Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Lege schoenen in de woestijn (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Lege schoenen in de woestijn (1)

Reformatieherdenking

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

'En Hij zeide: Nader hier niet toe; trek uw schoenen uit van uw voeten; want de plaats waarop gij staat, is heilig land.'(Exodus 3 : 5)

Lege schoenen
Zomaar ergens in het zand bij de berg Horeb zien we ze staan. Lege schoenen in de woestijn. Iemand heeft die schoenen uitgedaan. Een volwassene, geen kind.
O, kijk! Daar brandt een braambos. En voor die brandende braambos geknield, ligt Mozes met een doek voor zijn gezicht. Hij heeft zijn schoenen uitgedaan, want daar uit die brandende braambos spreekt de heilige God. En die lege sandalen hier bij Horeb duiden op de aanwezigheid van de Heere der heirscharen.
Als God tot Mozes spreekt, kan Mozes alleen nog maar eerbiedig luisteren. Je schoenen uitdoen was in bijbelse tijden zo'n teken van eerbied.

God spreekt
Die eerbied voor de heilige God, Die tot ons spreekt, overmande destijds ook Luther. Zijn geweten raakte gevangen in het Woord van God. In een bekend en aangrijpend relaas – waarin het hart van de reformatorische ontdekking klopt – vertelt de reformator daarover: 'Ik haatte dat woord "gerechtigheid", het vervloekte en verdoemde mij. Ik zei tegen God: houdt Ge dan nooit op mij te plagen met Uw toorn? Maar ik hield niet op te bonzen tegen dat woord van Paulus: de rechtvaardige zal door zijn geloof leven. En ineens zag ik het: wij leven, wij léven niet door ons toedoen, maar door Gods schenkende gerechtigheid in Christus. Toen werd die tekst van Paulus mij een porta paradisi, tot een deur van het paradijs.' Ziet u het vuur branden in deze belijdenis? Daar op de enkele vierkante meter heilig land, die de kloostercel vormt, staan de lege sandalen van de monnik, die overmand door Gods Woord in Rom. 1, 17 neerknielt voor de heilige God, Die spréékt. Luther leerde net als Mozes die siddering, die heilige vreze kennen voor de God van het Woord. En telkens opnieuw als het Woord opengaat, in de kerkdienst, op de catechisatie, in onze gezinnen, mag en moet deze eerbied ons doortrekken, omdat de Heere tot ons spreekt. De lege sandalen van Mozes in Exodus 3 roepen ons als kerk van de reformatie tot de orde. Denk erom: de plaats waarop we gesteld werden, is heilig land. Het Woord kwam terug op de kansels en in de gezinnen. Eerbied is geboden. Lege schoenen. Want God spreekt gewis tot elk die voor Hem leeft. Dat is: voor ieder met Luther 'bonst' op Zijn Woord.

Geroepen
Mozes had het wel vreemd gevonden. Woestijnbranden kwamen wel meer voor, maar met deze struik is iets bijzonders aan de hand: het braambos brandde in het vuur, maar vèrbrandde niet.
Opeens had er een stem geklonken uit het braambos: Mozes, Mozes! En op dat moment wordt Mozes geroepen om het volk uit Egypte te leiden. Veertig jaar geleden had hij zich geroepen gevóeld om het volk te bevrijden. Alles duidde erop, dat hij de aangewezen man daartoe was. God Zelf had hem d.m.v. de opvoeding aan het hof op deze taak voorbereid. En dan mislukt alles met één rake misslag! Als een moordenaar moet Mozes vluchten. En sindsdien heeft hij achter de schapen gelopen. In Midian zal hij de rest van zijn dagen slijten en straks als arme schaapherder sterven.

Vormende omweg
Toen heeft Mozes zich naar Gods wil leren voegen. Juist in die 40 jaar in Midian leert Mozes nederigheid en zachtmoedigheid, waardoor hij later bekender is geworden dan door andere dingen.
De omweg van God is niet nutteloos. Zo gaat de Heere ook met u en jou wel eens een omweg. Een weg die voor ons volstrekt onverwacht volstrekt onbegrijpelijk is. In zulke tijden leren we bij uitstek wat het is, om als klei in de hand van de hemelse Pottenbakker te liggen!
Mozes ervoer het aan den lijve, dat God zijn weg bepaalde en zijn leven vorm gaf. De Heere buigt ons leven naar de vorm die Hij en niet die wij gedacht hebben. En dat doet meestentijds zeer. Want wij willen als ware Adamieten, als eigenzinnige en zondige kinderen en grote mensen, zélf ons leven vorm geven. Maar de Heere kneedt ons naar Zijn profiel.
Zo werd ook Maarten Luther gevormd. De 'driftgebonden boer' werd tot zwijgen gebracht voor het aangezicht des Heeren. 'Omdat de Heer hem op de knieën dwong', zoals De Mérode dicht. Hij kneedde deze monnik naar Zijn vorm. En maakte hem een vat tot Zijn eer.
Wat een wonder als ook wij het daarmee eens worden. Als we tot zwijgen worden gebracht met Mozes en Luther. Als we tegen God leren zeggen: Heere, U bent de Pottenbakker, ik ben de klei. Ik denk dat we gerust mogen zeggen, dat dat ons heel wat tranen kost. Ja, dat kost ons alles! Dan sta je niet alleen met lege schoenen, maar ook met lege handen en een leeg hart en een leeg hoofd, ja met een leeg leven voor God.

Gij, re-formator en her-vormer
Reformatieherdenking 1993: lege schoenen in de woestijn. Hoe moet het verder in ons eigen leven en in de kerkelijke woestijn, waarin we verkeren? Wat meer lege schoenen, wat minder volle agenda's. Wat meer eerbied voor de God Die spreekt. Wat meer op de knieën. Het wat minder zelf weten, het wat meer God laten doen. Eens heel goed kijken naar die lege sandalen van Mozes. Eerbied, aanbidding en ontzag voor de levende God. 'Nader hier niet toe; trek uw schoenen uit van uw voeten; want de plaats waarop ge staat, is heilig land!'
En dan maar smeken: Heere vul Gij, mijn leven door Uw Woord en door Uw liefde en door Uw aanwezigheid. Vorm Gij het! Vorm Gij Uw gemeente. Vorm Gij Uw kerk. Vorm Gij de jongeren en de ouderen. U bent de Pottenbakker, de Formator, de Reformator. Klei kan niets van zichzelf maken. Wees Gij de grote Vormer, de ware Her-vormer door Uw Woord en Geest!
Dan zal 'Gods vrijmacht van genade zuivrend stroomen', ook door uw 'afgebeulde bloed', zoals Willem de Mérode zo treffend dichtte in onderstaand sonnet:

Luther
Hij was en bleef een driftgebonden boer,
Die zingen kon zoodat het klooster dreunde,
's Avonds sloeg hij verwoed op schonk en schoer,
En niet de duivel maar hij brulde en kreunde.

Tusschen zijn lachlust en bezetenheid,
Dit felle en onverhoeds vagebondeeren,
Is jarenlang hij slingerend geleid,
Totdat hij zweeg voor 't aangezicht des Heeren.

Hij voelde door zijn afgebeulde bloed
Gods vrijmacht van genade zuivrend stroomen;
Hij, een nieuw schepsel, profeteerde en zong,
En heeft met de oude drift en nieuwe moed,
Den kamp met kerk en keizer opgenomen,
Omdat de Heer hem op de knieën dwong.

J. Flikweert, Nieuwpoort

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1993

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Lege schoenen in de woestijn (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 oktober 1993

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's