Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

STATENBIJBEL

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STATENBIJBEL

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen de epidemie losbrak en de vertalers hun werk nog niet eens voltooid hadden, was Paulus Aertsz. van Ravesteyn in Leiden reeds begonnen met het drukken van de nieuwe bijbel. Het ging zo overhaast, dat hij vol fouten stond.

Maar dat merkte men pas later.

Er was in het land nogal wat tegenstand. Het zou twintig jaar duren voordat op elke gereformeerde kansel een Statenbijbel lag. Daarom hadden de provinciale synoden aanbevolen de vertaling 'met soetigheyt' in te voeren.

De kerkmeesters van Waddinxveen schaften reeds op 4 maart 1638 'een nieuwen Bijbel aen, omme in de kerck gebruyckt te werden'. Tien gulden kostte de Statenbijbel toen. En Aert Aelbersz. ging heel gelukkig met de oude Deux-aes-Bijbel naar huis. Voor slechts vier gulden was hij eigenaar geworden 'van den ouden Bijbel uyt de kerck'. Het was nog een best exemplaar, want in 1623 hadden de kerkmeesters hem nog opnieuw in laten binden. Twee gulden, acht stuivers en evenzoveel penningen hadden zij besteed aan 't 'verbinden vanden kercken Bijbel ende nieu beslagh daeraen mette vracht gints ende weder'.

Doch ook de oude bijbel was niet zonder drukfouten. In 1632 hadden de broeders daar nog over gesproken. Besloten was toen, dat 'een Ieder, diewelcke eenige groove druckfauten mochte hebben aengeteyckend, deselve binnen de tijdt van 14 daege aan de Gedeputeerde des Classis sal behendigen, om de Gedeputeerde des Synodi over te senden'.

'Gezien het verloop van de verdere gebeurtenissen; valt te vrezen dat er weinig aantekeningen opgestuurd zijn. Goed, de bijbelvertaling was oud en aan de nieuwe werd gewerkt. Maar daar mochten dan ook geen fouten meer in voorkomen, vond desynode van Rotterdam in 1641. Direct daarna bogen de broeders van de classis Woerden zich over dit besluit. 'Alsoo in den laetstgehouden Synodo is goetgevonden dat die eerste druck van den nieuwen geauthoriseerden Bibel, als zijnde zeer vitieus gedruckt (vol fouten), bij de respective Classen sal worden gerevideert ende derhalven eenen legelijcken Classis haer seecker gedeelte Synodaliter is toegedeelt, gelijck dan onsen Classi zijn toegeleijt dese navolgende boecken, naemelijcken Luca, Evlm Johannis, Acta Apostolorum et E. Pauli ad Romanus. Dit gedeelte onder de broederen des Classis wederomme is verdeelt in 15 gedeelten, ende is eenen legelijcken yets toegeleijt om te re videeren.'

En zo kreeg elke broeder 5 a 6 hoofdstukken als huiswerk mee.

Of de broeders nu zo'n hekel aan huiswerk hadden, of dat hun enthousiasme voor de nieuwe vertaling nu niet zo groot was als men het tegenwoordig onder ons wel vindt, is niet bekend. In elk geval werd drie jaar later geconstateerd, dat 'aengaende Correctie des Bibels wert bevonden, dat de Classis met haere correctie noch niet geheel en al veerdich was'. Ds. Amandi ging het in Den Haag op de synode uitleggen. Enkele maanden later, inmiddels teruggekeerd, bracht Samuel in de vergadering van de classis verslag uit. Er was wat huiswerk voor hen bijgekomen: 'de oversieninge der Bibelsche Registers'.

Nu was het register op 'T' Oude Testament' aan de beurt om te verdelen. Ds. Amandi moest zich gaan verdiepen in de woorden 'van Schudden tot Slachten'. In 1648 - men was toen zeven jaar bezig - was het werk al gereed. De correcties werden verzonden. Helaas - in oktober bleek dat 'de correcties wel zijn overgesonden, maar sijn vermist'. Van de classis Woerden was niets aangekomen.

Voorlopig liet men de zaak even rusten. Mei 1649, met het examen van S. Simonides kwamen de drukfouten, weer ter sprake. Met kortere en langere tussenpozen verschenen de 'Druckfouten des Bijbels de Anno 1637' nu op de agenda.

Eens moest er toch een eind aan komen. Op 19 april 1650 werd kort en krachtig bepaald, dat wie zijn lijst met drukfouten nü niet inleverde, kon rekenen op een boete van zes gulden.

Gelet op de hoogte van de boete en het feit, dat we verder van drukfouten niet meer horen, kunnen we wel aannemen dat aan dit laatste verzoek schielijk door de broeders is voldaan.

Wie echter met verlangen naar de lijst uitzag, moest toch nog eventjes geduld hebben. Want pas in 1655 was bij de boekhandelaren verkrijgbaar het' Register van de verbetering der Druckfauten ende Misstellinghen, die in den Eersten Druck van den Nieuw overgesetten Bibel gevonden worden. Gedruckt by Paulus Aertst. van Ravesteyn'.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 1979

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

STATENBIJBEL

Bekijk de hele uitgave van donderdag 22 februari 1979

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's