Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Synode en G.Z.B.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Synode en G.Z.B.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het laatste uur van de synodevergadering werd besteed aan het jaarverslag van de Gereformeerde Zendingsbond.

De extra synodevergadering van 31 januari in de Ernst Sillemhoeve was grotendeels gewijd aan het benoemingsbeleid t.a.v. kerkelijke hoogleraren. Hervormd-gereformeerde afgevaardigden, Haeck en Meijers, hadden daar op de vorige synodevergadering indringend voor gepleit, en de synode had dat overgenomen. Verslag van deze discussie is vorige week al gedaan.'Het laatste uur van de synodevergadering werd besteed aan het jaarverslag van de Gereformeerde Zendingsbond. De vaste commissie voor Apostolaat en Zending had haar reaktie op het jaarverslag - zoals gebruikelijk - al ingediend, samengevat in de woorden: 'Een uitermate plezierig leesbaar jaarverslag met een erg goed hoofdstuk over Peru en een daarentegen zeer teleurstellende algemene inleiding!

Vragen uit de vaste commissie

Ter synode was het hoofdbestuur van de G.Z.B, gedeeltelijk zelf aanwezig om zich te verantwoorden. De nieuwe voorzitter ds. P. Koeman was dankbaar voor de kritische aandacht en waardering. Ds. Broekhuis ging in op de vragen t.a.v. Indonesië: wat denkt de G.Z.B, van het feit dat de Toradja-Kerk een nieuwe belijdenis wil formuleren en mogelijk de ambten voor de vrouw wil openstellen? Dr. J. Broekhuis antwoordde dat de Toradja-kerk zelfstandig is; dat de G.Z.B, uitgaat van 'partnership in obedience' d.w.z. afgezien van bevoogding om samen te luisteren naar de H. Schrift; en dat de jonge kerken 'potplanten zijn in Oosterse bodem'.

Ds. J. Tichelaar ging in op de kritiek op de 'inleiding' van het jaarverslag, dat niet de goede toon zou aanslaan. Hij vond dat een 'gevoelskwestie'. Wat Kenya betreft: hij legde uit dat de zendingsarbeiders in de synodale commissies daar slechts adviserende stem hebben; dat de moeilijkheden in het zendingsziekenhuis te maken hebben met o.a. stammentegenstellingen; dat in Turkana de Africa Inland Church en, andere kerken werkzaam zijn, maar dat het nog lang niet zo ver is dat zij met het zendingswerk van de Hervormde Kerk van Oost-Afrika één Evangelische kerk zouden gaan vormen. Wat de 'geringe groei' betreft: onze partnerkerk in Kenya is een 'vuilnisbakkenkerk', d.w.z. kent geen stamgebondenhetd als cement; dat is haar eer en uitdaging. Ds. W. van Laar beantwoorde de vraag t.a.v. de 'ledenwerving' door de G.Z.B.: zending is toch de opdracht van de hele Kerk, van elke gemeente. Ds. Van Laar legde uit dat leden abboné's zijn van het blad Allen den Volcke; dat het verenigingskarakter van de G.Z.B, inderdaad een gewrongen struktuur geeft; dat de G.Z.B, de gevaren daarvan bewust is en het kerkelijk karakter b.v. bij uitzendingsdiensten optimaal nastreeft. Dat zending inderdaad opdracht van de hele kerk is, relativeert het werk van Bond en Raad.

Ds. Koeman ging in op de situatie in Peru. De G.Z.B, wil leerling zijn van de kerk daar, wegblijven van beoordeling omdat wij de situatie nog niet goed kennen en in solidariteit tot het uiterste gaan.

Vragen uit de synode

Nu kreeg de synode gelegenheid tot een nieuwe ronde. Mevrouw Mulder, ouderling-kerkvoogd in Middenmeer, pleitte voor samenwerking van Oegstgeest en Zeist. Verder vond zij het niet goed dat in Indonesië wél en hier in Nederland niet gesproken wordt over de vrouw-in-het-ambt. Ds. A. Polhuis uit Koog a.d. Zaan had voor het eerst een jaarverslag van de G.Z.B, gelezen: hier viel het tegen, daar viel het mee. Het pionierswerk in Peru vond hij moedig. Hij zag hier een kans tot samenwerking met de Raad voor de Zending, die zich in Zuid-Amerika nog pas aan het oriënteren is. De maatschappij-analyse van Peru vond hij evenzeer nodig voor Nederland.

Diaken W. Jansen uit Heemstede vroeg zich af hoe uitdrukkingen als 'verloren zondaren' daar overkomen; hier komt zulk taalgebruik stuitend over. Dr. R. J. Mooi, scriba van de synode, signaleerde een verschillende beleving van vroomheid: zowel tussen Heusden en Rante Pao als hier tussen Hervormde gemeenten onderling. Hij vond dat een boeiend gegeven. Hij wilde dat positief uitwerken en operationeel maken en zo hartstochtelijk zoeken om het wederzijds begrip te vergroten. Ds. Koeman ging er weer op in: t.a.v. Peru moet men niet denken dat het jaarverslag achter de bevrijdingstheologie staat; maatschappij-analyse zou iets wezen voor de Raad van Overheid en Samenleving; discussie over de vrouw-in-het-ambt hoort op de synode zelf thuis; de uitdrukking verloren zondaren' komt van 'uw en mijn Meester Zelf: Hij gaf er Zijn leven voor. Er kan weleens een deur dicht gaan als je daar in de kerk niet meer over spreken kunt. Maar het taalgebruik moet inderdaad verstaanbaar zijn. Hoe één en ander 'daar' overkomt wil de G.Z.B, in het vervolg er bij vermelden.

Het jaarverslag werd tenslotte - met één stem tegen - door de synode aanvaard.

Commentaar

Het is m.i. een goede zaak dat zo'n konfrontatie plaats vindt: voor (dat deel van) de synode waar het werk van de G.Z.B, onbekend is; en voor de G.Z.B. zelf, dat het bestuur kerkelijke verantwoording aflegt.

Het is m.i. ook een eerlijke zaak, als synodeleden van 'daar' (de zendingsterreinen) terugkoppelen naar 'hier': kan daar wel wat hier niet kan? Anderzijds ontstaat zo toch weer een verkapt richtingsgesprek, dat aan de echte vragen van de zending zelf voorbijgaat: in het jaarverslag worden (door drs. J. J. Visser) indringende vragen gesteld over de openlegging van Pokot en Turkana, over het vraagstuk van droogte, over de bevolkingsgroei, over voortgezet onderwijs, waar niemand op ingaat! Kan 'Oegstgeest' hier niet helpen of helpen denken? En andersom: kan 'Oegstgeest' niet wat leren van de 'pionierszending' in Kenya? Op de vorige synode zei de Raad van de Zending, n.a.v. de 'onvoltooide taak van de wereldzending' (Verkuyl) dat zending taak is van de jonge kerk zelf. Maar hier in Kenya blijkt toch dat een Westerse zendingsinstantie vanuit en met zo'n jonge kerk nog wel degelijk onbereikte gebieden kan opzoeken!

De vraag van dr. Mooi is verdere doordenking waard. Op de vorige synode vertelde ds. Lukito Handojo mij, dat hij in Indonesië geen verschil merkt tussen b.v. Torakje-christenen, die uit het zendingswerk van de G.Z.B, zijn voortgekomen, en andere inheemse christenen. Anderzijds is bekend dat in de jonge kerken meestal helemaal geen 'vrijzinnigheid' voorkomt. Kan de jonge kerk mogelijk bevruchtend inwerken op onze richtingsproblematiek?

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 februari 1981

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's

Synode en G.Z.B.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 12 februari 1981

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's