Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Luther en de angst van het Westen (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Luther en de angst van het Westen (1)

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Prediker is voor Luther een boek over de geschiedenis.

Dr. W. Aalders, Luther en de angst van het Westen, Een pleidooi voor de rechtsstaat, 160 blz. ƒ 19, 90. J. N. Voorhoeve, Den Haag, 1982.

Door allerlei omstandigheden is de bespreking van dit vorig najaar verschenen boek van de onder ons bekende scribent dr. W. Aalders wat vertraagd. Dat deze vertraging geen gebrek aan belangstelling betekent moge blijken uit het feit dat We niet willen volstaan met een beknopte aankondiging, maar er gaarne een tweetal artikelen aan wijden.

Hoewel het boek verschenen is kort voor het jaar waarin we zijn geboorte, vijf eeuwen gelden, herdenken is het toch geen herdenkingspublicatie in de gebruikelijke zin van het woord. U zult er geen samenvattend overzicht in vinden van Luther's leven en werk. De auteur beperkt zich tot enkele aspecten, nl. de lutherse Twee Rijken leer en de betekenis daarvan voor de verhouding van kerk en staat, de christen en de samenleving. Daarbij vraagt Aalders vooral aandacht voor een van Luther's minst bekende geschriften, nl. zijn commentaar op het boek Prediker, een commentaar waarvan Heinrich Bornkamm, één van de belangrijkste Lutherkenners van onze tijd eens gezegd heeft: 'het meest eigenaardige en diepzinnigste boek dat Luther ooit geschreven heeft'. Dat kan de lezer op zich al nieuwsgierig maken. Wie raakt niet onder de indruk van de woorden van Prediker, de man die zo scherp heeft waargenomen wat er op de markt van het leven te koop is? En de combinatie van die twee: Luther en Prediker doet een boeiend boek vermoeden. Voeg ik er dan de naam van de auteur nog aan toe, dan zal het geen verbazing wekken dat ik met belangstelling en verwachting mij zette aan de lezing van dit boek. Aalders schrijft allesbehalve 'droog' of 'dor', integendeel ook dit werk is flitsend en scherpzinnig geschreven, zodat men het geboeid van de eerste tot de laatste bladzijde leest. Dat heeft zeker ook wel te maken met de invalshoek van waaruit Aalders de historische gegevens en de geschiedenis van de theologie beziet. De auteur wil niet alleen dogmenhistoricus zijn, maar ook cultuurcriticus die het zijn roeping acht de verschijnselen van tijd en cultuur te duiden in het licht van de openbaring van God en Zijn Woord. Luther is om het met Aalders' eigen woorden te zeggen geen 'relikwie van een voorbijgegane wereld', maar een getuige van het Evangelie die wegen wijst tot bevrijding ook aan de mens in de twintigste eeuw. De historicus is al spoedig geneigd om bij een dergelijke benadering waarschuwend de vinger te heffen. Wordt Luther op die wijze niet te snel gehaald uit de lijst van zijn eigen tijd? Doet men de Hervormer recht als men hem al verbindt met probleemstellingen van een zo totaal andere tijd? Dat gevaar is niet denkbeeldig. En kerkhistorici die Aalders verwijten dat hij te vlug overspringt op de actualiteit kunnen best gelijk hebben. Toch wil ik dit aspect hier laten rusten en graag onderstrepen dat het tegelijk uitermate boeiend en uitdagend is om na te gaan wat Luther te zeggen heeft in onze zo fel bewogen tijd. Die tijd wordt door Aalders met een verwijzing naar een frans historicus gekarakteriseerd als een tijd van angst. De revolutionaire dynamiek van Marx, Bloch, Marcuse, hun streven naar verandering, hun visie op de geschiedenis en hun verwereldlijkte heilsleer hebben als keerzijde een verhevigde angst. 'Die angst komt voort uit het onmenselijk karakter van de geschiedenis. Geschiedenis is daarom onmenselijk omdat zij haar rechtvaardiging heeft in de toekomst, in de voleinding, in het heil aan het eind van de geschiedenis' schrijft de auteur op blz. 11. Aalders spreekt over het 'schrikbewind van de geschiedenis'. Daardoor is het christelijk geloof z.i. aangetast. De geschiedenis als proces van menselijk handelen laat geen ruimte voor de bijbelse troost van het 'Beveel gerust uw wegen'. Luther heeft in zijn tijd geweten van deze angst en in zijn geschriften getuigd van de troost van het Evangelie voor allen die dreigen te bezwijken onder de schuld en de angst van de geschiedenis-dynamiek. Reeds hier zou ik toch me een paar vragen willen veroorloven. Komt bij deze aanpak de prediking van de rechtvaardiging als het centrale thema van Luther voldoende tot zijn recht? En een tweede vraag is: Kan men zo ongenuanceerd spreken over het schrikbewind van de geschiedenis? Is de Schrift toch ook niet het boek van de heilsgeschiedenis, van Gods verlossende daden in de geschiedenis uitlopend op de voleinding? Ik deel Aalders bezwaren tegen de vermenselijking van het heil en tegen de wijze waarop de souvereiniteit van God bij vele moderne theologen wordt 'wegverklaard' ten gunste van een binnenwerelds proces. Maar ik meen mét Van 't Spijker en Bremmer dat er vanuit de Reformatie positiever over God en de geschiedenis gesproken kan worden dan Aalders doet.

Terug naar het boek van dr. Aalders. Hij wijst er op hoe Luther in zijn dagen aandacht heeft gevraagd voor het openbaringskarakter van de Schrift. In Luther als beëdigd doctor van de Heilige Schrift is de kerk teruggeroepen tot de gehoorzaamheid aan de Schrift, het geopenbaarde Woord Gods. Vandaar de grote nadruk die Luther legde op de uitieg van de Bijbel. Luther's uitleg van het boek Prediker stamt uit 1526, dus betrekkelijk kort na de ellende van de boerenoorlog. Geen wonder dat Luther zich gedrongen voelde in te gaan op de verhouding van de kerk en overheid. Aalders ziet het nieuwe en bijzondere in Luther's uitleg van het boek Prediker daarin dat Luther de tendens van het boek niet ziet liggen in de richting van wereldmijding of kloostervroomheid, maar juist in een leven in de wereld in de verbanden van huwelijk, gezin, staat en maatschappij als de door God aangewezen post om Hem en de naaste te dienen. Wie het kloosterbestaan zoekt, deserteert uit de slagorde van Christus.

Grote nadruk legt Aalders op Luther's opvatting dat Salomo de auteur van Prediker is. In dat verband gaat Aalders ook in op de commentaren van Luther over Psalm 127. Het boek Prediker van Salomo is daarom voor Luther bij uitstek het boek over politiek en samenleving, volk en overheid. De schrijver wekt de indruk in deze Luther's opvatting te delen. Hij oefent terecht felle kritiek op de vaak bloedeloze manier van uitleg bij historisch-kritisch georiënteerde uitleggers uit later tijd. Toch heb ik me afgevraagd of er niet enige waarheid schuilt in de kritiek van Wölfel dat Luther dit Bijbelboek te veel maakt tot een reservoir van reformatorische inzichten en zijn eigen geloof in Prediker terugleest. Ook een gereformeerd exegeet als prof. dr. G. Ch. Aalders komt tot de conclusie dat het boek Prediker afkomstig is van een ongenoemde wijsheidsleraar die eeuwen na Salomo geleefd heeft en zich bediend heeft van de figuur van Salomo om zijn boek te karakteriseren als wijsheidsboek. G. Ch. Aalders komt bij de bepaling van de betekenis van Prediker in het geheel van de canon en zijn relatie tot het Nieuwe Testament tot andere oplossingen dan zijn naamgenoot W. Aalders. Het is jammer dat Aalders daar op geen enkele wijze op is ingegaan.

Aalders geeft vier typeringen van de wijze waarop Luther Prediker verklaart, nl. als een boek over de geschiedenis, een troostboek, een boek over de staat en een opvoedkundig boek. Bijzonder waardevol zijn de vele citaten uit deze nogal onbekende commentaar. De verleiding is groot om breed te citeren, maar dat laat de ruimte niet toe. Ik kan u alleen maar adviseren om het boek zelf te lezen. Hier wil ik volstaan met enkele citaten en aanduidingen.

Prediker is voor Luther, zegt de schrijver, een boek over de geschiedenis. Luther heeft in eigen tijd, in de woelingen en verwarringen rondom 1523-1525 de ijdelheid gezien van het zwoegen onder de zon. Vele historische figuren passeren in Luther's uitleg de revue als illustraties van het rijk der ijdelheid dat menselijk zwoegen kenmerkt en dat de geschiedenis typeert. 'Daarom ziet ge, dat vorsten, die bezield zijn van het voornemen om grote hervormingen door te voeren, vaak veel schade teweeg brengen. Het is klaarblijkelijk onmogelijk, om in menselijke verhoudingen zó goed en wijs te handelen dat alles rechtvaardig toegaat en er geen misverstanden meer bestaan. Het enig juiste is daarom God te laten regeren en te bidden dat zijn Rijk kome, en zolang dan maar het kwaad te dulden en lijdzaam te ondergaan en Hem in handen te geven die naar recht zal oordelen.' Dat alles betekent overigens geen lijdelijkheid zoals wij nader zullen zien.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 1983

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's

Luther en de angst van het Westen (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 juni 1983

De Waarheidsvriend | 18 Pagina's