Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vergeet Pasen niet

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vergeet Pasen niet

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Houd in gedachtenis, dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt.2 Timotheüs 2 : 8

Wij vergeten snel. Dat is wat heel veel dingen betreft helemaal niet zo erg. Je leven staat of valt er niet mee. Maar met het vergeten van Pasen staat of valt het leven van het geloof.
Houd in gedachtenis, daj Jezus Christus uit de doden is opgewekt.
Dat schrijft de apostel Paulus aan Timotheüs, zijn jonge vriend en medewerker in de dienst van het Evangelie.
Paulus zit in de gevangenis in Rome. Zijn levenseinde is nabij. Hij zal weldra voor de zaak van het Evangelie de marteldood sterven. 'Want ik word nu tot een dankoffer geofferd en de tijd van mijn ontbinding (d.w.z. afmeren, afvaart van de kade van het leven) is aanstaande' (hfdst. 4). De apostel weet waar hij naar toe vaart, nl. naar de haven van de eeuwige rust, die er overblijft voor het volk van God. Hij weet in Wie hij geloofd heeft, van Wie hij is in leven en in sterven. Dat hij van Christus is, Die de dood heeft teniet gedaan, in Zijn bloed, in Zijn hart geborgen. Dat is even rijk, als je dat door het geloof met Hem verbonden en als je van God geschonken Redder en Zaligmaker mag weten. Dat is per saldo het ene nodige weten.
Vanuit zijn cel in Rome schrijft Paulus een afscheidsbrief aan Timotheüs. Een warme, hartelijke brief, waarin hij hem bemoedigt en vermaant als een vader.
Timotheüs bevindt zich in Efeze, een drukke, in die dagen vermaarde haven- en handelsstad, waar van alles omging. Hij had het daar niet gemakkelijk. In een stad als Efeze tierde het onkruid van allerlei goddeloosheid welig. De gemeente van Christus stond bloot aan allerlei kwade invloeden van buitenaf. En van binnenuit werd de gemeente bedreigd door dwaalleer, die het Evangelie verdonkert en misvormt en waardoor de mensen worden weggetrokken van God en Zijn Woord. Het is altijd, de eeuwen door, hetzelfde liedje. Dezelfde gevaren, die de gemeente van Christus bedreigen, van buitenaf en van binnenuit, zij het ook in eigentijdse gedaanten.
De apostel bindt Timotheüs op het hart om te blijven bij de gezonde woorden van het Evangelie. Wij worden daartoe ook geroepen in onze tijd van ziekmakende theologieën. Timotheüs moet pal staan voor het Evangelie, het Woord der waarheid recht snijden, met de volle inzet van zijn persoon strijden, opdat de gemeente niet wordt afgerukt van haar fundament. Hij moet als een goed soldaat van Jezus Christus verdrukkingen lijden en niet bang zijn. Paulus weet, dat hij nogal vreesachtig van aard, gauw aangeslagen en uit het veld geslagen is. Daarom wijst hij hem op een oneindige krachtbron. Temidden van alle strijd en moeilijkheden moet Timotheüs in gedachtenis steeds voor ogea houden dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt. Hij, in Wiens dienst hij staat, lééft om hem bij te staan en te helpen. Vergeet Pasen niet, Timotheüs, vergeet het niet, dat je een levende Heere hebt, Die sterker en machtiger is dan alle subversieve en ontbindende machten en krachten. Hij verrees uit de dood als Overwinnaar van de machten van de duisternis, die van zonde, duivel, dood en hel. De macht van de hel is verslagen. Hij overwon en zal overwinnen. Hij zit nu op de troon in de hemel, aan de rechterhand van de Vader, bekleed met alle macht in hemel en op aarde.
Timotheüs strijdt niet voor een verloren, maar voor een gewonnen zaak. Wij leven op de spits van de tijden. We hebben onze zorgen en vragen. Over de toekomst van de kerk! Waar gaat het naar toe? Als we zien op het voortgaande proces van de afkalving en verwereldlijking, de toenemende verdeeldheid en verwarring en de geesteloosheid van en in de kerk(en), dan is het om moedeloos te worden. En toch is er geen reden tot moedeloosheid. Gedenk dat we een Heere hebben. Die lééft. Grijp moed. Het voortbestaan, de voortgang van Zijn werk en Zijn Kerk is gewaarborgd in Hem, Die met de overmacht van Zijn Woord en Geest Zijn gemeente, uitverkoren tot het eeuwige leven, uit alle volken vergadert, beschermt en in stand houdt.
De poorten, de machten van de hel, zullen, naar Zijn belofte, Zijn gemeente niet overweldigen.
Vergeet Pasen niet. God heeft Zijn Zoon Jezus Christus uit de doden opgewekt. Daarin klonk het 'Amen' van de Vader op wat Hij stervend aan het kruis in triomf riep: 'Het is volbracht'. Aan het recht van God is voldaan. Al de straf op de zonde gedragen. De zonde verzoend. De schuld betaald. De weg is vrij, open. Naar God, naar de verzoening en de vrede met God. Nu is er genade, vergeving voor de grootste zondaar, die voor God op de knieën komt en vanuit een verslagen hart bidt: 'O, God, wees mij zondaar genadig.'
De dichter Marsman zei: 'mijn zonden gaan mee in het graf.' Wat verschrikkelijk. Ik moet er niet aan denken. Maar zo hoeft het ook niet. Wie als een arme zondaar aan de voeten van Christus terecht komt, en Hem in het geloof mag zien en omhelzen als zijn/haar Redder en Borg, Die voor al zijn/haar zonden volkomen heeft betaald, die mag zeggen: mijn zonden zijn al meegegaan in het graf, in Zijn graf!

O, Jezus, die mijn schuld wou boeten…
Gij, Heiland, leer mij aan Uw voeten
in eigen oog een zondaar zijn.
Bij al mijn deugd, bij al mijn werken,
vind ik geen troost, die mij kan sterken,
geen hoop dan die ik op U bouw.

Houd Hem zo in gedachtenis als het Lam van God, dat uw zonden op Zich nam en in Zijn bloed, dat reinigt van alle zonden, open vaarwater geeft naar God. Hij wil ons in Zijn overwinning betrekken en meenemen naar de grote Morgen van de dag van Zijn komst in glorie en victorie.
Hij maakt doden, dood in zonden en misdaden voor God, levend tot het leven met Hem, een nieuw God geheiligd en gewijd leven. Een leven in geloof, hoop en liefde. Kregen we Hem daarvoor nodig? Leerden we Hem zo kennen als ons Leven, onze Hoop en Toekomst? Zo niet, roep Hem dan daarvoor aan. Word toch wakker. Het is tijd, hoog tijd. Het is nog genadetijd. Hoor de wekroep van Pasen: 'Ontwaakt, gij, die slaapt, en staat op uit de doden en Christus zal over u lichten' (Ef. 5). Zo gij Zijn stem dan heden hoort… Het gaat om niets minder dan uw eeuwig heil.
Vergeet Pasen niet. Houd het in gedachtenis met hoofd en hart. We hebben een levende Heiland, Die ons kan horen en hoort, als wij tot Hem roepen. Die ons kan zien en ziet in elke nood en elk gevaar. Die ook handen heeft, vol van alle genade, die we nodig hebben, om ons te redden, te helpen, overal doorheen te helpen.
'Gods Woord moet geloofd, vastgehouden worden als een vaandel opgericht midden in de dood' (Kohlbrügge).
Ach, wij vergeten het tot onze schade en schande steeds weer en worden zo ten prooi aan twijfel, ongeloof, donkere aanvechtingen, moedeloosheid en wanhoop. Gelukkig dat de Heere Zijn volk, dat Hem vergeet, niet vergeet. We hebben het zo nodig – telkens weer – eraan herinnerd te worden. En dat doet het Woord van onze God. Dat doet ons voor en na het leven uit eigen hand loslaten en zoeken en vinden bij Hem, Die uit de doden is opgewekt en zegt: 'Ik leef en gij zult leven.'

C. Vos, Amersfoort

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Vergeet Pasen niet

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 april 1999

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's