Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Genade en vrede

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Genade en vrede

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Genade zij u en vrede van God de Va der en onze Heere Jezus Christus' Galaten 1 : 3

Wat een wensen worden er vaak niet door ons geuit. Maar meer kunnen we elkaar niet toewensen dan de genade en de vrede van God de Vader en onze Heere Jezus Christus. Deze zegengroet schreef eens de apostel Paulus aan de Galaten, een groep van gemeenten in het midden van Galatië, dat gelegen was midden in Klein Azië. Hij had daar in Galatië het evangelie gepredikt, gedreven door de Heüige Geest. Door de verkondiging van het evangelie werkte de Heilige Geest het geloof in de harten. Zo is het daar in Galatië gebeurd en het gebeurt nog. Daar werden mensen ontdekt aan hun zonde en schuld voor God. Maar als Gods Geest door middel van het Woord ons overtuigt van onze verlorenheid, dan blijft het daar niet bij, gelukkig niet, want als het hierbij bleef, dan zouden wij in wanhoop omkomen. Gods Geest doet geen half werk. Hij geeft de aan zichzelf ontdekte zondaar ook deel aan Christus. Hij doet delen in Zijn genade en vrede. Hij maakt Christus onmisbaar en in die weg wordt Hij heerlijk en begeerlijk voor ons. De Heüige Geest maakt dat het evangelie voor ons wordt: de blijde boodschap, die het verontruste hart verkwikt. Daar in Galatië bekeerden mensen zich tot de Heere en de vruchten van geloof, hoop en liefde gingen groeien en bloeien. Wat een vreugde is dat voor Paulus geweest, dat de Heere zijn arbeid daar heeft willen zegenen.

Tot tweemaal toe is Paulus daar geweest op zijn eerste en tweede zendingsreis. Maar wat is er nu gebeurt; na Paulus' bezoek waren daar vreemde leraars aan het werk gegaan. Deze mensen, de zogenoemde Judaïsten traden daar in de gemeenten van Galatië streng op tegen de persoon en de leer van Paulus. Deze joodse ijveraars zeiden dat ook de christenen uit de heidenen de wetten van Mozes moesten onderhouden. Ze trokken ook Paulus' roeping tot apostel in twijfel. Hij zou niet rechtstreeks door God geroepen zijn, geen zuiver evangelie verkondigen, omdat hij volgens hen de eis tot onderhouding van de Wet, liet vallen. Dan gaat Paulus deze brief schrijven.

­ Met grote nadruk beroept hij er zich op, dat hij door God Zelf tot apostel geroepen is, en dat zalig worden uit genade alleen en enige weg tot God is. Deze genade wenst hij hen om te beginnen toe. Al kan Paulus de Galaten niet roemen omdat zij zich door die dwaalleer hebben laten meesleuren, hij kan ze wel het goede toebidden. En dat doet hij dan ook. In de eerste plaats wenst hij hen toe genade, en daar direkt aan verbonden vrede. Genade zij u en vrede. Met deze woorden beginnen de meeste apostolische brieven. In de heidenwereld was men in die tijd gewoon elkaar te groeten met het woord 'chaire', dat betekende zoveel als: 'verblijd u, wees blij'.

In de^joodse wereld was 'vrede zij u' 'sjalom' de gebruikelijke groet. Het woord voor genade 'charis', u hoort het al, heeft te maken met het woord chaire.

Maar het is zo veel meer, zo veel dieper, zoveel zuiverder. Het heidense 'chaire' was de wens, dat men blij mocht zijn over aardse dingen: een goede gezondheid, voorspoed in het gezin, welvaart in het bedrijf en zo meer. Hoeveel van deze wensen worden ook door ons niet geuit. Maar de charis — de genade — van God de Vader en onze Heere Jezus Christus is zo veel meer — dat is een zo veel hogere blijdschap, als wij die mogen kennen in het geloof Genade, dat betekent, ontheven zijn van de vloek van wet, dat betekent de genade van de schuldvergeving. Jazeker, als de Heere ons gezondheid en voorsjwed geeft, zullen we ons daar dan niet in verheugen, het zou ondankbaarheid zijn tegenover de Heere, als we zulke onverdiende gaven over het hoofd zagen. Maar als we daar genoeg aan hebben, dan is het toch verloren. Alleen aan Gods genade hebt u genoeg. Ook al wankelt de gezondheid, al wijkt de voorspoed voor tegenspoed. Gods genade is een zegen die blijft. De vreugde over Gods genade is zoveel hoger dan die over de tijdelijke weldaden. Genade, dat is Gods gunst voor verloren mensen, dat is de vergeving van alle zonden, dat is de vrijspraak, terwijl wij het oordeel verdienden.

Wie mag rusten in deze genade van de Heere, die heeft vrede. 'Wij dan gerechtvaardigd zijnde uit het geloof — dat is de genade — hebben vrede bij God, door onze Heere Jezus Christus' (Rom. 5 : 1). Deze vrede steekt ver uit boven de vrede van de gangbare joodse groet uit Paulus' dagen. Het joodse dagelijks gebezigde: vrede zij u' had voornamelijk betrekking op een aangenaam rustig bestaan in de maatschappij. Maar toen de apostelen er de gemeenten mee groetten, werd het 'vrede zij u' van zoveel hoger gehalte. De vrede die alle verstand te boven gaat, is de vrucht van de genade, daarom wordt die steeds het eerste genoemd en is het nooit omgekeerd, vrede en genade zij u.

Het apostolitische 'genade en vrede zij u', is zoveel voller van klank en inhoud, dan de groet van jood en heiden. Waarom? Omdat de Heilige Geest ons hier doet af-.dalen in ons zondaarsbestaan. Hier wordt onze verlorenheid voor God bloot gelegd. Hier worden we geconfronteerd met het meest wezenlijke wat we nodig hebben voor leven en sterven.

Wij hebben de Heere verlaten. Het is oorlog geworden tussen God en ons hart. Als de Heilige Geest ons hiervan heeft overtuigd, dan zijn we niet geholpen met een vriendelijk 'wees blij' of een luchtig 'vrede zij u'. Dan zijn we alleen geholpen met de genade en vrede van God de Vader en onze Heere Jezus Christus.

Dan weten we, er moet wat met mij gebeuren, wil ik die echte vreugde genieten en de ware vrede smaken. Niet een verandering van omstandigheden is nodig, maar een verandering van mijn hart. Zonder wedergeboorte, zonder bekering, deelt u niet in de genade en vrede des Heeren. Een verbroken hart, d.at is nodig om hieraan deel te krijgen.

Dan wordt het beleden: Heere, ik heb het niet verdiend dat U naar mij om zou zien. Maar dan kan de Heere Zijn genade kwijt. Daar zal Hij Zich ontfermen. Een verbroken en een verslagen hart zal Hij niet verachten. Als u nog buiten de genade en de vrede van God de Vader en van Christus de Zoon voort leeft, zou het niet daar aan liggen, dat u nog zo hoog staat met uzelf? De nederigen die geeft de Heere genade. Hoe krijg ik nu deel aan de genade en de vrede uit die apostolische groet? Alleen als ik mij verneder voor de Heere, als ik mijn zonde en schuld belijd. Want genade, het woord zegt het al, die krijg je; genade kun je niet verdienen, die krijg je, niet omdat je zo braaf bent of omdat je zo godsdienstig bent of ik weet niet wat bent. Genade hoort bij niets. Gods Kerk leeft van gekregen goed, van de genade die Christus voor haar verworven heeft op het kruis van Golgotha. Hij heeft die vrede aangebracht, die alle verstand te boven gaat. Dat was voor Hem een weg van bloed en tranen. De straf die ons de vrede aanbrengt was op Hem (Jes. 53 : 5). En de Heilige Geest eigent Hem toe aan het hart. Dan wordt het 'Mijn Heere en mijn God'. Paulus heeft het echter over 'onze' Heere Jezus Christus.

Allen die Zijn verschijning hebben lief gekregen, die geldt het. Geldt het ook u of leeft u nog in uw zelfhandhaving voort? Dan rust nog de toorn van God op u en als het niet verandert, dan straks de eeuwige onvrede. Maar nu staat de Heere nog te wachten om genadig te zijn. Wie vlucht tot Hem, die schenkt Hij genade en vrede. Het is geen produkt van eigen kunnen." Nee, hier wordt genoemd God de Vader en onze Heere Jezus Christus. Dit is de bron waaruit de genade en vrede ons toestroomt en dat bij voortduur. Hier valt geen scheiding te maken. De Vader is nooit zonder Zijn Zoon. De Vader en de Zoon zijn één. God is Vader van Zijn Zoon en door Zijn Zoon Vader der gelovigen.

De genade en vrede vloeien voort uit God de Vader door onze Heere Jezus Christus. Door Christus alleen kan God de Vader, genade en vrede geven.

God gaf Hem over in de dood en dat voor verloren zondaren. U kunt zalig worden om Christus' wil uit genade alleen. Genade zij u en vrede van God de Vader en onze Heere Jezus Christus. Wij kunnen en mogen het elkaar toewensen, maar de Heere kan en wil het geven. Wie van deze gave leeft, die zingt met mond en hart: 'Geloofd zij God Die Zijn genade, aan mij heeJl groot gemaakt.'

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juni 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Genade en vrede

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 juni 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's