Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Koning van Goddelijke generatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Koning van Goddelijke generatie

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Ik zal van het besluit verhalen: e Hee re heeft tot Mij gezegd: ij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik Ugegenereerd.' Psalm 2:7

Psalm 2 is een lied dat waarschijnlijk gezongen werd in Israël wanneer een koning gekroond werd. Echter hetgeen hierin over de koning gezegd wordt stijgt ver uit boven macht en heerlijkheid van welke koning in Israël ook. De kerk heeft dan ook de eeuwen door deze psalm gelezen als een Messiaans lied. Een psalm waarin het gaat over de Koning der Koningen, de Heere Jezus Christus, Die gekomen is als een kind in de kribbe en Die komen zal om de aarde te richten, de wereld in gerechtigheid.

De Psalm begint met de vraag: Waarom? Op zichzelf niet iets bijzonders. De wereld is vol van vragen naar het 'Waarom'. Misschien is ook uw leven er vol van. Immers ook wanneer we door genade mogen geloven, kunnen de 'Waaroms? ' vele zijn. Onze God is niet een God van 'oplossingen'; Hij is wel de Heere bij Wie veel verlossing is. Geloven betekent niet dat al onze waaroms worden opgelost, wel dat we ervan worden verlost, door ze in het geloof te leggen in de Hand van de Vader, van Wie we geloven dat Hij alle dingen doet medewerken ten goede, degene, die Hem liefhebben. Geloven betekent dat we vertrouwen dat we de dingen die we nu niet begrijpen, na dezen zullen verstaan. Dit "Na dezen' kan zijn in dit leven. Het kan ook zijn na dit leven.

Het bijzondere van het 'waarom' waarmee Psalm 2 begint is, dat deze vraag niet aan de Heere gesteld wordt maar aan de volken. Waarom woeden de volken en bedenken de volken ijdelheid? De koningen der aarde stellen zich op, en de vorsten beraadslagen tezamen tegen de Heere, en tegen Zijn Gezalfde. De volken, de heidenen, de koningen en de vorsten der aarde nemen besluiten en beslissingen zonder met de Heere te rekenen. Zij doen alsof Hij niet bestaat. En dat noemt de dichter van Psalm 2: IJdelheid. Niet omdat ze beraadslagen over aardse zaken. Op zichzelf behoeft dat geen ijdelheid te zijn. Integendeel. Het kunnen zaken zijn van het grootste belang. Het is ijdelheid omdat ze deze besluiten nemen zonder de Heere. Waarom? Omdat er een ander besluit ligt. Het besluit van God de Vader, God de -Zoon en van God de Geest. Ik zal van het besluit verhalen, zegt de Heere Jezus. En Hij doet dat door Zijn komst in deze wereld.

Wat houdt dit besluit nu in? Dat God de Vader tegen Zijn Zoon gezegd heeft: 'Gij zijt Mijn Zoon, heden Heb Ik U gegenereerd'. Het Kind in de kribbe is van goddelijke generatie. God uit God, Licht uit Licht. Waarachtig God uit waarachtig God. Van hetzelfde wezen met de Vader. Zijn geboorte spreekt daarvan. Zijn leven getuigt ervan.

De eeuwen door is dit aangevochten, tot op de dag van vandaag weigeren velen dit te geloven. Van nature is de mens daarvoor blind, wanneer echter de Geest onze ogen opent, dan belijden we m^et de Kerk: Het Kind in de kribbe is Gods Zoon!

We lezen in Psalm 2 nog meer over dit besluit. 'Ik toch heb mijn Koning gezalfd over Sion, eist van Mij, en Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden der aarde tot Uw bezitting'. Het is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde. Hij is Koning. Koning van Goddelijke generatie.

Wanneer dan de zaken zo staan, en zo staan ze, wanneer dan dit besluit genomen is, en dit besluit is genomen, (het kerstfeest verhaalt van dit besluit) kunt u zich dan voorstellen dat Die in de hemel woont zal lachen, zoals Psalm 2 schrijft, wanneer volken beraadslagen en besluiten nemen alsof dit besluit er niet ligt? Kunt u zich voorstellen, dat Die in de hemel woont lacht, wanneer wij besluiten nemen zonder te vragen aan deze Koning: Heere, wat wilt Gij dat ik doen zal. Hoe beraadslagen wij? Hoe nemen wij beslissingen? Voor het Aangezicht van Hem, de Koning der Koningen, Die alle macht heeft over ons leven? Of beslissen we zonder Hem.

Wat ligt er in dit besluit ook een grote troost voor allen die mogen geloven. Soms kan het woeden der heidenen en het bedenken van de volken, het beraadslagen van vorsten ons benauwen, maar in het geloof mogen we dan zien op het Kind in de kribbe dat ons verhaalt van het besluit dat genomen is: Hij is Koning. Hij regeert. Onze Koning is van Israels God gegeven. Wat een troost ook voor het persoonlijk leven te mogen weten: Hij is de Koning van mijn leven. Hij regeert.

De Psalm spreekt ook van verpletteren met een ijzeren scepter; Gij zult hen in stukken slaan als een pottenbakkersvat. Ook dit behoort bij dit besluit. Dat klinkt wreed. Dat past niet in onze cultuur en beschaving. Ónze ethiek staat boven zulk een barbaarse taal. Zo hebben we de neiging om te zeggen. We moeten echter wel bedenken dat hier over de Toekomst gesproken wordt. Dat betekent dat we de dingen die we hier lezen niet mogen beschouwen als iets waar we boven staan. We leven nu nog in het heden der genade. Nog regeert deze Koning door Zijn Woord en Geest. Nog wordt dit besluit niet uitgevoerd, maar Hij zal wederkomen om te oordelen de levenden en de doden. Dan zal Hij verhalen van dit besluit.

Daarom eindigt de Psalm met de indringende oproep: 'Handelt verstandig. Laat u terechtwijzen. Dient de Heere. Kust de Zoon, opdat Hij niet toome'.

Zullen wij dan maar verstandig handelen en Hem dienen met vreze? Zullen wij dan maar niet zulke dwazen zijn, die leven alsof er nooit een kribbe gestaan heeft in Bethlehem, alsof Christus geen Koning is en eenmaal komen zal om te oordelen de levenden en de doden? Indringend nodigt onze Psalm om te komen tot Hem. In de eerste plaats omdat het de eer van deze Koning is vele onderdanen te hebben. In de tweede plaats omdat het dwaasheid is, ijdelheid, te leven alsof Hij geen Koning is over ons leven. In de derde plaats omdat - = Zijn wederkomst een verschrikkelijke dag

zal zijn voor een ieder die zich niet bekeert en tot Hem komt. Wanneer u Hem nog niet als Koning dient, valt Hem nederig te voet opdat Hij u lere door Zijn Woord en Geest uw leven in Zijn dienst te besteden.

Onderdaan zijn van deze Koning is een juk. Zeer zeker. We zullen onszelf moeten verloochenen, we zullen dagelijks tegende zonde moeten strijden, in ons en buiten ons in deze wereld. Maar Zijn juk is zacht. Het is vreugde om Hem te dienen. Het is een last. Zeer zeker, want we zullen ons telkens weer door Hem moeten laten corrigeren. Maar Zijn last is licht. Welgelukzalig noemt de dichter van Psalm 2 allen, die op Hem vertrouwen.

Is van Zijn Koningschap iets te merken in de wereld waarin we leven? Is er iets van te zien dat het Kind in de kribbe de Koning van goddelijke generatie is? Zeker. Zijn voetstappen zijn overal waar mensen komen tot de aanbidding van Hem, overal waar mensen hun leven besteden in Zijn dienst. Hem dienen met vreze en zich verheugen in het heil dat deze Koning bereid heeft door Zijn kruis en opstanding. En zouden we de voetstappen van deze Koning ook niet mogen zien in alles wat er gebeurt in de Oostbloklanden? Wat is er veel gebeden om vrijheid voor de verdrukten. Zouden we dan niet mogen zeggen dat de recente gebeurtenissen verhalen van het besluit: Gij zijt Mijn Zoon, heden heb Ik U gegenereerd. Ik toch heb Mijn Koning gezalfd.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1989

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Koning van Goddelijke generatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1989

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's