Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wetenschap en godsvrucht (3)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wetenschap en godsvrucht (3)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

b) Wel godsvrucht, geen wetenschap

Er is in de kerk altijd een stroming geweest die afwijzend gestaan heeft tegenover de wetenschap. Hoofdzakelijk berustte dit standpunt op de gedachte dat de geschapen werkelijkheid zo zeer door de zonde aangetast is, dat het beter is zich daarvan te distantiëren, ook als het gaat om de wetenschap. De materie is het domein van het vlees. Het vlees staat tegenover de Geest. Wetenschap behoort tot het vleselijke. De mens zoekt in een overschatting van zijn kennen en kunnen tot waarheid te komen. De mens gaat uit van zijn natuurlijk licht, het door de zonde Gode vijandige licht. Op deze wijze zal de mens nooit ware wijsheid bekomen. Want de Geest schenkt die wijsheid en heeft daarvoor de zondige materie en het verduisterdp verstand niet voor nodig.

In de tijd van de Reformatie deed dit denken opgeld in de beweging van de Dopers. Hierachter speelt mee de specifieke incarnatieleer van de Dopers. Volgens deze leer heeft Gods Zoon niet het menselijk vlees uit Maria aangenomen, maar is Hij in Maria vlees geworden.

De gelovige nu, die door wedergeboorte in deze Christus wordt ingelijfd, behoort nu ook niet meer tot het vleselijke creatuurlijke bestaan, maar bezit het nieuwe geestelijke leven van Christus. Deze gelovigen vormen samen het lichaam van Christus. De grenslijn tussen Christus' gemeente en de wereld loopt nu tussen de uit Christus wedergeborenen en zij die niet aan deze Christus deelhebben. Hierdoor valt een principiële scheiding tussen het bestaan van de gelovigen en de wereld, tussen het geestelijke-en het vleselijke. Deze Dopers willen, mede door een doorslaande reaktie op het intellektualisme van de wetenschap die zij in het verleden aantroffen, niet weten van een wetenschap die het verstand van de mens als zodanig een bepaalde waarde toekent. Dat is allemaal vlees en heeft niets van de Geest. In het bijzonder komt deze afwijzing van de wetenschap aan het licht in hun houding tegen de theologische studie. Als Gods Geest mensen roept tot zijn dienst dan zal de Geest die mens ook wel de wijsheid en bekwaamheid geven die hij nodig heeft. Daar is geen studie of opleiding voor nodig. Iemand als A. B. Karistadt (1480-1541) veroordeelde met een beroep op Matth. 23 : 8 alle wetenschappelijke titels en ging als een boer onder de boeren leven. In dezelfde geest wilden de Wederdopers en Mennonieten niet weten van een wetenschappelijke opleiding voor de dienaren van het Woord. Het 'recht' van vermanen wordt slechts door de Geest verleend.

Men zegt wel eens dat de Nadere Reformatie soortgelijke ideeën koesterde als de Dopers. Dat is echter niet aan te tonen. Wel bestaat er in de doorvloeiende sectoren van de Nadere Reformatie een afkeuring van letterkennis, uiterlijke kennis, verstandelijke kennis, die een voedingsbodem voor een anti-wetenschappelijke instelling kan vormen.

Schortinghuis

Als voorbeeld noemen we Schortinghuis. Hoewel hij de theologische studie op zich niet afwijst scoort de academische wijsheid bij hem niet erg hoog. In de vierde samenspraak van hetinnige Christendom, gaat het over de opleiding van de predikanten en daar zegt 'Geoefende': Och, hoe gezegend en zulke dierbare jongelingen! die in de vreeze Gods met gebeden en zuchtingen werkzaam zijn, om die wijsheid die van boven is, Jac. 3 : 17, dat God hun wijsheid in het verborgene wil bekend maken, Ps. 51 : 8, un onderwijzen en leeren in dien weg, dien ze moeten gaan, Ps. 32 : 8, ja hunne paden voor hunne voeten recht maken, om met den stroom der Academische ijdelheden niet weggesleept te worden; maar dat ze hunne ledige uren in den dienst van God en het gezelschap der ware vromen mogen doorbrengen, om bij die kleine Professors (gelijk eens iemand de godzaligen noemde) die de verborgenheden Gods geopenbaard worden, Matth. 11 : 25, de wegen en gangen Gods in 't Heiligdom en hun velerlei bevindingen, wegen, ontmoetingen en handelingen onder Gods zegen te leeren kennen en verstaan, om alzoo toegerust en bekwaam gemaakt te worden tot dienaren des N. Testaments, niet der letter, maar des Geestes, 2 Cor. 3 : 6; en dus gesteld onder de boodschappers van goede tijdinge, ja om den Heere toe te bereiden een toegerust volk, Luc. 1 : 17.'

We moeten hierbij wel bedenken dat op de achtergrond meespeelt de opkomst van het nieuwe denken aan de universiteit enerzijds, en de geleerde, scholastieke preektrant b.v. van de Groene Coccejanen anderzijds. Een voorkeur voor een bevindelijke Godgeleerdheid, zoals van Johan Verschuur kan dan niet uitblijven. Het is het échec van de 'Letterwyse'.

Boekenwijsheid

Deze stroming is er gebleven tot op de dag van vandaag toe. Er zijn zelfs aanwijzingen dat zij wel eens groeiende zou kunnen zijn. Men ziet dan de theologische opleiding als boekenwijsheid. Universiteit en hogeschool zijn domineesfabrieken. Iemand die de studeerkamer van een predikant bekeek reageerde hierop met de woorden: wat een arme dominee, dat hij het hiervan moet hebben. Hier treedt éénzelfde dualistische visie op het werk van de Heüige Geest aan de dag. Men ziet niet in dat de Heilige Geest middellijk werkt. Ook door middel van het verstandelijk wetenschappelijk bezig zijn. Dezelfde trend treffen we ook aan in de meer extreme vormen van de Evangelische beweging en Pinkstergemeenten. Merkwaardig is hier een raakvlak met die stroming die snel naar het doen, de praktijk, de aktie in de kerk wil gaan. Diepgaande bezinning is verloren tijd. Het levert weinig nut op. Aan het werk in de kerk! De studeerkamer is een vruchteloos oord.

3. Een bijbelse visie op de verhouding

Naar onze bescheiden mening moeten we een andere weg gaan, een weg, waarlangs we tot een meer convergente verhouding tussen wetenschap en godsvrucht kunnen komen. Zoekend en tastend gaan we verder.

a) Vanuit de schepping I

Toen God de mens schiep gaf Hij hem een opdracht, namelijk om de aarde te bouwen en te bewaren (Gen. 2 : 15). Bij het bouwen van de aarde mogen we ook denken aan het op-en onderzoeken van de gaven die in de schepping liggen, ten einde die gaven produktief te maken. Bij het bewaren van de schepping kunnen we denken aan het afwenden van latente afbrekende krachten. Krachten die door de zondeval aktueel worden.

Tot deze opdracht behoort ook de wetenschap. Wetenschap beoefenen is dus niet pas een drang van de gevallen mens, maar ze is een scheppingsgegeven. God heeft de mens begiftigd met verstand en inzicht en de drang tot onderzoek. Daarin schuilt iets van het beeld van God, het creatieve als afbeelding van Gods unieke creativiteit.

Door de zondeval is dit beeld van God grotendeels verdwenen en het verstand verduisterd. De wijze waarop de mens met Gods schepping om gaat mist zijn doel (de zonde!). De onderzoeker van deze eeuw is de wereldwijze (1 Cor. 1 : 20). De autonome mens. Met alle risico's van zijn daden. Denk eens aan het technische kunnen, waardoor meer problemen geschapen dan opgelost worden. En een fatale bedreiging voor de mensheid kan ontstaan. Anderzijds zijn er toch ook sporen overgebleven van het beeld van God in de mens. Daarom is er de mogelijkheid van wetenschap, die niet persé zondig en destructief behoeft te zijn.

b) Vanuit de herschepping

Willen we als mensen echter tot 'ware' wetenschap komen, dan is wedergeboorte nodig. Vernieuwing van ons verstand''(Rom. 12:2). Door de vernieuwende werking van de Heilige Geest kan de mens echte wijsheid ontvangen. Op allerlei gebieden, die de schepping raken. Denk aan Bezaleël die vervuld wordt met de Heilige Geest, met wijsheid en verstand (Ex. 31 : 3). Iemand als koning Salomo bidt om wijsheid en ontvangt deze ook (2 Kron. 1 : 10). Daniël en zijn vrienden ontvangen van God bijzondere wetenschap en wijsheid (Daniël 1 : 17). De Spreukendichter prijst de wijsheid. Ze is beter dan robijnen (Spr. 8:11). Tenslotte: eheel uniek: n Christus liggen al de schatten van wijsheid en kennis verborgen (Col. 2:3).

De Heilige Geest schept ware wijsheid. Hij verlicht het verstand. In het bijzonder ten aanzien van Gods openbaring. Hij schept de mogelijkheid van 'God-geleerdheid', d.m.v. Openbarings-onderzoek, dat is Schriftonderzoek. Met het grote doel om God te kennen en te eren. Bij deze opvatting over wetenschap is de notie van godsvrucht voorondersteld, godsvrucht vormt dus in het geheel geen tegenstelling met wetenschap, maar is er de noodzakelijke voorwaarde voor. De vreze des Heeren is het beginsel der wijsheid (Spr. 1 : 7). D.w.z. die mens, die rekening houdt met de Heere en Zijn wil kan pas tot ware kennis en wetenschap komen. In die zin tekent Jakobus het grote verschil tussen kennis die van boven en die van beneden is (Jac. 3 : 15-18). De kennis van boven is zuiver, vreedzaam, bescheiden enz.

De kennis van beneden is aards, natuurlijk, duivels.

Partner

Derhalve kan godsvrucht naar Bijbelse maatstaf de partner van de wetenschap zijn. Iemand als Pascal (1623-1662) heeft dat heel duidelijk ingezien. Eerst bedreef hij wetenschap zonder geloof en godsvrucht. Dan wordt hij bekeerd (1654). Een latere tekst die men van hem vond bevatte Pascals belijdenis: 'God van Abraham, God van Izak, God van Jakob, niet van de wijsgeren en de geleerden'.

Zijn bekering betekende niet het einde van de wetenschap op zich, maar van een wetenschap, waarbij de rede heer en meester is. Wetenschap met godsvrucht verbonden, dat is wijsheid, praktische levenswijsheid. Vanuit dit gezichtspunt heeft de Gereformeerde Kerk hier ten lande van meet af aan een open oog gehad voor de wetenschap. Overal drong ze aan op het stichten van scholen, lagere-, latijnse-, illustereen hogescholen. ^

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 1989

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Wetenschap en godsvrucht (3)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 1989

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's