Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Achter Mij

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Achter Mij

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf, en neme zijn kruis op, en volge Mij' Marcus 8 : 34b

Rondom de Heere Jezus is het vooral in de lijdenstijd druk. In de zeven weken voor Pasen gaat Hij bijna schuil achter het vele van onze woorden. Het is overbekend: Kajafas, de leden van het Sanhedrin, de romeinse soldaten, Herodus en Pilatus, de Farizeeërs en Schriftgeleerden. De misdadigers die met Hem gekruisigd zijn, de omstanders. Een hele kring. Je dreigt het zicht te verliezen op de richting die Johannes de Doper wijst: 'Zie het Lam Gods, Dat de zonde der wereld wegneemt'. Het kan dat de woorden over het Woord zoveel en zó vanzelfsprekend zijn geworden in je leven dat je het opnieuw voorbij gaat: zeven weken lang. Jaar in jaar uit heb ik het al gehoord, zei de jongen. Ik weet er alles van.

Hij is in de wereld gekomen om zondaren zalig te maken. Ik weet wel dat Hij stierf op Golgotha. Ik weet dat Hij opstond uit het graf. Ik weet... Het Evangelie kan zo kan zo overbekend zijn en de woorden die wij zeggen zó versleten en oud dat het hart niet meer geraakt wordt.

Stil toch, zegt iemand. Hou je mond. Ja, het is menselijk om, wanneer een ander zegt wat wij denken, te roepen: stil toch, want ik kan ook nog wel wat anders vertellen. Dat zal waar wezen. Toch kan het zo zijn dat we temidden van de vele woorden, feitelijk naast het Woord leven.

Juist in de lijdenstijd komt dat op ons af. Jezus wijst ons erop in het onderricht dat Hij geeft over Zijn lijden. Als Hij gaat onderwijzen komt het onbegrip openbaar. Het staat er zo: 'Hij begon hun te leren, dat de Zoon des mensen veel moest lijden, en verworpen worden door de ouderlingen, en overpriesters, en Schriftgeleerden, en gedood worden, en na drie dagen weer opstaan'. Maar het wordt niet verstaan. Dan wordt de les herhaald. De noodzakelijkheid van Zijn lijden en sterven is één van de hoofdpunten van Zijn onderwijs. Wat weten ze er toch weinig van af. De eenvoudigste dingen zijn onbekend. Maar Hij zal er zich voor geven dat ze het verstaan zullen. De leraar gaat voorop. Kom maar. Volg maar. Hier is de les. In drie punten opgezet: zelfverloochening, kruisdragen, Hem volgen. Dat is wat geleerd moet worden. Ja, je moet het van buiten kennen. Opzeggen, nazeggen. Van voor naar achter en van achter naar voor: Hem volgen, kruisdragen, zelfverloochening. En hoe je het ook wendt of keert: kruisdragen blijft centraal. Hij staat centraal wanneer Hij zegt: 'Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf, en neme zijn kruis op, en volge Mij' .

Als de Heere Jezus mensen wijst op hun plaats achter Hem gaat het vooral om Zijn plaats vóór hen. Dat is ook het meest kenmerkende hier. Hij zal het lijden ondergaan. Hij zal de toorn Gods over de zonde op zich nemen. Hij zal de zonden wegdragen. Hij zal verworpen worden. Gedood worden. Opstaan. Daarin gaat Hij voor. Daarin gaat Hij ook alléén. Als de lijdende en plaatsbekledende Knecht des Heeren. Die eigen, die unieke plaats markeert Hij hier. Zo heeft de Heere het gewild en zo wil Christus het ook. Petrus begrijpt daar niets van. Dat zegt hij ook. Wat de andere discipelen denken wordt door hem verwoordt. Hem volgen? Achter Hem aan? Dat is een weg die we niet willen. Haantje de voorste: je eigen weg en wil. Petrus heeft dat heel lang vol gehouden. Tot hij de haan hoorde kraaien. Toen pas. Hier is het misverstaan nog levensgroot. Dat Gods weg een kruisweg is. De Messias, de Christus als een lijdende Christus? Alles bruist op in Petrus. 'Gij zijt de Christus', zo had hij tegen de Heere gezegd op Zijn vraag wie Hij was. Maar een lijdende Christus. Ja, hij heeft het klaar en duidelijk gehoord. Er zijn geen twijfels mogelijk: Christus' gang zal een gang tot in de dood zijn. Petrus verzet zich hier tegen dat lijden, tegen die lage weg die Jezus kiest wanneer Hij zich vernedert tot in de dood van het kruis. Daarin staat Petrus dicht bij ons. Zo zeggen we dat toch steeds. Want we worden er vaak niet moe van om telkens te herhalen, wat steeds herhaald is: Petrus staat dicht bij ons: wij willen die lage weg van Christus' kruis ook niet. Wij willen... Wij willen... Christus gaat! Wat jij ook maar wil Petrus. Christus is gegaan! Wat wij ook maar willen of vinden. 'Als dezelve geëist werd, toen werd Hij verdrukt; doch Hij deed Zijn mond niet open; als een lam werd Hij ter slachting geleid en als een schaap, dat stom is voor het aangezicht van zijn scheerders, alzo deed Hij Zijn mond niet open.' Zo is er van Hem geschreven. Daar had Johannes de Doper het over: Zie het Lam Gods. Daarom hoef je Hem niet meer onder vier ogen te nemen Petrus. Zijn weg is niet te keren. De bestraffing is openlijk als hier twee wegen kruisen: Achter Mij! Jezus gebruikt hier een heel nadrukkelijk woord voor bestraffen. Het duidt aan dat Hij de Heere is. Zó te spreken, zó te bestraffen hoort alleen aan Hem. Het is opvallend dat dit hetzelfde woord is waarmee Hij even eerder de discipelen het zwijggebod oplegde toen Petrus van Hem zei: 'Gij zijt de Christus'. Met gezag wijst Hij de weg: 'Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf, en neme zijn kruis op, en volge Mij' .

Iemand heeft erop gewezen dat het volgen van de Heere Jezus vooral getekend wordt door: afhankelijkheid, vertrouwen en gehoorzaamheid. Het beleven van die afhankelijkheid van Jezus, het vertrouwen in Hem en de gehoorzaamheid aan Hem kunnen er niet zijn zonder het op ons nemen van het kruis van de zelfverloochening. U vraagt: hoe dan? Door te volgen. Door dicht in de buurt van Hem te zijn en te blijven. We moeten Hem niet voor de voeten lopen. Achter Hem aan, dat is de plek die de Heilige Geest ons wil leren. De weg van de zelfverloochening. Te gemakkelijk nemen we dat woord in de mond. Laat niemand menen dat hij of zij dat wel even doet. Zelfverloochening is de strijd tegen onze aangeboren hoogmoed: tegen het scherm van onkwetsbaarheid rondom ons eigen ik. Wie strijdt die strijd? Hij zal ze inwinnen voor Zichzelf. Door Woord en Geest worden zondige mensen gebracht op Zijn weg.

En in de navolging van Christus wordt het geleerd: Hij vóór mij, daar ik anders de eeuwige dood had moeten sterven. Wat een wonder. Dat heeft alles te maken met het leven hier en nu. 'Zo wie achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf, en neme zijn kruis op, en volge Mij.' Met thuis heeft dat te maken. Met het gezin. De gemeente. De kerk. U vindt dat een overbodige opmerking? Luister dan toch naar al die harde woorden tussen de 'volgelingen van Jezus'. Wat staat er veel tussen Hem en ons in. Tussen ons en Hem. Torenhoog. Telkens worden we bij Hem weggerukt. Al mijn woorden, onze woorden ze stapelen zich op tot een debat. De discussie is striemend geworden. En Hij? Waar is Hij? Uit het oog verloren? Hoe weinig dienen we de anderen die iets van Zijn weg mochten zien? Zou zelfverloochening niet het middel zijn om samen op Zijn weg te gaan? Wat zou het er anders uitzien wanneer we in de gemeente, in de kerk, in de kerken onszelf niet langer zouden handhaven maar 'innerlijk verbrijzeld worden tot wat we zijn: arme zondaars en berooide bedelaars'. Dan krijgen we een kruis erbij. Smaad en smart blijven niemand gespaard in het belijden van Zijn Naam. Dat kruis hebben we dan te dragen. Niet klagend en zuchtend. Niet ambtelijk mopperend. Maar vrolijk. Zoals dat in het doopformulier staat: 'het kruis Hem dagelijks navolgende vrolijk dragen'. Daar loopt iedere ontmoeting - als het goed is - met Jezus op uit. Kruisdrager zijn is leven van genade die leert zingen: 'ik heb in nood aan God verbonden, in Hem mijn hoog vertrek gevonden; in God, wiens goedertierenheid zich over mij heeft uitgebreid'.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 maart 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Achter Mij

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 maart 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's