Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ouderdom eren - ouderdom weren!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ouderdom eren - ouderdom weren!

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

U komt vast wel eens in een bejaardenhuis op bezoek. Als diakenen (Dit opstel is oorspronkelijk geschreven voor een kring van diakenen op de Veluwe) heeft u met bejaardenzorg te maken. Het is zeer op zijn plaats om op een vergadering als deze bezig te zijn met onze kijk op onze oudere medemensen. Visie bepaalt ook hier onze omgang met hen en ons beleid.

Dat is goed voor diakenen, maar tegelijk voor iedereen, want wie heeft er niet met de ouder wordende mens te maken en op welke wijze willen we ouder worden en oud zijn? In de context van de samenleving kunnen we daarover van gedachten wisselen. Eerst laat ik enkele oude mensen horen.

Dan ga ik in op de vraag wat de plaats van de bejaarden in onze wereld is vandaag de dag.

Dan wordt het tijd de bijbel op te slaan en na te speuren hoe het geslacht van de openbaring reageerde op het klimmen van de jaren.

En dan hopen we te vinden hoe we onze houding kunnen bepalen wat betreft de laatste fase van het leven, de ouderdom.

Uitspraken.

Bejaard wil ik nóóit worden

Uitspraken van een vrouw van 82 jaar: 'Ik heb 65 jaar geleden de HBS gevolgd. Ben 29 jaar in Indië geweest. Heb in 5 jappenkampen gezeten. We zijn straatarm teruggekeerd. Ik leef nu van mijn AOW. Maar ik lééf, elke dag opnieuw!'

Een ander: J.B. Priestley in zijn De genoegens van de oude dag: 'De rijpe ervaring van ons ouden heeft geen enkele waarde meer. Om gewoon het leven van alle dag aan te kunnen, moet ik een constant beroep doen op mijn wilskracht. Om van 's morgens 9 uur tot middernacht te blijven draaien heb ik een wilskracht nodig genoeg om een legeronderdeel te commanderen. Het verlies van vrienden is afschuwelijk, werkelijk moeilijk te verwerken. Wat mensen ook zeggen, voor mij is het geen pretje om oud te worden.'

Een vrouw en man in een bejaardenflat in Amsterdam:

Over de kinderen: 'Wat je wel houdt, is dat piekeren. Een enkele heeft nog steun nodig, zelfs nu ze getrouwd zijn, maar ik blijf over alles vreselijk nadenken. Er is één schoonzoon overleden, één zoon is gescheiden en dan denk je natuurlijk eerst aan de kleinkinderen - want ook daar blijf je over prakkizeren. Dat houdt nooit op, dat blijft tot je dood gaat.'

Haar man: 'Je komt op de wereld met de boodschap dat je er ook weer afmoet. Het enige dat ik erg zou vinden dat ik eerder zou moeten gaan dan mijn vrouw.'

De stemmen van drie, vier mensen.

Enkele dingen die opvallen: Wie oud is kan nog vol levenslust zijn. Verder een gevoel van teleurstelling: rijpe ervaring, geen waarde meer. Tenslotte, het wedervaren van de kinderen gaat niet aan de bejaarden voorbij. Er is veel te piekeren.

Bij al deze mensen is geen sprake van een verlangen naar de Heere om bij Hem in te wonen. De kerk neemt geen of heel weinig plaats in in hun leven. Of het verlangen naar de Heere bij vele kerkmensen zoveel groter is, is een kritische vraag die we ook zelf moeten beantwoorden.

In dit verband wil ik nog iets aanhalen wat ik bij een oude hoogleraar las (Van Holk):

'Negatieve levensherinneringen zijn een kostbaar bezit. Ik geloof, zegt hij, dat datgene wat je verkeerd hebt gedaan, datgene wat je je bepaald als schuld aanrekent, dat je dat niet moet wegdrukken. Ik vind het een ontzettend verlies, dat mensen het niet meer aandurven om over schuld te spreken, dat ze niet meer durven erkennen dat ze het fout gedaan hebben. Daarom weten ze niet meer wat berouw is, niet wat levensvernieuwing is, en daarmee missen ze ontzaggelijk grote dingen, de ervaring van vergiffenis en vernieuwing, neen, als je geen negatieve levensherinneringen hebt dan ben je een klein kind. Ik geloof inderdaad als een mens van deze dingen weet heeft, dat hij anders oud wordt.'

Gezegende leeftijd

Na deze stemmen, de stem van iemand die het zich tot taak heeft gesteld over het leven na te denken als filosoof of wijsgeer. Ik wil hier verwijzen naar een artikel geschreven door C. Verhoeven te Nijmegen. Van zijn opmerkingen heb ik veel geleerd. Hij laat zien hoe men de ouderdom ervaart in de samenleving.

Hij constateert: 'Bejaarden kunnen zichzelf niet meer ervaren als volwaardige en gerespecteerde leden van de gemeenschap en dat is een ongezonde situatie.'

De samenleving dringt hun dat op en daarom is die samenleving ongezond. Het moderne levensgevoel verwerpt op versluierde wijze, maar met wrede beslistheid de ouderdom. Dat moet worden gesignaleerd. Het gaat uiteindelijk ook iedereen aan. Iedereen weet het; als je oud bent, tel je niet meer mee. En dat is steeds vroeger. Noem dat maar gezond. Verhoeven noemt dit ethisch onverantwoord en zegt dat het voortkomt uit verwaarlozing van de oudere mens en uit gebrek aan respekt voor de medemens op jaren.

Oud is bezig een scheldwoord te worden. Oud is: afgeschreven, uitgeschakeld, niet meer in de mode.

'We noemen iemend oud wanneer hij niet leeft in het hoge tempo, waarvan we de eventuele krankzinnigheid niet onderzocht hebben.' En dan zullen we het nog maar niet hebben over de manier waarop oude mensen soms als onmondigen worden bejegend, neerbuigend als onvolwaardigen. Het is een cultuurprobleem en daarom is het ook niet persoonlijk op te lossen. De kwestie is dat de moderne mens allergisch is voor ouderdom. Vroeger lagen de dingen anders, het was geen paradijs, zeker niet, we weten beter, maar de ouderdom werd gerespecteerd en niet op een doodlopend zijspoor van de samenleving gerangeerd. De ouden waren nodig als representanten van het ver­leden om aan de plannen van de toekomst stabiliteit te geven.

Onze tijd kenmerkt zich echter door een onverschilligheid voor de geschiedenis, ddat vindt zijn weerslag in de mentale bejegening van de oudere mens. Die is voorbij. En voorbij is voorbij.

U kent koning Rehabeam die niet naar oude wijzen wilde luisteren, maar sprak naar de raad van de jongeren. Zo is onze samenleving in voor jongeren, hoewel dat op het moment door de economische crisis iets stagneert. Maar dat komt omdat ze voor de prestatiemaatschappij nog ervaring te kort komen. Maar duidelijk is dat wat nog niet oud is, vitaal en krachtig, in onze wereld de kansen heeft. Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst. Dat is niet best voor de ouden. In de moderne cultuur waarvan wij deel uitmaken vertegenwoordigen de jongeren de toekomst, vroeger werden de ouden meer dan de jeugd gerespecteerd want zij waren vertegenwoordigers van grote historische waarden. Maar nu is wat oud is slecht en wat jong is, dat is goed. 'Er groeit een zekere verwaandheid die op geen andere verdienste gebaseerd is dan op jeugd.'

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 1986

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Ouderdom eren - ouderdom weren!

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 februari 1986

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's