Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de pers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de pers

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Kerk onder het kruis

Op 15 mei werd in Londen de jaarlijkse Templetonprijs uitgereikt aan Michael Bourdeaux, directeur van Keston College, het beroemde Engelse instituut voor de bestudering van godsdiensten en communisme. In voorgaande jaren kregen o.m. Moeder Teresa en Solsjenitsyn deze prijs. Bij de prijsuitreiking hield Bourdeaux een toespraak over de band tussen de kerk in het Westen en de lijdende kerk in het Oosten. In Koers van 22 juni is deze rede grotendeels weergegeven. We willen er ook hier aandacht aan schenken. Bordeaux wees er op dat de Russische kerk weet dat de weg naar de opstanding via de poort van Golgotha leidt en zij leeft meer dan de kerk van het Westen uit die zekerheid. Is onze reactie vaak niet beneden de maat?

Het is veel prettiger voor onze gemoedsrust om ons niet te laten hinderen door het nieuws dat het marxisme-leninisme nu, in 1984, nog steeds op grote schaal lijden met zich meebrengst voor hen die in God geloven. Er zijn tegenwoordig in de Sovjet-Unie minstens vijftig miljoen praktizerende christenen, veertig miljoen moslims, twee en een half miljoen joden en een half miljoen boeddhisten. Gelovigen worden door de Russische wetten ernstig gediscrimineerd en kunnen ieder moment omwille van hun geloof lichamelijk lijden te doorstaan krijgen. In andere landen - Albanië, China, Noord-Korea, Vietnam, Cambodja, Tsjechoslowakije - is het al net zo erg, of is het nog maar kortgeleden net zo erg geweest.

'Khristos voskrese! Christus is opgestaan!' roept de priester die het Russische paasfeest aankondigt. 'Voistinu voskerese! Hij is waarlijk opgestaan!' antwoordden de mensen. Dit antwoord van een arme kerk maakt nu al velen rijk (om met Paulus te spreken). De Kerk van de Stilte, zoals de benaming altijd luidde, heeft een stem gekregen. Er zijn duizenden voorbeelden die aantonen dat de dringende en diepgaande waarheid tot de harten van miljoenen spreekt, terwijl de leerstellingen van het dogmatische marxisme-leninisme, eindeloos herhaald in de onder staatstoezicht staande Sovjet-media, geen enkele weerklank vinden. Zo bereikte in 1983 het nieuws het Westen dat er een groep was opgericht ter verdediging van de rechten van de Oekraïnse Katholieke Kerk, vaak de Unie-kerk genoemd. De initiatiefnemers hadden nauwelijks een ongunstiger ogenblik kunnen kiezen. Sinds 1979 was de vervolging van alle groeperingen voor de mensenrechten in de Sovjet-Unie langzaam maar zeker slechter geworden. De ambtsaanvaarding van Andropov hield een nog grotere bedreiging in. Deze Unie-kerk met haar drie à vier miljoen leden was sinds de jaren veertig totaal onderdrukt. Zelfs het Vaticaan had dit probleem van de discussie-agenda met het Kremlin geschrapt. Degene die de stoot gaf tot deze nieuwe nieuwe verdediging was losyf Terelya. Hij had vanwege zijn christelijke activiteiten vóór die tijd al niet minder dan 19 van zijn 40 levensjaren in de gevangenis of de psychiatrische inrichting doorgebracht. Daardoor niet afgeschrikt stelde hij voor, de Sovjet-autoriteiten opnieuw te benaderen. En dus werd het KGB-net rondom hem weer dichtgetrokken. Zijn arrestatie volgde op 24 december 1982. In de laatste brief die wij van Terelya ontvingen schreef hij:

'Ondanks de verklaringen en voorspellingen van bepaalde partijleden leven we, groeien we, over­ winnen we. De processen en vervolging die door Oekraïense katholieken zijn doorstaan, hebben ons nog meer gesterkt in ons geloof en ons de gelegenheid gegeven om de diepten van Gods voorzienigheid te peilen. Ik kan zonder te overdrijven stellen dat er niets hogers bestaat dan als katholiek in een communnistische gevangenis te sterven. Hij die zijn angst verliest, wint waarheid en hoop'.

Overal in communistische landen treffen we onder de oppervlakte bewijzen aan van een grote religieuze vitaliteit. Boudeaux is zeer kritisch ten aanzien van de solidariteit van de westerse kerken met de lijdende christenen in het Oosten.

'De ellende die het gevolg is van onderdrukkende politieke systemen is maar moeilijk te overzien, al doen we daartoe meer pogingen wanneer die systemen zich bevinden in Zuid- of Midden Amerika of zuidelijk Afrika dan in Oost-Europa. Het is vreemd dat bij zo'n groot deel van onze kerken het lijden van gelovigen onder het communisme geen gevoeliger snaar heeft geraakt. Waarom voelen velen van ons de gevolgen van onderdrukking door communistische regimes niet even diep? Er zijn zelfs alom gerespecteerde christelijke leiders die lijken te willen zeggen dat mensen die onder de meest wrede communistische regimes leven positief staan tegenover de omstandigheden in hun maatschappij. Vijftien jaar geleden werd Mao Tse-Toeng over het algemeen afgeschilderd als de aanbeden leider van zijn dankbare volk. Nu veroordelen zelfs Chinese burgers zijn tyrannie voor de televisiecamera en spelen het klaar de huidige immoraliteit van jongeren in hun land te wijten aan de georganiseerde hysterie van de Culturele Revolutie. Geen Sovjetburger kan vandaag de dag zijn maatschappij, de huidige of de vroegere, op een dergelijke wijze in het openbaar bekritiseren. Als er in de Sahel ernstige hongersnood heerst, brengen cameraploegen de verschrikkingen rechtstreeks onze huiskamers binnen. Veel van ons reageren daar meteen op door geld te sturen en te bidden. Een van de meest gesloten grenzen in onze geschiedenis voorkomt dat de wereld de aard van de Sovjet-tyrannie doorziet. Het is niet rechtvaardig dat de televisie uit de Russische werkkampen en psychiatrische gevangenissen wordt geweerd. De massieve propagandacampagne van de Sovjets zet de waarheid op zijn kop.'

Hoewel de Sovjetpers nog altijd de mythe verkondigt dat de godsdienst zal uitsterven, is ze niet in staat het feit te verdoezelen dat steeds meer jonge mensen tot de kerk terugkeren. Russische christenen spreken van een geloofswonder dat de kerk leeft en groeit. Boudeaux deed in zijn toespraak een dringend beroep op de westerse christenheid mee te leven, mee te strijden met en mee te bidden voor de broeders in de Oostbloklanden.

Dienst der verzoening

Het werk van Keston College is er op gericht via serieuze en diepgaande studie van het kerkelijk en godsdienstig leven onder het communisme dit terrein in kaart te brengen. Vaak krijgt dit college de vraag voorgelegd of het werk van Bourdeaux en de zijnen de wereldvrede niet in gevaar brengt.

'Daar antwoord ik dan op met een zin die ik de afgelopen twintig jaar zowel heb gebruikt als, naar ik hoop, toegepast:

'We hebben verzoening nodig, maar we kunnen die verzoening nooit op iets anders baseren dan op de waarheid.' Keston College moet iedere dag dat het actief is heenprikken door de propaganda, en een van de realiteiten waarop we stuiten is dat de godsdienst in de communistische wereld, vooral het christelijk geloof, voor de mensen belangrijker wordt, en de dogmatische leerstellingen van het marxisme minder belangrijk. Over een periode van twintig jaar is de verandering tastbaar. Uit dit alles moeten we wel concluderen dat de wereldvrede een stuk dichterbij zou komen als de Sovjet-Unie werkelijke vrijheid van godsdienst toestond. Deze gedachte vervult de machthebbers in het Kremlin met ontzetting, maar de werkelijkheid zou wel eens minder schadelijk voor ze kunnen zijn dan ze denken. Het potentieel van de nieuwe religieuze overtuiging om de Sovjet-maatschappij ten goede te veranderen is al merkbaar voor mensen met een verziende en heldere blik. Een Sovjet-Unie waarin christenen en joden, moslims en boeddhisten volledige zeggenschap hebben, zou niet zulke dreigende geluiden laten horen aan het adres van de Verenigde Staten, en de Verenigde Staten zouden niet in de verleiding komen om met gelijke munt terug te betalen. Verder zou een programma van werkelijke samenwerking tussen de supermachten om een einde te maken aan de honger in de wereld een tot nog toe ongeëvenaard succes kunnen hebben. Daarom bestaat nu, in het midden van de jaren tachtig, een wezenlijk religieus en politiek initiatief hierin, dat het Sovjet-regime stevig onder druk wordt gezet op het punt van de godsdienstvrijheid en de mensenrechten. Wie dat doet moet geen lof of algemene bijval verwachten, getuige, de voortdurende kritiek op Alexander Solsjenitsyn, mijn directe voorganger op dit podium. En hij moet aanvaarden dat het op die manier onder druk zetten van de Sovjet-Unie de rechtstreekse verstandhouding zal bemoeilijken. De tactiek moet zorgvuldig overwogen worden, maar ik weet zeker dat de uiteindelijke verandering van de Sovjet-Unie in een land dat het recht heeft om te geloven, er een veiliger plaats van zal maken voor wie er wonen en regeren, en de wereld een veiliger plaats voor iedereen. Daarom staat Keston College met zijn werk, hoe gering het in wereldverband ook moge zijn, in de voorste gelederen. In wezen is de Templetonprijs niet aan mij of Keston College toegekend, maar aan de gelovigen onder het communisme. Zij hebben de 'vooruitgang op godsdienstig gebied' geboekt. De prijs is speciaal bestemd voor diegenen die hun vrijheid hebben opgeofferd - en sommigen zelfs hun leven - voor hun geloof. Ik spreek namens hen. En voor zover ik de kracht en het inzicht bezit om dat te doen, is het hun hoop, hun verdriet en hun vreugde die ik u vanmiddag voor ogen heb gesteld. God zegene hen, en God zegene u allen.'

Dit bewogen betoog verdient onze aandacht. Mij trof enerzijds de nuchtere realiteitszin ten aanzien van de gevaren van deze communistische ideologie, anderzijds de verbondenheid met en de liefde voor het volk van de Sovjet-Unie. In een tijd waarin nogal eens geschermd wordt met het verwijt dat we eenzijdige vijandsbeelden in stand houden als we niet kiezen voor eenzijdige stappen of wijzen op het Russische gevaar, is het goed dit afgewogen betoog te lezen. Terecht: dienst der verzoening kan alleen maar gebaseerd zijn op waarheid. Inzet voor godsdienstvrijheid en mensenrechten zou wel eens een belangrijke bijdrage kunnen zijn tot wereldvrede dan de gangbare methoden van allerlei actiegroepen in het Westen. Wie wel eens kennis genomen heeft van de publicaties van Keston College weet hoe zorgvuldig Bourdeaux en zijn medewerkers te werk gaan. Met grote kennis van zaken analyseren zij allerlei documenten en geven ze berichten door. Het is goed dat we van dit alles op de hoogte zijn. En het appèl van Bourdeaux aan het adres van de westerse kerken moge weerklank vinden: Als een lid lijdt, lijden immers alle leden...

***

Kerk en democratie

In de Pinksterboodschap van de Hervormde Synode stond o.m. te lezen: 'De kerk kan immers niet opgaan in een democratie, waar niet de vrijheid van de Geest, maar het principe van de meerderheid geldt'. Deze zinsnede ontlokte aan ds. L. H. Ruitenberg in Hervormd Nederland van 16 juni enig kritisch commentaar:

'Ik verheug mij in het leven binnen en met de kerk en tegelijkertijd ben ik overtuigd aanhanger van de democratie. Het leven der kerk, de plaats, waar bewust en actief wordt omgegaan met wat wij verstaan mogen van goddelijkheid, dat manifest werd in Christus, ons ook vandaag bereikend door de Geest. Zeker, dat gebeurt door mensen. Dus door schepsels, die begrensd zijn, bedreigd worden, in het oerwoud van het leven verkeerde wegen gaan. Mensen, die in hun lange geschiedenis, onder invloed van de wil om te leven, ordeningen van samenleven schiepen. In dat lange proces valt het op, dat altijd de noodzaak werd gevoeld deze ordeningen vast te verankeren in hogere macht. Van de aanwijzing van sterrenstand af tot de geheimzinnige rede, die uit de cijfers der economie goed en kwaad, nabij en verre toekomst weet uit te leggen. Waar de kerk tot openbaarheid kwam, bleek ze als stukje menselijke samenleving niet anders te kunnen doen dan alle andere vormen van ordening deden: zij zou al of niet met specifieke afwijkingen, de ordening overnemen van de omgeving, waarin ze ontstond. Zo duikt de democratie als ordeningsprincipe van samenleven voor de kerk op. Democratie is een organisatie-principe, waarin ruimte geschapen wordt voor mensen afzonderlijk. En wie deze vorm voorstaan, moeten veel moeite doen dit beginsel verankerd te houden. De kerk, die óók bestaat in landen waar die organisatie-principe geldt, kan niet anders dan zich daaraan iets of veel gelegen laten liggen.

Welnu: het is niet de vraag, of de kerk zou kunnen opgaan in een democratie. Wel: hoe zij, als eigensoortig lichaam, op eigen wijze dit ordeningsprincipe in zich op kan nemen. De geciteerde zin blijft voor mij duister. Zou de vrijheid van de Geest niet óók om ordening vragen? En is dan de beslissing bij meerderheid zoveel slechter dan het machtswoord van één of een paar personen? De kerk kan niet opgaan in democra­tie. De kerk kan wel de democratie op haar weg ontmoeten en haar bedoelingen in praktijk verwerken.'

L. H. Ruitenberg

Ruitenberg laat in dit stukje zien hoeveel vragen een bepaalde zinsnede kan oproepen. Ook hoeveel misverstanden een uit het verband gehaalde zin teweeg kan brengen. Eerst de vragen: Wat is de vrijheid van de Geest? Komen we dan toch niet uit bij de gebondenheid aan het Woord dat souverein zeggenschap wil hebben, want de Geest paart zich toch aan het Woord? Wat is bedoeld met het principe van de meerderheid? Ook in de kerk worden beslissingen b.v. benoemingen met meerderheid van stemmen genomen en worden minderheden ontzien. En toch is een presbyteriale-synodale structuur iets anders dan een democratische bestuursvorm. Hoe is het verband tussen Geest en orde? Wat is het verschil tussen de gemeenschappelijkheid van de gemeente en het begrip democratie dat uit een andere wereld stamt? Wat de rnisverstanden betreft: Ik denk niet dat het moderamen het belang van democratische spelregels zou willen ontkennen, maar wil beklemtonen dat de kerk sui generis is, d.w.z. als lichaam van Christus onder de wet van Christus staat en daarom met andere organisatievormen niet is gelijk te stellen. In de kerk belijden we de heerschappij van Christus door Woord en Geest. Dat is inderdaad anders dan het principe van de meerderheid van stemmen stelt. In de kerk moet ook vanwege de liefde van Christus ruimte voor verdraagzaamheid zijn op een wijze die nergens anders zo aanwezig is. Zij is immers naar een woord van Van Ruler naar haar wezen een 'kathedraal van liefde'. Tegelijk stelt dat voor de spanning: Hoe ga je om met verschillen binnen die ene ruimte waar niet onze meningen, maar de mening des Geestes doorslaggevend moet zijn?

A. N.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juli 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Uit de pers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 19 juli 1984

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's