Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het huwelijk gewogen*

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het huwelijk gewogen*

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

E)r. J. van Bruggen, hoogleraar Nieuwe Testament te Kampen (geref. vrijgemaakt) schreef een belangwekkende studie over 1 Korinthe 7. Zoals bekend geeft de apostel in dat hoofdstuk huwelijkspastoraat per brief of nog wat breder gezegd: hij stelt de man-vrouw verhouding in evangelisch licht, dat is dan tegelijkertijd in het licht van Gods gebod. Voor deze studie van Van Bruggen bestaat een levendige belangstelling. De uitgever heeft al reden van een bestseller te spreken, nu binnen korte tijd een derde druk van de persen rolde. Deze belangstelling is een verheugende zaak. Grondgegeven van dit boekje is immers dat het apostolische woord, Gods woord, ook vandaag de dag nog richtinggevend en maatgevend is in ethische kwesties. Dat zou in de christelijke kerk een vanzelfsprekende stelling moeten zijn. Maar dat is intussen geenszins het geval. Er gaan verschillende stemmen op voor vervaging van alle onderscheid tussen natuurlijke en christelijke ethiek. Wat de mensen in het algemeen goed vinden en wat voor de mensen in het algemeen goed is, zou dan door de christen onderschreven worden, zonder dat deze daar iets specifieks aan toevoegt of ook'op afdingt. In deze gedachtengang wordt het schriftberoep in de ethiek problematisch. Immers de bijbelschrijvers hebben tijdgebonden gereageerd op hun eigen situatie. Hoe iemand als Paulus over het huwelijk dacht, kan geen blauwdruk zijn voor een huwelijksethiek in 1978. Hooguit is het een voorbeeld voor ons: zo kon het toen. Wij worden dan uitgenodigd vandaag in creatieve vrijheid het weer heel anders te doen. Moderne theologen kunnen schrijven: wie doet er tegenwoordig nog wat met Paulus' opmerkingen over de man-vrouw verhouding binnen het huwelijk? Wie kan er nog uit de voeten met zijn uitspraak dat de man het hoofd is in het huwelijksverbond? Niemand toch zeker! Welnu dan - geen direkt beroep meer op uitspraken van het Nieuwe Testament, om van het Oude Testament dan maar te zwijgen.

Moedig

Er is moed voor nodig om tegen deze heersende stroomrichting in te varen. Van Bruggen doet dat. Overigens niet met verloochening van het wetenschappelijk instrumentarium bij de bestudering van de bijbeltekst. Hij is op de hoogte van de nieuwste exegetische literatuur over 1 Kor. 7 en heeft deze ook verwerkt - meer dan eens op bijzonder originele wijze. Het is ook niet zo dat de auteur naief voorbij zou zien aan bepaalde vraagstukken die zich onmiskenbaar opdringen. Immers - de bijbelschrijvers mogen naar Schrift-gelovig standpunt geen tijdgebonden uitspraken hebben gedaan, ze spraken terdege tijdbetrokken, ze spraken in een heel concrete maatschappelijke en culturele contekst die de onze niet meer is! Dit probleem stelt zich al héél duidelijk bij wat we - in navolging van Calvijn - de 'burgerlijke wetgeving' van het oude Israël noemen. Ook de meest uitgesproken theocraat denkt er niet over om heel dat samenstel van wetten uit de pentateuch (Genesis-Deuteronomium) zó over te planten in onze westerse situatie van de twintigste eeuw. En tóch belijden we over de gehele linie het gezag van het Oude Testament! In het Nieuwe Testament krijgen we - zij het in mindere mate - met hetzelfde vraagstuk te maken. Van Bruggen komt bijvoorbeeld te spreken over 1 Kor. 7 : 36-38, waar het volgens zijn aannemelijke exegese gaat over vaders die hun dochters uithuwelijken. Dat veronderstelt dus een situatie waarin het tot stand komen van een huwelijk werd geregeld door de vader of voogd, nagenoeg zonder inspraak van het betreffende meisje. Nu is onmiskenbaar onze situatie een geheel andere. De auteur schrijft dan ook: Meisjes verkeren in hét Nederland van de 20e eeuw in een andere positie... Dit betekent niet dat de verzen 36-38 door ons wel kunnen worden overgeslagen. We moeten in ieder geval al niet vergeten, dat deze verzen in vele landen ter wereld ook in de 20e eeuw nog volledig passen op de bestaande situatie. Verder kunnen wij ook in een land met een ander burgerrecht toch de nodige aanwijzingen ter harte nemen uit een advies dat in een andere situatie is gegeven. De uitgangspunten van waaruit het advies van de apostel wordt opgebouwd, zijn gelijkblijvend' (blz. 99, 100). Ze geven de schrijver aanleiding tot een actueel hoofdstuk over 'Opvoeding en huwelijk'. Ik gaf een tamelijk breed citaat omdat hier mijns inziens een duidelijk voorbeeld wordt gegeven van moedige ethische doordenking in deze tijd vanuit eerbiedige onderwerping aan de Schrift. Van Bruggen vermijdt de klip van het fundamentalisme. Dat zou stellen: aulus veronderstelt hier blijkbaar een totale onmondigheid van de jongedochters ten aanzien van partnerkeus en huwelijkssluiting. Wel, daarom behoren de christelijke meisjes zich ook nu nog even passief en onderworpen op te stellen... Maar dat is natuurlijk caricaturaal. Een dergelijke nabootsing is overigens alleen maar konsekwent vol Ie houden voor wie zich metterwoon vestigt in een bijbels openluchtmuseum. Maar anderzijds past de schrijver ook niet het bekende optel-en aftreksommetje toe: rek van de apostolische woorden de tijdgebondenheid af en tel er vervolgens de eigentijdse situatie bij op. Dan wordt de bijbeltekst meestal een wassen neus, een passe-partout. Je kunt er dan inleggen watje wilt of hever: e schuift hem terzijde als niet (meer) terzake. De smalle weg van christelijke ethiek in deze tijd is: og hebben voor de niet normatieve situatie-bepaalde concretisering van de Schriftgegevens én dan toch tegelijkertijd het volle pond geven aan de normatieve inhoud ervan. Het boekje van Van Bruggen beweegt zich op die smalle weg.

Wat aan de orde komt

Het zevende hoofdstuk van 1 Korinthe wordt op de voet gevolgd. We krijgen in dit boek dus een bijbeluitleg, maar dan met zeer brede toepassing en ethische toespitsing. Zou het niet een goed idee zijn eens een aantal leerdiensten op zondagmiddag/avond te wijden aan vervolgstof over 1 Korinthe 7? Er wordt dan meteen tegemoetgekomen aan de klacht dat de levensheiliging met al de concrete vragen daarmee verbonden in de prediking zo stiefmoederlijk bedeeld zou worden.

Van Bruggen spreekt eerst over de plaatsbepaling van de sexualiteit: 'Eros is geen God.' Naar zijn inzicht begeeft de apostel zich in 1 Korinthe 7 op het scherp van de snede tussen het spiritualisme dat de chnsten boven het huwelijksleven verheven acht én een Libertinisme dat de erotiek als 'het einde' ziet en een mens die niet aan zijn sexuele trekken komt als een mislukkeling. Hiertegenover stelt de apostel een nuchtere waardering van het huwelijk (mét het sexuele aspekt daarvan), maar tegelijkertijd een relativeringv, in het licht van de roeping tot de dienst des Heeren en van het komende Rijk.

Vervolgens wordt nader ingegaan op de christelijke beleving van het huwelijk, het voorrecht van de ongehuwde staat, Gods haat tegen de echtscheiding, de problematiek van de gemengde huwelijken (genade amputeert niet, maargeloof vraagt wél offers!), het leven met een uitnodiging (de roeping Gods) en 'bij de tijd blijven'. Het laatst genoemde, zevende, hoofdstuk galat in op de mythe van het modern-zijn. 'De opmerking dat het ouderwets is om verloofde mensen niet samen met vakantie te laten gaan, lijkt op te wegen tegen vele argumenten.' De vrees om ouderwets te worden genoemd is groot. Maar 'het is opvallend dat het predicaat modern nooit ter aanbeveling wordt gebruikt van Gods geboden of van dingen die tegen onze begeerten ingaan'. De positieve klank in het woord modern is een vorm van camouflage. Paulus blijft op een andere manier 'bij de tijd' - het gaat bij alle levensvragen om het besef dat we op reis zijn naar Christus' toekomst. Ook het huwelijksleven mag daarvan niet afleiden.

In eeii aantal bijlagen geeft de auteur nog een nadere uitlegkundige verantwoording van enkele teksten. Samenvattend wil ik mijn bijzondere waardering uitspreken voor deze proeve van aktuele bijbeluitleg. Zijn er geen vragen? Jawel, namelijk ten aanzien van de uitleg van enkele, teksten. De schrijver durft hier en daar radicaal te breken met gevestigde uitlegtradities, maar zijn argumentatie komt mij niet altijd even overtuigend voor.


* Dr. J. van Bruggen, Het huwelijk gewogen, 1 Korinthe 7, uitgave Ton Bolland-Amsterdam 1978, 140 blz. ƒ 17, 90.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1979

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Het huwelijk gewogen*

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1979

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's