Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Verslag van de 93e jaarvergadering van de Gereformeerde Bond

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Verslag van de 93e jaarvergadering van de Gereformeerde Bond

op woensdag 26 mei 1999 in 'De Schakel' te Nijkerk

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Opening
De voorzitter, ds. G. D. Kamphuis, opent de vergadering met het laten zingen van Psalm 65 : 1 en 4. Hij leest Johannes 14 : 1-21 en gaat voor in gebed.
Ds. G. D. Kamphuis heet iedereen welkom. Met name worden genoemd: ds. B. J. van Vreeswijk, ds. E. J. Hefting, namens het moderamen van de generale synode; ds. R. de Koeijer, namens de Bond van Ned. Herv. Mannenverenigingen; mevr. M. H. Guyt-Guyt, mevr. N. Boekhoudt-Kamerbeek, namens de Bond van Ned. Herv. Vrouwenverenigingen; ds. C. van Duijn, ds. A. J. Mensink, namens de Herv. Geref. Jeugdbond; ds. M. B. van den Akker, ds. J. de Jong, namens de Bond van Ned. Herv. Zondagsscholen; ds. G. S. A. de Knegt, ds. J. van Oostende, namens de Geref. Zendingsbond; ds. D. Ph. C. Looijen, dr. P. J. Visser, namens Herv. Bond voor Inw. Zending; drs. D. C. Hellinga, drs. J. L. Posthumus, namens het Confessioneel Gereformeerd Beraad; ds. J. ter Steege, namens de Confessionele Vereniging; ds. M. Smallenbrugge, namens de stichting 'Vrienden van dr. H. F. Kohlbrugge'.
Ds. G. D. Kamphuis spreekt hierna zijn openingswoord uit. De titel luidt: 'Waarheid en leven'. Zijn openingswoord is opgenomen in de Waarheidsvriend van donderdag 27 mei 1999.

Jaarverslag secretaris
In de Waarheidsvriend van donderdag 20 mei 1999 stond een uitvoerig verslag van de werkzaamheden van het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond over de periode mei 1998 tot mei 1999. De secretaris brengt enkele punten uit dit verslag opnieuw onder de aandacht van de leden: Het SoW-proces vroeg veel tijd en energie; het hoofdbestuur start met de opvolging van dr. ir. J. van der Graaf; er komt een studiestimuleringsbeleid; de teleurstelling over het besluit van de christelijke gereformeerde synode; de vorderingen en plannen van de commissies. We danken de Heere dat Hij onze algemeen secretaris gezondheid, bewogenheid, creativiteit en wilskracht heeft geschonken om in verbondenheid met het bestuur leiding te kunnen geven aan onze vereniging.
De secretaris eindigt met Psalm 115 vers 1: 'Niet ons, o HEERE! Niet ons, maar Uw Naam geef eer, om Uwer goedertierenheid, om Uwer waarheid wil'. De voorzitter dankt de secretaris en geeft de vergadering de gelegenheid tot het stellen van vragen.

Reacties op verslag secretaris
De heer G. Zetzema stelt, dat het jaarverslag meldt wat het bestuur ('een applausmachine') allemaal doet. Hij stelt verder dat de leden buitenspel staan. Hij is van oordeel dat de Gereformeerde Bond net zo goed kan worden omgezet in een stichting 'Het hoofdbestuur benoemt zomaar een studiesecretaris'. Ook tijdens de buitengewone ledenvergadering stonden de leden buitenspel. De verslaggeving van de buitengewone ledenvergadering was onvolledig.
Ds. J. Harteman antwoordt dat het hoofdbestuur altijd in goed overleg met de leden heeft gewerkt en op de jaarvergaderingen altijd verantwoording heeft gegeven van het gevoerde beleid. Vooraf de leden raadplegen maakt functioneren onmogelijk.
Ds. G. D. Kamphuis houdt dhr. Zetzema de statuten voor, waar staat dat het hoofdbestuur bevoegd is functionarissen te benoemen. Op de extra ledenvergadering is hoor en wederhoor toegepast. Het kan niet de bedoeling zijn de buitengewone ledenvergadering nog eens over te doen. 'Wij stellen ons open voor kritiek en vragen geen applaus maar verwachten wel een goede toon'.
Dr. ir. J. van der Graaf stelt dat drs. P. J. Vergunst in zijn verslag van de buitengewone ledenvergadering alle stemmen heeft verwoord.
De motie van dhr. Zetzema is als zodanig is niet geplaatst in de Waarheidsvriend omdat deze niet in behandeling is genomen.
Een ouderling uit Bleskensgraaf stelt dat, zonder dat dit aan de ledenvergadering was voorgelegd, het beleid in Amersfoort is omgegaan. Hij vraagt ambtsdragersvergaderingen meer als 'regionale ledenvergaderingen' te laten meepraten. Verder vraagt hij waarom geen (of niet ten volle) uitvoering is gegeven aan het voorstel van ds. Van der Kraan op de buitengewone ledenvergadering.
Ds. G. D. Kamphuis stelt dat in Amersfoort het eerder gevoerde beleid duidelijker is verwoord.
Dr. ir. J. van der Graaf wijst erop dat ambtsdragersvergaderingen geen ledenvergaderingen (kunnen) zijn. Uit Bleskensgraaf is geen bezwaar aangetekend tegen de wijze waarop het hoofdbestuur uitvoering heeft gegeven aan het voorstel van ds. P. van der Kraan op de buitengewone ledenvergadering. Uit de vele reacties die op de Pastorale Brief bij het hoofdbestuur zijn binnengekomen blijkt brede instemming met het beleid. Over het instellen van een 'mortuarium' wordt om verschillende redenen in sommige reacties verschillend gedacht. Ds. P. van der Kraan bevestigt zich in de Pastorale Brief, die het hoofdbestuur deed uitgaan goeddeels te kunnen vinden.
Ds. A. W van der Plas spreekt steun uit voor het beleid van het hoofdbestuur en stelt dat ledenvergaderingen nooit ambtsdragersvergaderingen kunnen vervangen.
Ds. M. A. van den Berg noemt de Waarheidsvriend (als podium) eenzijdig en stelt vragen bij ontwikkelingen in de hervormd gereformeerde sector; vragen, die 's middags aan de orde zullen komen (reikwijdte van de verzoening, dubbele predestinatie) 'Er is bezinning nodig op onze missie'. Verder vraagt hij waarom het hoofdbestuur de federatieoptie niet overneemt. 'We moeten ons tegen fusie uitspreken ook al laat de motie Van Heijst/De Visser die ruimte niet toe.'
Dr. ir. J. van der Graaf stelt dat de Waarheidsvriend altijd open heeft gestaan voor ingezonden stukken, mits de toon goed blijft. De redactie behoudt zich het recht voor daarbij kanttekeningen te plaatsen. Hij memoreert dat, toen het hoofdbestuur en het Comité tot Behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk niet tot een eensluidend voorstel konden komen, door de redactie van de Waarheidsvriend aan het Comité is aangeboden een uitleg hunnerzijds te geven in de Waarheidsvriend. Daarvan is geen gebruik gemaakt. Ds. Ruijgrok vroeg of dit inderdaad was gevraagd. Desgevraagd beaamde ds. R. van Kooten dat dit juist was.
Ds. R van der Kraan deed de suggestie jaarlijks in het jaarverslag behalve het verslag van werkzaamheden ook beleidsvoornemens te presenteren en dichter naar de leden te gaan.
De heer Van Bart vroeg voor de predikantenconferentie, die dit najaar opnieuw in Dalfsen zal worden gehouden, ook niet-predikanten uit te nodigen. Ook de stem van de hoorders moet worden gehoord.

Groet van de synode
Ds. B. J. van Vreeswijk brengt namens het moderamen van onze synode een groet over. Hij wijst op de betrokkenheid en liefde van de Gereformeerde Bond voor de Nederlandse Hervomde Kerk. In zijn toespraak gaat ds. B. J. van Vreeswijk in op enkele binnenkerkelijke kwesties, die vooral binnen de Gereformeerde Bond voorkomen (zie voor de toespraak van ds. B. J. van Vreeswijk elders in dit nummer).

Referaat dr. ir. J. van der Graaf
De algemeen secretaris spreekt over 'Hervormd Gereformeerd – ruimte en grenzen'. Hij stelt vast dat ook in de hervormd-gereformeerde beweging weinig over is van een breed katholieke allure. Het omgaan met de Augsburgse Confessie gebruikt hij als een voorbeeld. Volgens Van der Graaf lezen wij vandaag met een door het SoW-proces beslagen kerkpolitieke bril. (Dit referaat staat in de Waarheidsvriend van donderdag 27 mei 1999.)

Ds. R. H. Kieskamp sluit de morgenvergadering met het zingen van Psalm 43 : 1, 2, 3 en vraagt de zegen voor de maaltijd.
Ds. H. J. Lam opent de middagvergadering. Hij geeft van Psalm 87 de verzen 4 en 5 op om te zingen.

Verslag penningmeester
De penningmeester beperkt zich tot enkele hoofdzaken. Hoewel we een tekort hebben van ƒ 1.650,– is er toch sprake van een bevredigende uitkomst. In 1998 is een bedrag van ƒ 50.000,– meer binnengekomen dan in 1997. De legaten en erfenissen waren hoog en de inkomsten uit rente stegen. Over het verslag zijn geen vragen.

Commissie tot nazien van de jaarrekening
Leden van de commissie zijn: A. van Lunteren, Houten; J. Vis, Dordrecht en mr. W. van Leussen, Ottoland. De commissie merkt op dat, nu de jaarrekening van de vereniging is voorzien van een accountantsverklaring, het wenselijk is de rol van de commissie nog eens kritisch te bezien. Denkbaar is dat door statutenwijziging de commissie wordt afgeschaft, danwel aan de commissie een andere taak wordt toebedeeld. Wanneer wordt gedacht aan de toebedeling van een andere taak aan de commissie valt te denken aan een vorm van advisering over het beleid, ook waar het het meerjarenbeleid betreft.
Met genoegen constateert de commissie dat een goede informatievoorziening aan de inkomsten in 1998 een positieve financiële impuls voor het Leerstoelfonds heeft gegeven. Ook de algemene inkomsten, alsmede de giften bij de contributies in 1998 geven een duidelijke stijging te zien.
Over de exploitatie van het verenigingsorgaan stelt de commissie de volgende vragen: Is het juist de omvangrijke werkzaamheden van de algemeen secretaris voor het blad niet ten volle in de kosten te betrekken? Waar liggen de grenzen van de 'subsidiëring' van het blad, nu de lezers niet ten volle de kosten betalen?
Uit de jaarrekening 1998 blijkt, dat de kosten van de gewone algemene vergadering ruim ƒ 10.000,– bedroegen, terwijl de collecteopbrengst op die dag ƒ 3.000,– was. De commissie doet de suggestie het bijdragen aan de collecte te verhogen.
Ten slotte spreekt de commissie grote waardering uit voor het vele werk dat door de penningmeester en zijn echtgenote wordt verricht.

Reactie van de penningmeester
De penningmeester deelt de opvatting dat de rol van de commissie tot nazien van de jaarrekening in discussie is. Hij zegt verder dat de bespreking van de meerjarenbegroting spoedig op de agenda van het hoofdbestuur komt. Ook is het nooit het geval geweest de werkzaamheden van de algemeen secretaris ten laste te brengen van de exploitatie van de Waarheidsvriend. De penningmeester maakt bekend dat leden, die langer dan twee jaar hun contributie niet hebben betaald, uitgeschreven worden. De penningmeester maakt (uiteraard) geen bezwaar tegen de suggestie om het bijdragen aan de collecte te verhogen.

Aan de ledenvergadering wordt voorgesteld het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond te dechargeren van het door de penningmeester gevoerde beleid over het jaar 1998. De vergadering gaat unaniem akkoord. Mr. W. van Leussen treedt uit de commissie. Dhr. J. Deurloo uit Alkmaar neemt zijn plaats in.

Boodschap aan de Koningin
Dr. ir. J. van der Graaf leest een boodschap voor, die de vergadering zendt aan H.M. Koningin Beatrix. Na het voorlezen zingen we de twee bekende coupletten van het Wilhelmus.

Uitslag stemming bestuursverkiezing
a. Vacature ds. C. Blenk
ds. C. Blenk 431 stemmen
ds. D. M. van de Linde 27 stemmen

b. Vacature G. D. Kamphuis
ds. G. D. Kamphuis 454 stemmen
ds. Joz. A. de Koeijer 8 stemmen

c. Vacature ds. H. Visser
ds. D. C. Floor 197 stemmen
ds. H. Roseboom 266 stemmen
Ongeldig 11 stemmen
Ds. C. Blenk, die niet op de vergadering aanwezig is, heeft te kennen gegeven als hij herkozen zou worden, de benoeming te aanvaarden. Ds. G. D. Kamphuis en ds. H. Roseboom zeggen tijdens de vergadering hun (her)benoeming te accepteren.

Bespreking referaat
In de vorm van een forum wordt het referaat van dr. ir. J. van der Graaf besproken. Behalve Van der Graaf maken ds. H. Visser en ds. H. van Ginkel deel uit van dit forum.
Ds. M. A. van den Berg spreekt zijn bezorgdheid uit over wat hij tegenkomt in de gemeenten. Hij wijst op de tendens, dat via eigen materiaal aan onze kinderen remonstrantse en evangelische liedjes worden geleerd en geeft een voorbeeld uit de praktijk. Dr. ir. J. van der Graaf vindt het moeilijk om een reactie te geven op iets, dat hij niet heeft gelezen. Hij onderkent dat er verschuivingen zijn, maar het gaat hem te ver daar het etiket algemene verzoening op te plakken. De verschuiving heeft naar zijn mening te maken met de verandering van spiritualiteit bij de predikanten en bij de hoorders. Alles is veel meer gerationaliseerd.
Ds. H. Visser stelt voor bezinning op gang te brengen. Zijn zorg is dat we verder van elkaar afgroeien. Bovendien moeten we de ruimte van het Evangelie niet insnoeren.
Ds. H. van Ginkel vindt dat ds. Van den Berg een spanningsveld heeft aangeroerd. Hij pleit voor het uitleggen van kernpunten van de gereformeerde belijdenis in de gemeenten.
Dr. W. Verboom zegt, dat het oergereformeerd is zonder enige voorwaarde aan de kinderen te leren, dat de Heere hen liefheeft. Hij wijst op vraag en antwoord 1 van de Heidelbergse Catechismus. De leraar vraagt daar aan een kind van ongeveer vijf jaar: wat is jouw troost? Het kind antwoordt: 'Dat ik met lichaam en ziel, beide in leven en in sterven, niet mijn, maar mijns getrouwen Zaligmaker Jezus Christus eigen ben'.
Ds. P. van der Kraan stelt dat de prediking onder ons bijbels is maar meent dat de kennis van de meest elementaire zaken in het gereformeerde belijden vaak ontbreekt. Ten aanzien van de prediking vraagt hij: 'Plaatsen we de gemeente voor het aangezicht van God en is er nog een bijbels separeren?'
Dhr. C. Stam uit Nieuw-Lekkerland informeert of hij het referaat van Van der Graaf goed heeft begrepen als hij stelt, dat de Augsburgse Confessie een legitieme plaats kan innemen in de nieuwe kerkorde? Van der Graaf rekent de Augsburgse Confessie niet tot de gereformeerde geloofsbelijdenissen, maar erkent deze belijdenis wel als een kerkelijke belijdenis.
Ds. M. A. van den Berg wil de historische discussie zuiver voeren. Het is volgens hem kort door de bocht te stellen dat de Augsburgse Confessie zonder meer door Calvijn is geaccepteerd. Dr. ir. J. van der Graaf handhaaft dat hij Calvijn onbevangen wil lezen: 'Lukt het ons nu nog los van SoW over de Augsburgse Confessie te spreken?'
Dhr. H. L. Verheugen uit Asperen gaat met zijn vraag in op de grenzen: 'Wat is nog gereformeerd, zowel in liturgie als in prediking?' Dr. ir. J. van der Graaf stelt hem eerst een wedervraag: 'Waar wordt in de belijdenis over de liturgie gesproken?' Wel dient de inhoud van de liturgie te beantwoorden aan de Schrift en de belijdenis. De vraag is niet zwart-wit te beantwoorden. Van der Graaf zet zich in voor de belijdenis van de gereformeerde kerk. Elders in de wereld zijn echter andere belijdenissen. De vraag is dan: 'Hoe is het gesteld met je geloof in Jezus Christus?' 'De gereformeerde traditie-is de beste traditie die ik ken, maar vormt in de wereld een smal spoor.'

Afscheid van dr. A. van Brummelen en ds. H. Visser
Op de jaarvergadering wordt afscheid genomen van dr. A. van Brummelen en ds. H. Visser. Dr. Van Brummelen kwam 29 jaar geleden en ds. Visser 20 jaar geleden in het hoofdbestuur. Ds. G. D. Kamphuis spreekt hen toe. De voorzitter vindt dat beide broeders op een zeer betrokken manier hebben geparticipeerd in het bestuur. 'Wij, als jongeren in het bestuur, hebben van u geleerd, van uw inzicht, van uw beslistheid, van uw zorg en liefde voor de kerk en de gemeenten. We zijn u veel dank verschuldigd voor alles wat u in ons midden hebt gedaan. We danken de Heere onze God voor de gaven die Hij u gaf om in ons midden uw plaats in te nemen. We wensen u de zegen en de genade, de kracht en de liefde van God toe in de tijd die voor u ligt. U zult het bestuur missen – de omgang met de broeders. Maar, in de handen van onze goede God bevelen wij u aan! Wij hopen en bidden dat u – samen met uw vrouw – nog een goede tijd ontvangt.'
Ds. Kamphuis overhandigt als een gebaar van dank de vertrekkende bestuursleden o.a. een boek met afbeeldingen van de bekende Hongaarse schilder Munkacsy.
Ds. Visser dankt God voor alles wat Hij gaf en is dankbaar voor de broederlijke samenwerking met de andere bestuursleden. Hij sluit af met een bemoediging: 'Er is een toekomst voor Gods kerk!'

Afsluitend referaat
Dr. A. van Brummelen spreekt aan het slot van de dag een referaat uit over de overgang van de 20e naar de 21e eeuw. (Zijn referaat komt in de Waarheidsvriend van donderdag 10 juni.) Na het referaat geeft hij Psalm 25 : 2 op en gaat voor in dankgebed.

J. Harteman

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Verslag van de 93e jaarvergadering van de Gereformeerde Bond

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 juni 1999

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's