Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wat heeft de voorrang? (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wat heeft de voorrang? (1)

Pastorale prediking

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wie met de Woordverkondiging 'sloft' zal de vruchten hiervan in eigen leven én in dat van de gemeente zien.

In een van onze artikelen over 'het Woord aan het woord laten' schreven wij deze zinsnede neer: 'Een gedegen voorbereiding voor de preek is dringend noodzakelijk. Een dienaar van het Woord zal zich de tijd hiervoor moeten gunnen, maar ook de gemeente zal hem die tijd moeten geven en niet verlangen, dat hij van hot naar her rent. Een grondige bezinning is hierop dringend noodzakelijk.'. Alert als onze eindredacteur is, stelde hij vrijwel direct de vraag: 'zet hierover eens een paar gedachten op papier'. Nu is zo'n vraag sneller gesteld dan beantwoord. Toch willen wij in een aantal artikelen een poging ondernemen hierover iets te zeggen.

Beroepbrief

Wanneer een predikant een beroep ontvangt naar een andere gemeente, ontvangt hij een beroepsbrief. In deze beroepsbrief staat o.a: 'de kerkeraad vertrouwt, dat hij, deze beroeping opvolgende, nadat de approbatie (goedkeuring) van het daartoe be­voegde kerkelijke gezag verkregen is, ten spoedigste tot de gemeente zal overkomen, en door belijden, leven en werken alles zal doen wat een herder en leraar naar Gods heilig Woord en overeenkomstig de orde van de Nederlandse Hervormde Kerk betaamt; inzonderheid door de verkondiging des Woords, de bediening van de sacramenten, de herderlijke zorg voor de gemeenteleden, de catechese en de geestelijke vorming van de jeugd, en voorts.alles wat in artikel IV sub 3 van de kerkorde aan de dienaar des Woords is toebetrouwd'.

Dit takenpakket voor de gewone predikant is van niet geringe omvang. Niettemin wordt van de predikant verwacht, dat hij ze allen naar behoren vervult. Hij behoort op zondag twee goede preken te leveren, zijn pastorale zorg dient zes dagen in de week over de gehele gemeente te gaan, zijn catechisaties moeten inhoudsvol zijn en hij moet veel aandacht hebben voor de jeugd en als er bijv. een nieuwe kerk gebouwd moet worden dient hij 'een bouwpastor' te zijn. Alleen, wie is tot al deze taken volkomen bekwaam? Spreken hier de gaven, talenten en krachten niet een geducht woordje mee? Zal de kracht van de een niet meer liggen in de prediking, van een tweede in het pastoraat en van een derde in de catechese en de geestelijke vorming van de jeugd?

In het boekje 'Met vreugde...' onderscheidt dr. A. van Brummelen drie typen predikanten, nl. de intellectuele, de pastorale en de administratieve. Van de intellectuele predikant zegt hij, dat het doorgaans een studiehoofd is, die veel werk maakt van zijn preken. De pastorale predikant is de man met het warme hart en de gemakkelijke omgang. Hij is veel minder onderzoeker in het Woord dan de intellectuele predikant. Oorspronkelijke preken en verrassende teksten hoort men niet vaak. Dat kan ook niet, omdat hij de meeste tijd in zijn gemeente te vinden is. En men kan maar op één plaats tegelijk zijn. Vervolgens is daar dan de administratieve predikant. Dat is bij uitstek de man van het bestuur en het beheer. Deze predikant voelt zich het best thuis op vergaderingen. Als er maar iets te regelen valt, voelt hij zich in zijn nopjes. Terecht schrijft dr. A. van Brummelen, dat het slechts 'typen' zijn. Men kan niet altijd zo strak zeggen: die is een intellectueel predikant óf die is een pastoraal predikant. Toch zijn de typen door hem op een rake wijze geschetst. ledere predikant kan zich in meerdere of mindere mate in één van deze drie typen herkennen.

Pastoraat

Het valt niet te ontkennen, dat in deze tijd veel nadruk wordt gelegd op het pastoraat. Gemeenteleden verwachten een predikant in het ziekenhuis, in een verpleeginrichting en thuis. Die verwachting neemt eerder toe dan af. Een van de oorzaken zal wel zijn, dat de vragen en problemen in onze tijd meer zijn dan voorheen. Allereerst zijn er de geestelijke vragen waarop een antwoord gegeven moet worden, maar wat zijn er verder niet een problemen in huwelijks-en gezinsleven. Een apart probleem in onze jaren is ook de werkeloosheid. Wat komen hierdoor gemeenteleden in de knel. Wat een ontwrichting kan dit geven in het huwelijks-en gezinsleven. Men zal maar horen, dat men te oud is om te werken, wanneer men veertig jaar is. Sommigen solliciteren tientallen keren en meer naar een baan, en krijgen evenzovele keren te horen, dat er geen plaats voor hen is. Hieraan kan de kerk i.e. de predikant ook bitter weinig doen. Een gevoel van machteloosheid bekruipt ons, wanneer wij met werkelozen in aanraking komen. Niettemin wordt van ons wel aandacht gevraagd voor dit probleem. En onze gemeenteleden hebben zeker recht op onze hartelijke belangstelling.

Het pastoraat is veelomvattend! Al zou men nooit behoeven te preken en voor de voorbereiding niet ruimschoots de tijd behoeven af te nemen, dan zou men nog van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat met het pastoraat bezig kunnen zijn. Echter... een predikant moet op zondag wél preken en de gemeente verwacht terecht een gedegen prediking. Hierop heeft zij trouwens recht en de bediening van het Woord staat niet voor niets als eerste in de beroepsbrief voor predikanten aangegeven. Nu reeds stellen wij, dat de prediking nooit op mindering gebracht mag worden ten voordele van het pastoraat. De noodzaak van het pastoraat ontkennen wij volstrekt niet, maar de eerste opdracht van de Koning der kerk is: predikt het Evangelie... 'Door de prediking van het Evangelie wordt de gemeente gebouwd.' Wie met de Woordverkondiging 'sloft' zal de vruchten hiervan in eigen leven én in dat van de gemeente zien. Een algemene dorheid en schraalheid maakt zich meester én van de prediker én van de gemeente. Om maar niet te schrijven: een algemene geesteloosheid. Pastoraat wordt in de eerste plaats bedreven vanaf de kansel. Vervolgens door de weeks in de gemeente. De predikant is herder en leraar op de kansel én in de gemeente.

Herder

Dat de predikant leraar is zal duidelijk zijn. In dit artikel geven wij ons daarom niet zozeer rekenschap van het leraar-schap als wel van het principiële en praktische van de opdracht tot het herderschap.

Het woord 'pastoraat' is ontleend aan het latijn: pastor, dat herder betekent. Het stamt van een werkwoord pasco, dat o.a betekent: weiden, voeden, onderhouden. Menigmaal kan het ook de betekenis hebben: laten groeien, laten weiden, verlustigen. Wie de Schrift kent, weet dat herder en weiden door-en door bijbelse woorden zijn.

Uit het Oude Testament weten wij, dat het beroep van herder in Kanaan zeer bekend was. Het herdersleven is niet altijd zo lieflijk en idyllisch geweest als men ons wel doet voorkomen. Het herdersbestaan was een moeilijk en hard bestaan. Zwervend, ver van huis, bleven zij vaak maanden weg. Hierdoor groeiden de herders uit tot zelfstandige mensen, die niet alleen een verantwoordelijk, maar ook een gevaarlijk beroep uitoefenden. Van David weten wij, dat hij met gevaar voor eigen leven zowel een leeuw als een beer doodde.

Het is opvallend, dat in het Oosten ook de koning als herder van zijn volk werd betiteld. De koning was niet alleen de heerser, maar vooral de rechtvaardige regeerder en de verzorger van de zwakken. In psalm 72 spreekt de koning met het hart van de herder. De Schrift spreekt daarom van de onderdanen van de koning als schapen. Dit steekt zeer gunstig bijv. bij Egypte af waar de mensen 'het vee van God' werden genoemd.

In het bijzonder wordt in de Bijbel de Heere als de Herder van Zijn volk genoemd. Wij gaan hier niet alle plaatsen noemen, maar ter illustratie een enkele. In Psalm 23 wordt de Heere de Herder, Davids Herder genoemd. Psalm 68 beschrijft ons, hoe God de Herder is Die Zijn kudde voorgaat. Psalm 80 vertelt ons hoe Israels God als Herder wordt aangeroepen en uitgeroepen. Uit deze enkele voorbeelden, die zeker uit het Oude Testament met vele tientallen zouden zijn aan te vullen, spreekt het besef van geborgenheid, van veiligheid in Gods hart en hand. Ofschoon de koningen in Israël niet als herders worden aangesproken, blijkt uit de Schrift dat zij een herderlijke taak voor het volk hebben. Wanneer wij het aantal koningen in het Oude Testa­ment tellen, zullen wij moeten concluderen, dat God veel herders aan Israël heeft gegeven. Van velen dient helaas gezegd te worden, dat zij zichzelf gediend hebben en bepaald niet het volk, de kudde geweid hebben. Over menig koning wordt in de Schrift harde noten gekraakt. Met de zwaarste oordelen werden zij bedreigd. Niettegenstaande lieten zij de kudde dolen en dwalen op wegen die van God en Zijn dienst afvoerden. Vele ontrouwe koningen zijn er geweest die trouweloze herders waren. Uitzonderingen bevestigen evenwel de regel. Wij lezen van David en anderen dat zij trouwe herders waren. Zij heersten niet gelijk de oosterse despoten, maar waren regeerder én herder. Voorzover in hun vermogen lag hebben zij het volk bewaard bij de zuivere dienst aan Israels Heere. Niet, dat zij hierin volkómen zijn geweest. Wij weten maar al te goed uit de Schrift, hoe óók zij soms ver zijn afgedwaald vanwege hun zonden. Daarom heeft de Heere een andere, een enige en volkomen Herder verwekt. Hij weidt Zijn volk met wetenschap en verstand. In de volheid van de tijd heeft God Zijn Zoon geschonken. Hij openbaarde Zich en openbaart Zich nog altijd als de goede Herder. Jezus Christus bezat en bezit alle kwaliteiten en eigenschappen, die God van de onderherders stelt.

Over Zijn kwaliteiten en eigenschappen als Herder, als Pastor bij uitnemendheid willen wij een volgend keer schrijven.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 augustus 1983

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's

Wat heeft de voorrang? (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 augustus 1983

De Waarheidsvriend | 12 Pagina's