Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Grote verantwoordelijkheid voor hervormde synode en classes na triosynode

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Grote verantwoordelijkheid voor hervormde synode en classes na triosynode

Aanvechtbare verhoudingen

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een eerdere bijdrage in deze kolommen is door mij al aangegeven, dat de Werkgroep Kerkorde de betekenis van de Leuenberger Konkordie in de ontwerp kerkorde voor de VPKN sterk heeft gereduceerd. Deze stond reeds in een nevenschikkend artikel. Als gewijzigde tekst werd in de laatste versie voorgesteld: 'de kerk erkent met de Konkordie van Leuenberg dat de lutherse en gereformeerde tradities door een gemeenschappelijk verstaan van het Evangelie bijeenkomen'. De konkordie heeft in de grondslag geen confessionele status, merkte de werkgroep in haar toelichting op; ze stelt slechts vragen. Waarom deze dan niet opgenomen in de ordinanties? , vroegen we. Maar feit is, dat aan de bezwaren tegen de status van Leuenberg is tegemoet gekomen, vanwege het jarenlange verzet, dat tegen het opnemen van Leuenberg in de kerkorde is aangetekend.

Op de triosynode is gepoogd de konkordie alsnog naar de ordinanties over te brengen. Dat mocht niet gelukken. Wel ontstond grote commotie toen van lutherse zijde werd gepoogd Leuenberg (weer) een plaats van confessionele betekenis te geven. Met een nipte meerderheid (79-70) verwierp de synode dit voorstel. Daarmee bleef het voorstel van de werkgroep gehandhaafd. Bij de stemming over dit grondslagartikel bleken toen nog slechts 11 synodeleden tegen te zijn, enkele hervormd-gereformeerden, enkele lutheranen en enkele gereformeerden.

Desalniettemin hebben in totaal 24 hervormd-gereformeerden en confessionelen tegen de kerkorde als geheel gestemd. Dat heeft mede te maken met andere elementen in de kerkorde, zoals het huwelijk, de doop, de naam. Hierover wordt elders in dit nummer verslag gedaan.

Ik volsta in het hiervolgende met een algemene beschouwing.

Verdeeld

De triosynode was op wezenlijke punten diep verdeeld. Maar die verdeeldheid betrof dan wel uitsluitend de hervormde synode. De Hervormde Kerk brak soms letterlijk in tweeën, tegenover de vrij eenstemmige synoden van de Gereformeerde Kerken en de Evangelisch Lutherse Kerk. Schrijnend bleek dat bij de kwestie van het al of niet opnemen van het huwelijk in de kerkorde. Tégen een meerderheid van hervormde classes en hervormde afgevaardigden (48) in, verwierp de synode een amendement van P. F. Noordam, ds. B. J. van Vreeswijk en ouderling H. C. A. Vandenbriel om een artikel over het huwelijk op te nemen. Gereformeerden en lutheranen overspeelden hier de hervormden.

Dit alles noopt me er toe nog eens aan te geven, dat er in de overlegstructuur van Samen op Weg iets grondig mis is. Een kleine lutherse kerk en een massieve gereformeerde synode maken in feite getalsmatig de dienst uit als het op besluitvorming aankomt. Ze overstemmen gewoon de zwaar verdeelde hervormde synode. Wat de gereformeerden betreft: het was tekenend dat het gereformeerde moderamenlid ds. W. Barendrecht bij de eerste ritselingen in de politiek over legitimering van het homohuwelijk al liet weten, dat de kerk (dan) de overheid wel zou moeten volgen.

Het is intussen niet niets, dat een meerderheid van hervormden het huwelijk als 'inzetting Gods' in de kerkorde opgenomen wenst te zien, terwijl dan toch besloten wordt dit niet te doen. Ds. B. Wallet mocht de breed hervormde motie ter vergadering 'ontraden', zoals dat heet.

Het probleem ligt echter niet alleen bij deze kwestie. Vijftig synodeleden, ook voor het merendeel hervormden, hebben gepleit voor de expliciete verwoording van de kinderdoop. Zonder resultaat. Een groot deel (ongeveer de helft) van de hervormden heeft gepleit voor 'hervormd' of 'hervorming' in de naam. Eveneens zonder resultaat. In de triosynode werkt de dommekracht van het getal. De triosynode heeft de afzonderlijke synoden zo langzamerhand al uitgehold. Daarvan ondervindt vooral de Hervormde Kerk de ernstige gevolgen.

Moderamen

Binnenkort gaat ds. W. B. Beekman weg als synodepreses. Hij had nog eenjaar verder gekund. Hij wil echter terug naar de gemeente. Hij zei, dat de vier jaren als preses voor hem zware jaren zijn geweest. Hem is reeds toegevoegd, dat die zware jaren te maken hadden met de diepe verdeeldheid van zijn kerk in het Samen op Weg-proces. Dat zal ongetwijfeld waar wezen. Het is geen sinecure om aan zo'n 'tot op het bot verdeelde' kerk, om zijn eigen woorden nog eens te gebruiken, leiding te geven. Intussen blijkt telkens de macht van het getal te gelden, alsof de kerk een democratie is.

Toch waag ik het erop ook nu het moderamen kritisch te bevragen. Telkens wanneer het moderamen 'bezwaarden' hoort, zoals ook recent weer het geval was in een onderhoud met het bestuur van de Gereformeerde Bond, is er een luisterend oor voor de kritiek. Dat is ongetwijfeld ook gemeend. Ds. W. L. Tukker merkte ooit op, dat we altijd niet alleen de overtuiging maar ook het gevoel hebben bij de kerkenraad van onze kerk te komen. Maar waarom grijpt het moderamen niet een keer in wanneer dingen gaan zoals ze gingen op de triosynode en het eigen huis wordt overstemd door de 'partners'? Moderamen, waar is dan uw loyaliteit? Waarom is er dan vanuit het moderamen niet een plei­ dooi om 'zover' niet te gaan, aangezien blijkt dat een zó groot deel van de eigen kerk 'zover' niet wil gaan?

Mogen hier dan knopen doorgehakt worden? Zo mag dat toch niet gaan in de kerk?

Hervormde synode

Terecht is besloten, dat de hervormde synode, waarop de besluiten van de triosynode worden bekrachtigd, niet direct zal volgen op de triosynode. Die hervormde synode zal pas in het voorjaar worden gehouden. Het zal ook een verdubbelde synode zijn, omdat het om wijziging van de (complete) kerkorde gaat. Omdat een verdubbelde synode - een synode dus, waar behalve de eerste afgevaardigden ook de tweede afgevaardigden van de classes aanwezig zijn - er qua 'ligging' ook altijd iets anders uitziet dan een enkelvoudige synode, kan het beraad aangaande de hierboven genoemde omstreden zaken nog wel eens verrassingen opleveren. Zou echter als eerste agendapunt, voorafgaand aan alle besluitvorming inzake de kerkorde zelf, niet opgevoerd moeten worden de vraag of het nog langer hervormd-kerkelijk verantwoord is over zulke ingrijpende zaken op deze wijze te besluiten?

Hervormd-gereformeerden en confessionelen hebben al sinds lang moeten leven met het gegeven dat, als het erop aankomt, men bij principiële zaken, die het belijden der kerk raken, het onderspit moest delven. Maar dat was kinderspel bij wat zich voltrekt middels een mammoetbij eenkomst, die triosynode heet.

Contrast

In schril contrast met concrete besluiten, die genomen zijn, staat het - overigens hier met dankbaarheid vermelde - feit, dat een breed opgestelde motie van ds. B. J. van Vreeswijk om de bezwaarden te ontzien en naar hen te luisteren, met algemene stemmen is aanvaard. Wat in deze motie concreet wordt gevraagd is, zo werd gesteld, al toegezegd of geregeld. Toch is het van wezenlijke betekenis, dat in deze motie nog eens is onderstreept, dat (wijk-)gemeenten, die hervormd wensen te blijven, dit ook onbelemmerd en onbeperkt kunnen doen. Zulks is nu met zoveel woorden uitgesproken. Dat zal echter vragen om concrete regelgeving. Vandaar dat de behandeling van de ordinanties van groot belang is. In de ordinanties zullen ook de garanties voor de blijvende eigenstandigheid van hervormde gemeenten moeten worden vastgelegd.

Men moet niet onderschatten wat de vereniging van de kerken, die bijvoorbeeld via de arbeidsorganisatie en in de vorming van de regionale dienstencentra, al volop in uitvoering is, zal betekenen voor genoemde hervormde gemeenten. Het management loopt al ver vooruit op de ambtelijke vergaderingen. We kunnen denken aan hervormd-gereformeerde gemeenten in de diaspora. Maar niet alleen in zulke gebieden. Gereformeerden hebben in het verleden nooit begrepen waarom hervormde-gereformeerden in een door gereformeerden ooit afgeschreven kerk bleven. Ze begrijpen, nu ze zelf confessioneel op drift zijn geraakt, grosso modo weinig of niets van wat hervormd-gereformeerden beweegt wanneer ze op hun post zullen blijven, terwijl ze een plurale kerk afwijzen.

Accolade

In het verleden is vanuit de Gereformeerde Bond één en ander maal gesteld, dat zich de noodzaak kan gaan voordoen om een accolade te slaan om al die gemeenten, die hervormd willen blijven. Het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond heeft duidelijk uitgesproken, dat we als hervormd-gereformeerden ons geroepen weten op onze post te blijven en ons te blijven inzetten voor het recht van de hervormde gezindheid, dat is de gereformeerde belijdenis. Op post blijven betekent ook en vooral verantwoordelijkheid betrachten naar de gemeenten, waar dit hervormd erfgoed bewaard is. De gemeente gaat aan de kerk vooraf! Men zie voor goed verstaan ook mijn bijdragen in de vorige twee afleveringen van dit blad. Die verantwoordelijkheid jegens de gemeenten wil het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond graag doorvertalen in concreet beleid in deze, met name met betrekking tot deze accolade. Het kan niet zo zijn dat hervormde gemeenten - in de ene regio méér, in de andere minder vertegenwoordigd - zonder enige samenhang in het grote geheel van een VPKN opgaan.

Op onze post blijven betekent verantwoordelijkheid dragen voor het geheel der kerk. Dat is één en andermaal uitgesproken. Dat betekent (mee) lijden aan de kerk. Ter synode gaf ds. D. Breure in deze een stemverklaring, die bijgaand separaat in dit nummer is afgedrukt en die wij graag bijvallen. Een en ander sluit echter verantwoordelijkheid voor hervormde gemeenten juist in.

De komende tijd zal er in de verhouding tussen de hervormde gemeenten en de landelijke kerk duidelijkheid moeten komen, temeer daar er tot heden geen begrip is getoond voor het doorvertalen van het hervormd zijn naar de tussenniveaus, met name naar de classis.

Op onze post blijven betekent dan ook extra betrokkenheid op de beraadslagingen in de classicale vergaderingen. Het moet overigens voor hervormde classes moeilijk te verdragen zijn, dat wat breed hervormd wordt voorgesteld of begeerd door een meerderheid van een triosynode wordt verworpen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 november 1997

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Grote verantwoordelijkheid voor hervormde synode en classes na triosynode

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 november 1997

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's