Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Boekbespreking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Boekbespreking

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Anton Korteweg & Wilt Idema: Vinger Gods, wat zijt gij groot. Een bloemlezing uit het werk van de domi-^ nee-dichters. Amsterdam 1978. Uitg. De Arbeiderspers. Ing. ƒ 36, 50.

De 19e eeuw heeft voor de letterkunde o.m. het boeiende verschijnsel van de predikant-dichters opgeleverd. Een naar verhouding groot aantal predikanten uit die tijd maakten zowel preken als verzen. Jammer genoeg ontstond veel poëzie die je alleen maar kunt kenschetsen als preken op rijm. Een zekere welbespraaktheid op de kansel biedt geen garantie voor zuivere, aansprekende poëzie! Ook hier geldt: Schoenmaker blijft bij je leest. Onder die predikant-dichters waren er ook met een klein maar zuiver talent: ik denk aan De Génestet en Nicolaas Beets. Rond 1880 werden de dominee-dichters door de Tachtigers weggehoond: hun poëzie werd te moralistisch en te clichématig bevonden. De kritiek van Tachtig was voor een deel terecht, maar voor de werkelijk goede poëzie van de begaafdste 'dichters in toga' hadden Willem Kloos CS. helaas geen oog.

Anton Korteweg en Wilt Idema hebben iets aan het eerherstel van de predikant-dichters willen doen. 'Vinger Gods, wat zijt gij groot' bevat een bloem-

lezing uit de gedichten van Nicolaas Beets, J. P. Hasebroek, Bernard ter Haar, J. J. L. ten Kate en Eliza Laurillard. Aan het werk van elk van hen gaat een schets van leven en werk vooraf, met een aantal interessante foto's.

De bloemlezing lijkt me niet in alle opzichten geslaagd. Zo had m.i. de betekenis van mannen als Beets en Ten Kate voor het geestelijke lied veel meer aandacht moeten krijgen, zowel in beschouwingen als in bloemlezingen. Soms wordt ook te veel het accent gelegd op de jeugdperiode van de dichters toen ze nog geen predikant waren. Het boek besluit met een informatief nawoord. Hierin plaatsen de samenstellers het verschijnsel van de predikant-dichters in een breder kader en proberen ze tot een genuanceerd waarde-oordeel te komen.

De uitgave is een lofwaardig initiatief. Voor geïnteresseerden is het een aardig boek. Of de vaak ironische toon van de samenstellers het meest geschikt is om lezers er toe te brengen de dichtende dominees uit de 19e eeuw au sérieux te nemen, waag ik te betwijfelen.

J. de Gier

John Stott: ending in de moderne wereld.. Telosboék. Aantal biz.:124; Prijs: 9, 50.

Prijs: ƒ 9, 50. De schrijver, werkzaam aan de universiteit te Cambridge, heeft in dit goed uitgevoerde boek (niet duur!) een vijftal lezingen gebundeld die hij in 1975 gehouden heeft. Ze zijn niet verouderd en snijden zaken aan die volop in de publiciteit staan, nl.: zending, evangelisatie, dialoog, heil en bekering. Nagegaan wordt wat de Bijbel over deze begrippen zegt, de evangelische groepen (waartoe we Stott moeten rekenen) en wat er uit pubhcaties van de Wereldraad van Kerken t.a.v. deze materie aan gedachten naar voren wordt gebracht. Het is een geschrift dat bijbels, duidelijk, eeriijk en constructief is en ons kan helpen bij het bepalen van ons standpunt te midden van vele problemen die op ons af komen. Stott heeft een oor én een Woord voor de wereld.Fijn om het zelf te bestuderen en om het in gespreksgroepen aan de orde te stellen.

I. A. Kole

Albert Stol: estorianen: e ondergang van een christenvolk. Aantal blz.:160. Prijs: 17, 50. Uitgave van T. Wever in Franeker.

De volgehngen van Nestorius (vijfde eeuw na Christus), verspreid in Syrië en Irak, vormen het onderwerp van deze studie. I.v.m. de hele politieke en godsdienstige ontwikkehng in het Nabije Oosten is het verhelderend om van deze boeiend geschreven populaire studie kennis te nemen.

I. A. Kole

Karl-Wilhelm Dahm e.a.: odsdienst en Maatschappijkritiek ; De betekenis van de Godsdienst in de moderne samenleving. Uitgave van Ambo te Baarn. Aantal blz.:312. Prijs: 37, 50.

In dit populair geschreven studieboek worden de meningen van Marx, Durkheim, Simmel, Weber over godsdienst en maatschappijkritieken beschreven. In het derde deel van het boek worden de meningen van een aantal moderne godsdienstsociologen besproken. Degenen onder ons die met een studie bezig zijn over het onderhavige onderwerp en/of belangstelling hebben voor dit terrein in de sociologie kunnen d.m.v. deze studie heel wat kennis opfrissen c.q. verwerven.

I. A. Kole

Dietrich Bonhoeffer, Leven met elkander, 2de druk. 88 blz. ƒ 8, 90. Boekencentrum 's Graverihage 1978.

Bonhoeffer is onder ons vooral bekend door zijn uitspraken over de mondige wereld door de wijze waarop nieuwe theologie met deze uitspraken te werk gegaan is.

In dit boekje, een vertaling van 'Gemeinsames Leben' uit 1937, en opnieuw herdrukt, komen we met een andere Bonhoeffer in aanraking, die in dit boekje schrijft over de christelijke spirituaUteit.

Men kan zich afvragen of Bonhoeffer niet een te sterke scheiding aanbrengt tussen de natuurlijke gemeenschap in intermenselijke relaties en de gemeenschap binnen het lichaam van Christus; niettemin worden hier over het wezen van de christelijke gemeenschap, de dag voor Gods aangezicht, het leven als lofprijzing, de dienst en de maaltijd schone dingen gezegd. De uiteenzettingen over biecht en Avondmaal ademen de typisch lutherse sfeer. .

Prachtige bladzijden staan in dit boekje over Christus en de psalmen, over het psalmengebed, over de Schriftlezing in^ezin en gemeenschap. Bonhoeffer fundeert de christelijke broederschap niet op gemeenschappelijke belangen, sympathie of vrome gevoelens, maar op het feit van de rechtvaardiging van de goddeloze. Voor de doordenking van allerlei vragen rondom de gemeenschap der heiligen, een boekje dat de moeite waard is.

A. N.

J. R. Wiskerke, De strijd om de sleutel der kennis, 318 blz. ƒ 47, 50. De Vuurbaak, Groningen 1978.

Opstellen over theologie en filosofie, zo lezen we in de ondertitel van deze bundel. De schrijver, ds. J. R. Wiskerke, was predikant in de vrijgemaakt Gereformeerde Kerken. Hij overleed op 45-jarige leeftijd in 1968. Wie deze bundel ter hand neemt komt onder de indruk van de kennis en de brede geleerdheid van deze predikant. Zowel op de terreinen van exegese als dogmatiek en wijsbegeerte blijkt Wiskerke thuis te zijn. In het woord vooraf lezen we: Het was zijn diepe overtuiging, dat de sleutel der kennis door God ons is aangereikt in het onderwijs dat de Schriften ons bieden...' De volgende onderwerpen komen in deze interessante bundel aan de orde: e verhouding van filosofie en theologie, de confessie der kerk, de Geestelijkheid van God, Calvijn over het leven na de dood, souvereiniteit in eigen kring bij Abr. Kuyper, Schriftuurlijke taxatie van de techniek. U ziet: en breed scala van onderwerpen. Met name het opstel over de belijdenis heb ik geboeid gelezen. Van uit een diepborende uitleg van Mattheus 10 : 32 zoekt'de schrijver uit te komen boven het dilemma tussen biblicisme en confessionalisme. Handhaving van het gezag van de belijdenis kan z. i. samengaan met een onbekrompen lezing van de confessie die zich niet vastbijt op elke letter, zegswijze, tekstinterpretatie, komma, enz. Voor de doordenking van allerlei vragen biedt de schrijver ons zeer veel, juist nu vandaag de Gereformeerde gezindte enerzijds te strijden heeft tegen een vals oecumenisme, dat de waarheidsvraag relativeert, en anderzijds tegen een biblicisme dat de neus ophaalt voor de drie Formulieren van enigheid, terwijl ook onder ons het gevaar van confessionalisme lang niet altijd denkbeeldig is. Dat trouw aan de gereformeerde belijdenis verdieping en verheldering met behulp van nieuwere inzichten, ontleend aan de exegese, niet uitsluit laat hoofdstuk drie zien. De auteur verzet zich hier tegen de grieks-dualistische interpretatie inzake de Geestelijkheid van God. Wij moeten af van de tegenstelling: eest als het hogere tegenover lichaam als het lagere, zo meent Wiskerke. Geest is in Jes. 31 : 3 en Joh. 4 : 23 de levenskracht die de Here als Bron van alle leven bezit. God is geestelijk daarin dat Hij het leven in zichzelf bezit en aan ons het eeuwig leven geven wil. We mogen niet filosoferen over een wezen van God, dat van God zelf verschilt, schrijft de auteur op blz. 161. Ook hier treft de diepgravende exegese b.v. van Joh. 4 : 23 alsmede de scherpe wijsgerige analyse. De kritiek op de Godsleer van Barth is kort, maar indringend.

Al met al genoegzame reden deze bundel van harte bij de theologisch geïnteresseerden aan te bevelen. Gemakkelijke lectuur is het niet. De schrijver veronderstelt wel bekendheid met het theologisch denken. De vele noten leggen getuigenis af van de belezenheid van de auteur.

A. N.

Dr. F. Bloemhof, De Bijbelse boodschap, serie A, deel 4, Callenbach Nijkerk. Prijs ƒ 8, 90.

In dit vierde deel van de serie 'De Bijbelse bood­ schap' voor de hogere klassen van VWO en HAVO geeft de schrijver een eenvoudige bijbelse theologie. De stof is in twee delen verdeeld: een serie paragrafen waarin allerlei them'a's behandeld worden (God en de goden, Schepping, mens, sjaloom, profeten, priester, koning, kruis, opstanding, geloof-ongeloof); een aantal bijlagen bij elke paragraaf waarin de stof verwerkt is via verwijzingen naar bijbelteksten, liederen, citaten van denkers en theologen, tijdschriftartikelen, enz.

Als uitgangspunt voor verschillende lessituaties biedt het boekje goede mogelijkheden, zowel wat betreft zelfstudie als wat betreft gesprek en verwerking. Hoezeer de schrijver ook probeert helder en duidelijk zijn gedachten te verwoorden, toelichting van de docent is en blijft m.i. wel geboden. Inhoudelijk heb ik heel wat vraagtekens gezet. Zeker, er staan goede stukken in, o.a. over afgoderij, over de Thora, over de profeten, maar als geheel is het boekje getoonzet op de melodie van de nieuwe theologie. Ik denk aan de visie op de schepping en de zondeval, waarbij de schrijver met zoveel woorden de historiciteit ontkent (geen historisch gebeuren, maar analyse van goed en kwaad). En aan de paragraaf over het kruis waarin de nadruk toch wel eenzijdig valt op de openbaring van de liefde, de solidariteit en de navolging.

Ook de voorbeelden in de bijlagen zijn nogal eenzijdig gekozen, en ademen een nogal maatschappijkritische geest.

De Schriftbeschouwing die in dit boekje de vooronderstelling is, is niet de onze. Wie godsdienstonderwijs wil geven in klassiek-reformatorische geest zal met dit boekje in zijn totaliteit moeilijk uit de voeten kunnen. Wie bepaalde stukken als discussiemateriaal en 'tegenstem' in de lessen wil inbrengen, zal hier wel wat vinden wat aanleiding vormt en lokt tot gesprek.

A. N.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1979

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Boekbespreking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1979

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's