Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Enkele opmerkingen over echtscheiding (4)

Bekijk het origineel

Enkele opmerkingen over echtscheiding (4)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is niet te ontkennen, dat het na de wetswijziging gemakkelijker is geworden om te scheiden.

Hoe staan wij hier tegenover?

Het is niet te ontkennen, dat het na de wetswijziging gemakkelijker is geworden om te scheiden. Het is immers gemakkelijker om aan te tonen, dat een huwelijk scheef is gegroeid dan om bijvoorbeeld heel concreet overspel te bewijzen. Overigens komt de hierboven genoemde 'grote leugen' van vroeger nu nog voor, zij het op een minder opvallende wijze.

Het gebeurt nl. vaak, dat de gedaagde echtgenoot de in de dagvaarding gestelde duurzame ontwrichting van het huwelijk ten processe niet of niet voldoende bestrijdt dan wel verstek laat gaan, waarmee dan deze duurzame ontwrichting in rechte komt vast te staan en de echtscheiding kan worden uitgesproken. Deze wijze van procederen is dan meestal van tevoren tussen partijen afgesproken, omdat zij nu eenmaal van elkaar afwillen.

Wanneer echter de gedaagde echtgenoot de duurzame ontwrichting gegrond bestrijdt en daarbij volhardt, zal de eisende echtgenoot deze hebben te bewijzen. Deze kan het daarbij behoorlijk moeilijk krijgen. Temeer daar dergelijke zaken zich er moeilijk toe lenen om door getuigen te worden bewezen. Het is dan echt niet vanzelfsprekend, dat scheiding wordt uitgesproken. In de loop van de procedure echter wordt het aan de rechter toch meestal wel duidelijk, indien een huwelijk duurzaam is ontwricht. Het gebeurt dan ook niet vaak, dat een vordering tot echtscheiding tenslotte wordt afgewezen.

Welke oplossing?

We kunnen er niet om heen, dat er rond vele huwelijken een enorme nood ligt. Hoe kan deze worden opgelost? Het ligt voor de hand, dat dan het woord echtscheiding valt. Het gaat echter niet aan om als predikant, arts of maatschappelijk werker etc. daar even bij stil te staan en te zeggen dat echtscheiding niet mag en dan weer door te lopen.

Het zij vooropgesteld, dat ik het lichtvaardig scheiden veroordeel. Men kiest vaak de weg van de minste weerstand. Als het maar even niet botert, dan maar gauw van elkaar af. Men heeft vaak niet meer de moed om te vechten voor de instandhouding van een huwelijk. De onverdraagzaamheid wordt steeds groter en men kan steeds minder van elkaar hebben. In plaats van als een heilige instelling Gods, wordt het huwelijk in brede lagen van de bevolking meer en meer gezien als een contract, waar je met het grootste gemak weer vanaf kunt.

Niettemin zijn er grenzen aan het geduld. Er zijn situaties, die onhoudbaar zijn. Er zijn grenzen, waar men niet meer voorbij kan. Hiervoor kunnen we de ogen niet sluiten. Hieraan valt weer te merken, dat we leven in een gebroken wereld, waarin de zonde zijn verwoestende werking laat gelden, ook in het huwelijk. We stuiten op de hardigheid van het menselijk hart, waardoor heel wat huwelijken reeds zijn stuk gelopen. Hoeveel mannen en vrouwen werden niet teleurgesteld, omdat ze bij de wederhelft die hardigheid van hart en ontrouw aantroffen. Zij hadden zelf de breuk nooit gezocht, maar ze werden er eenvoudig­ weg mee geconfronteerd. In hoeveel huwelijken zouden niet de kinderen de dupe worden van de verstoorde verhouding tussen vader en moeder. ledere predikant of dienstverlener zal de voorbeelden uit zijn praktijk kunnen opnoemen.

Hoewel we in alle lankmoedigheid het uiterste geduld moeten hebben om een huwelijk te redden, kan er toch een moment komen, dat het voor de betrokkenen, met name voor de kinderen, niet meer verantwoord is, dat het huwelijk in stand blijft. De lezer begrijpt, dat het niet mogelijk is orn in zijn algemeenheid hier concrete lijnen te trekken. Dit valt slechts voor elk geval op zich te bezien in overleg met de hulpverleners.

In het licht van het bovenstaande is het duidelijk, dat de vervanging van de 4 oude echtscheidingsgronden door één nieuwe, te weten duurzame ontwrichting, op zichzelf een verbetering is. Het is immers zeer wel denkbaar, dat formeel geen der oude gronden aan te voeren zijn, terwijl er toch duidelijk sprake is van een kapot huwelijk. Het is dan reëler om één algemene grond te hanteren, waar allerlei situaties onder te brengen zijn. Het nadeel hiervan is echter, dat de deur nu openstaat voor lichtvaardig scheiden 'om allerlei oorzaak'. Echter, van elke wetgeving kan misbruik worden gemaakt, zo ook van de echtscheidingswetgeving.

Geoorloofd?

'Maar mag je nu scheiden of niet? ' Deze vraag zou iemand kunnen stellen. Het moge inmiddels duidelijk zijn, dat het niet juist is om die vraag op deze wijze te stellen. Wil men graag een bevestigend antwoord horen om rnaar zijn eigen zin door te zetten? Of wordt de vraag gesteld vanuit de nood van het huwelijksbestaan, waarin men geen uitzicht meer heeft of waarin men door de partner in de steek is gelaten? 'Gij zult niet echtbreken' zo luidt het zevende gebod. Dat blijft gelden, ook in deze tijd, nu 1 op de 4 huwelijken door echtscheiding wordt ontbonden.

Zoals we in vorige artikelen hebben gezien, kent de Bijbel ook de echtscheiding. Als een gevolg van de hardigheid des harten. Er zijn de voorschriften omtrent de scheiding: de scheidbrief uit de wet van Mozes. Er is sprake van twee echtscheidingsgronden: overspel en geloofsverdeeldheid. Let wel, dit alles doet niets af aan het zevende gebod. En toch is er geen tegenspraak in de Schrift. Hier zien we wel iets van de veelkleurigheid van de Schrift. God eist van de mens niet meer dan hij kan dragen. In de Bijbel lezen we van het verschijnsel, van de mogelijkheid van de echtscheiding. Niet als een rechtvaardiging daarvan, maar wel in verband met de gebrokenheid en de zondigheid van het leven. Wanneer men stuit op de hardigheid des harten, de ontrouw of de vijandschap bij de wederhelft, dan eist God niet om tot in het onmogelijke te gaan. Over overspel gesproken. Er is een houding van trouweloosheid, die wellicht geen overspel inhoudt, maar die evenzeer een fei­telijke ontbinding van het huwelijk teweegbrengt. Zo kunnen onhoudbare situaties ontstaan. Wie kan het leed peilen, dat in dit opzicht wordt geleden?

Het is uit het bovenstaande duidelijk, dat het nodig en nuttig is, dat in de burgerlijke wetgeving ook de echtscheiding is geregeld. Ook vanuit theocratisch standpunt zal men daar niet omheen kunnen. Immers in de Mozaïsche wetgeving voor het theocratische Israël was deze ook opgenomen. Als een huwelijk in puin valt, moet het puin geruimd worden. Mozes heeft toch ook het gebod van de scheidbrief gegeven! Ook in dit opzicht is er orde vereist. De wijze van puinruimen is in de wet geregeld. Om het puin te ruimen zijn o. m. nodig de rechterlijke macht en de advocatuur. Puinruimen betekent: geconfronteerd worden met een gebroken wereld en een gebroken bestaan.

Iemand zou misschien de gedachte te binnen schieten: lijkt deze redenering niet op de manier, waarop men het in bepaalde gevallen toelaten van abortus provocatus rechtvaardigt? Neen! Tegen abortus provocatus kunnen we op grond van de Schrift slechts een absoluut neen laten horen (uitgezonderd de medische indicatie). In de Bijbel wordt nergens gesproken over een voorgeschreven wijze van abortering! Bij echtscheiding gaat het om de relatie tussen twee mensen, doch bij abortus gaat het om het leven van een onschuldig en weerloos ongeboren kind, dat niet voor zijn belangen kan opkomen. Daar gaat het om leven of dood, waarmee we ons weer op een ander niveau bevinden. Hier dient de overheid op de bres te staan voor de bescherming van het ongeboren leven. De overheid heeft echter geen toegang tot en zeggenschap over de gevoelens en genegenheden van mensen. Daarmee zou zij haar bevoegdheid overschrijden. Met betrekking tot het innerlijk is geen dwang denkbaar. Zulks is uit zijn aard onmogelijk. Op dit niveau ligt, vanuit de overheid gezien, de echtscheiding.

Er is zelfs een grote tegenstelling tussen enerzijds onze echtscheidingswetgeving en anderzijds het standpunt voor legalisering van abortus. Legalisering van de abortus betekent, dat de belangen van het zwakke en weerloze worden opgeofferd aan de wensen van de sterken. In de echtscheidingswetgeving, zoals deze thans in Boek I van ons Burgerlijk Wetboek is opgenomen, zien we juist een tendens tot bescherming van de zwakkere (de vrouw en de kinderen). Dit laatste komt onder meer tot uiting in de verphchting tot uitkering voor levensonderhoud (alimentatie) van de man jegens de vrouw, van wie hij gescheiden is of bezig is te scheiden en jegens de kinderen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1981

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Enkele opmerkingen over echtscheiding (4)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 mei 1981

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's