Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

In deze rubriek namen we enkele weken geleden een stukje op uit een brief van G. H. Kist te Eindhoven over een stelling in het proefschrift van dr. J. Hoek over de 'Staphorster variant'. Het bleek een term te zijn uit de wegenbouw, die evenwel politieke vleugeltjes had gekregen.

Hier volgt nóg een ontboezeming van een lezer - ir. A. Looijen te Wageningen - die wat de heer Kist schreef inhoudelijk onverlet laat maar er het volgende aan toevoegt:

'In uw rubriek 'Globaal bekeken' van 17 dezer, houdt de heer G. H. Kist een verkeerskundig betoog, dat met uw instemming uitmondt in een veroordeling van de stelling van dr J. Hoek inzake gebruik van de term 'Staphorster Variant'.

Het komt mij voor, dat hieraan een misverstand ten grondslag ligt ten aanzien waarvan ik het volgende uit de wegenbouwkundige c.q. politieke doeken zou willen doen.

Inderdaad is in de wegenbouw de Staphorster variant een bekende zaak, evenals b.v. de Haarlemmermeeroplossing, die indertijd is uitgevoerd als constructie van een kruispunt in het tracé van een autosnelweg en de hiermee kruisende secundaire weg.

Zoals bekend kunnen veel termen echter zeer verschillende begrippen dekken en m.i. doet dit verschijnsel zich in het onderhavige geval ook voor de term 'Staphorster variant' is nl. in een ander verband ingevoerd door de redakteur van één der dagbladen (ik meen de Volkskrant) tijdens de kabinetstormatie 1981. Hij doelde hiermee op 'Klein rechts; t.w. GPV, SGP, RPF, en vreesde een te grote invloed van dit 'Klein Rechts' op opgemelde formatie. Bij deze gedachte heeft hij zonder twijfel parallellen getrokken met de in veler ogen geborneerde levensstijl, die de gemeenschap in Staphorst ca. wordt toegedicht.

Gezien de hovaardij waarmee een deel van de vadedandse pers deze levensstijl meent te moeten beoordelen, is naar mijn mening inderdaad sprake van de discriminatie welke dr. Hoek in zijn stelling signaleert.

M.i. kan dan ook als conclusie worden getrokken, dat de stelling ten aanzien van meerdere aspecten instemming verdient.'

Hiermee sluiten we dit onderwerp.

***

Shadrach Maloka, de zwarte evangelist uit Zuid Afrika, was enkele malen in Nederland. Voor zijn werk in Zuid Afrika zijn gelden ingezameld. Hij onderging enige tijd geleden een zwarte hartoperatie. In de rondzendbrief van december 1981 ('In zijn opdracht'), schreef Maloka aan zijn vrienden in Nederland hetvolgende:

'Dierbare broers en susters in die Here. Ons groet julle da in Holland alman in die naam van die Here Jesus watgebore is in die stal van Bethlehem. Hij is vir ons arm geword, terwijl Hij rijk was om ons te red van die ondergang. Ek dank Hom dat Hij mij Koning is en dat ek baie kinders van die Here in Holland ken wat ek net deur hier dai brief mag groet.

Dit gaan bij ons in Suid Afrika baie goed. Ek is gesond. Die lichaam is weer sterk en ek werk saam met al mij mense om die boodskap van vrede en verzoening te verkondig aan mij eie mense hier in Afrika wat die Here nog nie of nog baie min ken. Bid net dat die Here die werk mag seën.

Ons wil al die vrienden hartelik groet en geseënde Kersfees wens. Ons hoop die Here sal u bemoedig deur hier dai lees. Die komst van Sijn Seun is so belangrijk vir ons mensen. Laat ons kniel en Hom net aanbid om dankie te sè vir Sijn oneindige liefde. Baie, baie dankie viral die liefde watu betoon het in die jaar wat amper vorbij is. Dankie vir al die gaves wat julle gestuur het. Vir al die pakkette met kleding wat ons baie help. Ons wens al die vrienden in Holland een geseënd 1982. Mag die Here u tot steun wees'.

Shadrach Maloka

Contactadres Stichting 'In zijn opdracht': Gazellelaan 8, Huizen (N-H.), tel. 02152-57575.

***

In het blad 'Op weg met de ander', contactblad van de Hervormd-Gereformeerde Vereniging van en voor gehandicapten (voorzitter ds. H. Harkema, Brakel), troffen we hetvolgende stukje over 'telefoonvoorzieningen voor gehandicapten': We geven het graag een bredere verspreiding:

In het vorige nummer van "Op weg met de ander" hebben we het een en ander geschreven over de nieuwe mogelijkheden die bij de PTT beschikbaar komen voor het telefoneren door doven. Wij zijn van plan binnenkort aandacht te schenken aan ontwikkelingen die ook voor andere gehandicapten van groot belang kunnen zijn. Wellicht weet echter niet iedereen, dat in ieder telefcondistrict twee adviseurs aanwezig zijn voor gehandicaptenvoorzieningen. Wanneer u behoefte hebt aan hulpmiddelen voor telefoongebruik kunt u contact opnemen met onderstaande adressen:

***

In het blad Daniël, jeugdorgaan van de Gereformeerde Gemeenten, stond een stukje 'Uitzicht in droefheid' bij de uitgang van 1981. Daarin schonk mevr. Z. Crum Nieuwland aandacht aan verschillenden, die heen gegaan waren.

We laten hier volgen wat ze schreef naar aanleiding van het verscheiden van drs. A. Vergunst:

'Ook ds. A. Vergunst is niet meer... Op 7 januari nam hij in Rotterdam voor zijn vertrek naar Amerika afscheid van de gemeente met Psalm 90:16 en 17. Wie had toen kunnen denken dat hij nog voor het eind van het jaar in Rotterdam naar zijn laatste rustplaats zou worden gebracht? Zijn sterven heeft rnij diep geraakt. Meer dan dertig jaar geleden heb ik hem al horen preken en het woord dat hij mocht brengen heeft veel indruk op mij gemaakt. Zolang ik bewust in onze gemeenten heb geleefd, was hij er ook. En nu is hij in de kracht van zijn leven weggenomen.

De vragen rond zijn heengaan zijn voor mij weggevallen op de dag van de begrafenis toen zijn broer, ds. E. F. Vergunst, hervormd predikant te Slikkerveer, n.a.v. Hand. 20:24 zo treffend de dienst van een dienaar van Christus mocht tekenen. Alleen het wezenlijke bleef over. Met liefde sprak hij over de dienst van zijn broeder, die onze gemeenten zo hartstochtelijk heeft liefgehad.

Hij heeft er voor gebeden, gestreden en geleden, maar nochtans daarin zijn loopbaan als dienstknecht des Heeren met blijdschap volbracht.

Weer stonden we met velen op de begraafplaats Oud-Kralingen. Vanuit de aula sprak ds. E. F. Vergunst over: 'Hij is ons voorgegaan'. Voorgegaan op Gods tijd in de weg van alle vlees naar de eeuwige heeriijkheid, door Gods trouw voorgegaan in de vreze des Heeren, in de dienst des Woords en in het volgen van Christus, Die de Zijnen in alles is voorgegaan. Er was daar uitzicht, een heenzien over dood en graf.

De kale takken van de bomen staken scherp af tegen het lichte blauw van de lucht. In het wisselen der seizoenen wentelen de eeuwen voort en gaan geslachten heen. Onder grote stilte werd de Amerikaanse kist met het stoffelijk overschot hoog op de schouders naar het graf gedragen, waaraan de geopende groeve nog werd gelezen 1 Thess. 4 : 13-18. Bij de herinnering aan deze dag gaat er iets leven van hetgeen we elk zondag in onze kerken belijden: Ik geloof in de Heilige Geest. Ik geloof één heilige algemene christelijke Kerk, de gemeenschap der heiligen, vergeving der zonden, wederopstanding des vleses en een eeuwig Ieven'.'

Dit lezende verlangt men mee naar de reële openbaring van het ene lichaam van Christus, van de éne katholieke christelijke kerk. In de schrijnende gebrokenheid en verdeeldheid van de kerk des Heeren lijkt die realiteit vaak zo eindeloos ver. 'Allen die heimwee kennen komen thuis', is een oud gezegde. Maar het heimwee naar het ene huis van

God hier op aarde ontbreekt zo vaak.

***

Hier volgen twee pregnante uitspraken van politici, die de kunst van een goed en origineel taalgebruik beheersen.

Minister president Van Agt in een boekje waarin markante uitspraken van hem verzameld zijn (Sapristi, uitgave Elsevier):

'Ik ben niet zo gedreven als Den Uyl. Daarvoor zie ik teveel de betrekkelijkheid in van aardse dingen. Net als Den Uyl ben ik erop uit om de samenleving te verbeteren, nood te lenigen, onrecht met wortel en tak uit te roeien - hoe pretentieus dat ook klinkt. Maar aan de andere kant weet ik dat we niet alle geluk moeten verwachten van wat in dit leven gebeurt. In het licht van het hiernamaals is alles wat wij doen gering.'

'Politicus zijn is een vak dat je wel beschadigen kan. Je verliest je onbevangenheid. Ik ben eraan begonnen als iemand die nogal open en frank sprak over de dingen die hem bezighielden, als iemand die niet naliet hardop te denken. Maar dan stootje een paar keer je hoofd. Je valt je een buil en bevangenheid daalt over je neer. Je raakt op je qui-vive. Dat vind ik naar de mens gesproken geen winst. Het politieke metier heb ik niet geleerd en zal ik ook niet leren denk ik, omdat ik er geen aanleg voor heb.'

***

Ds. H. G. Abma, oud-Tweede Kamerlid voor de S.G.P., thans senator, in een paginalang en breed interview in het dagblad Trouw:

Toen twee jaar geleden premier Van Agt een gevoelig pleidooi voor matigheid en versobering hield, werd Abma's betoog bezield door het woord 'mattigheid'.

'In het Oude Testament, in de Statenvertaling, ontdekte ik in Deutronomium het woord mattigheid. Ik heb die twee begrippen bij elkaar gebracht. Ze slaan beide op de malaise. Soberheid is niet alleen een groot goed in sociaaleconomisch opzicht. Er is ook een principiële reden. Maar een zuiver beroep op matiging kan geen succes hebben als mensen er geen principes op na houden en weinig perspectief hebben in het leven. Vanuit die optiek moet je de matheid zien. De mattigheid, waaruit je een bezielend beroep op mensen kunt doen. De mensen hebben te veel wat het hart begeert. Mattigheid is een bijbelse deugd. Paulus zegt; alle dingen zijn geoorloofd, maar ik zal me onder de macht van geen enkel ding laten brengen. Dat is het gevaar van de consumptiemaatschappij. Zelfbeheersing valt weg. Je moet daarbij wel beseffen dat uiterste soberheid een gevaar betekent voor de economie. Iedereen gaat een beetje in de trend mee.'

Ook wij staan bloot aan de zuigkracht die materialisme uitoefent. Het is typerend voor ons optreden dat we niet op een hoge toren staan om het volk toe te spreken, wij, de deugdzamen. Wij zijn de heiligen der laatste dagen niet. Als we iets aan de kaak stellen, dan steken we de hand toch ook in eigen boezem, al is het niet in die mate. Men noemt ons profetisch, ach, Jesaja zei ook: dit is het onreine volk. Maar ook ik ben onrein van lippen.'

v. d. G.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1982

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 1982

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's