Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Kerknieuws

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Kerknieuws

24 minuten leestijd Arcering uitzetten

KAND, H. VAN DEN BELT BEVESTIGD TE OUD-ALBLAS

Op 2e Kerstdag jl. mocht de Hervormde Gemeente van Oud-Alblas weer een eigen herder en leraar ontvangen. Na een vacante periode van drieëneenhalve maand werd op deze dag kand. B. van den Belt bevestigd en deed hij intree.

Zijn bevestiger, ds. J. Koppelaar, had als tekst gekozen: Lukas 2 : 14, Ere zij God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in de mensen een welbehagen. Een heel bekende tekst, een bekend lied voor ons allen. De kinderen leren het al vroeg op school. Deze dagen zullen we het vast meer dan eens gezongen hebben, zo zei ds. Koppelaar. In het eens worden met God, in het Ere zij God, ligt de hele zaligheid besloten. God heeft Zijn ontferming. Zijn barmhartigheid niet voor zichzelf gehouden, maar die in Zijn Zoon naar deze aarde laten vloeien. Eerst naar Israël, later ook over de ganse aarde verspreid. Hebben we het al afgeleerd te zeggen: ere zij ik, en geleerd: ere zij God? , zo vroeg de predikant zijn gehoor.

Laat er in het hart van ons allen de begeerte, de bede zijn: Heere, gebruik de bediening van deze nieuwe dienaar des Woords als middel in Uw hand om mij zalig te maken en te leren zeggen: Ere zij God alleen. Als uw predikant tot u het Woord spreekt, spreekt God rechtstreeks tot uw hart. Hij mag de boodschap brengen dat God in mensen een welbehagen heeft God wil dat niet één uit de gemeente verloren gaat, maar dat allen behouden worden. En onbegrijpelijke liefde van God voor mensen. Mag uw nieuwe predikant ook deze toegenegenheid van het hart bezitten, zo hield ds. Koppelaar de gemeente voor De Heere zendt zijn dienaren als engelen op deze aarde. Ook Oud-Alblas mag weer een engel uit Gods hand ontvangen. Omring hem met uw gebeden, wil hem van dag tot dag opdragen aan de troon van Gods genade, opdat hij in zijn gezonden zijn als engel van Gods gemeente, het welbehagen van God, ruim, onverkort, met aandrang en met de toegenegenheid van zijn hart, met een Liefde Gods, aan u uit mag delen. Neem zijn woorden aan als Gods Woorden, zo zei ds. Koppelaar.

Na de prediking vond de bevestiging plaats. Aan de handoplegging namen naast ds. J. Koppelaar deel: ds. K. van den Belt, ds. C. van den Berg, ds. T. C. de Leeuw, ds. J. den Hoed, ds. W. G. Gerritsen, ds. A. den Hartog, ds. L. M. Jongejan, oud. M. Markwat, oud. A. J. van Vliet. Na de bevestiging en handoplegging werd de nieuwe predikant toegesproken door zijn vader, ds. K. van den Belt. Hij sprak van een hoogtijdag, zowel voor hemzelf als voor de verdere familie, en gaf hem de tekst mee: Weést getrouw tot den dood, en Ik zal u geven de kroon des levens.

In de middagdienst deed ds. H. van den Belt intrede in zijn eerste gemeente met de tekst uit Jesaja 51 : 16: en Ik leg Mijn woorden in uw mond, en bedek u onder de schaduw Mijner hand; om den hemel te planten en om de aarde te gronden, en om te zeggen tot Sion: Gij zijt Mijn volk. Het zal duidelijk zijn, dat God hier zelf aan het woord is, die door de mond van Zijn dienaar, de profeet Jesaja, spreekt. Ik leg Mijn woorden in uw mond. Het gaat niet alleen over de profeet. De tekst heeft een diepere strekking. Het heeft betrekking op heel het volk Israël. Dit is Mijn verbond met hen. Ik ben de Heere uw God en Ik leg Mijn woorden in uw mond. Het hele hoofdstuk slaat op Israël, het volk van Gods verbond. Dit blijkt ook uit vers 2, waar staat: aanschouwt Abraham ulieder vader, en Sara, die u gebaard heeft en in vers 12: Ik, Ik ben het, die u troost, wie zijt gij, dat gij vreest voor de mens, die sterven zal? Het leek wel of er van Israël niets overgebleven was. Sion, Jeruzalem, was verwoest, alle steden van Juda waren ingenomen, de leiders van het volk in ballingschap gevoerd. In de onmogelijkheid gaat God werken. Zo gaat het ook in het geestelijk leven, in de weg van de onmogelijkheid. Ik leg Mijn woorden in uw mond. Het is zoals wij kleine kinderen hun eerste gebedje leren bidden. We leggen hen de woorden in hun mond, zo hield ds. Van den Belt zijn gemeente voor Het betekent dat je zelf uitgepraat bent, je kunt zelf niet bidden, niet zingen, de Heere niet geloven. En Hij is het toch zo waard. Dan komt de bede in het hart: Heere, leg Uw woorden in mijn mond.

Ds. Van den Belt noemde in dit verband ook de Wet des Heeren: Toen sprak God al deze Woorden. De Tien Geboden, of ook wel genoemd: de Tien Woorden. Het is juist met Kerstfeest zo schrijnend, dat het volk Israël, teruggekeerd uit alle landstreken naar hun land, de Heere hun God niet in Christus dienen. Er is een bedekking voor hun aangezicht. Van Gods kant blijft het waar, ook voor het volk Israël: Ik ben de Heere, uw God. We mogen daarom hoop en verwachting hebben voor het volk Israël, dat ze Jezus Christus als hun Zaligmaker zullen erkennen.

Ik leg Mijn woorden in uw mond. Dit mag ook voor Nederland gelden, waar eertijds het heidendom heerste. Een Licht zo groot, zo schoon, gedaald van 's Hemels troon, straalt volk bij volk in d'ogen. Het mag ook ons gelden. Hij legt Zijn woorden in onze mond, jong en oud, om ze in het hart te doen nederdalen. Kerstfeest 1995, Het Woord is vlees geworden, het heeft onder ons gewoond, en wij hebben Zijn Heerlijkheid aanschouwd, een Heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader, vol van genade en waarheid. Ik leg mijn woorden in de kribbe. Met kerstfeest is het Woord zo heel dichtbij gekomen, zo zei ds. Van den Belt.

Simeon mocht het aan zijn hart drukken. Nabij u is het Woord. Hoe dichtbij is Christus voor u? In uw mond en in uw hart? , zo vroeg ds. Van den Belt zijn gehoor Laat het niet alleen woorden van de lippen zijn, maar ook van het hart.

Ik bedek u onder de schaduw Mijner hand, gaat de tekst verder Dat wijst op de bewaring en bescherming van de Heere over Zijn volk Israël. Zo was er ook bescherming over Zijn Kind Jezus voor Herodes. Een bescherming, die er aan het kruis van Golgotha niet was. Mijn God, Mijn God, waarom verlaat Gij Mij? Het behaagde de Heere hem te verbrijzelen. Schuil toch in de schaduw van Golgotha. Sion zegt: De Heere heeft mij begeven, de Heere heeft mij vergeten, De Heere heeft mij verlaten. Maar de Heere zegt: Sion, Ik heb u in beide Mijne handpalmen gegraveerd.

Dit alles doet de Heere om de hemel te planten en om de aarde te gronden en om te zeggen tot Sion: Gij Zijt Mijn volk. Door de Heilige Geest zegt de Heere tot Sion: Gij zijt Mijn volk. Heeft de Heere dit in uw leven gesproken? , zo vroeg ds. Van den Belt zijn gehoor Waarbij zal ik dat weten? Het vloeit voort uit de woorden die de Heere in het hart en op de lippen legt. Ik ben de Heere uw God. Daarin ligt het vast. Niet in ons, maar in Hem. Dan gaan we het nazeggen: Mijn God, U zal ik eeuwig loven, omdat u het hebt gedaan. Dat is de enige troost in leven en sterven, zo zei ds. Van den Belt. Jezus Christus zal wederkomen op de wolken des hemels, en alle oog zal Hem aanschouwen. Hij zal komen in zijn Heerlijkheid. Dat ik te allen tijde met bewogenheid tot u mag spreken: Hij komt. Hij komt. Hoe zal het dan zijn met u: in Sion ingelijfd, of buiten staand?

Aan het einde van de dienst bedankte ds. Van den Belt de verschillende instanties en personen voor alle meeleven en medewerking ondervonden tijdens beroep en overkomst naar Oud-Alblas, alsook de organisatie van deze dag.

Na de dienst werd ds. H. van den Belt toegesproken door burgemeester G. W. Abbring namens het gemeentebestuur van de gemeente Graafstroom. Hij heette ds. en mevr. Van den Belt hartelijk welkom in de gemeente, schetste de onderlinge verbondenheid in verscheidenheid in Oud-Alblas en wenste ds. Van den Belt een goede tijd toe in Oud-Alblas.

Vervolgens sprak ds. C. van den Berg namens classis, ring en als consulent van Oud-Alblas ds. Van den Belt toe. Hij nodigde ds. Van den Belt uit de classisvergaderingen te bezoeken, om ook daar een inbreng te hebben. Hij sprak van een bevoorrechte classis, waar een geest van saamhorigheid mag zijn. Proef die en probeer die met Gods hulp te versterken, zo zei ds. Van den Berg. Hij wenste ds. Van den Belt een vruchtbare tijd toe in Oud-Alblas.

U hebt intrede gedaan bij de kribbe, dat is teer; u zult nog een keer afscheid preken bij het kruis, dat doet zeer; maar dat wordt verklaard bij het open graf, dat doet zien het Licht van Gods vriendelijk aangezicht, zo zei ds. Van den Berg. Hij zag met dankbaarheid terug op de soms verrassende momenten als consulent in Oud-Alblas. Hij haalde nog enkele verzen aan uit Hebr. 13 en wenste de nieuwe predikant toe wat in vers 5 staat: Ik zal u niet begeven, en Ik zal u niet verlaten. Namens kerkeraad, kerkvoogdij en gemeente sprak ouderling H. Alting de nieuwe predikant en zijn vrouw toe. Hij heette hen hartelijk welkom en wees op de verantwoordelijke en tegelijk zo schone taak van een Dienaar des Woords. Ook sprak hij zijn dankbaarheid uit dat de vacante periode zo kort was. Zoals een ontvangen geschenk uitgepakt moet worden om het te bewonderen, zo moet ook het Evangelie steeds weer verklaard en uitgelegd worden aan de gemeente. Daartoe bent u in onze gemeente gekomen, zo zei ouderling Alting. Hij riep de gemeente op de nieuwe predikant voortdurend in de gebeden te gedenken.

Tenslotte liet hij de gemeente ds. Van den Belt toezingen Ps. 112 : 3.

Ds. Van den Belt eindigde met een woord aan de gemeente: Om des Heeren huis in u gebouwd, waar onze God Zijn woning houdt, zal ik het goede voor u zoeken. Dat we samen mogen bukken aan de voeten van Christus en biddend aan elkaar verbonden mogen zijn. Aan het einde van de dienst mocht ds. Van den Belt voor de eerste maal de Zegen leggen op de gemeente van Oud-Alblas.

INTREDE DS. H. J. STOUTJESDIJK TE NIJKERKERVEEN

Het was maandag 25 december een vreugdevolle dag voor de Hervormde Gemeente van Nijkerkerveen. Na een vacaturetijd van 21 maanden werd weer een eigen herder en leraar aan onze gemeente verbonden. Ds. Stoutjesdijk, gekomen van de Hervormde Gemeente van Dordrecht, werd bevestigd door de consulent, ds. J. de Jong van Nijkerk.

Ds. de Jong had zijn tekst genomen uit Lukas 2 : 10 en 11.

Zoals in het kerstevangelie de engel, de heerlijkheid des Heeren als een gezant, mocht verkondigen de geboorte van Jezus en het heil in Hem. Zo mag ook uw nieuwe herder en leraar ds. Stoutjesdijk als een afgezant het Woord onder u bedienen en de geboren Zaligmaker Jezus Christus u aanprijzen. Grote blijdschap, die al de volken wezen zal. In die zin gaat God voort Zijn Woord onder u te doen verkondigen, in dit deel van Zijn wijngaard te Nijkerkerveen.

Na de gestelde vragen uit het bevestigingsformuher en het 'Ja, ik van ganser harte' alsmede de daarop volgende zegenbede, werd ds. Stoutjesdijk toegezongen uit Psalm 20 : 1.

In de middagdienst deed ds. Stoutjesdijk zijn intrede met de tekst genomen uit 1 Tim. 1 : 15. 'Dit is een getrouw Woord en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is, om zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben.' Ds. noemde deze woorden het kerstevangelie naar de beschrijving van Paulus. Paulus gaat hier getuigen van het kerstevangelie. De prediking werd uitgewerkt in drie punten:1. een Getrouw Woord; 2. een Zalig Woord; 3. een Ootmoedig Woord.

Dit Woord is een getrouw Woord. De Heere Jezus is in de wereld gekomen om zondaren zalig te maken. Daar valt de nadruk op. Betrouwbaar en geloofwaardig is dit Woord, daar kun je van op aan. Je mag er je ziel en zaligheid volkomen aan toevertrouwen. Het Woord van God garandeert. Het is echt en waarachtig. Wij mensen zijn onbetrouwbaar omdat we snel naar de vader der leugen luisteren en daarmee een boos hart hebben. Als we dat inleven praten we niet zo snel over anderen, want dan hebben we meer dan genoeg aan onszelf. U moet het niet hebben van mijn woorden, u moet het hebben van het Woord van God, dat de Heere door mijn mond wil spreken tot u.

Dit woord is in een beestenstal gelegd, dit woord is van Christus en daarom betrouwbaar. Dit woord is ook een Zalig Woord, want de zaligheid van ons hangt er vanaf. Want Hij zal Zijn volk zaligmaken en verlossen van hun zonden. Daarom is Hij gekomen. Welk een genade vloeit ons daarin toe!

De namen van Christus Jezus, onze hoogste Profeet, Hogepriester en eeuwige Koning. In die hoogheid is Hij zaligmaker van zondaren! God heeft een welbehagen aan mensen gehad, daarom heeft Hij Zijn zoon gezonden. En Christus is vrijwillig uit de hemel neergedaald om vlees en bloed te worden uit de maagd Maria. Om alle ellende en verlorenheid, die wij veroorzaakt hebben, daarin ten onder te gaan tot in de dood van het kruis toe. Dit kerstevangelie van Paulus is ook een Ootmoedig Woord. Want als Paulus benadrukt heeft dat dit Woord is om zondaren zalig te maken, dan heeft hij nog een toepassing daarop, namelijk 'waarvan ik de voornaamste ben'. Dat is heel diep en heel persoonlijk. Dat is een persoonlijk getuigenis van hem.

Hij zegt niet dat hij de voornaamste van de zondaren was, neen, hij zegt dat hij dat is! Ook al is hij op weg naar Damascus krachtdadig bekeerd. Is dat onbegrijpelijk? En toch is het waar! Hoe meer Paulus groeit in de genade en kennis van Christus, des te ootmoediger en des te geringer is hij van zichzelf.

Die ootmoed tekent een christen als het goed is zijn leven lang. Zalig als we als kind Hem leerde aanbidden als onze Koning en als we dat als ouderen nog steeds mogen doen. In alle ootmoed en verwondering bij Zijn kribbe buigen en knielen bij Zijn kruis. Dat is echte zaligheid!

Met dit getrouwe, zalige en ootmoedige Woord heeft de Heere ook een zondaar als ik ben tot u gezonden. Zijn er zondaren onder ons, die deze zaligmaker met hun ziel omhelzen, nu, en straks voor eeuwig. Dan horen we in de stilte van het hart de echo van de Engelenzang klinken 'Ere zij God in de hoogste hemelen en vrede op aarde in de mensen een welbehagen'. Aldus ds. Stoutjesdijk. Na het zingen van Psalm 143 : 10 waren er nog een drietal toespraken. Wethouder Boer van de burgerlijke gemeente Nijkerk. De consulent ds. De Jong, namens classis Nijkerk en ring Putten. Ouderling Bast, namens gemeente, kerkeraad en kerkvoogdij. Deze laatste spreker liet ds. en zijn vrouw toezingen uit Psalm 17 : 4, gewijzigd.

Na een vreugdevolle en indrukwekkende dag mocht de gemeente huiswaarts gaan met de zegen des Heeren uitgesproken voor de eerste maal door hun nieuwe herder en leraar. Met dankbaarheid aan Hem, de Heere God, voor al het goede dat Hij aan onze gemeente heeft willen schenken.

C.O.G.G. MAAKT NIEUW BEGIN

Het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte (C.O.G.G.) heeft een nieuw bestuur. Voorzitter werd ds. D. Quant te Rijswijk. Hij was scriba van de jongste synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken. Secretaris werd ds. C. Blenk te Delft. Hij is lid van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond in de Nederlandse Hervormde Kerk. Penningmeester werd dhr. K. Bokma, oud-directeur van het Reformatorisch Dagblad, ouderling van de Gereformeerde Gemeente in Apeldoorn. Ds. J. H. Velema trad om gezondheidsredenen terug als secretaris. Hij was vanaf de oprichting in 1963 bij het C.O.G.G. betrokken, was een van de motoren en zat jaren in het bestuur. Voorzitter ds. Z. G. van Oene, emeritus predikant van de Nederlands Gereformeerde Kerken, trad nu ook terug. Het C.O.G.G. kwam vorig jaar weer met nieuwe initiatieven. Zo werden er nu ook regionale samenkomsten belegd, die goed bezocht werden. Er kwam ook een gezamenlijk stuk gereed: wat zegt de Bijbel over de kerk? Die zgn. ecclesiologische consensus komt binnenkort uit. De volgende conferentie zal hierover gaan. Het nieuwe bestuur wil nu met volle kracht vooruit. Het wil doorgaan met de regionale samenkomsten, maar wil nu ook plaatselijke celvorming stimuleren. Daarom zoekt het ook een (onbezoldigd) P.R.-functionaris, die dat werk gaat aanvatten. De kerkelijke verbrokkeling in de Gereformeerde Gezindte is een voorwerp van aanhoudende zorg. Het bestuur hoopt dat de kennelijke toenadering zal doorzetten.

HERVORMD MODERAMEN MAAKT ERNSTIG BEZWAAR TEGEN STICHTINGEN

Het moderamen (dagelijks bestuur) van de generale synode van de Nederlandse Hervormde Kerk heeft een aantal hervormde gemeenten laten weten ernstige bezwaren te hebben tegen 'het vervreemden van vermogensbestanddelen van de plaatselijke gemeente aan een stichting'. Het gaat hier om gemeenten die hun beheersregeling nog niet hebben aangepast aan de hervormde kerkorde, die in 1992 op dit punt is gewijzigd. In 1992 is een overgangsregeling van kracht geworden, die de gemeenten tot 1 januari 1996 de tijd gaf hun beheer aan te passen. De kerkordewijziging is door een aantal gemeenten aangevochten, waarop de burgerlijke rechter onlangs heeft bepaald dat de kerkordewijziging wèl rechtsgeldig is. Nu blijkt dat in sommige gemeenten voorbereidingen worden of zijn getroffen om vermogensbestanddelen van de hervormde gemeente over te dragen op een stichting, waardoor deze alsnog worden onttrokken aan de per 1 januari 1996 voor alle hervormde gemeenten geldende regeling.

Volgens het hervormd moderamen gaat het hier om een handelen dat er niet alleen op gericht is de eigendom aan de gemeente te onttrekken, maar ook om te bewerkstelligen dat de gemeente over de overgedragen goederen na 1 januari 1996 geen zeggenschap meer zal kunnen uitoefenen via de kerkeraad en het college van kerkvoogden. 'Een dergelijk handelen is in strijd met zowel de belangen van de gemeente als met het belang van de Kerk in haar geheel en levert in feite misbruik op van de huidige beheersbevoegdheid van het college van kerkvoogden', aldus het moderamen.

Het moderamen waarschuwt de gemeenten dat het vervreemden van vermogensbestanddelen van de gemeente aan een stichting juridisch — ook kerkrechtelijk — kan worden aangevochten. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat leden van het betrokken college van kerkvoogden persoonlijk aansprakelijk worden gesteld voor schade die door hun handelwijze wórdt geleden. Het hervormd moderamen heeft daarom een dringend beroep gedaan op de gemeenten die overwegen over te gaan tot, of medewerking te verlenen aan het overdragen van vermogen aan zo'n stichting, om daarvan af te zien.

UNIEKE MASSALE KOOR- EN SAMENZANGAVOND IN HARDERWIJK

In het kader van het werelddiakonale programma Luisterend Dienen van de Nederlandse Hervormde Kerk zal op D.V. zaterdag 17 februari om 19.30 uur een bijzondere en massale kooren samenzangavond worden gehouden in de Grote Kerk van Harderwijk. De leiding van de avond is in handen van drs. H. van 't Veld, voorzitter van de adviescommissie Luisterend Dienen.

Drie koren zullen tijdens deze avond optreden, t.w.: het in schitterende klederdracht gehulde Urker mannenkoor 'Hallelujah' o.l.v. Willem Hendrik Zwart, het Jongerenkoor 'Immanuël' uit Urk o.l.v. Jan Quintus Zwart en het grote kinderen tienerkoor 'De kleine harp' uit Barneveld o.l.v. Bert Koelewijn.

Ook zal er veel samenzang zijn, die door Willem Hendrik Zwart begeleid wordt.

Naast de aanwezigheid van de drie bijzondere koren zal er nog iets bijzonders zijn. Op uitnodiging van de Generale Diakonale Raad van de Nederlandse Hervormde Kerk en de Provinciale Diakonale Commissie Gelderland hoopt een delegatie van de Christelijke Kerk van Midden-Sulawesi (Indonesië) te gast te zijn in Nederland. Een van de leden van deze delegatie zal tijdens de zangavond iets vertellen van het belangrijke missionaire en diakonale werk van deze kerk voor de allerarmsten op Sulawesi.

Ook wordt u nader geïnformeerd over het programma Luisterend Dienen.

Een bijzondere avond, die u niet mag missen. Door uw aanwezigheid geeft u blijk van uw betrokkenheid en steun voor dit bijzondere werelddiakonale programma, dat door velen uit de Nederlandse Hervormde Kerk van harte wordt aanbevolen.

Wij hopen dat de kerk overvol zal zijn. Bovenal hopen wij bijeen te zijn tot eer van God en tot uitbreiding van Zijn Koninkrijk. De entree is gratis. Wel wordt een gulle gift gevraagd voor het programma Luisterend Dienen.

Voor nadere informatie kunt u bellen met dhr. A. Peters, diaconaal consulent in Gelderland, tel. 026-3551745, of nader contact opnemen met uw plaatselijke diaconie.,

RESIDENTIE-PAUZEDIENSTEN

Dinsdagmiddag 16 januari 1996 is er weer een Residentie Pauze Dienst in het kerkgebouw aan de Paleisstraat 8 in Den Haag, van 12.30-13.05 uur.

Elke derde dinsdag van de maand (in september: maandag, in de maanden augustus en december niet) komen christenen samen voor voorbede voor onze overheden, de volksvertegenwoordigingen en voor het Koninklijk Huis. Sprekers zijn een politicus uit één van de vier christelijke partijen in ons land en een predikant uit de regio Den Haag.

Het jaarthema voor de diensten van 1996 is: 'Hoort wat de Geest tot de gemeenten zegt'. Centraal staan de zeven brieven die onze Heere Jezus Christus Zelf schreef via Johannes aan de zeven gemeenten in Klein-Azië.

A.s. dinsdag 16 januari is Openbaring 1 : 12-20 met het thema 'Jezus Christus, de eerste en de laatste', aan de orde.

Sprekers zijn dhr. L. van Dijke, lid Tweede Kamer GPV en ds. J. v. d. Meijden, Nederlands Hervormd predikant te Den Haag.

Muzikale medewerking wordt verleend door Jan van Westenbrugge (orgel), Theun Schuppers (cornet) en Frans van Riessen (cantor).

I.v.m. radio-opnamen voor een uitzending van de EO op zaterdag 20 januari om 11.03 uur op Radio-5, wordt u verzocht tijdig aanwezig te zijn.

ARMENIË CENTRAAL IN LAATSTE SPEERPUNTACTIE IN 1995 VAN STICHTING HULP OOST-EUROPA

In de laatste speerpuntactie van de Stichting Hulp Oost-Europa in 1995 staat Armenië centraal. Land en volk hebben de hulp van Nederlandse christenen dringend nodig. Sinds een grote aardbeving in 1988 noordelijk Armenië goeddeels verwoestte, zit een groot deel van de overwegend christelijke bevolking geestelijk of materieel aan de grond.

Aan alles is gebrek. De honger naar het Woord van God is groot. De Stichting Hulp Oost-Europa wil de honger naar het Woord helpen stillen. Bovendien wil de stichting de helpende hand bieden om de materiële nood waarin zeer vele christenen leven, enigszins te verlichten.

Om zo effectief mogelijk geestelijke en materiële hulp te kunnen bieden, zal de Stichting Hulp Oost-Europa een internationaal comité oprichten, waarin naast HOE-vertegenwoordigers ook Armeense christenen uit de hoofdstad Yerevan en uit het gebied van de aardbeving zitting hebben.

Er staan HOE twee hoofddoelen voor ogen: de zorg voor lectuur en toerustingsmateriaal en het realiseren van een diaconaal project. Voor wat het eerste hoofddoel betreft, voorziet de hulp in de verspreiding van het Nieuwe Testament in een oplage van 40.000 exemplaren. Voorts zal het radiopastoraat worden uitgebreid en zal christelijke lectuur worden uitgegeven, vooral gericht tegen de sterk toenemende islamitische godsdienst. De kosten voor deze activiteiten zijn voor 1996 en voor 1997 begroot op ƒ 90.000, —

Het diaconale project, het tweede hoofddoel van de speerpuntactie Armenië, voorziet in het afbouwen, inrichten en exploiteren van een weeshuis voor kinderen wier ouders bij de aardbevingsramp zijn omgekomen, of wier ouders door de ontstane noodsituatie niet voor hun kinderen kunnen zorgen.

Het tweede onderdeel van het diaconale project omvat het repareren en uitbouwen van een school met veertien klassen, waar ook volwassenen onderwijs krijgen. Dit onderwijs is gericht op werkgelegenheidsprojecten in het getroffen gebied Gumry. De kosten van het diaconale project zijn voor 1996 en 1997 begroot op ƒ 80.000, —.

Het volk van Armenië heeft de geestelijke en materiële hulp dringend nodig. De laatste speerpuntactie van HOE in 1995 wordt gevoerd rond het thema 'Het Woord voor Armenië'. Giften voor deze actie kunnen worden gestort op giro 8887 t.n.v. Hulp Oost-Europa in Barneveld, onder vermelding van: 'Woord voor Armenië'.

NIEUW INITIATIEF VAN KERKEN INZAKE MAATSCHAPPELIJK WERK

Op dinsdag 9 januari 1996 zal er in de Alblasserwaard en Vijflieerenlanden het diaconaal project voor maatschappelijk werk officieel van start gaan. Het initiatief daartoe is genomen door een aantal kerken en gemeenten uit Sliedrecht, Hardinxveld-Giessendam en omgeving.

Door de fusies in de genoemde regio is het maatschappelijk werk thans onderdeel van 'Waardse Rading'. Met de verschillende fusies is de relatie met de kerken bestuurlijk en inhoudelijk nagenoeg geheel verdwenen. Dat is de reden geweest tot het oprichten van een initiatiefgroep, identiteit en hulpverlening, vanuit de kerkelijke gemeenten.

Met de leiding van de afdeling maatschappelijk werk van de 'Waardse Rading' zijn gesprekken gevoerd over het herstel van de relatie met de kerken uit de regio. Dit zou betekenen herstel van bestuurlijke participatie en herkenbaarheid van identiteit in de hulpverlening. 'Waardse Rading' heeft schriftelijk bevestigd dat er voor de kerken geen ruimte meer zal komen, behalve deelname aan de zgn. reflexiegroep. De initiatiefgroep vanuit de kerken heeft 'Waardse Rading' toen schriftelijk geantwoord een tweesporenbeleid te gaan volgen:

—2-de uitnodiging te aanvaarden voor deelname aan de reflexiegroep;

—2-mogelijkheden te zoeken voor het opzetten van een project voor maatschappelijk werk met een herkenbare christelijke identiteit en een relatie met de kerkelijke gemeenten.

De initiatiefgroep heeft toegezegd haar activiteiten te staken als er binnen 'Waardse Rading' weer een duidelijke herkenbare plaats is voor de kerkelijke gemeenten uit de Alblasserwaard en Vijflieerenlanden.

In samenwerking met externe deskundigen, waaronder de Nederlandse Patiënten Vereniging en Stichting Schuilplaats is voortvarend gewerkt aan de realisering van het project voor diaconaal maatschappelijk werk. Te beginnen m Sliedrecht, Hardinxveld-Giessendam en directe omgeving. Van daaruit zullen we de mogelijkheden onderzoeken voor de gehele Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. Eén en ander in nauwe samenwerking met de plaatselijke kerkelijke gemeenten.

In januari gaat het project daadwerkelijk van start i.s.m. de interkerkelijke organisatie Stichting Schuilplaats. Er is een maatschappelijk werkende benoemd voor 20 uur per week. De hulpverlening is beschikbaar voor een ieder uit de regio. De hulpverlener is gehuisvest in Zorgcentrum 'Parkzicht' te Sliedrecht en is te bereiken ondertel.nr. 0184-413108.

Tijdens de officiële presentatie van het project op dinsdag 9 januari 1996 om 16.00 uur in Zorgcentrum 'Parkzicht', hoopt dhr. W. Huizer, directeur van de Stichting P.S.M.D. te Wierden, te spreken over 'Plaats en taak van de christelijke gemeente voor het maatschappelijk werk'.

BETERE RECHTSGANG BU SEKSUEEL MISBRUIK

De hervormde kerk heeft een regeling getroffen waarin de rechtsgang rondom de behandeling van klachten betreffende het seksueel misbruik in pastorale relaties meer recht doet aan klagers en aangeklaagden.

In de kerken — en dus ook in de Nederlandse Hervormde Kerk — is de laatste jaren aandacht gevraagd voor het misbruik van de vertrouwensrelatie tussen een pastor met mensen om hen heen, zoals gemeenteleden. Andere kerkgenootschappen zoals de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Rooms-Katholieke Kerkprovincie gingen de NHK al voor in het vaststellen van procedures om klachten over seksueel misbruik te behandelen.

Tot nu toe konden klagers een beroep doen op het kerkelijk recht zoals verwoord in ordinantie 11 bij de hervormde kerkorde. In de praktijk bleek echter dat de hierin verwoorde procedures als onvoldoende werden ervaren. Vooral de positie van de klager was niet duidelijk. Verder bleek dat degene die zich moet verdiepen in een bepaalde situatie vaak op onvoldoende afstand zit van de zaak of van de betrokken personen om een objectief oordeel te kunnen geven.

De 'ordinantie' is in december door de hervormde synode zo aangepast, dat de klager een beroepsmogelijkheid krijgt. De beklaagde had die mogelijkheid al in het hervormde recht. De nieuwe regeling kan uiteindelijk leiden tot het ontnemen van alle aan de pastor verleende kerkelijke bevoegdheden.

Recht verschaft

Visitator-generaal van de NHK, ds. L. Korevaar, zei in een eerste reactie op de besluitvorming blij te zijn dat er nu 'recht verschaft kan worden aan klagers en aangeklaagden'.

Dat de NHK niet der klachtenprocedure van de GKN heeft overgenomen, komt volgens Korevaar omdat beide kerken nog verschillende kerkordes hanteren. Gereformeerde klagers konden tot voor enkele jaren alleen terecht bij de eigen kerkeraad, waardoor een aparte regelgeving nodig bleek. De hervormde kerk heeft niet gekozen voor een 'gelegenheidswetgeving', maar het in te passen in de bestaande 'wetgeving. 'De meeste dingen duren in de hervormde kerk wat langer dan bij andere kerken. We gaan wat minder mee met de waan van de dag. Het betekent ook dat we hebben kunnen leren van de ervaringen van andere kerken, ' zei Korevaar ter verklaring.

Overigens ontkent ds. Korevaar dat er sprake is van een explosie van klachten over seksueel misbruik. 'De denk dat het niet méér voorkomt dan bijvoorbeeld veertig jaar geleden. Ook denk ik dat het minder voorkomt dan elders in de maatschappij. Wel is het zo dat de kerk een taak heeft hiermee zeer zorgvuldig om te gaan.'

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Kerknieuws

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 januari 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's