Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Huis van bewaring

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Huis van bewaring

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

'En omtrent de middernacht baden Paulus en Silas, en zongen Gode lofgezangen. ..' Handelingen 16 : 25 a

De planting van Gods Kerk in Filippi ging via de kerker. Er werd ernstig bezwaar aangetekend tegen de wijze waarop Paulus en Silas de weg der zaligheid verkondigden. Zij zouden de stand 'beroerd' maken. In de ogen van enkele heren waren zij verdachte zedenpredikers.

De werkelijke reden was echter dat deze heren het uitblijven van hun inkomsten erger vonden dan het uitdrijven van een duivelse geest. Een gevulde beurs was van meer waarde dan een geredde ziel! En zolang die geest het hart van een mens beheerst moeten we maar niet te veel mededogen verwachten. 'In de vervolging van het evangelie wordt geen schijn van recht in acht genomen' (Calvijn). Het betekende voor de apostelen dat zij de voetstappen van hun Meester diep moesten drukken. Na vele slagen kwamen ze in het huis van bewaring terecht. De stokbewaarder moest hen zekerlijk bewaren! Zekerlijk bewaren betekende: de binnenste kerker en de voeten in de stok. Zo valt de nacht over de stad waar de Heere zo heerlijk is begonnen. Zo valt de nacht over het leven van Gods kinderen, die weten dat de Heere hen geroepen heeft.

Is er te vroeg gejuicht?

De duivel en het ongeloof zullen die gedachte zeker hebben opgeworpen.

Zij zingen het spotlied voor: Waar is God op Wien gij bouwdet en aan Wien g'uw zaak vertrouwdet.

Stemmen de apostelen daarmee in? Stemmen wij daarmee in wanneer de nacht over wereld, kerk en ons persoonlijk leven is gedaald? In de wereld is het donker. De levende God en het levende Woord worden weggedrongen uit het openbare leven. Het getuigenis van Christus moet monddood worden gemaakt en het christelijke leven wordt aan handen en voeten gebonden. Ondertussen krijgen de geesten uit de afgrond vrij spel. Wanneer we zien op het leven van de moderne mens, dan roepen wij uit: Wachter, wat is er van de nacht? Is er reden om te zingen?

En is het al erg wanneer in de wereld het getuigenis van Christus wordt weggedrongen, nog erger is het wanneer in de kerk het Woord Gods in de kerker wordt gezet. Wat komen we tegen wanneer we onvoorwaardelijk het recht van Christus op Zijn kerk en het persoonlijk leven verkondigen? Velen zien zich de eigen verworvenheden ontnomen!

Wat horen we wanneer we de kerkelijke mens en de kerkelijke wereld terugroepen tot de eerbiedige gehoorzaamheid aan het Woord Gods? Waar het gaat om de verzoening door Christus bloed en het leven der heiliging in gebondenheid aan Hem? Je hoort dan al ras bij degenen die 'zeden verkondigen, die niet geoorloofd zijn aan te nemen, noch te doen'. Je voelt je een vreemde in eigen huis! Is er reden om te zingen? En wat komen we tegen in, eigen hart en leven? De nacht van zonde en ongeloof. De nacht van aanvechting en strijd. De nacht van het dood'lijkst tijdsgewricht, waarin alles om ons heen zegt: Gij hebt geen heil bij God! Is er reden om te zingen? En omtrent de middernacht baden Paulus en Silas, en zongen Gode lofgezangen...! In de kerker van Filippi zaten geen twee hoopjes ellende, maar twee zangers bij de gratie Gods. Het huis van bewaring werd een huis Gods! De kerker werd een kerk en de stok werd een preekstoel vanwaar Gods grote daden werd bezongen. Zij zongen Gode lofzangen! Zij bezongen de grote werken Gods. Dat was met de uitstorting van de Heilige Geest al begonnen en dat gaat door. Ook in de nacht! Juist omdat deze apostelen op de daden des Heeren zagen, konden ze zingen! Hoe luidt die psalm ook al weer?

'k Zal gedenken, hoe voor dezen ons de HEER' heeft gunst bewezen; 'k Zal de wond'ren gadeslaan, dien Gij hebt vanouds gedaan, 'k Zal nauwkeurig op Uw werken en derzelver uitkomst merken en in plaats van bitt're klacht daarvan spreken dag en nacht!

Dan zien we op wat de Heere heeft gedaan. Dan zien we de gave van Gods geliefde Zoon in de Kerstnacht. Dan knielen we bij het kruis in de nacht van Golgotha. Dan verwonderen we ons bij het open graf na de nacht van de dood!

Gode lofzangen zingen in de nacht, leren we door de Heilige Geest, Die het geloof doet rusten aan het hart van Christus. Aan deze Christus hebben de apostelen zich toevertrouwd in het gebed! Zij baden en zongen. Het was een biddend zingen en zingend bidden. Die twee daar in de kerker van Filippi zijn net twee zangvogels, die zingen met hun kopje tegen de wind in! Zij zitten in het huis van bewaring! Zij weten zich geborgen in Christus' doorboorde handen! Het huis van bewaring is de plaats waar Gods vaderlijke zorg niet ophoudt en waar zonder Zijn wil geen haar van ons hoofd vallen kan. Zo zingt het geloof zich door de nacht heen. Hoe komt u, hoe kom jij de nacht door? Waar grijpen wij naar in de donkere nacht vol angst en zorgen? Naar de fles? Naar de nachtfilm? Of naar uw of jouw Bijbeltje, waarin God Zich openbaart Die psalmen geeft in de nacht!

Opvallend genoeg gaat er van deze zingende kerk wat uit! De gevangenen hoorden naar hen. Zou een kind niet dieper geraakt worden door een zingende vader of moeder die met gebroken stem of met versleten stem de Heere groot maakt dan door duizend vrome woorden? Jonge vriend, raakte het je hart niet toen jouw godvrezende opa of oma op het sterfbed het zingen:

Hij kan en wil en zal in nood zelfs bij 't naad'ren van den dood volkomen uitkomst geven.

Kom, vraag naar God je Schepper, Die psalmen geeft in de nacht!

Tenslotte, een woord van troost voor alle zangers en zangeressen die het lied des geloofs meedragen in het hart. Eenmaal komt de laatste nacht van ons leven! Dan zal de Heere de druk verwiss'len in geluk. Eenmaal gaan de deuren van onze aardse kerker open en worden alle banden losgemaakt. Dan gaan we van het huis van bewaring naar het huis van verlossing. Daar zal de levende Kerk zingen.

Eeuwig!

En... aldaar zal geen nacht zijn!

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Huis van bewaring

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 juli 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's