hanteren. Vooral met het oog op de praktijk van exegetiseren is het van groot belang dit nadrukkelijk te stellen. Wie Paulinische en Johanneïsche, synoptische, Jahwistische, apokaliptische accenten los maakt uit dit verband, kan in de Schrift veel van zijn gading vinden, omdat tenslotte iedere ketter zijn letter heeft. Met betrekking tot leven en dood, sterven en opstanding, eeuwig wel en wee gebeurt dat veelvuldig. Vandaar deze verantwoording.

Sterfelijk leven?

Het is onmogelijk om in dit bestek al de bijbelse gegevens te noemen en uit te leggen. Het belangrijkste uitgangspunt is: e mens is schepsel van God. Zijn leven is door de Schepper gewild, geschapen, het wordt door die Schepper ook geleid. God is dus de eerste. Het leven, de mens maken God niet. God schiep de mens, het leven, opdat die mens, ja alles wat adem heeft. Hem zou loven. De lof van God is het hoogste doel, dat in deze schepping aanwezig is (Psalm 150 : 6). Leven en loven zijn één. God schiep de mens naar Zijn beeld. Daarin ligt de unieke betekenis, die de mens in deze schepping heeft, gefundeerd. Als beelddrager van God is hij geroepen om in deze schepping leiding te geven (Genesis 1 : 26, Psalm 8 : 6, 7).

De afhankelijkheid van de mens wordt in de bijbel wel bijzonder benadrukt. Hij heeft het leven ontvangen, hij heeft het niet in zichzelf. God, de Heere, is de levende God. Hij is geen schepsel, maar heeft het leven en is het leven ook. Zo is ook de Zoon van God, Jezus Christus, het leven, in die zin, dat Hij macht heeft het leven te nemen en wederom af te leggen. Dit gebod heeft Hij van de Vader ontvangen (Joh. 10 : 18). Daarom kan de Zoon sterven en is het 'moeten' sterven van de Zoon naar Gods welbehagen. Want Hij is de opstanding en het leven. Daar is een groot verschil tussen Schepper en schepsel, tussen God en mens. Zo is er ook een groot verschil tussen de mens en Jezus Christus. De eerste mens Adam is geworden tot een levende ziel, de laatste Adam tot een levendmakende Geest. (1 Corinthe 15:45).

Maar nu is daar de dood. Het leven is een gestadige dood. Bij de geboorte ligt het sterven in het verschiet. Hoe hebben wij dat te verstaan? Heeft God het sterfelijke leven bedoeld? Is de mens van nature sterfelijk?

’Maar van de boom der kennis des goeds en des kwaads, daarvan zult gij niet eten; want ten dage als gij daarvan eet, zult gij de dood sterven'. Dit woord uit Gen. 2:17 is op velerlei wijze geëxegetiseerd, waarbij men vaak tracht Genesis 2 en 3 los te koppelen van de overige voorstellingen over leven en dood in het Oude Testament. Wij weten dat het zicht op het eeuwige leven niet op alle plaatsen even groot is.

Toch doen wij bovenstaand Schriftwoord onrecht als we het isoleren of als we het 'de dood sterven' vervluchtigen tot een geestelijke dood, tot een vervloekte sterfelijkheid in plaats van een gezegende sterfelijkheid. Het 'de dood sterven' heeft in de eerste plaats te maken met het sterven van de mens op deze aarde. Dat is een zaak van straf, van oordeel. Dat is de lijn, die we in de gehele Schrift tegenkomen. De dood heeft niets natuurlijks aan zich. De dood is niet het vanzelfsprekende doel waarnaar ieder mens tenslotte toeleeft. Het 'moeten sterven' is niet logisch benaderbaar, maar een straf, die de mens heeft te vrezen. Want het oordeel volgt. Sterven is God ontmoeten in Zijn gericht.

Zonde, ziekte, dood

Ziekte en dood zijn verbonden aan de menselijke schuld, aan de door de zonde gebroken wereld. De psalmen spreken hier duidelijk over. De bekommering vanwege de zonde, de geestelijke nood vindt zijn oorzaak in het ervaren van de lichamelijke dood als Gods toorn, als Gods slaande hand (Psalm 38). Ook het danklied van Hiskia in Jeremia 38 heeft deze strekking: Want Gij hebt al mijn zonden achter Uw rug geworpen'. Daarom is er verlossing uit de doodsbanden. De relatie tussen zonde, ziekte en dood komt in het bijzonder naar voren in Psalm 103 : 3 en 4: Die al uw ongerechtigheid vergeeft, die al uw krankheden (ziekten) geneest, die uw leven verlost van het verderf (de groeve)'.

In het Nieuwe Testament zien we dezelfde lijn. Paulus grijpt terug naar de zondeval en zijn gevolgen: Daarom, gelijk door een mens de zonde in de wereld ingekomen is, en door de zonde de dood' (Rom. 5:12a).

Hij noemt de dood de bezoldiging der zonde (Rom. 6 : 23a). In Jacobus 1 : 15 lezen wij: de zonde voleindigd zijnde baart de dood'. En de Hebreeën briefschrijver zegt: en gelijk het de mens gezet is, eenmaal te sterven en daarna het oordeel'. (Hebr. 9 : 27).

De Heere regeert

Belangrijk is dat we verstaan dat deze machten, die door de zonde hun greep op de mens hebben, nooit de macht van de Heere evenaren of zelfs maar enigszins benaderen. Daarom is de strijd tussen de Heere en deze machten een volstrekt ongelijke strijd. Hij is ver verheven boven alle machten. Hij regeert. Hij volvoert Zijn heilsplan door zonde, ziekte, dood, de oordelen heen. Zij hebben geen vrij spel. Daarom is de Heere ook de Enige, die verlossen kan. En dat niet slechts fragmentarisch, individueel. Zijn verlossend handelen is van geslacht tot geslacht, langs de lijnen van verkiezing en verbond, opdat Hij Zijn Koninkrijk zou openbaren, waarin alle antigoddelijke macht voorgoed zou zijn gebroken.

Het is de opdracht van de Messias om dat verlossend handelen te volvoeren tot de doorbraak van het Koninkrijk Gods. Hij slaakt de banden (Jesaja 42:7; 61:1). Ook van de doodsmachten. In de Evangeliën vinden wij de tekenen en getuigenissen van zijn volmacht om de dood te overwinnen (Lukas 7:11-17; 8:40-56; Joh. 11). In het bijzonder krijgt die volmacht gestalte in het lijden en sterven, in de opstanding van de Christus. De kern, de prikkel van ziekte en dood heeft Hij daardoor weggenomen.

De zondestraf draagt Hij (Jesaja 53). Zo is er voor ons vrede, verzoening en daarom ook genezing. Essentieel in dit alles is, dat Gods welbehagen, zijn heilsplan waarin de Heere getuigt dat Hij geen lust heeft in de dood van de zondaar, maar daarin dat hij zich bekere en leve, door Christus voortgang heeft, zodat de overwinningsroep van Paulus: 'de dood is verslonden tot overwinning' volle geldingskracht heeft tot nu toe. De dood zal niet meer zijn.

Huizen (N.-H.)

 

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Rondom het sterven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juni 1975

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's