Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De les van de geschiedenis

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De les van de geschiedenis

40 jaar staat Israël (II)

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen in Muiden op de joodse begraafplaats het monument werd onthuld, dat herinnert aan de tienduizenden joden, die in de Tweede Wereldoorlog uit Amsterdam werden weggevoerd, zei operrabijn Tal: Wij, de joden zelf, hebben geen gedenkteken nodig. Steeds, iedere dag en elk uur is er bij ons de herinnering aan hen, die zijn heengegaan. Het gedenkteken hoeft er niet te zijn voor ons, die hen ook zonder dit teken wel herdenken. Maar het gedenkteken moet er zijn voor wie het nodig is dit alles in herinnering te roepen. Het is een gedenkteken van smaad; niet van smaad voor het joodse volk, maar van het falen van het goede, dat mensenhanden kunnen aanrichten. Het gedenkteken herinnert aan het verzuim, dat is gepleegd'.

Er zijn inderdaad her en der tekenen opgericht, die herinneren aan de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog. De joden zelf dragen echter de tekenen van wat gebeurd is mee in hun geest en soms ook in hun lichaam. Maar me dunkt dat de staat Israël het meest grootse teken in de geschiedenis is. Dat er na de verschrikkingen van de holocaust nog een terugkeer naar het land zou zijn is een gebeurtenis, die minstens zo positief geduid mag worden als de vernietiging een negatief teken was. Toen dan ook de staat Israël in het leven was geroepen was er in de westerse wereld, de tegenkanting van de arabische volkeren ten spijt, diep gewortelde solidariteit met de staat laraël. Het besef leefde dat weliswaar de geschiedenis niet meer kon worden overgedaan en dat de misdaden in de geschiedenis niet meer konden worden goed gemaakt, maar ook dat er toch op z'n minst een nieuw begin voor het joodse volk was aangebroken in een eigen land, binnen veilige grenzen.

Intussen kwam er binnen de kerken ook een nieuwe bezinning op gang, gegeven met het feit dat het oude bondsvolk weer in het land van de vaderen mocht terugkeren. Met name in de Nederlandse Hervormde Kerk werd al direct na de Tweede Wereldoorlog beseft dat de kerk niet waardevrij tegenover Israël kon staan. In het kerkordeartikel (VIII) over het apostolaat werd gesteld dat de kerk zich in het gesprek met Israël richt tot de synagoge en tot allen, die tot het uitverkoren volk behoren, om hun uit de Heilige Schrift te betuigen dat Jezus is de Christus. Het getuigend gesprek met Israël werd, vanwege de verbinding tussen Kerk en Israël in thora en de profeten, onderscheiden van de zending onder andere volkeren, zonder uiteraard te loochenen de identiteit van de kerk, gegeven met de belijdenis van Jezus als de Christus, als de Messias.

Verschillende geschriften zijn sindsdien uitgegven waarin over Israël gesproken wordt. Zo verscheen in 1970 het geschrift 'Israel, land, volk en staat', waarin betuig werd dat, op grond van de landsblofte uit Genesis 17, het land Palestina en het volk Israël bij elkaar horen. Ben Goerion had terecht gezegd dat Israël het enige volk ter wereld is dat zijn land gekregen heeft op de wijze van een belofte.

In het geschrift wordt ook gesproken over de 'relatieve noodzaak' van de staat Israël als consequentie daarvan. Dat hier gesproken werd over relatieve noodzaak heeft te maken met het feit dat in de Schrift wel sprake is van een landshelofte maar niet van een staatsheloite. Maar wat is een volk in een land zonder staatkundige ordening? Al behoren staat en volk dan op een andere wijze bijeen dan land en volk, de staat is toch de garantie voor een volk om in vrede en veiligheid te wonen in een eigen nationaal tehuis met gewaarborgde grenzen.

Zo werd niet alleen binnen de kerken maar ook in politieke kringen het recht op de staat Israël voor het joodse volk in het land Palestina onderstreept.

De arabische wereld

In de arabische wereld werd evenwel scherp stelling genomem tegen de staat Israël. Dat geldt ook voor de christelijke kerken in de arabische wereld. De arabir sche theologie wordt zelfs beheerst door een anti-Israëlhouding en wordt als zodanig sterk bepaald door de politiek context. Wie ooit heeft gedacht dat theologische bezinning zich geheel buiten de concrete context van cultuur, politiek en samenleving voltrekt leert bij kennisname van de theologie in het Midden Oosten wel anders. De gedachte dat de kerk in de plaats van Israël is gekomen heeft eeuwenlang ook een sterk stempel gezet op de theologische bezinning aangaande Israël in het Westen (of op het ontbreken van die bezinning). Maar in het Midden Oosten heeft deze gedachte een uitgeproken politieke spits. Gesteld wordt dat Israël, met het voortbrengen van Jezus als de Messias, zijn roeping in de geschiedenis heeft vervuld. Per uiterste consequentie wordt zelfs hier en daar gesteld dat daarna de roeping om nog langer volk te zijn is opgehouden.

Direct na de zesdaags.; oorlog in 1967 kwam er een verhevigde theologische bezinning op gang binnen de kerken in het Midden Oosten. Elke poging om de landsbelofte uit Genesis 17 aards te duiden wordt tegengesproken. 'Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld'. Dat betekent dat alle beloften moeten worden vergeestelijkt. Dat betekent (in feite ook) dat de joden niet (meer) in Palestina thuis horen. De verwoesting van de tempel in het jaar 70 na Christus wordt zelfs een teken van het Koninkrijk Gods genoemd. Het joodse volk had verder dan ook in de verstrooiing mogen blijven.

d De kerken in het Midden Oosten sluiten zich in hun visie ten aanzien van Israël aan bij de arabische politieke wereld en verklaren zich één met het arabisch nationalisme. Bij een kerkleider las ik de vergaande stelling: 'Mijn godsdienst is christen, mijn nationaliteit is islam'. Vrij algemeen sluiten derhalve ook de christenen zich aan bij de aspiraties van de Palestine Liberation Organisation (PLO), die gericht zijn op het in zee zee drijven van Israël (handvest PLO), omdat alleen aan de Palestijnse bevolking een rechtmatige plaats toekomt in Palestina.

De arabische volkeren, inclusief de kerken, verwijten de volkeren in het westen dat die zo pro-Israël zijn. Ze wijten dat aan een schuldcomplex vanwege de Tweede Wereldoorlog. Hoewel ook erkend wordt dat aan de joden als zodanig onrecht is aangedaan in de Tweede Wereldoorlog, meent men dat men dit kwaad niet goed kan maken door onrecht aan anderen te bedrijven, in dit geval aan het Palestijnse volk.

Verschuivingen

Intussen doen zich de laatste jaren ingrijpende verschuivingen in de wereld voor als het gaat om solidariteit jegens de staat Israël met name. Over opkomend links antisemitisme schreven we al eerder (Waarheidsvriend 20 augustus 1987). Ook in politiek linkse kringen is er lange tijd sprak geweest van solidariteit met Israël. Zelfs in de communistische wereld werd in het verleden, onder Stalin en Lenin, nog met afschuw gesproken over antisemitisme. Dat is niet zo verwonderlijk als we bedenken dat binnen de socialistische wereld joodse theoretici vaak mede vorm hebben gegeven aan links politieke idealen. Ook Karl Marx was een jood . En verder valt te denken aan Lasalle, Austerlitz, Bauer, Hess, Trotzky, Sam de Wolf, Henri Polak, Rosa Luxemburg.

Zelfs Stalin heeft nog gezegd dat in de Sowjet Unie antisemitisme op de strengst mogelijke wijze door de wetgeving wordt gecorrigeerd en met de doodstraf wordt betaald. Hij sprak van antisemitisme als 'het gevaarlijkste overblijfsel van kannibalisme'. Maar ook in de communistische wereld is het tij gekeerd. Antisemitisme werd in feite staatsdoctrine en vele joden hebben dat jarenlang geweten. Er schijnt momenteel verandering op te treden dank zij de glasnost van Gorbatsjov. Maar nog slechts enkele jaren geleden was op het vliegveld in Moskou te lezen dat zionisme en Sovjetpatriottisme onverenigbaar wa­

ren. Het zionisme werd op één lijn gesteld met het Hitler fascisme.

Zo is er langzamerhand ook een kentering gekomen in andere linkse kringen in de wereld. De uitspraak van de Verenigde Naties 'zionisme is rassisme' heeft hiertoe ongetwijfeld ook bijgedragen. Met deze uitspraak sloten de Verenigde Naties duidelijk aan bij het volksgevoelen in de arabische wereld.

In de kerken heeft bovendien al jarenlang de bevrijdingstheologie opgang gemaakt. Daarin is de underdog, de onderliggende de bevoorrechte. Zodat thans de sympathie aan de kant van het palestijnse volk is, terwijl Israël als de onderdrukker wordt gezien. Eén stap is het dan tot de gedachte dat de palestijnen in de plaats van Israël kwamen.

We kunnen intussen vandaag gevoegelijk de stelling van de Verenigde Naties 'zionisme is rassisme' omkeren en zeggen: anti-zionisme is anti-semitisme. In ieder geval zien we nieuwe golven van antisemitisme opkomen, vandaag niet gericht tegen afzonderlijke joden of groepen van joden verstrooid in de wereld, maar nu vooral gericht tegen de jonge staat Israël. Dat antisemitisme wordt vandaag voornamelijk van links gevoed.

Ooorzaken

Nu is het ongetwijfeld zo dat ontwikkelingen in Israël zelf mede oorzaak zijn geweest voor bovengenoemde verschuivingen. Twee duidelijke oorzaken zijn aan te wijzen. Allereerst de overschrijding van de veertigkilometergrens door Israël in Libanon, toen Israël zich veilige grenzen schiep in Zuid Libanon. Ten tweede de Groot Israël gedachte, gekenmerkt door de opvatting dat Israels grenzen uit het Oude Testament zijn af te lezen. Dat laatste heeft consequenties gehad voor de Westelijke Jordaanoever, waarop joodse nederzettingen werden gevestigd na onteigening van grond van de palestijnse bevolking.

In Israël zelf is diepgaand verschil van mening over de Groot Israël gedachte. Op het zionistencongres in Jeruzalem zei de joodse hoogleraar Harold Fisch, dat Israël zijn grenzen niet uit het Oude Boek afleest maar uit de geschiedenis en dat daarbij ook het heden een rol speelt. Op deze wijze bezien spelen politieke factoren een rol als het om de grenzen gaat. Dat dit in de voor Israël aan de grenzen vaak bedreigende situatie een wegende factor is, is duidelijk. De grenzen zijn een politieke kwestie. In de Bijbel zijn bovendien Israels grenzen niet eenduidig. Wel is daarin sprake van Jeruzalem als ongedeelde hoofdstad.

De weg naar de toekomst

Ik sluit af met een persoonlijke positiebepaling.

Na alle betuigingen van solidariteit jegens de staat Israël, die er in de naoorlogse jaren zijn geweest, zal vandaag dunkt me het meest blijken wat die solidariteitsbetuigingen waard zijn. Juist nu nieuwe golven van antisemitisme over de wereld gaan en ook in kerkelijke kring een pro-palestijnse houding, mede ingegeven door de bevrijdingstheologie veld wint, wordt die solidariteit beproefd. Solidariteit zal echter juist blijken in tijden als de zon achter de wol­ ken schuil gaat.

Solidariteit jegens de staat Israël moet dan dunkt me niet louter worden bepaald door schuldgevoelens aangaande het (recente) verleden. Die solidariteit mag mede ingegeven zijn door het geloof dat er sprake is van een doorgaande trouw van God jegens Zijn volk. De vestiging van de staat Israël in 1948 mag er een teken van zijn dat het volksbestaan van Israël geen einde nam en er een weg is naar de toekomst.

Juist nu de vijanden van Israël op verhevigde wijze samenspannen en samenzweren tegen Israël zal betuiging van solidariteit naar Israël toe intussen zuiver moeten zijn. Solidariteit sluit kritiek niet uit maar in. Wanneer Israël de tekenen van onrecht, marteling en discriminatie in het eigen vlees meedraagt vanwege de verschrikkingen in de geschiedenis, heeft het zelfde hoge roeping om de wereld te tonen wat recht en gerechtigheid betekenen, juist ook in de concrete situatie in het Midden Oosten. Het palestijnse volk is slachtoffer van misleiding door de eigen leiders. Zeker, elke vorm van coöperatie met de PL, 0 moet uitgesloten worden geacht vanwege de doelstelling van de PLO. Maar desalniettemin heeft Israël een taak ten opzichte van de vluchtelingen en het palestijnse volk dat nu, ontheemd als het is, tussen wal en schip leeft. De bekende joodse denker Martin Buber heeft gezegd dat het kind van Hagar spelen zal in de tent van Sara. Ook in Israël zal de geest moeten heersen over de macht. De geschiedenis staat niet stil. Daarom gaat het er ook om hoe Israël zelf omgaat met het probleem van de het palestijnse volk. Verharding kan betekenen dat uiteindelijk de weg van onrecht wordt gegaan. Israël heeft de taak te luisteren naar thora en profeten evenals wij christenen. Het woord van de profeet Micha is in hoge mate actueel: Hij heeft u bekend gemaakt o mens wat goed is. En wat eist de Heere van u dan recht te doen en weldadigheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God? ' (Micha 6:8). We behoeven Israël geen politieke standaarden voor te houden die hoger zijn dan die aan andeïe volkeren in de wereld worden voorgehouden. Maar zeker ook geen lagere. Een volk, dat weet heeft van wet en profeten, zondigt niet goedkoop wanneer het wet en profeten ontrouw wordt en in secularisatie wegzinkt^.

Intussen hebben we vanuit de kerken mei name ook onze solidariteit met christen broeders en zusters in het Midden Oosten. Deze solidariteit is gegeven met het gemeenschappelijk geloof in Christus, de Gekruisigde en Opgestane, Onze Middelaar en Verlosser. Er is enerzijds sprake van directe contacten vanuit de kerken hier met de kerken daar, bijvoorbeeld vanwege internationale hulpverlening. Er zijn ook indirecte contacten langs de lijn van oecumenische organen, waarin gemeenschappelijk wordt geparticipeerd.

Ook de solidariteit met de kerken in het Midden Oosten zal evenwel een critische moeten zijn. Het is echter dunkt me onmiskenbaar, dat we als kerken in het Westen hehhen gefaald als het gaat om het gesprek met de kerken in het Midden-Oosten over het juiste zicht op (de staat) Israël. We hebben ons (terecht) druk gemaakt om het gesprek met Israël vanwege de onberouwelijkheid van Gods beloften. Maar de kerken in het Midden Oosten gaven we intussen prijs aan de bevrijdingstheologie. Met als resultaat dat het bezig zijn van de kerk(en) in en inzake Israël vaak haaks staat op het bezig zijn van de kerken in het Westen met de kerken in het Midden Oosten. Al denken we alleen maar aan de stelling dat de palestijnen (nu) in de plaats van Israël zijn gekomen. Beleids-en bezinningslijnen in de kerken staan hier niet zelden haaks op elkaar.

Roeping

Zouden juist de christelijke kerken in het Midden Oosten — een kleine minderheid in een moslimse wereld — niet een grootse taak kunnen hebben om vredestichtend in het Midden Oosten bezig te zijn? Maar dan moeten ook de Schriften open als het gaat om de vraag welke plaats Israël inneemt in de relatie tot de kerken. Dan komt er misschien ook meer zicht op de noodzaak voor het joodse volk om te leven in een eigen staat met veilige grenzen. Israël zelf zou dan de noodzaak kunnen gaan inzien voor een actieve deelname aan vredesproces, waarbij een oplossing voor het palestijnse vraagstuk wordt gevonden. Abba Eban zei recent dat een onbuigzame houding een bloedige toekomst zal betekenen. Hopelijk zal dat de definitieve weg niet zijn.

En tenslotte bidden we om de vrede van Jeruzalem. Wanneer er vrede is in Jeruzalem zal er vrede in het Midden Oosten, wellicht in de wereld zijn. Een felicitatie is op zijn plaats bij het veertigjarig bestaan van de staat Israël. Het is evenwel een felicitatie met gevoelens van zorg. Alleen gehoorzaamheid aan wet en profeten en, zeggen we er volmondig bij, aan Hem, die onze Vrede is, zal perspectief openen naar de toekomst.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De les van de geschiedenis

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 april 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's