Regen en droogte
Kanttekeningen bij een oproep
We keerden terug van vacantie en troffen op de Duitse autobaan bij een benzinepomp een foeterende heer. Het weer was namelijk 'slecht'. Toen we zeiden dat het wel heel erg goed was voor het uitgedroogde en verdorde land — wat een bijna ontzield gewas terzijde van de wegen — was zijn reactie: zal mij een zorg zijn!
Zulke reacties zijn een symptoom van twee dingen. Velen leven ver van de natuur — dat zal hèn een zorg zijn — en zijn louter egoïstisch consumptief ingesteld. Laat staan dat men nog enig besef heeft, dat ook in de natuur Gods hand aanwezig is, ten zegen of ook ten oordeel. In zoverre was de gezamenlijke oproep van de moderamina van de Hervormde en de Gereformeerde synode terecht als daarin gesteld wordt dat 'de ernst van de situatie veelal eerder op het platteland zal worden onderkend dan in de steden'. Het woord, stad zullen we dan maar in de meest wijde zin nemen omdat in de moderne stad van de mens ook plattelanders ver van de natuur kunnen afleven. Terecht was het dan ook dat opgeroepen werd tot besef van 'gemeenschappelijke nood' in alle gemeenten.
Een dimensie méér
Toch ontbrak er in de oproep helaas één, wezenlijke dimensie. Waarom ook niet opgeroepen tot gebed tot de Allerhoogste om regen nu de intense droogte toch bepaald ook de vormen van een ramp ging aannemen ? We kunnen ons nauwelijks indenken dat zoiets vergeten wordt.
In 1959 liet het hervormd moderamen ook een schrijven uitgaan vanwege de droogte. De slotzin was toen:
’Laten wij de Heer van hemel en aarde, die beloofd heeft dat zaaiing en oogst, koude en hitte, dag en nacht niet zullen ophouden en Wiens wijsheid groter is dan onze begeerte, bidden dat Hij Zijn hand opene om te verzadigen al wat leeft, naar Zijn welbehagen’.
Toen heeft prof. dr. P. Smits gereageerd en het gebed om regen en vruchtbaarheid ter discussie gesteld. Gebed om regen en vruchtbaarheid was zinloos. De natuur volgt haar eigen wetmatige gang. Er is geen God die zich daarmee inlaat.
Een geseculariseerde wetenschap heeft diep ingewerkt op het moderne levensgevoel, waaraan prof. Smits met zijn geruchtmakende uitspraken toen slechts uiting gaf. Het is daarom te betreuren dat de oproep van de moderamina thans in alle talen zwijgt over het gebed tot de Schepper, ook over verootmoediging voor Zijn Aangezicht. Moest een herhaalde discussie voorkomen worden of is het levensgevoel ten aanzien van het gebed in twintig jaar tijd ingrijpend verder gewijzigd ?
De regen kwam wèl. Er is toch ook om gebeden. God stelde eerst de rivieren tot een dorstig land (Ps. 107 : 33) maar nu bezocht Hij het land en verrijkte Hij het grotelijks (Ps. 65 : 10). Zouden we ook in de kerk de moderne mens niet vanuit de Schrift moeten leren zicht te hebben op de natuur maar dan ook op Gods hand, die ons daarin ten zegen tegemoet komt of ten oordeel doortrekt ?
Elia was een mens van gelijke bewegingen als wij en hij bad (als profeet Gods) een gebed, dat het niet zou regenen en het regende niet op de aarde in drie jaar en zes maanden. En hij bad wederom en de hemel gaf regen en de aarde bracht haar vrucht voort (Jak. 5 : 17, 18).
Ook in 1976 zijn regen en droogte, vruchtbare en onvruchtbare tijden van de Allerhoogste, de Schepper wiens voorzienigheid over alles gaat.
Jammer dat de oproep van de moderamina aan deze diepere dimensie voorbijging.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 augustus 1976
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 augustus 1976
De Waarheidsvriend | 12 Pagina's