Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Onze enige priester

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze enige priester

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarom Hij in alles de broeders moest gelijk worden, opdat Hij een getrouw en barmhartig Hogepriester zou zijn in de dingen, die bij God te doen waren, om de zonden van het volk te verzoenen. Hebreeën 2:17

Maria's Kind is niet alleen aangekondigd als de hoogste Profeet. Ook als de enige Hogepriester is Zijn komst voorzegd. Op Zijn priesterschap wordt zelfs op velerlei wijze een helder licht geworpen. Zinnebeeldig door de hogepriesterlijke dienst in tabernakel en tempel, met name die op de Grote Verzoendag.

Maar evenzeer in de belofte, verwoord in psalm en profetie.

Zo blinkt in de nacht, die gaat vallen over het priestergeslacht van Eli, de ster van de zekere hoop.

'Ik zal Mij een getrouwe Priester verwekken; die zal doen, gelijk als in Mijn hart en Mijn ziel zal zijn; die zal Ik een bestendig huis bouwen'.

Ook nu behoeven wij niet te vragen in Wie dit woord van belofte ten diepste vervuld is.

In de geboorte van Christus heeft God Zich een getrouwe Priester verwekt. Hij deed alles, wat in Gods hart was.

Hij volvoerde het welbehagen van Zijn Vader,

En Hem is een bestendig huis gebouwd. Hij heeft immers een onvergankelijk priesterschap naar de orde van Melchizedek.

Dit profetische woord nu, waarin opnieuw het geheim van de adventsverwachting schuilgaat, weerspiegelt zich in onze tekst. Christus overtreft in Zijn profetisch ambt Mozes.

Maar zó ook gaat Hij in Zijn priesterdienst Levi ver te boven.

Het licht van het Kind van Bethlehem verbleekt ook de glans van Aaron.

In de brief aan de Hebreeën is het de apostel er juist om begonnen dit hemels licht te doen uitstralen.

De hoofdsom van zijn prediking is, dat Christus in de wereld gekomen is om Zijn ongeëvenaard priesterschap te bedienen.

En het unieke daarvan ligt in Zijn Persoon. Want tot wie van de engelen heeft God ooit

gezegd: Gij zijt Mijn Zoon? Dit onvergelijkbare van Christus' priesterdienst ligt derhalve verscholen in de kribbe van Bethlehem.

Zó vertolkt onze tekst het aanbeden mysterie van de godzaligheid, dat God geopenbaard is in het vlees.

De Zoon verliet de heerlijkheid bij de Vader.

Hij, die alle engelen aanbidden, vernederde Zich diep onder hen om mens te worden. Hij nam niet der engelen natuur aan om zich over hen te ontfermen.

Maar Hij nam het zaad van Abraham aan.

Hij werd Zijn broeders gelijk om te kunnen verlossen allen, die mét vreze des doods door al hun leven aan de dienstbaarheid onderworpen waren.

Hij nam hun leven aan om door Zijn dood in hun dood te kunnen ingaan en de duivel als de machthebber van de dood te onttronen.

Welk een nu verschenen zaligmakende genade!

Jezus schaamt Zich niet om hen Zijn broeders te noemen. Hij had er alle reden toe om dat wèl te doen.

Want wie zijn zij, die Hij in Zijn priesterlijke dienst heiligt? Voor wie is Hij gekomen om bezig te zijn in de dingen, die bij God te doen waren? Wie zijn zij, die Hij aan Zijn kribbe leert knielen en onder Zijn kruis doet gaan?

Mensen, die God verlaten en de kennis van God verloren hebben.

Mensen, die de eeuwige dood veroorzaakt en verdiend hebben.

Ja, aan hèn werd Jezus gelijk.

Voor hen verborg Hij Zijn goddelijke luister in de glansloosheid van het door de zonde versomberde mensenleven.

Want deze in schuld en onkunde verloren mensen waren tot Zijn broeders besteld.

Hij deed het om als de grote Profeet hun de raad Gods tot verlossing volkomen te openbaren. Hij deed het ook om als de enige Hogepriester het welbehagen Gods tot zaligheid te realiseren.

Hij deed het met al de rampzalige gevolgen, die dit heilig 'moeten' van meet aan voor Hem met zich meebracht.

Hij deed het in onvoorwaardelijke overgave en toewijding aan Zijn Vader.

Hij heeft Zichzelf niet verheerlijkt om dit hemels ambt te bekleden. Hij is daartoe aangesteld door Hem, die tot Hem sprak: Gij zijt Priester in eeuwigheid naar de orde van Melchizedek.

Maar evenzeer deed Hij het in onnaspeur­ lijke liefde tot Zijn broeders. In Zijn verheven roeping wilde Hij heilig dienen om de zonden van het volk te verzoenen.

Dat was de heerlijke, maar tevens zware taak van de hogepriester. Hij moest verzoening doen voor het volk.

Daartoe droeg hij het bloed tot God, als hij het binnenste heiligdom inging. Hij betrad die moeizame offerweg om de gebroken relatie met God te herstellen. Hij volbracht de dingen bij God om vrede en zegen te verwerven.

Dat alomvattende werk van de hogepriester reikte tot in het hart van God. Want vanuit dat hart van God was hij bezig in deze dienst der verzoening. Zo alleen kon hij het bloed dragen, de wierook ontsteken en het offer brengen om zegenend bij God vandaan te komen.

Vanuit het hart van God moest hij ten einde toe getrouw zijn.

En vanuit deze bron van eeuwige liefde moest hij in heel zijn dienst barmhartig zijn.

Is dit alles in offeren en bidden, in verzoenen en zegenen niet een profetische adventssymboliek van Hem, die komen zou om daadwerkelijk de zonden van het volk te verzoenen?

Daartoe liet Christus bij Zijn komst in de wereld Zich het lichaam toebereiden om Aaron voor eeuwig achter zich te laten.

Want van een zoveel beter verbond is Hij Borg geworden om onvergankelijk Priester te zijn, zodat Hij ook volkomen kan zalig maken degenen, die door Hèm tot God gaan.

Zodanig een Hogepriester hebben wij nodig, die medelijden kan hebben met onze zwakheden, die in alle dingen gelijk als wij is verzocht, doch zonder zonde. En deze Hogepriester legt God in de kribbe van

Bethlehem aan onze voeten. Barmhartig en getrouw!

Barmhartig in heel Zijn leven, met ontferming innerlijk bewogen over reddeloze zondaren.

Getrouw in heel Zijn dienst, met grondeloze liefde vervuld tot Zijn verzochte broeders.

Ja, dan kan Hij in alle verzoeking te hulp komen, want Hij kent haar in alle felheid en zwaarte.

Hij is Zelf verzocht om ontrouw te zijn aan Zijn hemelse roeping.

Hij is allerwege belaagd om Zijn dienst der barmhartigheid op te zeggen.

En hoezeer heeft Hij daarin geleden, bitter en diep.

Maar daarin heeft Hij gehoorzaamheid geleerd om van Zijn levensweg niet af te wijken.

Daarom kan Hij in alle diepten van bestrijding en aanvechting doorhelpen.

Want Hijzelf ging door de diepste diepten heen.

Wat staat ons dan nu anders te doen, dan de belijdenis van deze barmhartige en getrouwe Hogepriester vast te houden?

Wat staat ons anders te doen, dan met vrijmoedigheid toe te gaan tot Zijn kribbe als de nederige genade-troon, opdat vnj barmhartigheid mogen verkrijgen en genade te vinden, om geholpen te worden te rechter tijd?

Geholpen in alle schuld en leed.

Geholpen in alle nood en verzoeking. Geholpen in leven en sterven.

Want in de dingen, die bij God te doen zijn, kan ik deze enige Hogepriester niet missen.

Maar aan Hem heb ik dan wel genoeg. Nu en voor eeuwig.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Onze enige priester

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 december 1988

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's