Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Gereformeerde Bond en de trend van de tijd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Gereformeerde Bond en de trend van de tijd

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een reactie op het referaat van dr. ir. J. van der Graaf

Op 31 mei jl. aanwezig op de jaarvergadering van de Gereformeerde Bond werd ik bijzonder geïntrigeerd door het referaat van dr. ir. J. van der Graaf: 'Kerkelijke schaalvergroting en de vraag naar kleinschaligheid'. Het riep en roept bij mij een paar vragen op, die ik bij deze graag (en met dank voor de mij geboden gelegenheid) naar voren breng.

Het beroep op de godsdienstsociologie

Laat ik maar meteen zeggen dat ik dit referaat, als voorgedragen door de algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, niet goed kan plaatsen. Met grote verrassing hoorde ik hoe hier in de argumentatie een beroep gedaan wordt op de godsdienstsociologie. Die was in het verleden 'nu niet direct onze bondgenoot', zegt Van der Graaf Nee, dat zal waar zijn! Kerkelijke sociologie gaat over het algemeen hand in hand met een visie op de Kerk. Sociologische beschouwingen lopen uit op adviezen voor het kerkelijk handelen. Adviezen die er op neerkomen dat de Kerk zich op de sociologisch geanalyseerde werkelijkheid (meer) zou moeten instellen.

De Gereformeerde Bond heeft, zo heb ik altijd begrepen, met dergelijke adviezen weinig op. De Bond is immers principieel van mening dat de Kerk zich voor haar beleid méér dan naar de sociologie naar de Schrift te richten heeft. — Dat laatste stem ik trouwens toe (al zeg ik er bij dat het maken van een krasse tegenstelling mij hier niet nodig lijkt).

Maar hoe kan Van der Graaf dan nu ineens in zijn betoog diezelfde godsdienstsociologie wél als bondgenoot te hulp roepen? En dan nog wel in de persoon van de gereformeerde godsdienstsocioloog Gerard Dekker? Als er nu één socioloog is die pleit voor een kerkelijke strategie in moderne zin (en die daarin aangeeft een typische nazaat van Abraham Kuyper te zijn), dan is hij het wel. Het lijkt mij een raadsel hoe déze godsdienstsocioloog nu ineens door de algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond als autoriteit geciteerd kan worden.

Er is natuurlijk wel een verklaring voor. G. Dekker staat bekend als een tegenstander van het huidige Samen op Weg-proces. Hij ziet daar voor de Kerk van vandaag niets in. Dat is dan een punt van overeenkomst met de Gereformeerde Bond. Ook die heeft immers grote bezwaren tegen het huidige Samen op Weg-proces. Weliswaar heel andere; en daar wringt voor mijn besef de schoen. Terwille van praktische samen­ werking kan inderdaad over principiële verschillen worden heengestapt. Van der Graaf kan zich op Dekker beroepen; namelijk als diens kritiek op Samen op Weg kan dienen om zijn eigen (heel andere) kritiek te versterken. In de politiek komen zulke manoeuvres, onder het motto 'het doel heiligt de middelen', vaak voor. Maar ik had altijd gemeend dat de Gereformeerde Bond in haar opstelling daarvoor te principieel was. Heb ik dat mis gehad?

Het beroep op de 'trend van de tijd'

Mijn verbazing werd nog groter toen ik merkte hoe Van der Graaf zich in zijn betoog voor zijn argumentatie niet alleen op de godsdienstsociologie, maar zelfs, daar achter, op de 'trend van de tijd' beriep. 'Er is allerwegen een roep om kleinschaligheid', zo zegt hij op zijn wijze wat anderen in andere bladen (zoals Trouw en Woord en Dienst) naar voren hebben gebracht. En in dit verband stelt hij dat het proces van Samen op Weg zich met deze trend 'moeilijk verdraagt'.

Hij voegt er weliswaar zelf aan toe: 'Deze trend laten we geen norm zijn'. Maar dat weerhoudt hem er niet van, in zijn referaat van deze 'trend' een hoofdpunt te maken. Als hét grote bezwaar tegen Samen op Weg wordt hier genoemd en uitgewerkt, dat Samen op Weg 'een laatste poging' lijkt te zijn 'om het grootse, grootschalige instituut te redden'. Want grootschaligheid betekent: institutaire ballast, een 'topzware bovenplaatselijke structuur', en dus geestloosheid. In een grootschalig bouwsel zit, zo bedoelt Van der Graaf blijkbaar, per definitie 'geen hart en geen ziel'. Grootschaligheid blijkt in strijd te zijn met de 'existentiële', zelfs 'religieuze' behoefte van 'de mensen vandaag'. Het is in dit verband dat Van der Graafs betoog dan uitmondt in de oproep tot geestelijke bezinning, tot gebed om de Geest. Die oproep ligt direct in het verlengde van de oproep tot kleinschaligheid. De Kerk moet maar 'niet te veel tijd verdoen aan organisatorische schaalvergroting', want dat bij uitstek zou de geestelijke bezinning blokkeren.

Ik lees de tekst nog eens door en wrijf mijn ogen uit. Sinds wanneer laat de Gereformeerde Bond zijn opstelling bepalen door de 'trend van de tijd'? Waar blijven nu de grote, principiële bedenkingen zoals ze in het verleden door de Gereformeerde Bond tegen Samen op Weg en tegen de ontwerpkerkorde naar voren zijn gebracht? Waar blijft het beroep op Schift en belijdenis? Van der Graaf noemt die principiële bezwaren wel even, en zegt er bij dat die 'genoegzaam bekend' zijn. Maar dat laatste klinkt niet erg overtuigend.

Is de Gereformeerde Bond een wissel overgegaan?

Het lijkt er op alsof de Gereformeerde Bond een wissel is overgegaan en zijn bezwaren nu eerder richt op het kerkelijk (organisatorisch) beleid dan op het kerkelijk (inhoudelijk) belijden. Ik vraag mij af hoe zoiets mogelijk is. In elk geval betreur ik het. Ik acht het voor ons kerkelijk gesprek een verarming.

Het kan ook zijn dat mij een misverstand parten speelt en dat de Bond in feite helemaal geen wissel is overgegaan. Maar in dat geval vraag ik hoe dan de tevoren genoemde inhoudelijke bezwaren tegen Samen op Weg moeten worden beoordeeld. Waren die dan misschien toch niét de eigenlijke? Ik kan dat niet geloven.

In mijn korte toespraak op de jaarvergadering, 31 mei jl., riep ik de Gereformeerde Bond er toe op, in onze kerkelijke discussies vóór alles de Waarheidsvraag te blijven stellen. Dat kan in de breedte van de Kerk lastig genoeg zijn, maar ik denk dat wij dat nodig hebben. Met het oog op het op die vergadering gehouden referaat van de algemeen secretaris doe ik die oproep nu met destemeer klem. Laat de Bond er toe bijdragen dat het in het gesprek met het oog op Samen op Weg over de inhoud blijft gaan, en dat in dat gesprek het beroep op Schrift en belijdenis de aandacht krijgt die het verdient. Het beroep op de 'trend van de tijd' klinkt toch wel luid genoeg. Van de kant van de Bond behoeft dat niet bijgevallen te worden.

Grootschaligheid en kleinschaligheid: gevaren en mogelijkheden

Een paar opmerkingen nu nog over het punt van de (tot een topzware organisatie leidende) kerkelijke schaalvergroting. Dat punt is inderdaad onze aandacht en waakzaamheid waard. Maar het is dat niet alleen in het verband van Samen op Weg. Het speelt ook waar het ons eigen, hervormde, Kerk-zijn betreft. Het lijkt me dus wat oneigenlijk om dit nu specifiek als bezwaar tegen Samen op Weg aan te voeren. Er is daarnaast een tegenvraag te stellen: is grootschaligheid werkelijk per definitie geestloosheid, en kleinschaligheid als zodanig garantie van geestelijke bezieling?

Moeten we niet naar beide kanten toe openstaan voor gevaren én mogelijkheden? Hebben wij in het samen Kerk-zijn niet zowel de 'kleinschaligheid' van de eigen gemeente als de 'grootschaligheid' van het bovenplaatselijk verband nodig? Dat laatste kan omschreven worden als 'een geestelijke samenhang van gemeenten', zeker. Maar Van der Graaf wil toch niet ontkennen dat ook die samenhang een structuur nodig heeft?

Dr. K. Blei is secretaris-generaal van de Nederlandse Hervormde Kerk.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 1995

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De Gereformeerde Bond en de trend van de tijd

Bekijk de hele uitgave van donderdag 15 juni 1995

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's