Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De kerk gaat boven 'oecumene van het hart' uit

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De kerk gaat boven 'oecumene van het hart' uit

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Oecumene is een beladen begrip geworden. Letterlijk betekent het 'de hele bewoonde wereld'. In de praktijk is deze benaming een aanduiding geworden voor eenheidsstreven onder christenen in de wereld. Zo heeft de Wereldraad van Kerken na de oprichting 1948 er invulling aan gegeven. Aanvankelijk ging het de Wereldraad om eenheid van kerken en christenen. - Op de achtergrond speelde wel mee, dat de eenheid van de wereld-christenheid van grote betekenis zou zijn voor het getuigenis naar de wereld toe.

In de tweede fase van het bestaan van de Wereldraad kreeg oecumene echter meer en meer een andere inhoudelijke lading. Het ging niet meer of niet meer zozéér om de eenheid van christenen, maar om de eenheid van de mensheid. De andere wereldgodsdiensten kwamen in het blikveld, waarmee de christenheid (slechts) in dialoog was. Het christelijk getuigenis naar de wereld maakte plaats voor solidariteit met de mensheid. Theologisch speelde in dit alles het zicht op de verzoening en de duiding van betekenis van het heilswerk van Christus voor alle mensen een rol.

Oecumene staat vandaag intussen allerwégen voor kerkelijke eenheid of kerkelijk eenheidsstreven. Zo is ook de aanduiding 'kleine oecumene' ontstaan. Die heeft op zich weinig met 'de hele bewoonde wereld' te maken. Ze raakt slechts de kerkelijke situatie in eigen land en dan nog slechts in de marge van het kerkelijke leven, terzijde van de heirbaan, waarlangs de 'grote' kerken, ook in de brede oecumene, voorttrekken.

In de kleine oecumene gaat het om de vraag hoe nog enige eenheid kan worden geschapen in de zo verdeelde gereformeerde gezindte in engere zin, waarbinnen van 'tien-keer gereformeerd' gesproken moet worden. Zo belegde de CSFR - studentenvereniging binnen genoemde gezindte - ter gelegenheid van haar laatste, negende lustrum een congres op zaterdag 9 november ll, dat geheel gewijd was aan de 'kleine oecumene'. Centraal stond een panelgesprek, waaraan, behalve door dr. G. C. den Hertog (Christelijk Gereformeerd), werd deelgenomen door de oudleden drs. C. Blenk (Gereformeerde Bond), ds. A. Moerkerken (Gereformeerde Gemeenten) en ir. B. J. van der Vlies (SGP), die zich in hun studietijd ook al intensief bezighielden met de vragen van de kleine oecumene. Het leverde een boeiend debat op, dat, naar te vermoeden (te vrezen) valt, ook nu weer geen enkel gevolg in de praktijk van het verdeelde kerkelijke leven zal hebben.

Het hart

Velen zijn moe geworden van besprekingen en conferenties over oecumene, in de zin van kerkelijke eenheid. In eigen land werkt enerzijds de wijze, waarop het Sa­men op Weg-proces zich ontwikkelt, niet geestelijk aanstekelijk of inspirerend. Anderzijds werkt ook de vruchteloosheid van kerkelijke gesprekken of van conferenties binnen de 'kleine oecumene' verlammend op mensen. Met het gevolg dat velen noch voor het één noch voor het ander nog warm lopen. Men 'gelooft' het wel. Toch zoeken mensen geestelijke dwarsverbindingen. Ze zoeken en vinden andere circuits en verbanden, waarin ze geestelijke gemeenschap metterdaad beleven. Allerlei verbanden, waar mensen uit verschillende kerken of bewegingen elkaar ontmoeten, floreren: toogdagen van allerlei slag en snit, familiedagen, jongerendagen, psalmzangdagen, mannendagen, vrouwenconferenties of ontmoetingen. Met name ontmoetingsplaatsen binnen de evangelische wereld zijn een functie gaan krijgen voor velen uit de gereformeerde gezindte, voor ouderen en jongeren. Daar vinden geen moeilijke en vruchteloze discussies plaats over kerkelijke eenheid. Daar wordt - zo heet het dan - eenheid beleefd, waarover elders slechts gesproken wordt. De benaming 'evangelisch' is vaak slechts een verzamelnaam voor verbanden, waar merendeels mensen uit de reformatorische kerken komen.

In dat verband valt vandaag regelmatig de uitdrukking 'oecumene van het hart', die ook in de titel van dit artikel is verwoord. Het is met name ds. A. van der Veer, voorzitter van de Evangelische Omroep, die deze uitdrukking is gaan bezigen. Op het programmaboekje van de EO-familiedag-1996 stond: 'Het is mijn diepste verlangen dat in ons land de oecumene van het hart steeds meer zichtbaar en tastbaar mag worden'. In zijn jaarrede voor de ledenraad van de EO zei hij dienaangaande:

'Zo is de EO meer dan een omroep geworden. Een trefpunt, een plaats van herkenning, een oase in de woestijn van secularisatie, waar het goed toeven is, al kun je er niet blijven wonen. Je wordt bemoedigd, gesterkt. En als je weer verder trekt, heb je het gevoel dat je er weer tegen kant. Een geschenk van God, deze oecumene van het hart. Psalmen worden gehoord, maar ook opwekkingsliederen worden gezongen. Men luistert naaf elkaar. Men zingt met elkaar. De één houdt zijn handen samen. Bij de ander gaan de handen omhoog. Dat is de EO. Wij hebben elkaar, lief, omdat Hij ons lief heeft'.

Als teken van die gemeenschap noemde Van der Veer het overal aangebrachten vissenteken, dat een Christusteken is.

Op eenzelfde wijze, hoewel geheel anders van toonzetting en intentie, sprak ds. A. Moerkerken tijdens genoemd forumgesprek van de CSFR. Over kerkelijke toe­ nadering was hij somber. Ik moe(s)t hem daarin - hoewel helaas - bijvallen. Hij gaf er ook geen blijk van dat te willen. De rechte gemeenschap is daar, waar men elkaar geestelijk herkent, zei hij. Hoewel hij zei, dat zijn beste (geestelijke) vrienden in zijn boekenkast stonden (Smytegelt, Kohlbrugge en I. Kievit), liet hij ruimte voor persoonlijke geestelijke ontmoeting ook vandaag over kerkmuren heen. Ontmoetingsplekken noemde hij niet. Maar hij bedoelde in feite ook 'oecumene van het hart'.

Herkenbaar

Ongetwijfeld is genoemde oecumene van het hart herkenbaar en positief te waarderen. Oecumene van het hart heeft zelfs sterkere, wat wereldwijder papieren, dan wat vandaag 'kleine oecumene' heet. Omdat geestelijke beleving van gemeenschap wel wereldwijd is.

In het geheel van de wereldkerk wil het met de grote 'oecumene' ook niet zo vlotten. Er is zelfs sprake van 'crisis' in deze. Maar het is altijd weer een geestelijke weldaad, om binnen kerken elders, ook kerken van andere traditie dan de onze, kinderen Gods te ontmoeten met wie geestelijke banden worden gevoeld. Die banden zijn er vanwege het ene ongetwijfelde christelijke geloof, dat diep wortelt in de Schriften en kenbaar is aan de verbondenheid met Christus, de Gekruisigde en Opgestane, Wiens Geest gemeenschap der heiligen smeedt en doet ervaren.

Zo is er inderdaad ook een 'oecumene van het hart' binnen de eigen traditie over kerkmuren heen. Ook hier is het een geestelijke weldaad wanneer deze, bepaalde onderscheidingen of zelfs verschillen ten spijt en soms daar waar men het niet zou vermoeden, wordt ervaren en zo kerkelijke kaders worden doorbroken. Dat mensen die geestelijke gemeenschap zoeken over grenzen van eigen kerken of gemeenschappen heen is begrijpelijk, Ze steekt soms weldadig af tegen gemis aan gemeenschap, conflictsituaties of geestelijke dorheid in eigen kring.

Wanneer echter ds. Van der Veer over 'oecumene van het hart' spreekt en ds. Moerkerken dit in feite ook bedoelt, spreken zij echter nog niet over hetzelfde. En zo ligt het in feite ook in de gemeenschapsbeleving van velen. Er zijn op zich weer uiteenlopende, elkaar soms uitsluitende circuits van gemeenschapsbeleving. Dat kan zelfs ook spanningen binnen één en dezelfde gemeente oproepen. Groepsvorming rondom 'oecumene van het hart'. Van evangelisch tot reformatorisch.

Terug

Ds. Van der Veer zei intussen, dat mensen op plekken, waar de 'oecumene van het hart' wordt beleefd, niet kunnen blijven wonen. Dat is zonneklaar. In de praktijk is het immers toch zó, dat mensen weer terugkomen in hun eigen gemeente, binnen de eigen kerk. Want daar horen zij ook. Oecumene van het hart is voorbijgaand van aard. Tijdens genoemd forumgesprek in Utrecht zei drs. C. Blenk dat ook terecht, dat het om meer gaat dan geestelijke herkenning van kinderen Gods onderling. Het gaat ook om verbond, om ambt, om belijdenis, om de kerk als instituut, om kerkelijke ordening. Daarop zeg ik 'amen'. Het is goed om kerkmuren in zoverre te relativeren, dat we in de nood en schuld der verdeeldheid van het Lichaam beseffen en ervaren, dat God nog zó barmhartig is, dat Hij geestelijk leven wekt en voedt in andere gemeenschappen dan die, waartoe we zelf behoren. Maar zich terugtrekken op 'gemeenschap van het hart' betekent, dat uiteindelijk ook het individualisme en het subjectivisme worden gevoed: als 'ik' de gemeenschap maar beleef. En dat kan tenslotte in heel kleine kringetjes gaan plaatsvinden, met verwaarlozing van de kerk. Maar de kerk is ook en allereerst een 'wij'. Het heeft de Heere behaagd Zijn kerk, hoe verdeeld ook, de eeuwen door te bewaren en binnen haar - ook in haar gescheurde gestalte - de Traditie, het doorgeven van Zijn grote daden, gestalte te geven. Ik gelóóféén heilige, algemene christelijke kerk. Ik gelóóf dan ook de gemeenschap der heiligen, ook als ik haar niet of niet zo sterk belééf.

Kerk of beweging?

Bewegingen, die zich terzijde van de kerk(en), soms met veel vuur een aanhang, hebben gemanifesteerd, zijn na korter of langer tijd weer verdwenen. En daarom zijn we toch geroepen om te staan in de worsteling om de kerk, om de éne en ware kerk zelf, die we om Gods wil liefhebben. Plekken, waar 'oecumene van het hart' wordt beleefd, mogen best een oase zijn, maar de kerk is meer dan het hart. Ze is openbaring van het Lichaam van Christus. De kou in de kerk, zeker ook in concreet eenheidspogen, kan soms verlangen naar de warmte van gemeenschapsbeleving met anderen wakker roepen. Maar daarmee mogen we het zicht op de gemeente en op de kerk niet verliezen.

De EO is de kerk niet. Dat zei ik - als ik het even persoonlijk toe mag spitsen - ooit tegen ds. W. Glashouwer sr. bij de oprichting van de EO, toen hij zijn geloof in de kerk verloren leek te hebben (of dreigde te verliezen) en hij de EO als de nieuwe geloofsgemeenschap zag. Het mag worden gezegd, dat de EO als gemeenschap van mensen uit verschillende kerken en bewegingen breed om zich heen heeft gegrepen en zo ook een fundamentele plaats in onze samenleving heeft gekregen. Maar ook nu zeg ik: de EO is de kerk niet. Als de EO, met alle evangelische aankleve van dien, morgen binnen ons omroepbestel (onverhoopt!) zou verdwijnen, dan zal er hopelijk nog de kerk zijn!

Er is meer dan de oecumene van het hart. Jammer dat er zo (te) weinig van gerealiseerd wordt.

Vis

Het vissenteken is intussen inderdaad een gemeenschapsteken, dat oude en goede papieren heeft, l-ch-th-u-s (in het Grieks): Jezus Christus, Zoon van God, Redder! Wanneer de oude christenen in de catacomben dit teken gebruikten (tekenden) als herkenningsteken, dan mogen wij het in onze meer en meer geseculariseerde samenleving ook best als teken van gemeenschap gebruiken. Dat teken kan dan echter niet eenzijdig door een beweging worden geclaimd. Maar meer dan om het uiterlijke teken gaat het om de beleefde gemeenschap met Hem, die in dit teken wordt verbeeld. Die gemeenschap met Christus schept 'oecumene van het hart' maar daarbovenuit, als het goed is, ook kerkelijke gemeenschap. De kerk is tenslotte meer - dan een conventikel.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De kerk gaat boven 'oecumene van het hart' uit

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 december 1996

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's