Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geldwerving in een Stadsgemeente

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geldwerving in een Stadsgemeente

Rotterdam-Zuid

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Korte schets van de gemeente

Het lijkt mij gewenst, alvorens u iets te vertellen over de manier waarop het college van kerkvoogden in Rotterdam-Zuid in de inkornsten voorziet, u eerst een globaal beeld te schetsen van de aard en omvang van onze gemeente, zodat u de wijze van geldwerving in het juiste kader kunt plaatsen.

Eerst maar even wat kwantitatieve gegevens: de gemeente telt ruim 45.000 leden, waarvan ongeveer 18.000 leden min of meer meelevend zijn. Deze meelevende leden vormen ongeveer 9.000 'pastorale eenheden' (gezinnen en alleenwonenden). Van de 18.000 meelevenden zijn er ruim 5.500 die jaarlijks een vaste bijdrage betalen. Als men daarbij rekening houdt met het feit dat onder die bijdragers een flink aantal werkende jongeren is, dan komt men tot de slotsom dat nog niet de helft van het aantal meelevende gezinnen financieel bijdraagt. Het beeld wordt nog somberder als we schatten dat per zondag er van die 18.000 niet meer dan 3.000 mensen in de kerk komen.

Schrik bevangt ons als we naar de leeftijdsopbouw van de gemeente kijken, het aantal ouderen van 70 jaar en ouder is naar verhouding groot, terwijl aan de onderkant de jonge 'aanwas' zeer gering is.

De omstreeks 9.000 pastorale eenheden zijn ondergebracht in 9 wijkgemeenten, waarvoor ook 9 predikantsplaatsen beschikbaar waren, maar nu er drie vacatures zijn, is het allerminst zeker dat het aantal predikantsplaatsen gehandhaafd kan blijven.

Zetten we de cijfers van nu tegenover die van tien jaar geleden, dan blijkt de gemeente in die tien jaar te zijn gehalveerd. Voor deze teruggang zij, n diverse redenen aan te geven. In de eerste plaats zijn deze jaren voor de kerken in het-algemeen niet gunstig geweest: velen braken openlijk met de kerk en met het geloof. Een tweede oorzaak is de trek uit de grote steden naar de randgemeenten, waarvoor op zich ook weer allerlei oorzaken zijn aan te wijzen; hierdoor is vooral het jongere middenkader vertrokken, met alle gevolgen van dien, zowel voor het kerkewerk als voor de financiën. Nog een oorzaak moet m.i. worden gezocht in het feit dat sommigen een aan de tijd aangepaste prediking voorstaan, politiek geëngageerd, dat geëxperimenteerd wordt met oecumenische samenwerkingsvormen, dat het pastoraat vaak verwaarloosd is zowel naar inhoud als naar uitvoering, etc: verschijnselen die wij door geheel onze Hervormde Kerk tegenkomen.

Kwalitatief kan de gemeente worden gekenschetst als gemengd: een aantal predikanten kan als confessioneel worden aangemerkt, een aantal behoort tot de midden-orthodoxe modaliteit, en één predikant behoort tot de Gereformeerde Bond. De samenwerking tussen de verschillende predikanten is, evenals die tussen de predikanten en de colleges en tussen de colleges onderling, uitstekend, al valt er - zoals overal elders - hier en daar wel eens een meningsverschil op te lossen, en blijven verschillen van inzichten bestaan.

Hoofdbestanddelen van de inkomsten

Het zal u met dit beeld voor ogen onmiddellijk duidelijk zijn dat in financieel opzicht deze gemeente niet kan steunen op een traditioneel geefpatroon van koliekten en giften, althans indien de pastorale zorg moet worden afgestemd op het grote aantal min of meer meelevenden.

Het belangrijkste deel van de inkomsten, circa 50%, wordt geïnd als kerkelijke bijdrage. Van ieder gemeentelid wordt jaarlijks een bijdrage gevraagd ter grootte van 2% van het bruto inkomen. Slechts weinigen voldoen aan die vraag van twee procent, en dat is heel jammer, want reeds indien alle bijdragers dit percentage van het minimum loon zouden betalen, 'waren zij ruim uit de zorgen voor het handhaven van 9 predikantsplaatsen. Toch brengt de kerkelijke bijdrage nog ongeveer een miljoen gulden op.

In de kerkdiensten is één kollekte bestemd voor de kerkvoogdij, maar op de eerste zondag van elke maand wordt deze kollekte aangekondigd als de 'gulden extra'-kollekte, met het verzoek een gulden meer in de kollektezak te doen dan men gewend is op de andere zondagen. Verder is er eens per maand een extra kollekte met een gerichte kerkvoogdelijke bestemming, zoals energie-kosten, rente en aflossing, onderhoud gebouwen, etc. De ervaring heeft geleerd dat de gerichte koliekten meer opleveren dan die met de algemene bestemming 'voor de kerkvoogdij'. Hoewel de mogelijkheden daartoe ruim geboden worden, maakt slechts een klein aantal gemeenteleden gebruik van de kollektebonnen, op grond waarvan men de kollekte-giften kan laten meetellen voor de belastingaftrek.

De gemeente moet naar rato van het aantal lidmaten een bijdrage betalen aan de algemene middelen van de Ned. Herv. Kerk, de zgn. quotisatie-regeling. De opbrengst van 'synodale' koliekten, zoals Paas-en Oudejaarskollekten, worden op die bijdrage in mindering gebracht, zodat wij aan die koliekten ook flink aandacht geven. De gemeenteleden ontvangen dan een acceptgirokaart, met een begeleidende folder waarin wordt meegedeeld, dat deze kaart is bedoeld voor hen die - om welke reden dan ook - op die dagen niet in de eigen gemeente ter kerke gaan.

De inning van de bijdragen aan de Generale Kas, waarvan de gemeente de helft ten eigen bate mag aanwenden, levert slechts een gering positief saldo op, daar vele lidmaten, helaas ook uit eigen G.B.-kring, deze bijdrage weigeren te betalen, maar er voor hen wel een bijdrage moet worden afgedragen.

Tekorten

Dit alles neemt niet weg, dat reeds een aantal jaren op de begroting een tekort is te zien van ruim twee ton. Zou dat tekort ook werkelijk ontstaan, dan moet daar geld voor worden geleend waarover rente en aflossing moet worden betaald. In het volgende jaar drukken die posten dan weer extra op de uitgaven, zodat een hoger tekort ontstaat, en zo komt men in een vicieuze cirkel terecht. Reeds een aantal jaren geleden vond men dat hier in Rotterdam-Zuid het paard achter de wagen spannen, en besloot men een aktie te houden onder het motto 'Paard vóór de Wagen', welke aktie tot doel had er voor te zorgen dat het begrotingstekort niet tot een nadelig saldo op de jaarrekening zou leiden. Door het sturen van een aantal accept-girokaarten, één zo vroeg mogelijk in het jaar en één direkt na de vakantieperiode, wordt de mensen gevraagd boven de normale bijdragen een extra bedrag te geven voor dit doel, om zodoende het dreigende tekort reeds in het lopende begrotingsjaar te kunnen wegwerken.

Maar een aktie die elk jaar terugkeert, stabiliseert zich op een bepaalde opbrengst, zodat, toen het tekort steeg boven de opbrengst van genoemde aktie, wij iets anders moesten bedenken. Besloten werd in te speleji op het vakantiegeld dat vrijwel iedereen krijgt. In de eerste plaats omdat het voor ieder die het krijgt een extraatje is, maar bovendien omdat velen uit de stad gedurende de zomermaanden van vrijdag tot maandag op de camping zijn, en dus niet in de eigen gemeente 'kerken'. De aktie werd dan ook genoemd 'Samen er (op) uit)'.

Conclusie

In de eerste plaats kan deze wijze van geldwerven slechts plaatsvinden indien men over een automatische ledenadministratie beschikt, die ook selectief te werk kan gaan: lang niet alle 45.000 'papieren' leden wordt gevraagd aan de financiële akties mee te doen, omdat van het overgrote deel het antwoord bij voorbaat reeds bekend is, nl. 'Nee'. Het gevaar schuilt daarin, dat deze mensen ook nooit meer wat horen van de kerk, maar anderzijds kan men stellen dat als het enige teken van leven een accept-girokaart is, de kerk dat dan ook wel kan nalaten. Het is een kwestie van afwegen, puur van kosten en baten, waarop is besloten slechts de meelevenden te blijven benaderen, ook al zijn er daar ook bij die nooit enige reaktie geven op zulke verzoeken om financiële hulp. Juist vanwege die flexibiliteit in de administratie besloten wij enige jaren geleden ons ledenbestand onder te brengen bij het rekencentrum van een groot havenbedrijf in Rotterdam.

Als u het hebt kunnen bijhouden, is het u opgevallen dat de mensen in onze gemeente tenminste vijf maal per jaar een accept-girokaart ontvangen ten behoeve van de kerkvoogdij. Sommigen vinden dat veel te veel, zeker de mensen uit de eigen kring die als regel 's zondags met het gezin tweemaal naar de kerk gaan. Anderen echter wijzen op de resultaten van deze manier van werken en zeggen dat dit de, moderne manier van geldwerving is. Hoewel ik zelf geneigd ben de eerste mening bij te vallen, kan ik niet ontkennen dat de voorstanders gelijk hebben. Toch geloof ik wel dat er een bepaald verzadigingspunt is, alleen het probleem daarbij is dat het op geen stukken na valt te bepalen waar dat punt ligt, totdat men er overheen is geschoten en het gehele systeem in elkaar zakt.

Met deze - helaas wat zakelijk uitgevallen - notities is het beeld compleet, althans in financieel opzicht. Want aan de geldwerving zit m.i. ook nog een geestelijke kant. In het dagelijks leven merken we allerwegen dat mensen soms alles over hebben voor hun hobby, maar nooit iets geven voor doeleinden waar ze niet warm voor lopen. In zeker opzicht is dat ook het geval voor de kerkelijke financiën: steekt er liefde tot God en Zijn dienst achter onze gift, of doen we het zuchtend? Ook als kerkvoogden kunnen we al tobbend over de problemen rondlopen, maar we kunnen ook ons vertrouwen op deHeere stellen, want Hij kan het de mensen in het hart geven om mild en ruim in de beurs te tasten voor het werk van de kerk. Daarmee worden we niet roekeloos of zorgeloos, maar in afhankelijkheid van Hem staan we op de posten waar God ons gesteld heeft, wetend dat 'Zo de Heere het huis niet bouwt, tevergeefs arbeiden zijn bouwlieden daaraan; zo de Heere de stad niet bewaart, tevergeefs waakt de wachter'.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 september 1980

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Geldwerving in een Stadsgemeente

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 september 1980

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's