Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Op het spoor van emigranten

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Op het spoor van emigranten

17 minuten leestijd Arcering uitzetten

Men vroeg mij als 'bonder' mee te gaan met een gereformeerde delegatie naar de Christian Reformed Churches in America (CRC) 1). Die relatie is al oud en was goed, tot zij de GKN zagen 'omgaan'. Ik stemde in met het verzoek, want het mag ons in de 'moederkerk' een zorg zijn, als dochters uitéén groeien.
Zo vlogen wij dan met een delegatie van zes op 6 december de Atlantische Oceaan over. Hoe anders, dacht ik, dan destijds de 'Pelgrimfathers' en afgescheidenen, die erheen zeilden! Onderweg zag je uit het raampje de sneeuwbergen van Groenland. In Amerika was het zeven uur vroeger. In Detroit, de kolossale autostad, stapten we over in een kleiner vliegtuig naar Grand Rapids, Michigan, in de Mid-west. De andere morgen reden we eerst richting Michiganmeer: vlak land, duinen, strand en zee met branding. Het meer is namelijk zo groot, dat je de overkant niet kunt zien. Hier zullen de emigranten het Hollandse landschap herkend hebben. Iets zuidelijker heet het ook 'Holland'. Het is alsof je thuiskomt.

1. 'Together on the road'
's Middags begonnen de gesprekken in het 'hoofdkwartier' van de CRC, een mooi nieuw 'dienstencentrum'.
Hier ontmoeten wij o.a. dr. Zwaanstra, die nog over de Afscheiding gepromoveerd was aan de VU bij prof. Nauta, en ook prof. De Moor, de kerkrechtspecialist van Calvin Seminary (kleinzoon van de preses van de bekende synode van Assen, 1926!).
Eerst kwam de 'oecumene' aan de orde. Ds. Doff, predikant in Rotterdam, de huidige synodepreses, vertelde van drie lagen in SoW: de nieuwe kerkorde, het nieuwe dienstencentrum in Utrecht en de plaatselijke ontwikkelingen. Prof. De Moor vroeg: wat zijn de bezwaren? en wat is een 'safe place' voor de bezwaarden ('concerned')? Welnu, daarvoor was ik meegekomen. Ik vertelde dus van onze bezwaren: de omslag in de GKN, Leuenberg, Augsburg, facultatieve belijdenis, huwelijk, enz. Bezwaarden menen dat de allang bestaande plurale kerk, waar zij al moeite genoeg mee hadden, nu ook nog gelegitimeerd wordt. Gelukkig was Leuenburg wel in status verlaagd. Dit oecumenisch streven bracht de minderheid tot een interne crisis, zei ik. Ds. Doff lichtte de 'safe place' toe: o.a. de geplande Raad Voor het Gereformeerd belijden.
De Amerikaanse delegatie vertelde van hun 'Oecumenical Charter'. De CRC in Canada had bijna een eigen synode ingesteld, maar kreeg een 'safe place'. Het Charter bleek nog niet doorvertaald in de kerkorde, wat de studenten van De Moor stoorde. Het Charter spreekt van 'bilaterale' contacten in drie cirkels: churches in 'ecclesiastical fellowship', churches in 'corresponding fellowship' en 'churches in dialogue'. Daarna komen de 'multilaterale' contacten: m.n. in de Reformed Oecumenical Synod, onze GOS. (De CRC zit net niet in de WARC). Ds. Overeem, onze delegatieleider, adviseerde de Amerikaanse broeders de volgorde om te keren: dus eerst multilateraal. Dat hadden de GKN ook moeten leren.
Zelf introduceerde ik de 'Ecclesiologische consensus' van het Nederlandse COGG, die ik in Engelse vertaling kon uitdelen en wees op de continuïteit hierin tussen Israël en de kerk. Ook bij het uiterste geval, het 'oerschisma', hield Paulus 'hartzeer' en hoop. De Moor zei, dat de CRC meer 'evangelical' denkt: continuïteit én breuk.

Verscheiden gemeenten
Woensdagmorgen bezochten we twee plaatselijke gemeenten in Grand Rapids: één buurtkerk met inloophuis, ook voor zwarten (Grace Church); en één hoogliturgische streekkerk met glas-in-loodramen en vele rijke leden met twee dominees: één voor de prediking en één voor het pastoraat (La Grave Church). Zo bleek de CRC veel gevarieerder te zijn dan we dachten. In de preekstoel stond de tekst die Chalmers tot bekering bracht: Sir, we want to see Jesus.

2. Christologische kwesties in de GKN
's Middags kwamen de NGK-kwesties aan de orde: Kuitert en Den Heyer. Daarom was ditmaal de dogmaticus van Calvin Seminary erbij: prof. R. Feenstra. Woordvoerder was nu dr. D. Visser, predikant van Broek op Langendijk, zendeling in Zambia, gepromoveerd op de zondeleer van Bonhoeffer. Hij lichtte de achtergronden toe van de christologische discussie in Nederland: na-oorlogse theologie, secularisatie, verdere studie van het NT, evangelische Jezuologie en multi-religieuze samenleving. L. Bierma vroeg naar de prediking in de GKN. Volgens Visser preekt men over het OT nu niet meer christocentrisch. Feenstra zei: het OT wordt hier in Amerika 'ignored'. Christelijke filosofen verdedigen de incarnatie meer dan sommige theologen doen. De CRC publiceerde een stuk over de Uniciteit van Christus. Zij voelt zich theologisch een vreemde in Amerika: radicale ontwikkelingen komen dus niet zo hard aan. In Canada is dat anders, maar daar verliezen de main-line churches dan weer velen aan de evangelicals.
Zwaanstra vroeg hoe de Nederlandse discussie over heilshistorische en exemplarische prediking was afgelopen. Overeem vertelde, dat die door de breuk van 1944 was verdwenen.
De CRC-delegatie vroeg of de confessionele begrenzing was verschoven en wat de synode deed met Kuitert en Den Heyer. De CRC steunde vroeger altijd op de VU en Kampen! Welnu, de GKN-synode publiceerde een rapport over 'Openbaring en ervaring' (wel van Boven, niet direct), naar noemde Kuitert niet bij name en paste geen tucht toe. Kuiterts laatste Jezus-boek vond Visser zwak: Kuitert is geen nieuwtestamenticus. 'I have my doubts.'
Over dat boek kwam overigens geen bezwaarschrift binnen - over Den Heyer juist vele. Maar ook het CGB wil geen tucht meer. Feenstra begreep dat, maar zou als synode wél positie innemen. Doff meldde dat er volgend jaar een christologiche discussie komt in de triosynode. Zelf noemde ik de discussie in Leiden tussen Van de Beek en Kuitert. Van de Beek noemt Jezus zelfs God. Het bewijst, dat alle genoemde naoorlogse ontwikkelingen m.i. niet hoeven te leiden tot de visie van Kuitert of Den Heyer. Over Den Heyer sprak de gereformeerde synode uit, dat hij in zijn boekje over verzoening toch 'niet zorgvuldig genoeg' is geweest. Volgens Visser was dat best een sterke uitspraak. En dat voor een populair boekje. De plaatsvervanging blijkt moeilijk te preken in de GKN. Hoe ligt dat in Amerika? Hier leeft - volgens Bierma - veel meer de vraag van de universaliteit: 'hoe kan Christus niet voor iedereen zijn gestorven? ' Zwaanstra vroeg of de delegatie kon instemmen net het CRC-stuk over de uniciteit van Hhristus. Visser kon dat, hoewel hij het zelf anders zou zeggen en niet voor anderen kon spreken.

Vraag 80 over de mis
De CRC bracht ook vraag 80 in van de Heidelberger: de mis als vervloekte afgoderij. Geen dominee die er meer over preekt, zei Zwaanstra glimlachend. De kwestie raakte natuurlijk het gemengde huwelijk en de discussie daarover met de r.k. kerk. Hoe ligt dat nu in Nederland? Prof. Koffeman, die promoveerde op het Tweede Vaticaanse Concilie en doceert in Kampen, gaf een gedocumenteerd overwicht van de kerkelijke uitspraken. Na het Tweede Vaticaanse Concilie ging de NHK óm. De herdoop van Irene en het prinselijk huwelijk kwamen ter sprake. Achteraf bleek dat in de CRC de niet-blanke gemeenten (b.v. uit Latijns-Amerika) hier principiëler denkt dan de blanke!

In de wandelgang

In de wandelgangen leer je elkaar ook als delegatie beter kennen. Ik herinner me een 'ommetje' met ds. Overeem, waarin hij Christus' werk de dragende grond van zijn leer en leven noemde.
Woensdagavond gebruikten we bij de fam. Engelhard thuis de hors d'oevres. Hier leerde ik de oudere rev. Hofman, die de discussies notuleerde, nader kennen. Toen ik bekende dat ik me 's middags bij de christologiediscussie wel neergeslagen had gevoeld, bleek hij dat te hebben aangevoeld. Het plaatsvervangend werk van Christus was toch altijd het hart van zijn bediening geweest. Hij vond het jammer dat de Chr. Geref. Kerken in Nederland de contacten hadden verbroken (via de GOR, om de GKN). Rev. Hofman was ook altijd tegen de vrouw in het ambt geweest... totdat hij - met een schok - zijn eigen lieve dochter hoorde preken en nog goed ook...

3. Wereldzending en wereldhulp
Op donderdag kwam World Mission en World Relief aan de orde.
Nu bleek dat de CRC 300 zendelingen heeft met een budget van 14 miljoen dollar. Hier werkt men wereldwijd wel met allerlei organisaties samen.
De synode delegeert tegenwoordig veel aan de departementen, maar hield de 'interchurch relations' aan zich! De gereformeerde delegatie vroeg om 'joint action', maar in echt kerkelijk kader.
Rev. Borgdorff zei: de meest nauwe relatie van de CRC is die met de Reformed Church of America. Dat is dus de kerk waarvan de CRC ooit is afgescheiden. Tweederde yan de gemeenten werken nu samen, m.n. in het Westen, waar de RCA niet zo liberaal is als aan de oostkust. In het gedenkboek (Family Album) staat, dat de CRC in 1974 de mogelijkheid schiep van een 'ecclesiastical fellowship' en dit in 1976 toepaste op deze RCA. Dat leek me een betere vorm van samen op weg!
Ik gaf het jaarverslag van de GZB mee, plus de lijst van onze zendelingen. Misschien kunnen GZB en CRC nog ergens in de wereld samenwerken: m.n. in Latijns- Amerika.
Cuba-kwestie. In een restaurant ontmoetten wij P. v. d. Meulen, die werkte bij een nieuw onderdeel van World Relief: justice en hunger. Hij had als econoom gewerkt in de derdewereldlanden op drie continenten. Dit onderdeel raakte de politiek. Men was b.v. tegen de Amerikaanse boycot van Cuba. CRC-leden in Cuba vroegen daarom. Maar de CRC heeft daar moeite mee: zij gaat nog steeds uit van Kuypers onderscheid tussen kerk-als-instituut en de kerk-als-organisme. Behalve als het gaat over abortus en euthanasie...

4. Ethische kwesties
's Middags ging het over homoseksualiteit. De CRC had daar in 1977 een bijbelstheologisch rapport over geschreven, dat de praktijk veroordeelde, maar had in 1999 daaraan een pastoraal stuk toegevoegd, dat de homoseksuele mens aanvaardt. De GKN-delegatie was het met het eerste niet eens geweest, maar nu met het tweede erbij erg blij. Maar mijn vraag, of ze nu ook hermeneutisch en praktisch waren veranderd, werd toch ontkennend beantwoord. De brokken van de vorige preses zijn m.i. zeer correct geruimd door de huidige.
Verder spraken wij over seksueel misbruik, abortus en euthanasie. Daarbij was de ethicus van Calvin-Seminary aanwezig: Calvin van Reken, die nog onderscheid maakte tussen actieve en passieve euthanasie, pijnbestrijding en doden. Vrouwelijke specialisten inzake misbruik, ms. B. Swagman en dr. Ann Poortenga, vertelden over de aanpak hier: via een commissie en de kerkenraad. Hier bleken we allen voor dezelfde vragen te staan.

Hoe verder?
Vrijdagmorgen ging het om conclusies van de gesprekken. De gereformeerde delegatie had de besprekingen goed gevonden en pleitte voor handhaving van de 'ecclesiastical fellowship', waarbij kansel en tafel weer open konden gaan, zo niet landelijk dan toch plaatselijk. Ook de CRC-delegatie had het een vruchtbare ontmoeting gevonden, vaak dieper dan met andere kerken. Maar zij moest zich nog bezinnen hoe te rapporteren aan de synode. Daar moet men erg voorzichtig zijn, want de CRC heeft recent twee breuken naar 'rechts' achter de rug... Ik pleitte ervoor, dat de CRC met een gedegen studie over de christologie onze SoW-discussie zal helpen.

5. Naar Calvin College
's Middags gingen we naar Calvin College, een prachtig gebouwencomplex. In Calvin Seminary zagen we eerst de Archieven, waar dr. Harms de geschiedenis ophaalde van de afgescheiden immigranten en oude Nederlandse notulen liet zien, die geen student meer lezen kan zonder vertaling. Het 'Dutch' verdween in de wereldoorlogen, toen men dat met 'Deutsch' verwarde...
Toen gingen we met de lift naar boven voor de bibliotheek met het Meeter Center for Calvin Studies. Hier vertelde de directeur, mevrouw dr. Karin Maag, zelf gepromoveerd op Calvijn, over het kostbare bezit aan boeken van Calvijn, opgebouwd door de vroegere docent dr. Meeter. Ik moest denken aan wat ik las in een boek over Christianity in America: Luther of Calvijn hebben niemand uit Amerika ontmoet, maar hun ideeën zijn in dit continent wijder verspreid dan elders!

Tafelgesprekken
Vrijdagavond gingen we dineren in een hotel. Over de tafel gingen de foto's van het bezoek van de Amerikaanse delegatie aan de contio van GB-predikanten vorig jaar. Dat had wederzijds herkenning gegeven. Ds. Van Brummelen stond ook nog op de foto. Ik vertelde dat hij inmiddels was heengegaan..De Amerikanen herinnerden zich zijn humor en de spirituele sfeer van de contio. Ik vroeg naar de kerkgang in Amerika. Die is tussen 1930 en 1950 juist gegroeid van een derde naar de helft van de bevolking (!) en staat nu op 43%. Ook vroeg ik of ze in de CRC zo preken als Billy Graham. Maar Graham was meer evangelist, en een oudere, die de jeugd al nauwelijks meer kent... En wat betreft president Clinton: stond de CRC achter hem? De meeste CRC-leden stemmen 'Republican'.

De Messiah
's Avonds gingen we naar een uitvoering van de Messiah van Händel door de oratoriumvereniging van Calvin College, 'downtown' in Grand Rapids. Dat bleek een jaarlijks gebeuren te zijn in een grote Hall, gesticht door een succesvol zakenman De Vos. Dirigente was de Japanse muziekhoogleraar. Ook de solisten waren professioneel. Het grote koor bestond vooral uit leerlingen. Het eerste deel ging over de Messïss-verwachting in het Oude Testament en de geboorte van Christus. Toepasselijk in deze adventstijd.
Ik zat juist naast rev. DeBerdt, oud-zendeling in Japan, Belgisch ex-priester, opgevangen door ds. Hegger en doorverwezen naar de CRC. Ik sprak hem in de pauze: hij had in Japan twaalf gemeenten mogen stichten.
Na de pauze volgde Christus' lijden en verheerlijking. De tekst van Händels Messiah is pure bijbeltekst. Na de moeizame discussie over Kuitert en Den Heyer vond ik Händel een verademing. Om deze Messiah gaat het toch!

6. Een zondag in Grand Rapids
Zondags had ik zelf naar de meest representatieve CRC-gemeente gewild. Maar waar was die? Dat kon men ons niet zeggen. De GKN-delegatie koos voor laagdrempelige Grace Church, waar de plaatselijke predikant met zijn vrouw (één van de eerste vrouwelijke predikanten) ons hartelijk ontvingen. Hij preekte over Hosea 3 en samen bedienden ze het (lopende) avondmaal. Ik kon een gevoel van vervreemding niet onderdrukken en bad in stilte om enig geestelijk contact; toen kwam een oude zwarte broeder op me af en gaf zijn getuigenis: 'God is better for us than we are for ourselves...'. Na de dienst werden we bij de secretaris-generaal voor Worldmissions, rev. Peter Borgdorff, thuis ontvangen. Daar ontmoetten we ook zijn schoonvader, oud-predikant, die nog bij Kuyper en Bavinck was grootgebracht.
Hierna ging ik op privé-bezoek bij een dochter van ds. Elshout en haar gezin. Zij namen mij mee naar de Free Christian Reformed Church aan de Ball Avenue, waar ds. Van der Meijden een Engelse catechismuspreek hield over de doop: helder en leerzaam. Je herkent de typisch Christelijk-Gereformeerde sfeer uit Nederland, minus de Amerikaanse psalmmelodieën. Hun zoon studeert theologie aan het Puritan Seminary, nam me mee naar een dienst van de Heritage Netherlands Reformed Congregation in de Crascentstreet waar dr. Beeke een catechismuspreek hield over de vierde bede van het Onze Vader, schriftuurlijk-bevindelijk, 'experiential': Why so good for one so bad... In deze grote kerk van ds. Lamain herkende je weer de typisch Gereformeerde Gemeente-sfeer: veel zwarte kleding, zelfs kleine meisjes 'gedekt', het grote gebed, staande kerkenraad en tussenzang vóór de toepassing. Maar ook hier de Amerikaanse context: gebed om de bekering van de president, en de psalmmelodieën, die Lamain - volgens Beeke - eerst maar leger-des-heilsliedjes vond... Ik mocht in de consistorie komen en het gebed uitspreken. De broeders groeten u. Na 'afloop gingen we kijken in het Puritan Seminary met zijn vele boeken: het werkt voor beide genoemde kerken; beide gescheiden van de Neth. Ref. Congregations. We gingen koffie drinken bij docent rev. Beeke, zijn vrouw en kinderen. We wisselden kerkelijke situaties uit.
Ik kreeg o.a. zijn dissertatie mee over de Zekerheid des Geloofs.

7. Weer naar 'Holland'
Zaterdags waren we zelf al wezen rondkijken in... Holland en Zeeland, een uurtje rijden naar het zuiden, onder een inham. Hier begon de immigratie. Een Hollandse straat met Hollandse kerken. We bezochten het kerkje van Graafschap, waar ooit een afgescheiden dominee in zijn pastorie begon met de opleiding van predikanten. We bezochten in Zeeland de open begraafplaats op de heuvel van het dorp: hier werden de eerste doden begraven. Godvrezende mensen! Mijn afgescheiden hart ging open.
's Maandags gingen we weer naar Holland. Ditmaal begeleidde ons de rector van Calvin College, James de Jong, naar Hope College aldaar. We bezochten eerst de jongste telg van het College, het Van Raalte Instituut (1994) dat de Amerikaans-Hollandse geschiedenis bestudeert. Daar liepen we James Kennedy tegen het lijf, die zijn boek schreef over de cultuuromslag in Nederland. De heer Bruins, directeur van het Van Raalte Instituut ontving ons, samen met prof. dr. R. Swieringa, historicus. Samen schreven zij het boekje: Family Quarrels, The Dutch Reformed Churches of the 19e century. Wij kregen dat boek. Swieringa werkte met statistieken en ontdekte zo dat er altijd nog meer hervormden dan afgescheidenen naar Amerika emigreerden! Eerst was er de Unie van 1850 tussen hervormden en afgescheidenen, waar de in Nederland afgescheiden Van Raalte vóór was. Toen volgde toch weer een afscheiding in 1857: de geboorte van de CRC. Wat Amerikanisering betreft, liep de CRC één generatie achter bij de RCA. Daar de RCA het lidmaatschap van de vrijmetselaars vrijliet, verwees Abraham Kuyper de emigranten naar de CRC, die daardoor uitgroeide tot een concurrent van de RCA. Men noemt de CRC wel een dochterkerk van de GKN, maar als men die GKN laat beginnen in 1892 blijkt de CRC ouder! Dus: zusterkerk. Zij stond achter de GKN bij de schisma's in 1926 en 1944.
Wij bezochten ook de statige Pillar-Church (1856): de kerk van Van Raalte, die na zijn dood (1876) toch overging naar de CRC i.v.m. de vrijmetselaarskwestie. We zagen het (recente) standbeeld van Van Raalte, die nu als bruggenbouwer functioneert.
We bezochten ook de campus van het Hope-college van de RCA, met 2900 studenten. In het midden staat de neogothische universiteitskapel. Op de campus staat ook het Western Theological Seminary: iets ouder maar iets kleiner dan Calvin Seminary. Hier werden wij door enkele hoogleraren ontvangen. Hope is conservatiever dan New Brunswik aan de oostkust. Gesproken werd over recente ontwikkelingen. Main-line churches hebben de náám van sociaal engagement, maar evangelicals hebben de dáád.
Waarom - vroeg ik - had de Europese secularisatie niet zo hard toegeslagen in Amerika? Het antwoord was: omdat Amerika nooit 'established churches' en dus ook de oppositie daartegen niet gekend heeft. In de oorlog heeft het ook geen bezetting en concentratiekampen gekend, zei ik en beaamde men.
Terug in Grand Rapids gingen we nog even langs het kantoortje van de Reformed Ecumenical Council. D. Visser is secretaris van deze GOR. Zij vergadert komend jaar in Yogyakarta. Voor oecumenisten: tot ziens!
Een ervaring rijker vlogen we terug naar het echte Holand. Een catechisant vroeg of ik een 'yetlag' had.

Delft                 C. Blenk

1) Die kerkelijke contacten lopen via de Deputaten Oecumene hier en het Interchurch Relations Committee daar. Bij de bezwaren tegen Kuitert, Wiersinga en Den Heyer, kwam de visie op homoseksualiteit. De vorige gereformeerde preses, ds. R. Vissinga, sprak in de synode van de CRC daar nogal confronterend over (met Galaten 3: in Christus is noch man, noch vrouw, noch homo, noch hetero), waardoor men uiteindelijk besloot de 'ecclesiastical relation' te beperken: geen open kansel en avondmaalstafel meer.
Intussen was de GKN samen op weg. Daarom was er in 1997 een deelnemer bij namens de hervormde Raad voor de Oecumene. Er is namelijk een afspraak bij SoW dat men ook elkaars vrienden wil accepteren. Nu is de NHK heus niet zo gesteld op de GOS en de CRC, maar zou de CRC wel een verenigde kerk met de NHK willen accepteren?
Juist ds. Van Hilten (Apeldoorn) bepleitte deelname van de hele NHK, dus ook van de GB.
Die Deputaten, inmiddels ondergebracht bij het MDO-orgaan van de SoW-kerken, vroegen om een deelnemer aan het HB van de GB, die het verzoek doorverwees - omdat het het buitenland betrof - naar de GZB. Zodoende werd ik gevraagd.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 2000

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Op het spoor van emigranten

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 2000

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's