Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Impressie triosynode

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Impressie triosynode

Synodelid ds. D. Breure over zitting 25-27 januari 1996

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op onze tafels lag een dik pakket met papier toen wij plaatsnamen. Het bevatte de antwoorden van het moderamen der hervormde synode op de brieven van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond, het hoofdbestuur van de Confessionele Vereniging en de 16 synodeleden. Verder waren er de brieven bij, verzonden door de verschillende classes n.a.v. de hervormde synode van november vorig jaar.

Uit de antwoordbrieven van het moderamen was al duidelijk: er valt geen koerswijziging te verwachten.

Op grond van de brieven van de classes had de KOA {Commissie voor Kerkelijke Aangelegenheden) haar rubricering voor 4 classes gewijzigd en iets méér tégen 'SoW in de vorm vereniging' ingeschaald (t.w. Doorn, Zoetermeer, Zwolle, Kampen).

Dr. P. V. d. Heuvel vertelde opnieuw hoe het volgens de KOA gezien moet worden. Federatie is in de tussenorde het begrip dat gebruikt wordt voor een zo nauwe samenwerking van gemeenten, dat zij weliswaar formeel nog onderscheiden zijn, maar praktisch geheel ineengevloeid. Zo'n vorm van federatie is een onbegaanbare weg. Want ten eerste wordt de kerkordelijke problematiek dan nog veel groter en ten tweede wordt dan aan de werkelijke bezwaren niet tegemoet gekomen. Naar mijn gevoelen strijdt dr. v. d. Heuvel hier ook tegen een opvatting, die door praktisch geen enkel classis begeerd of bedoeld wordt. Immers, de classes, die 'federatie' noemden, bedoelen ook niet een zo nauwe samenwerking, dat er praktisch gezien geen onderscheid meer te vinden is.

Dus, aldus dr. v. d. Heuvel: samengaan in de vorm van vereniging, want vele classes zijn ervoor en er is geen kerkordelijk alternatief.

Nadat tegenvoorstellen voor koerswijziging in de zin van samenwerking tussen de kerken waren toegehcht kwam de sprekersronde. Bij de Evangelische Lutherse Kerk grote zorg over het trage tempo van het proces, die ook in de stemming tot uiting zou komen. 'Zekerheid over vereniging binnen afzienbare termijn is voor on­ ze kerk van levensbelang.'

Twee moties kwamen eveneens ter tafel: van ds. W. van der Aa om naast het kerkordetraject brede bezinning te betrachten op de roeping van de kerk in het heden, en van ouderling J. van Heijst om knelpunten in het groeiproces te inventariseren en alle aandacht te geven. Beide moties werden aan-en overgenomen.

Verder was de sprekersronde in hoofdzaak samen te vatten met de indruk, die bij mij achterbleef: 'de onrust en gewetensnood binnen de hervormd-gereformeerde richting grijpt ons aan, we roepen u met bewogenheid op om toch mee te kunnen doen met de koers die nu gegaan wordt; we zouden het erg vinden als u achterbleef'. Laat ik zeggen: 'meeleven met mensen die een moeilijke periode doormaken'.

Wel was nog te horen: 'wij hebben nu vaak genoeg gehoord dat de Gereformeerde Bond tegen vereniging is, maar nog nooit of zelden waarom nu eigenlijk'(? !)

De praeses van de hervormde synode ds. W. B. Beekman sprak in de beantwoordingsronde nog eens over de consideraties. Van de classes die nu gereageerd hebben omtrent fusie-federatie (70 in totaal), is 52 procent voor vereniging, 25 procent (rubriek 4 en 5 van het KOA advies) is tegen, 23 procent (de rubrieken 2 en 3 van het KOA advies) zit er tussenin.

Ook is het niet zo dat dus 48 procent (25 en 23) voor federatie van kerken is, want de genoemde 25 procent is daar ook nog tegen, omdat men ook dat niet wil, dus: federatie heeft ook lang geen meerderheid.

Daarom is er nu gekozen niet voor een bouwmodel, niet voor een afbouwmodel, maar voor een groeimodel (aldus onze praeses).

De vraag van ds. B. J. van Vreeswijk (Veenendaal), naar wat nu precies en concreet onder de federatieve momenten binnen de zich verenigende kerk verstaan moet worden, werd door dr. P. v. d. Heuvel niet concreet beantwoord. Dat zal moeten blijken, juist ook omdat die vastgesteld worden in samenspraak met de partnerkerken.

Uiteindelijk werd de overweging van het besluitvoorstel, dat er voldoende draagvlak is voor het SoW-proces op weg naar hereniging, met 16 stemmen tegen aangenomen. Voor mij onbegrijpelijk.

De overige agendapunten stonden in de schaduw van dit eerste. Hetgeen zowel aan het aantal sprekers als aan de aandacht in de vergadering te merken was. De tussenrapportage van de stuurgroep, met de daaraan gekoppelde beleidsvoornemens van de moderamina, onder andere zoeken naar een centrale locatie en het willen komen tot RDC's (regionale dienstencentra), werden aangenomen en de knelpunten, die reeds gefedereerde gemeenten ervaren, worden zoveel als mogelijk opgelost in de richting die werd aangegeven.

Gebed

Deze weergave is meer verslag dan impressie. Het ordenen en wegen van je gevoelens na een vergadering als deze kost mij meer tijd dan nu beschikbaar was. Kost bovenal veel gebed. Tegen  catechisanten zeg ik wel eens: de beste vrucht op een preek is, dat je er veel door op je knieën gebracht wordt. Dat mag dan ook wel gelden voor een synodevergadering. Als een toetssteen ook voor ons: worden wij er door op de knieën gebracht? De koers der kerk is principieel en praktisch onjuist. En onder de hervormd-gereformeerde richting is meer wijsheid en inzicht nodig dan ooit tevoren. En zouden wij dan nog niet roepen tot die God, Wiens eer en Naam aan de kerk verbonden is.

Wilnis ds. D. Breure (synodelid classis Breukelen)

P.S. Ds. D. Breure diende zelf een 'Tegenvoorstel in:

Overwegende:
1. dat ten aanzien van de Nederlandse Hervormde Kerk op dit moment niet gesproken kan worden van voldoende draagvlak voor SoW in de vorm van fusie, daar 40% van de classes hier tegen is;

2. de polarisatie tussen voor-en tegenstanders van fusie toeneemt naarmate dit proces vordert;

3. dat het zoeken naar een vorm van samenwerking van kerken (convenant) voor voor-en tegenstanders van fusie een te accepteren weg kan zijn om elkaar vast te houden.

Besluit:
1. het SoW-proces voort te zetten in de richting van samenwerking zoveel als mogelijk;

2. met het oog op het onder 1 gestelde te laten onderzoeken welke mogelijkheden en wegen daartoe zijn.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1996

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Impressie triosynode

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 februari 1996

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's