Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Spurgeon in kleur (1 )

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Spurgeon in kleur (1 )

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zwart-wit

Een ietwat wonderlijk opschrift; 'Spurgeon in kleur'. Laten we ons nader verklaren. Charles Haddon Spurgeon (1834-1892) is tijdens zijn leven menigmaal geportretteerd. Het spreekt voor zich, dat alle afbeeldingen van zijn persoon en omgeving zwart-wit zijn. Zo'n ongekleurde kiek behoeft echter geheel niet kleurloos te zijn, want op boeiende en indringende wijze kunnen bepaalde karakteristieke trekken helder op de voorgrond komen.

Zwart-wit reportage leidde tijdens Spurgeons leven en na diens dood vaak tot zwart-wit rapportage, doordat men zich bijna blind staarde op óf lichte óf op donkere aspekten van zijn leven.

Velen hebben geprobeerd 'de prins der predikers' te verbeelden in levensbeschrijvingen, verslagen van persoonlijke ervaringen of heldendichten.

Opvallend is, dat menig biografie aanvankelijk erg gekleurd is vanwege het zwartwit effekt! De één vergoodde welhaast zijn afbeeldsel door felle overbelichting, terwijl de ander nauwelijks moeite nam om het negatief af te drukken, zodat het beeld zelfs tegen het zonlicht gehouden, nog geheel donker bleef

We leggen deze beelden even terzijde om ons in klare taal uit te spreken.

Voor wie als Nederlander iets van Spurgeon wil lezen, is er materiaal genoeg te verkrijgen, want in de loop van de jaren is er in onze landstaal menig preek of geschrift van Spurgeon verschenen. Bijna een eeuw na zijn overlijden worden er nog boeken van de onvergetelijke Spurgeon herdrukt. Moeilijker wordt het wanneer men iets óver Spurgeon te weten wil komen, want de biografieën en gelijksoortige werken zijn vrijwel alle in een vreemde taal geschreven. Tot op heden verschenen ér zo'n vijftig buitenlandse boeken en brochures over de Londense prediker, waaronder één Duitse en twee Engelse proefschriften. Kenmerkend voor sommige levensbeschrijvingen is de voornoemde zwart-wit tekening. Te weinig of te veel werd afstand genomen van de af te beelden persoon. In ons land is Spurgeons Autolïiografie bekend geworden. Deze werd reeds in 1900 in onze landstaal gepubliceerd. Recent verscheen daarvan een heruitgave. Een kort begrip van deze prachtige levensbeschrijving kwam in omloop onder dé titel 'De prins der predikers'.

Hoe we het ook wenden of keren, ons land bleef ondanks bovengenoemde en enige andere minder bekende werken, flink onderbedeeld. Echter, sinds 10 december 1987 is ons klagen niet langer gegrond.

Op die dag verdedigde ds. C. A. van der Sluijs een Nederlandstalig proefschrift, dat geheel gewijd is aan Spurgeon.

Het boekwerk draagt de titel: 'Charles Haddon Spurgeon; een Baptist tussen Hypercalvinisme en Modernisme'.

Wie nu in eigen taal óver en van Spurgeon wil lezen en leren, kan in dit 324 bladzijden tellende boek, ruimschoots terecht.

Alleen al vanwege deze reden zijn we de auteur zeer erkentelijk. Promoveren is voorwaar geen sinecure! Voor een dienstdoend pastor — ook al heeft hij minder dan 1500 schapen onder zijn hoede — dreigt het gevaar dat hij voor zo'n tijdrovend werk, tijd rooft van zijn kudde en zijn gezin.

Voor ons ligt de studie, die ik graag aan ieder, die Nederlands verstaat, ter lezing en bestudering wil aanbevelen.

Voorop het boek prijkt het imposante portret van Spurgeon. Inderdaad, de afbeelding is zwart-wit. Toch is portrettist Van der Sluijs erin geslaagd om het beeld fijnzinnig en getrouw met verve in te kleuren. De omslag van het boek is groen-geel van kleur. We hopen, dat deze teint op generlei wijze de werkgestalte van de schrijver tijdens de studie symboliseert.

Titel

Het is zinvol en koersbepalend, wanneer wij ons bij de bespreking van dit boek laten leiden door de titel. Deze veronderstelt en bevat zowel de afgrenzing als de doelstelling van het studieonderwerp. Die afbakening horen we verwoord in 'een Baptist tussen Hypercalvinisme en Modemisme'.

We mogen dan ook verwachten, dat de auteur binnen deze kaders het beeld van Spurgeon schetst. We zouden hem zeker overvragen, wanneer we meer van Spurgeon hadden willen zien. Wie een pasfoto van zichzelf laat maken, mag de fotograaf niet hard vallen, wanneer blijkt, dat de benen niet zichtbaar zijn.

Welnu, binnen de omlijsting van de titel willen wij Spurgeon helder voor ogen krijgen. Het siert de schrijver, dat hij, waar nodig, niet schroomde om de lens wat scherper te richten op de achtergrond(en), waardoor — hoe wonderlijk! — de hoofdfiguur alleen maar helderder werd. Te denken valt o.a. aan hoofdstuk IV, waarin ons een beeld wordt gegeven van Engeland ten tijde van de prins der predikers. Zeker in een historisch-dogmatische verhandeling is zo'n kontekstuele aanpak onontbeerlijk, immers juist deze prediker was mens van vlees en bloed, levend en ademend in dat specifieke tijdsgewricht, onder die bepaalde omstandigheden.

We zijn er de portretschilder dankbaar voor, dat hij niet naliet om konkreetmenselijke feiten, zoals opvoeding, geestelijk klimaat, ja zelfs, de lichamelijke en psychische konstitutie van Spurgeon in beeld te brengen. Zo gaat hij als levend mens voor ons leven en blijft hij niet langer een ongrijpbaar en onbegrijpelijk "iets'. Spurgeon wordt getekend als een mens, wie niets menselijks vreemd was! We keren terug naar de titel. Daarin ontdekken we drie kernbegrippen, die we in deze studie zeker benoemd en uitgelegd mogen zien.

Allereerst het begrip 'Baptist'. Wat is dat? Wat mogen wij daaronder verstaan? Om enigszins de moeilijkheid van deze beantwoording aan te voelen, denk ik aan de ondoorzichtigheid, die er onder ons is bij het noemen en horen van het woord 'gereformeerd'. Het past niet in het kader van deze bespreking om de vele visies, definities en gevoelens hieromtrent te beschrijven. Deze pluriformiteit en veelkleurig­ heid openbaart zich in niet mindere mate bij de taxatie van het begrip 'Baptist'. Wij weten, Spurgeon was (werd) baptist, maar wat hebben wij ons daar bij voor te stellen?

Onderscheidde hij zich na zijn dood op vijftienjarige leeftijd, slechts van het calvinistisch-puritanisme dóór die doop of zouden-er (later) toch specifiek baptistische concepties zijn theologie doortrekken?

Meer of minder?

Wanneer we de geschiedenis van het angelsaksische baptisme nauwkeurig nagaan, blijken bovenstaande vragen een oneigenlijk karakter te hebben.

Handelend over Spurgeons theologische positie, wijst de schrijver op de historische wortels van het baptisme. Vanaf het ontstaan, in het begin van de 17e eeuw ontdekken we twee hoofdstromingen, namelijk de General Baptists en de Particular Baptists. Later zien we een derde vertakking, met name de Strict Baptists. Wanneer we nu — enigszins genuanceerd — deze drie stromingen willen typeren, dan noemen we de 'Generals' arminiaans, de 'Particulars' calvinistisch en de 'Stricts' hypercalvinistisch. Van der Sluijs ziet Spurgeon na zijn doop terecht komen in de hoofdstroom van de Particular Baptists, die hij typeert als een beweging 'met een Calvinistische inslag' (blz, 147).

Vervolgens stelt de schrijver: 'Echter, zijn directe geestelijke achtergrond werd gevormd door het Engelse Puritanisme, waarmee hij in zijn jeugd op een diepgaande wijze kennis had gemaakt, en dat sindsdien zijn voornaamste 'feed-back' zou blijven (blz. 147).

Ik denk, dat dit zeer terecht gesteld is, hoewel het naar mijn bescheiden mening beter en juister was geweest, wanneer de Spurgeon-vorser wat dieper en breder was ingegaan op de theologische positie van de Particular Baptists. Wanneer gezegd wordt: 'Zij (de Particular Baptists) geloofden in persoonlijke verzoening, die zich beperkte tot de uitverkorenen', dan is dat volkomen juist, maar wanneer hij zegt, dat deze stroming 'een Calvinistische inslag' heeft en het daarbij laat, zegt hij m.i. toch wat te weinig. Immers bij uitstek de Particular Baptists hebben de calvinistische erfenis zuiver en authentiek willen bewaren, getuige de confessies, waarin zij het reformatorisch erfgoed trachtten te vertolken.

De eerste Particular Baptist belijdenis werd reeds in 1644 opgesteld en twee jaar later werd deze aan het Parlement aangeboden.

In 1677 volgde een revisie en uitbreiding. In het jaar 1689 werd de definitieve versie door de General Assembly uitgegeven. Meer dan honderd vertegenwoordigers uit plaatselijke baptistische kerken ondertekenden deze Belijdenis.

Kenmerkend voor deze Belijdenis is de grote overeenkomst met de Westminster Confessie, die zeker niet gespeend is van de calvinistische theologie! Het laat zich verstaan, dat in de baptistische belijdenis van 1689 juist die artikelen, die handelen over doop en kerkregering een niet-calvinistische visie vertolken.

Vanwaar nu deze confessionele uitweiding binnen dit kader?

Welnu, het was niemand minder dan

Charles Spurgeon, die in 1855, op éénentwintigjarige leeftijd, deze Confessie uit 1689 opnieuw uitgeeft. Waarom? Juist omdat hij daarin het calvinistisch erfgoed verwoord hoort!

In het voorwoord schrijft hij, dat deze belijdenis 'gedurende 150 a 200 jaar de allesbeslissende geloofsbelijdenis van de Particular Baptists in Engeland geweest en gebleven is'. Hij beluistert erin: 'het oude evangelie van martelaren, geloofsgetuigen, hervormers en heiligen'.

Het is zeer goed te verstaan, dat de promovendus Spurgeon met graagte een calvinist noemt, hoewel ook hij best bepaalde afwijkingen daarvan ontwaart. Ook herken ik mij in zijn hartekreet 'Och, dat Spurgeon geen baptist ware!' Toch acht ik het minder juist wanneer het calvinisme als het ware meerwaarde krijgt boven het baptisme. Spurgeon wilde als baptist een volbloed calvinist zijn, maar hij wenste als calvinist eveneens volkomen baptist te zijn. Mijns inziens is er in zijn visie geen sprake van 'meer' calvinistisch of 'minder' baptistisch. Hij was beide, en in zijn optiek en binnen zijn baptistische stroming op legitieme wijze. Vanuit deze historische kontekst van de Particular Baptists kan ik wat moeilijk uit de voeten met de stelling: 'Spurgeon was meer Calvinist dan Baptist'.

Puur theologisch-dogmatisch bezien, valt er hier en daar wel wat af te dingen op Spurgeons calvinisme (vgl. o.a. zijn visie op de dubbele predestinatie). Graag val ik de schrijver bij wanneer hij zegt, dat Spurgeon in ruime mate het charisma om te relativeren bezat.

Wij hebben zeker in het oog te houden, dat hij niet 'de prins der dogmatici' heet, maar juist als pastoraal bewogen prediker kan hij de dogmatiek flink scheef trekken. Spurgeon kon als baptistisch-calvinistisch prediker geheel èn al baptist èn calvinist zijn binnen het klimaat van de Particular Baptists. Vandaar mijn stelling: Spurgeon was een baptistisch-calvinist en een calvinistisch-baptist.

De toenaam 'Erfgenaam der puriteinen' kon hij juist binnen het calvinistisch baptisme met ere dragen.

Deze puriteinse erfenis zien we binnen het baptisme tot op heden bewaard bij en vertolkt door de Reformed Baptists. Zij leggen daarvan tweemaandelijks getuigenis af in hun orgaan, dat de veelzeggende titel 'Reformation Today' draagt. Zij trekken de historisch-reformatorische lijn van J. Bunyan, J. Gül, A. Fuller, A. Carson tot op C. H. Spurgeon.

A^anneer de gereformeerde paedo-baptistische schrijver een principieel theologisch gesprek was aangegaan vanuit de centrale calvinistische (verbonds)beschouwingen met de gereformeerde baptisten, met Spurgeon als spil was dat ons, juist in onze dagen, zeer welkom geweest.

Nu blijf ik nog teveel staren op het portret van een goed-ogende calvinist, die op centrale punten afwijkt van het calvinisme, maar die toch meer calvinist dan baptist heet. Al vragend, overstemt ons de ongrijpbare 'prins der predikers' wanneer hij spreekt, nadat hij gestorven is:

'Ik schaam mij niet om mezelf calvinist te noemen; ik aarzel niet om de naam baptist te dragen, maar wanneer men mij vraagt, wat is uw geloofsbelijdenis, dan antwoord ik: "Jezus Christus"!'

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 april 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Spurgeon in kleur (1 )

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 april 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's