Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de pers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de pers

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gezonde leer
Regelmatig zit er tussen de reclamepost in de brievenbus wel een prospectus van producten die de gezondheid bevorderen of in elk geval in stand houden. Vooral 55-plussers zijn een belangrijke doelgroep. Gezond leven en gezond blijven staat bij velen hoog in het vaandel. En daar is op zich niets mis mee. Het hoort helemaal bij de tijd waarin we leven. Er is bijna elke avond wel een medisch programma te zien. Hoe blijf ik zo lang mogelijk gezond?
In de Bijbel komt het woord 'gezond' voor in combinatie met de leer. In de pastorale brieven bindt Paulus het Timotheüs en Titus gedurig op het hart: blijf bij de gezonde leer. Houd het voorbeeld van de gezonde woorden die gij van mij gehoord hebt. In Ambachtelijk contact (maandblad ten dienste van ouderlingen en diakenen van de christelijke gereformeerde kerken, 39e jaargang nr. 7, september 2000) schrijft prof. dr. W. van 't Spijker een bijdrage waarin hij onder andere ingaat en voortborduurt op wat door de apostel Paulus werd geschreven. Hij verbindt het aan de opdracht van met name de ouderlingen van de gemeente zoals oude formulieren het in de dagen van de Reformatie ook hebben verwoord. Nu het huisbezoekseizoen in veel gemeenten weer van start is gegaan, is het wel weer eens nuttig te wijzen op wat in de reformatorische traditie de plaats van de ouderling altijd is geweest. Prof. Van 't Spijker citeert onder andere uit het bevestigingsformulier: 'Zij hebben toe te zien op elkaar en op de dienaren des Woords, voor wier leer en dienst zij medeverantwoordelijkheid dragen. Daarom dienen zij Gods Woord te onderzoeken en zich gedurig te oefenen in de overdenking van de verborgenheden des geloofs'.

'Dat we hier met oude uitdrukkingen te doen hebben begrijpt ieder. Oudheid betekent echter niet dat zij daardoor van minder waarde zijn geworden. Het is echter wel de vraag wat men er mee bedoelde in de tijd waarin zij in deze formuleringen werden gebruikt, omdat het begrip leer in de loop van de tijd een verandering heeft ondergaan. De bijbel gebruikt het woord om de inhoud van de prediking aan te geven. De kerk van de Reformatie heeft vooral die betekenis weer naar voren gebracht. In de loop van de tijd was de leer zo schools en bespiegelend geworden, dat men nauwelijks nog haar inhoud aan een gewoon gemeentelid kon overdragen. De reformatoren verstaan nu onder de zuivere leer niets anders dan de prediking van het evangelie. De kerk wordt geboren uit het Woord van God. En deze geboorte vindt plaats door de verkondiging van het evangelie. Het geloof is immers door het gehoor van het Woord van God. Men zou de Reformatie kunnen beschouwen als een grootscheepse reveilbeweging, opgeroepen door de prediking. We kunnen ons nauwelijks voorstellen wat voor macht er van de bediening van het Woord is uitgegaan.
Tegen deze achtergrond kunnen we twee opmerkingen maken. De zuivere leer is voor het besef van de gereformeerde belijder niets anders dan de gezuiverde leer; gezuiverd van alle elementen die met de prediking niets hebben te maken. Geen fabels, geen theologische verhandelingen, geen dingen naar de gunst van de hoorders. Het gaat om de vraag of wij geloven dat de gemeente zal gebouwd worden door de prediking. Hoe wordt er gepreekt: dat is een allesbeslissende vraag. De taak van de ouderlingen bestaat derhalve voornamelijk hierin dat zij de wacht betrekken bij de prediking van het evangelie. Wordt het Woord bediend? Worden de Schriften uitgelegd en aan het hart van de gemeente gelegd? Vindt er een degelijke verklaring plaats, of wordt de tijd gevuld met bijkomstigheden? De wacht betrekken bij de zuivere leer houdt in dat de ambtsdragers vooral letten op de kwaliteit van de prediking.
Het gaat immers in de prediking om de grondslag van de gemeente. Dit in de tweede plaats. Er is een fundament gelegd. Niemand kan een andere grondslag aanbrengen, dan die welke is aangebracht in het kruis van Christus. Op die fundamentele vastheid moet gebouwd worden, voortgebouwd worden, zodat men niet altijd maar weer opnieuw moet beginnen met de eerste beginselen. De schrijver van de brief aan de Hebreeën heeft daarop reeds gewezen. Een gemeente moet niet al te spoedig klagen dat het allemaal zo moeilijk is. Wanneer van de prediker geëist wordt dat hij stevig studeert, zal de gemeente stevig moeten kunnen luisteren. Allerlei andere zaken komen op de tweede plaats. Werkelijke gemeenteopbouw is een zaak van de prediking. Het algemene gevoelen van onze tijd, dat de preek heeft afgedaan, betekent een aantasting van het fundament van de gemeente. Wat voor opbouw zou men dan nog kunnen verwachten?' 

De gemeente dankt haar leven, haar geestelijke leven, aan de prediking. De inhoud van het Evangelie dient dan wel duidelijk te zijn, aldus prof. Van 't Spijker. Kennelijk was dat ook zo in de apostolische tijd. Als Paulus heel stellig beweert: Al zou er een engel uit de hemel komen, dat toch geen verandering aan de inhoud van het Evangelie zou kunnen geven, dan is duidelijk hoe zeker hij over die inhoud was. Aan die inhoud valt niet te tornen. In de Reformatie kreeg de belijdenis die functie. Zij bevatte de 'aangenomen leer'. Nog altijd, aldus prof. Van 't Spijker, kan het niet anders of in een kerk die wil staan in de traditie van de Reformatie gaat het daarom in de prediking om die inhoud. We dienen dat met volharding vast te houden. 'Daarom is het werk van de ouderlingen in hun toezicht ook van levensbelang. Naast het huisbezoek en het pastoraat in algemene zin, is dit een kwestie van leven of dood voor de gemeente van Christus.'

'De taak van de ouderlingen, zoals deze is omschreven in het bevestigingsformulier, is van fundamenteel belang voor de gemeente. Het toezicht op de dienaren kan alleen geschieden, wanneer de ouderlingen een hoge opvatting hebben van hun eigen ambt. Maar dit toezicht vraagt van henzelf dan ook het een en ander. Zullen zij hun werk kunnen doen, dan zijn er volgens het formulier twee dingen noodzakelijk. Allereerst dienen zij te volharden in het onderzoek van het Woord van God. Uiteindelijk moet daaruit alles komen wat zij behoeven. Niet alleen ambtelijk, maar ook persoonlijk. Zij kunnen hun ambtelijke functie niet verrichten wanneer zij in hun persoonlijk bijbelonderzoek tekortschieten. Zij hebben zich daarin te trainen. Er bestaat een hoeveelheid literatuur over alles wat er met het ambt en de bediening ervan samenhangt. Het is nauwelijks bij te houden: handboeken, tijdschriften, kleine praktische publicaties, referaten, lezingen, voorlichtingsstukken, vormingslessen en wat niet al. Men kan er in omkomen. Het gevaar is echter niet denkbeeldig dat de eigenlijke bron gesloten blijft: het Woord van God. Juist dit moet allereerst onderzocht worden, systematisch, persoonlijk, gezamenlijk, praktisch vooral en zeer toegesneden op de vragen, hoe het Woord werkt in het leven van de ambtsdragers zelf. Strijdlectuur kunnen we wel missen. Opbouwend Schriftonderzoek daarentegen is een eerste vereiste.
Bekend is de uitspraak, dat de ouderlingen zich zullen oefenen in de overdenking van de verborgenheden van het geloof. We herinneren ons dat die laatste aanduiding in het Nieuwe Testament een verwijzing is naar de heilsfeiten. De verborgenheden van het geloof komen tot ons in het werk van Christus, zoals het in de Schriften gepredikt wordt. Zij worden daar genoemd de verborgenheid van de godzaligheid. Dat houdt in dat de ware vroomheid ontstaat uit de heilsfeiten. Geestelijke concentratie daarop leidt tot vastheid, tot inzicht, tot wijsheid, kortom tot die deugden die voor de ambtelijke bediening absoluut onmisbaar zijn. En daarin dient de ouderling zich te oefenen. Zijn exercitie bestaat in de meditatie. Dat lijken twee tegengestelde begrippen. Exercitie of oefening betekent orde, tucht, gehoorzaamheid. Meditatie doet ons soms in eerste instantie denken aan het wachten op wat ons te binnen schiet. Niets is minder waar. Wie mediteert, is buitengewoon actief. Hij overlegt en vergelijkt waarheid met waarheid, Woord met Woord, geloof met geloof. Wat uit deze actie ontstaat, is primair vrucht van genade, omdat de actie zelf reeds teken van die genade is, die Christus verwierf in al de verborgenheden van zijn heilswerk. Een ouderling die daarin wél geoefend is, zal de anderen ook meenemen. Hij zal een waardevol dienaar zijn, die de kerk herinnert aan haar fundament, doordat hij de dienaar van het Woord altijd weer terug roept naar de Schriften. Met kennis van zaken, geworteld en gegrond in Gods liefde voor zondaren.'

Ik vermoed dat veel ouderlingen die dit lezen, bij zichzelf de vraag voelen boven komen: kan ik dan nog wel langer ouderling blijven? Hoe zal ik aan deze norm voldoen? Laten we het anders benaderen: maak er werk van binnen de mogelijkheden die we hebben. Gelukkig de gemeenten inclusief de dienaren van het Woord die zich geleid en omringd weten met deze ambtsbroeders. Laat de inhoud van de verkondiging ook voortdurend punt van gesprek en bezinning blijven binnen de kerkenraden. 'Op deze manier', aldus Van 't Spijker, 'voorkomen we een paar kwalijke zaken. We wapenen ons tegen de mentale heerschappij van iemand die meent de waarheid in pacht te hebben. We voorkomen ook dat we altijd aan de eenzijdigheden, de luimen of de grillen van een prediker zijn blootgesteld. Daarentegen zoeken we de katholiciteit van de kerk en van de prediking vast te houden. We zijn ook niet bevreesd voor de actualiteitenjagers die op de preekstoel hun commentaar geven op Nederland 1 of 2.'
De citaten die we hierboven doorgegeven hebben zijn misschien wel geschikt ter opening van een eerste kerkenraadsvergadering vlak voor het nieuwe seizoen.

J. Maasland

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 september 2000

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Uit de pers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 september 2000

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's