Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Koning en Kandelaren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Koning en Kandelaren

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

'En mij omgeiceerd hebbendezag ikzeven gouden kandelaren;en in het midden vande zeven kandelarenEén,de Zoon des mensengelijk zijnde…'Openbaring 1 : 12b, 13a(Lezen Openbaring 1 : 9-16)

Ik, Johannes
Weerbarstig staan de rotsen van Patmos in de Egeïsche Zee.
Met daverend geraas breken de golven er op stuk – wat een angstaanjagend geluid.
Johannes, de oude discipel (90+), zit er eenzaam en alleen z'n tijd uit.
Keizer Domitianus wist wel raad met hem.
Voor zulke oproerlingen was geen betere plaats dan de eenzaarnheid van Patmos.
En hij heeft gelijk gekregen.
Geen betere plaats dan de eenzaamheid.
Al heeft de Heere dit kwaad op een machtige wijze ten goede gekeerd.
Want hoewel Johannes voor de keizer uitgediend was, emeritus, werd hij door de Koning in volledige dienst genomen.
Hij wordt op zondag bevestigd in de kerk der eeuwen, in de zeven gemeenten.
Op de dag des Heeren.
Dit in tegenstelling tot de dag die aan de verering van de keizer was gewijd.
Op de dag die herinnert aan de opstanding van Christus, ziet hij Hem in volle heerlijkheid.

De Koning
Wat Johannes ziet is zo overweldigend, dat hij straks als dood aan Zijn voeten valt.
Het is zeer opvallend…
Johannes hoort een stem en kijkt om.
Johannes kijkt om en ziet… zeven gouden kandelaren.
Met daartussen… de keizer?
Nee! De Koning!!
En wat voor een Koning!
Dé Koning, de overste van de koningen der aarde, de opgestane Kruiskoning.
Hij is de Priester-Koning.
Kijk mee hoe Johannes Hem ziet.
De Koning in (hoge)priesterlijk gewaad, werkzaam in het heilige der heiligen.
Wie Hem naar de ogen kijkt, merkt wel dat Hij niemand naar de ogen ziet.
Zijn ogen doorlopen de ganse aarde.
Als een verterend vuur.
Voor Hem is niets te verbergen.
Kom daarom toch voor de dag.
Hij heeft je allang ontdekt.
Wie in het gericht onder Zijn voeten komt zal verteerd worden.
Zijn stem is als de kracht van een waterval, als een bruisende bergbeek – machtig.
Eén woord van Hem is genoeg om mij omver te krijgen – spreek Heere!
Uit Zijn mond een zwaard, scherp gewet ten strijde; zwaard van de Geest.
Zijn Woord zal niet ledig tot Hem weerkeren, maar doen hetgeen Hem behaagt.
Zijn gezicht als de Zon der gerechtigheid, maar ook als een gloed voor wie niemand buiten Zijn verzoening kan bestaan.
De wereld kan niet dan voor Hem beven.
De Kerk mag zich buigend voor Hem in deze Koning verheugen.
Nog één ding ziet Johannes.
De zeven sterren in Zijn rechterhand.
Gods rechterhand vol sterkte en ere.
Gods rechterhand heeft grote kracht.
De Koning der kerk houdt de leiders van de Kerk in Zijn hand, in Zijn macht.
Dat heeft me als ambtsdrager veel te zeggen: Spreek Heere, uw knecht hoort.

De gouden kandelaren
Goud is wel erg duur, maar mogelijk staat er bij u zo'n kandelaar van koper.
Z'n zeven armen wijzen omhoog.
Meestal staat hij er voor de sier.
Daarvoor stond de kandelaar er niet.
De kandelaar deed dienst om licht te verspreiden op z'n omgeving.
De kandelaren zijn de gemeenten.
En als er één kandelaar niet voor de sier dient, is het wel de gemeente des Heeren.
Zij is er om licht te verspreiden voor de wereld en bijzonder voor Israël.
Opdat ook de beminden om der vaderen wil zullen ontdekken dat de Messias gekomen is.
Gouden kandelaren…
Er is genoeg op af te dingen – goud?
Zeker, vanwege de walm die de kandelaren verspreiden zit er heel veel roet op.
En toch…: GOUD!
Goud, omdat ze van de Heere zijn.
Johannes ziet de kerk naar haar wezen.
Ondanks al haar zonden heeft de Koning de kerk lief om wie ze is, niet om wat ze doet. Daarom bestaat de kerk nog steeds.
Goud…, omdat de Heere in een verbond met haar is getreden.

De Koning tussen de kandelaren
Een machtig gezicht; wat een troost.
De Koning tussen de gouden kandelaren.
De Koning niet als randverschijnsel, maar als middelpunt en Middelaar.
Als Koning die regeert en als Hogepriester die bidt én als Priester die de lampen vult.
Het visioen begon niet toevallig met de priester. Hij verricht het belangrijke werk.
Hij vult de kandelaar (= gemeente) met de olie van de Geest.
Zo zullen de lampen branden.
Zo kan en zal de gemeente lichtdrager zijn en licht werpen op de omgeving.
De Koning wandelt (!) tussen de zeven gouden kandelaren.
Hij draagt zorg voor de kerk.
Uiterste zorg.
Dat troost uitermate.
De HEERE regeert.
Zijn trouw is groot.

J. van het Goor, v.d.m., Stolwijk

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 januari 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Koning en Kandelaren

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 januari 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's