Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De belijdenis van de Drieëenheid (1)

Bekijk het origineel

De belijdenis van de Drieëenheid (1)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elke zondagavond belijden wij in de kerkdienst: Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde.

Elke zondagavond belijden wij in de kerkdienst: Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde. Ik geloof in Jezus Christus, Zijn eniggeboren Zoon, onze Heere. En: ik geloof in de Heilige Geest. Deze woorden zijn natuurlijk genomen uit de Apostolische Geloofsbelijdenis. Zij duiden de hoofdverdeling aan van deze klassieke, algemeen christelijke confessie. Eén van onze belijdenisgeschriften vraagt dan ook op een zeker punt: hoe worden deze artikelen gedeeld? In drie delen en juist dan blijkt hoe de christenheid zich hecht aan de belijdenis van een drieënig God, Vader, Zoon en Heilige Geest.

Gewoontevorming

Wij zijn aan deze belijdenis gewoon geraakt, zoals op de duur zelfs de plechtigste gebruiken en handelingen een zeker waas van stof gaan verspreiden over heilige ceremoniën en handelingen. Je kunt zelfs wel eens bemerken hoe een jarenlange kerkgang verstening teweegbrengt in de manier waarop wij omgaan met de prediking, het zingen, het luisteren en zelfs het bidden. De gedurige eerbied slijt. Het is dan noodzakelijk de diepe zin van een gebruik weer te verklaren, de ceremonie op te helderen, de betekenis ervan weer te ontrafelen. Bewust en levend ontmoeten wij dan weer de doelstelling van de handeling. Zo kun je soms tegen een Bijbeltekst aan zitten te staren zonder dat je deze verstaan kunt. Maar komt er nu iemand, die de achtergrond verklaart, dan schittert je menigmaal de schoonheid tegemoet. Het is om deze reden gedaan, dat wij uw aandacht eens vragen voor een onderwerp uit de geloofsleer: de belijdenis van de drieëenheid. Niet om actueel te zijn doen wij dat. Maar om de eeuwige dingen in het midden der gemeente levend te houden. Niemand kan zonder dit geloofsstuk zalig worden. Intussen houden wij ons niet aan volledigheid. Wij kiezen uit de grote hoeveelheid stof maar drie facetten. Wij spreken over de grond van deze belijdenis, de strijd rondom deze belijdenis en de vrucht van deze belijdenis.

De grond van deze belijdenis

Wij zouden in dit uur u onledig kunnen houden met een gehele uiteenzetting te geven over de leer van de Schrift aangaande de belijdenis van de heilige Drieëehheid. Dat is wel wezenlijk verleidelijk, maar het is niet vruchtbaar. Wij moesten dan in een kort ogenblik tijds geheel de Schrift gaan doorwandelen en nu eens hier, dan weer daar stilstaan om u de bouwstoffen van de leer der Drieëenheid aan te wijzen. Nader belangstellenden kunnen wij de vindplaatsen wel aangeven, maar voor een bijeenkomst als deze zullen wij dat niet doen. Het geheim van verveling is: alles te zeggen.

Hoofdmotieven

Wij zullen dus anders doen: wij verbeelden ons een gids te zijn door een berglandschap, die een aantal reizigers niet de details van ieder gesteente voorhoudt, niet iedere bergbeek beschrijft. Neen, hij wijst slechts de bergtoppen aan, de bergmassieven, die het oog het allermeest treffen. Denk maar aan iemand, die u het silhouet van de stad Utrecht in het landschap beschrijft. Die staat niet stil bij iedere toren en iedere fabrieksschoorsteen, die uit de horizont opdoemt. Welneen, hij laat wel heel veel ongenoemd. Maar één ding zal hij ongetwijfeld wel aangeven: de Domtoren. Die is symbool voor de stad Utrecht, symbool van iedere Utrechtenaar. Welnu, precies zo doen wij vanavond. Door geheel de Schrift heen liggen de elementen verspreid van de leer van de Drieëenheid. In het Oude Testament en in het Nieuwe Testament. Maar al deze brokstukken worden als het ware door Jezus samengevat in Zijn doopsbevel en door de apostelen in hun zegenbede.

Na Zijn opstanding en vóór Zijn hemelvaart beveelt Christus aan Zijn apostelen, om heen te gaan, alle volken tot Zijn leerlingen te maken en hen te dopen in de ene Naam, in welke zich toch drie verschillende subjecten hebben geopenbaard. Vader, Zoon en Geest zijn in hun eenheid en onderscheid de voltooide openbaring Gods. Zo lezen wij het immers aan het slot van Mattheüs (28 : 19); En Jezus bij hen komende, sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde. Jezus treedt nader op de discipelen toe, waardoor alle twijfel eindigt en dan spreekt Hij een woord, dat Hem tekent als degene die deelt in het goddelijk wereldbestuur. Hij is gegeven alle macht, dat wil zeggen, alle volmacht, zonder enige beperking, in de hemel, waar alles voor Hem buigt en vanzelf ook op de aarde. De Koning Israels, die als een kindeke in Bethlehem geboren werd, gaat Zijn plaats innemen aan de rechterhand van God. Dat kan Hij alleen doen, omdat Hij waarlijk de Zoon is.

Doopbevel

En dan spreekt Hij het indrukwekkende woord uit: Gaat dan heen, onderwijst al de volkeren, dezelve dopende in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes. De apostelen waren eerst alleen tot Israël gezonden. Maar ze krijgen nu hun opdracht voor de gehele wereld, die Christus voor zich opeist. Zij moeten uitgaan en het Evangelie prediken onder alle volken en deze onderwijzen, of juister uitgedrukt: tot Zijn discipelen maken.

Wanneer zij op de ontvangen prediking tot het geloof komen en dit belijden, moeten zij gedoopt worden in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heilige Geestes. De Naam is de openbaring van het wezen. Gedoopt worden in deze Naam betekent in gemeenschap, in een bepaalde betrekking gebracht worden met God, die Zich geopenbaard heeft als Vader, Zoon en Heilige Geest. In deze woorden, die spreken van de éne Naam, en drie Personen, treedt ons het mysterie van de Drieëenheid tegen. Uit dit Schriftwoord blijkt dat Jezus in een totaal andere positie verkeert dan enig mens ooit heeft gedaan. Hij kan zeggen, wat geen mens ooit kan zeggen, dat Hij alle macht heeft in de hemel en op de aarde en dat Hij met de Zijnen is tot aan de voleinding der wereld. Bovendien blijkt uit dit Schriftwoord, dat Hij zich de Zoon Gods noemt en dat Vader, Zoon en Heilige Geest op een heel bijzondere manier met elkaar verbonden of zelfs één zijn. Hij toch beveelt de volken te dopen in de Naam van God, namelijk in de Naam des Vaders en des Zoons en des Heilige Geestes? Hoe is dan nu de verhouding van Jezus Christus tot God de Vader - hoe is de verhouding tussen Vader, Zoon en Heilige Geest? Wat heeft ons dit alles te zeggen en te geven?

Nadenken

Wij laten nu de uitleg van de apostolische zegenbede maar terzijde. Het is wel voldoende duidelijk geworden dat reeds het doopbevel als het ware een bergmassief is, waarover de kerk reeds eeuwenlang nadenkt. Zo ontstaat nu de geloofsleer. Wij fabriceren die zelf niet. Wij proberen de uitspraken van het Woord in eigen taal weer te geven en te ordenen. Zo lezen wij in de genoemde tekst van de Drieëenheid. Welnu, dan proberen wij die te vertolken. Wij verzinnen ook de Drieëenheid zelf niet. Het gelovig denken tracht, zich onderwerpend aan de gedachten der Schrift, weer te geven wat de Heere in Zijn Woord, bedoelt. Zo ontstaat dogmatiek en zo peinzen wij over het leerstuk van de Drieëenheid, aan de hand van de Schrift, ja, op grondslag van de Schrift. En de kerk is tot deze slotsom gekomen, na eeuwenlang worstelen: de Heilige Geest is met de Vader en de Zoon de enige waarachtige God, eeuwig te loven en te prijzen!

De strijd rondom deze belijdenis

Op deze onderwijzing van de Heilige Schrift heeft de christelijke kerk in haar belijdenis van de Drieëenheid Gods ja en amen gezegd. Zij is tot deze rijke en heerlijke belijdenis niet gekomen dan door een bange en lange worsteling van de geesten heen. Eeuwenlang is de diepste ervaring van het geestelijk leven der kinderen Gods en de stoutste denkkracht van de vaders en leraars der kerk ingespannen werkzaam geweest om op dit punt de gang van de Bijbel goed te verstaan en zuiver in de belijdenis weer te geven. De Heere heeft in deze worsteling grote leidslieden gegeven. Ik denk aan mannen als Tertullianus, Irenaeüs, en Athanasius. Deze mannen begaafd met goed verstand en rijke Schriftkennis en diep geloof hebben het onderzoek voortgezet en gezien, dat op het stuk van de Drieëenheid het levensfundament van de kerk in het geding was.

Gevaren

Van twee kanten, toch werd de gemeente bedreigd door het gevaar van zich te laten afrukken van het vaste fundament. Aan de ene kant stond de richting van het Arianisme, zo genoemd naar een zekere Arius in Alexandrië, die in 336 v. Chr. stierf. Arius heeft geleerd, dat alleen de Vader de ongeborene is. Hij de Vader alleen voor de eeuwige en waarachtige God. Ten aanzien van de Zoon leerde hij dat deze geen God kon zijn, maar een schepsel was, dat wel vóór alle andere schepselen, maar toch evenals deze uit niets en door de wil Gods was voortgebracht. Evenzo werd ten aanzien van de Heilige Geest gedacht, dat Hij, een schepsel of slechts een kracht of gave Gods was. De Zoon is dus meer dan de schepselen, dan de engelen en de mensen, maar Hij is minder dan de Vader. Hij staat in tussen God en mens. Algemeen genomen wil deze richting de drie personen handhaven ten koste van de eenheid. Nu spreekt het geheel vanzelf, dat in deze richting zeer veel variaties mogelijk zijn. Men plaatst de Zoon heel dicht bij de Vader, of men plaatst de Zoon heel dicht bij de mens. Wanneer men de Zoon een plaats geeft dicht bij de Vader, dan loopt men tenminste nog kans 'orthodox' genoemd te worden, door hen die dat al heel mooi vinden, maar geheel ten onrechte.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 oktober 1982

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De belijdenis van de Drieëenheid (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 oktober 1982

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's