Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Overpeinzingen in EIberfeld anno 1983 (1)

Bekijk het origineel

Overpeinzingen in EIberfeld anno 1983 (1)

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op zaterdag 2 april 1983, ook wel genoemd de stille zaterdag, hebben ondergetekenden een bezoek gebracht aan EIberfeld in West-Duitsland, gelegen in het Wuppertal op ruim één en een kwart uur rijden vanaf de grensovergang bij Venlo.

Het zal een ieder duidelijk zijn, dat dit bezoek werd gebracht met de bedoeling na te gaan wat er op dit moment, meer dan 100 jaar na Kohlbrugge's dood, nog te zien en te horen is van de gemeente waarin hij bijna 30 jaar heeft doorgebracht en die hij naar vermogen, met volle inzet en vooral in diepe afhankelijkheid van zijn God heeft gediend.

EIberfeld, de plaats waaraan in de geschiedenis van de kerk zijn naam onlosmakelijk is verbonden... de plaats waarvan Kohlbrugge eens schreef 'driemaal reisde ik de Rijn op, maar naar EIberfeld kon men mij niet brengen. Ik zei: dat doe ik niet, ik wil niet naar EIberfeld..., ik kom niet meer daarheen'.

In het huwelijksformulier komen de woorden voor 'als met Gods hand toegebracht', in andere zin mogen we dit zeker zeggen van EIberfeld voor Kohlbrugge en omgekeerd. Gods wegen zijn en blijven altijd hoger, anders en ondoorgrondelijk. Aan deze en andere dingen moesten wij onderweg naar EIberfeld denken en van de vele indrukken die wij op deze stille zaterdag hebben opgedaan willen wij langs deze weg graag iets doorgeven.

EIberfeld, een stad, geen dorp

Het is opvallend dat velen, als je spreekt over Kohlbrugge en EIberfeld, de indruk hebben dat het hier gaat om een lieflijk Duits dorpje met in het centrum de kerk en de pastorie. Ook veel theologen verkeren in de veronderstelling dat Kohlbrugge en dorpsdominee was. Wie met dergelijke gedachten naar EIberfeld reist wacht een grote teleurstelling. Allereerst is er geen sprake van een klein lieflijk dorpje EIberfeld maar van een grote industriestad met ruim 180.000 inwoers. Deze stad maakt deel uit van en is ingebouwd in Groot-Wuppertal dat, met inbegrip van andere voorsteden als Barmen en Haan, ruim 400.000 inwoners telt. Overigens was EIberfeld al ten tijde van Kohlbrugge een plaats van formaat met 50.000 inwoners, fabrieken, meerdere predikantsplaatsen en kerken.

Hoewel de plaats schitterend is gelegen en het zeer te begrijpen is dat Kohlbrugge met grote regelmaat de natuur roemde waarvan hij op zijn lange wandelingen met volle teugen kon genieten (waarin we steeds weer iets van Luther herkennen), de gedachte aan een idyllisch dorpje aan een lieflijk kabbelende beek dienen we toch nadrukkelijk uit ons hoofd te zetten. EIberfeld is nu en was toen een stad, geen dorp.

Druk en indrukwekkend

De allereerste aanblik van het hedendaagse EIberfeld is, vooral doordat men van boven naar beneden een dal binnenrijdt, indrukwekkend. Het is een grote, drukke en geseculariseerde industriestad waarvan het aanzien wordt beheerst door een prachtige mo­ no-rail (een soort hangende metro) die zich slingerend een weg baant over een groot deel van de stad.

Het is nauwelijks meer voor te stellen dat in deze stad waar het haast overal net zo druk is als in Rotterdam, dr. H. F. Kohlbrugge in de vorige eeuw werd binnengehaald als predikant en in korte tijd een grote schare hoorders onder zich kreeg. Wie echter van te voren de nodige adressen en aanknopingspunten heeft (wij zijn hier met name dank verschuldigd aan ds. D. van Heyst die ons, als altijd, uiterst welwillend is geweest) kan echter zeer goed de restanten van het levenswerk van Kohlbrugge of nog beter, van Gods werk in het leven van Kohlbrugge en zijn gemeente, aanschouwen.

De Niederlandisch Reformierte Gemeinde bestaat nog steeds naast de Evangeüsch Reformierte Gemeinde en de Evangelisch Lutherische Gemeinde.

De laatste twee hebben allebei een aantal predikantsplaatsen maar vormen samen een organisch geheel.

In deze Evangelisch Reformierte Gemeinde heeft onder meer de bekende G. D. Krummacher als predikant gestaan. Zo komen we in deze drukke en indrukwekkende stad toch nog allerlei zaken en personen tegen die ons herinneren aan en vertellen over de gemeente van Kohlbrugge. Zo ook worden we bepaald bij wat Kohlbrugge eens schreef hoe hij door deze straten ging als een dode... leeg en koud en vol van twijfel en aanvechting, worstelend met zijn God om geloof, hoop en liefde, om hcht en uitzicht en dikwijls denkend dat hij zou vergaan.

En we bedenken hoe in deze straten mensen hem, misschien wel op datzelfde moment, bewonderend en met eerbied hebben gepasseerd en gegroet wellicht met de gedachte 'hadden wij ook maar zo'n groot geloof als onze dominee' want hij was een zeer geliefd en bemind pastor.

En zo preken deze drukke Elberfeldse straten ons dat we niet moeten letten op wat voor ogen is, ook niet op onze dominees al zijn ze nog zo geUefd en bemind, maar ons altijd en alleen hebben te richten op het levende Woord dat het gebogene opricht, dat doden levendmaakt en waarop ook Kohlbrugge zelf zijn leven lang heeft gewezen, gerust en gehoopt.

De Niederlandisch Reformierte Gemeinde

De gemeente zelf heeft nog slechts enkele honderden lidmaten verspreid over geheel Wuppertal en omgeving. Het aantal kerkgangers varieert van zo'n 75 a 100 per dienst. ledere zondag wordt nog slechts één dienst gehouden. Door de streekfunctie die de gemeente vervult is het houden van twee diensten practisch onmogelijk. Een klein aantal kerkgangers moet daarvoor per dienst zo'n 40 a 50 km. reizen en dat zou bij twee diensten onoverkomelijk zijn.

De kerk en de pastorie van Kohlbrugge bestaan niet meer. Deze zijn in 1943 tijdens het grote bombardement op Wuppertal door een groot aantal fosforbommen verwoest. Sindsdien maakt de gemeente gebruik van een kerkgebouw, nl. de Alte Kirche van de Evangelisch Reformierte Gemeinde. Na de oorlog is de gemeente sterk ingekrompen o.a. door het sneuvelen van een aantal mannelijke gemeenteleden als soldaat, waardoor het aantal huwelijksbevestigingen en daardoor ook de aanwas via nieuwe dooplidmaten is afgenomen.

Het kerkgebouw kon zo'n 550 a 600 kerkgangers bevatten. Overigens waren deze er niet altijd. In 1938, toen ds. D. van Heyst de gemeente als jong predikant voor de eerste maal bezocht, was de middagdienst maar matig bezet in tegenstelling tot de morgendienst. Volgens ds. Van Heyst kwam dat waarschijnlijk omdat in de morgendienst de eigen predikant van de gemeente, ds. Alfred de Quervain voorging terwijl er 's middags een gastpredikant de dienst vervulde. Toentertijd, van 1932 af, had de gemeente slechts één predikantsplaats.

Daarvóór had zij er twee die toen bezet waren door de predikanten Benjamin Lütge en Gottfried Locher, wiens weduwe met haar gezin de veel kleinere pastorie bewoonde.

Op dit moment heeft de gemeente nog steeds een eigen predikant die door de gemeente zelf met ontroerende offervaardigheid wordt onderhouden.

Na een vacante periode van enkele jaren heeft de gemeente op zondag 11 september weer een eigen predikant ontvangen in de persoon van ds. Heinrich Lüchtenborg, overgekomen uit de Alt-Reformierte Gemeinde Hoogstede in het Graafschap Bentheim. Daarmee heeft het Presbyterium (de kerkeraad) gebroken met de heel lang bestaande traditie, dat een te beroepen predikant afkomstig moet zijn uit een landskerk.

Dit is, voor wie de ontwikkelingen kent in het verleden, een uiterst verdrietige zaak omdat het hier gaat om een predikant uit een afgescheiden gemeente!

De predikanten Lütge en Locher hebben bijv. de Herv. Kerk gediend en de voorganger van ds. Lüchtenborg was afkomstig uit de Evangelisch Reformierte Kirche in nord-west-Deutschland. Overigens zegt deze constatering natuurlijk niets over de persoon van ds. Lüchtenborg.

Maar het blijft een feit dat de Alt-Reformierte Gemeinde een afgescheiden kerk is wat o.a. blijkt uit het feit dat deze Gemeinde een aparte classis vormen van de Gereformeerde Kerken in Nederland. Daarom is deze beslissing naar ons inzicht niet in de geest van Kohlbrugge.

Ds. Lüchtenborg is overigens 35 jaar oud en zijn taak naast de gemeente is voornamelijk de evangelisatie.

De voornaamste contacten met Nederland vormen ongetwijfeld de banden die de gemeente heeft met de vrienden van Kohlbrugge in de persoon van ds. D. van Heyst. In het begin van de vijftiger jaren heeft deze regelmatig gepreekt in de Friedhofskapelle en in september 1981 heeft hij nog in de Alte Reformierte Kirche aan de Calvinstrasse gepreekt en een kindje gedoopt. Dit is momenteel de enige kerk waarover de gemeente mag beschikken. Verder heeft prof. dr. S. v. d. Linde in 1975 ter gelegenheid van Kohlbrugge's 100e sterfdag-herdenking een referaat gehouden over Kohlbrugge's strijd tegen het religieus subjectivisme. Verder komen er af en toe wel eens studenten uit Nederland op bezoek en wij kunnen dat onze collega's zeer zeker aanraden.

Adminstratie en kerkhof

Zoals gezegd heeft de gemeente geen eigen kerkgebouw meer maar moet zij onderkomen zoeken bij de Evangelisch Reformierte Gemeinde ter plaatse waarmee goede contacten worden gehouden, evenals met de Luthersen.

Het centrum, waar de administratie van de gemeente is gevestigd, is het domineeskamertje bij de begraafplaats van de Niederlandisch Reformierte Gemeinde aan de rand van het dal. Deze aula wordt uiteraard gebruikt voor begrafenissen en daarnaast zo'n 4 a 5 maal per jaar voor de gewone zondagse dienst van de gemeente.

Deze begraafplaats is een hoofdstuk apart. Zij ligt op het landgoed van de gemeente, een geschenk van Kohlbrugge's trouwe geestverwant Daniël von der Heijdt als een in memoriam aan diens echtgenote, waarop ook een stuk bos, een soort park ligt.

Toen de begraafplaats moest worden gekocht en Kohlbrugge wilde voorkomen dat de verkoper er een woekerprijs voor zou vragen gaf hij de opdracht om op de vraag waartoe het stuk land zou dienen te antwoorden 'om zijn schapen er op te laten weiden'. Welk een diepe waarheid gaat er schuil in deze woorden. Kwaadwilligen hebben Kohlbrugge toen van een leugen beticht!

Hier is nog een bijzonderheid te vermelden. J. van Lonckhuijzen schrijft in zijn grote werk over Kohlbrugge er het volgende over (pag. 296); 'Op het kerhof zijn, en dit is wederom iets dat het gereformeerde hart bekoort, alle graven gelijk. Overal is eenzelfde gelijke kleine steen, en daarop staan alleen de naam en de data vermeld. De rijken rusten naast de armen. Elke familie heeft een aantal graven voor gelijke prijs gekocht. Men ziet geen verschil. In den dood zijn allen gelijk. Dit is hier schoon doorgevoerd. Bij elk graf staat een rozestruik, ter gedachtenis aan het 'Israël zal bloeien als een roos' .
Dit is anno 1983 nog precies zo.
Op deze stille zaterdag hebben onze gedachten zich op dit kerkhof vermenigvuldigd. Daarover een volgende keer meer.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Overpeinzingen in EIberfeld anno 1983 (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 januari 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's