Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Innerlijke verdorvenheid (1)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Innerlijke verdorvenheid (1)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is een indrukwekkend woord, dat Paulus schrijft in de tweede brief aan de Corinthiërs, het zevende hoofdstuk, vers één: Derwijl wij dan deze beloften hebben, geliefden, laat ons onszelf reinigen van alle besmetting des vleses en des geestes, voleindigende de heiligmaking in de vreze Gods. Vooral de samenhang doet het gewicht van dit bijbelwoord des te meer naar voren komen. Wat toch is het geval? Dit vers hoort als slotsom bij het voorgaande.

De gemeente van Corinthe is in het bezit van heerlijke beloften. Ze leeft in een groot spanningsveld. Het Woord der genade is in Corinthe door Paulus gebracht. De prediking heeft er rijke vruchten gedragen. Geloof, hoop en liefde hebben zich als vrucht voorgedaan in de stad. Er heeft zich een kleine gemeente gevormd, een voorhoede van het Koninkrijk Gods.

Maar de strijd is nog niet volstreden. Het ongeloof heerst nog veelszins. Duisternis houdt nog vele gemeenteleden in zijn greep; ook in de gemeente zelf is alles nog niet in het licht gekomen. Er is een scherpe scheiding tussen licht en duisternis. Vele Corinthiërs werken nog veel samen met ongelovigen. Zij hebben niet voldoende dóór, dat Christus en Belial niet bij elkaar behoren. Er is tussen dat tweetal een onverzoenlijk conflict. Volop samenwerken is uitgesloten. De gemeente moet de heidense besmetting ontvluchten. Er is geen eenheid mogelijk. Geen harmonie kan bestaan. Het geloof in Christus vraagt een breken met oude banden om niet besmet te worden. Dit geeft soms een moeilijk isolement.

Maar, zegt nu de apostel, daartegenover staat iets oneindigs heerlijks! Het kindschap Gods voor de gemeente. Dat is de belofte: al moet u dan velen mijden. Ik zal u tot een Vader zijn en u zult Mij tot zonen en dochteren zijn. Daar hebben wij een parel van een belofte. God is Vader over u. Door Christus Zijn Zoon en in de kracht van de Heilige Geest. Een regenboog van beloften welft zich over Corinthe. Laten zij zich daarvan bewust zijn.

Evenwel, op grond van al die beloften moet de gemeente er óók naar leven. De gemeente moet zich reinigen van alle besmetting. De vermaning is teer van toon en ootmoedig. De apostel sluit zich zelf in en spreekt de gemeente aan met geliefden.

Maar nu moet u eens letten op wat er volgt. Hij stelt zich niet boven hen, maar erkent, dat hij zelf ook reiniging nodig heeft en verzekert hen, nu hij weer moet vermanen, vooral van zijn liefde. De uitdrukking vlees en geest, zoals wij die hier vinden is wat ongewoon, maar niet onduidelijk. Paulus duidt er de ganse mens mee aan. Niet bepaald de christen, ook niet bepaald de zondaar, maar de mens, zoals hij uit lichaam en ziel, uit stof en geest bestaat. Beide, vlees en geest, moeten voortdurend gereinigd worden van alle besmetting. Dagelijks zondigen wij, dagelijks moeten wij strijden tegen de zonde, omdat wij zulke heerlijke beloften bezitten.

Paulus erkent hiermee intussen volledig, dat ons leven geheel en al besmet is door de zonde. Nu zou het ons kunnen verleiden breed uit te meten wat die zonden van het vlees zijn. Er zijn zonden van het vlees, die met het lichaam bedreven worden. Wij behoeven niet lang te zoeken, welke zonden daarmee worden bedoeld. Uiteraard de zonden van ontucht en vraatzucht, om andere zonden in dit opzicht maar te laten liggen. Maar wij willen ditmaal de zonden van de geest eens noemen met onderscheiding. Dat zijn de geestelijke ondeugden. Ons uitwendig leven en ons inwendig bestaan is van nature sedert de zondeval besmet en wordt voortdurend opnieuw verontreinigd. Het is van belang, dat daarbij ook uitdrukkelijk wordt melding gemaakt van de besmetting des geestes.

Want daar ligt een teer punt. Wij spreken met afschuw van de vleselijke lusten, zoals die zich in verwrongen seksualiteit openbaren. Onze huidige wereld is daar vol van. Wij behoeven de zaak van de kinderporno in België alleen maar even aan te stippen. Een wereld van ongerechtigheid grijnst ons daar tegen. Maar zullen wij juist nu ook niet vergeten, dat met evenveel kracht er ook een ander terrein van zonde bestaat? Wij denken aan geestelijke zonden, zoals hoogmoed, haat, wreedheid en trots. Hoevelen betreuren de kwade wortel die daar steekt?

Heel diep in ons hart denken wij, dat het geestelijke in ons het edele en volmaakte in ons is. Er zit in ons allen een smet van humanistisch denken, een smet van overmoed, een dreun van zelfvertrouwen zonder grens. Juist onze menselijke geest kan de gevaarlijke en hardnekkigste besmetting in zich omdragen. Wij denken aan humanistische zelfvoldaanheid, aan overmoedig titanisme. Dit komt openbaar in de wereldbeschouwing, die wij kiezen. Denkt u nu eens aan Immanuël Kant. Hij baseert zijn godsdienst op de rede. Kant is het type van de rijke jongeling, die vroeg: Wat doende zal ik het eeuwige leven beërven? En denkt u nu ook eens aan Hegel. Hij verheerlijkt het zelfvertrouwen van onze geest. En dat waaiert nu uit in de politiek, in de staat en in het militarisme. Er zou een regelrechte lijn zijn te trekken van Hegel naar Hitler. Nergens beter dan in de wijsbegeerte blijkt hoe een besmette geest werelden van ellende oproept. De denkers van de geest leiden de mensheid. Zij bewegen de geschiedenis zowel ten goede als ten kwade. Calvijn had een gereinigde geest, en hoezeer heeft zijn geest, onder het Woord Gods, banen uitgezet tot heil der volken. Marx daarentegen had een besmette geest, maar hoeveel bloed en tranen heeft zijn stelsel aan revoluties niet uitgebraakt over de aarde?

Achter alle systemen schuilt een geest. Achter alle verschijnselen is een beginsel werkzaam. Het is niet waar, dat onze geest als het spirituele deel van ons bestaan, vanzelf zuiver en rein is. Integendeel, juist ook onze geest moet diepgaand gereinigd worden. Het Woord Gods moet als een zuurdesem in onze geest gaan werken. En zolang dat niet geschiedt, blijft die geest telkens ongerechtigheden produceren. Die reiniging geschiedt door middel van bijbels onderwijs. Maar niet enkel daardoor. Het geschiedt voornamelijk door een leven met de Heilige Schrift. De Bijbel moet voor ons zijn het boek van de hoge onfeilbare gedachten Gods, het enige Boek, waarin het licht der waarheid volledig schijnt. Als wij daarvan overtuigd zijn, weten wij dat het laatste antwoord op iedere levensvraag niet buiten de Bijbel om kan gegeven worden. Dit moet zo vanzelfsprekend zijn voor een christen, dat zijn gedachten telkens terugkeren tot het Boek. Hij geeft toe, dat de Bijbel finaal is in zijn gezag over alle levensvragen. Er is geen afdoend antwoord in welke andere literatuur ook, er is geen afdoend antwoord in enige'filosofie of wetenschap. Het is enkel in de Bijbel. Het breekt als een zonnestraal door over een duistere hof, waarin de zonde is gekomen. Juist door de Heilige Schrift worden de geestelijke beginselen blootgelegd van het liberalisme, communisme, socialisme en kapitalisme. Daarom is het een zegen, wanneer onze geest ontsmet wordt en wij komen onder de gehoorzaamheid van het Woord.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 november 1996

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Innerlijke verdorvenheid (1)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 november 1996

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's