Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Uit de pers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de pers

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

MTV-generatie

De EO-jongerendag zorgt bijna elk jaar voor de nodig reactie en soms zelfs commotie in de pers. Soms werd en wordt er een beetje lacherig over geschreven, zoals je dat nogal eens ziet in het dagblad Trouw. Soms wordt er ook heel negatief en veroordelend over geschreven, iets waartoe het Reformatorisch Dagblad zich bijna elk jaar weer laat verleiden. Des te opmerkelijker is het dat de NRC van 18 juni bij monde van Daniëla Hooghiemstra een artikel schreef onder de titel: Van bijbelstudie tot partytime met als onderkop: Hoe moderne marketing de blijde boodschap verandert. Ik zou dat niet geweten hebben ware het niet dat de redactie van In de Waagschaal (8 september 2001) op het artikel in de NRC zou zijn ingegaan. Vijf medewerkers hebben op verzoek dat artikel gelezen en geven aan de hand daarvan hun reactie op wat de EO deed. Ook dat is op z'n beurt weer opmerkelijk: het blad In de Waagschaal vindt z'n wortels in de theologie van Barth en Miskotte. Dr. C. van der Kooi schrijft in zijn reactie, waaruit ik straks wil citeren, dat er in In de Waagschaal 'ontstellend weinig aandacht is geschonken aan de evangelicale cultuur en spiritualiteit'. Van der Kooi schrijft dat de EO 'er werk van maakt de huidige jongerencultuur serieus te nemen op een manier die andere publieke omroepen en niet te vergeten de kerken beduusd doet staan'.

'Wie enigszins bekend is met de kerk weet al sinds jaar en dag dat de evangelische jeugd bewegingen een belangrijk toevoerkanaal vormen uoor het kerkelijk kader. Velen hebben meegedaan bij Youth for Christ, Ichtus, Navigators of hoe de groepen ook mochten heten. Voor een veel breder publiek vinden we daarnaast Flevo-Totaal en de EO met haar jongerendagen en andere op jongeren gerichte activiteiten. In Jeite, zo wil ik allereerst stellen, hebben deze organisaties in belangrijke mate het kerkelijk jongerenwerk overgenomen. Het kerkelijk jongerenwerk door een ontstellend gebrek aan identiteit ge heel en al ingezakt. Waar men niets meer zeggen heeft, waar het alleen nog gaat om de gezelligheid en waar het niet meer duidelijk is dat het gaat om een zaak van leuen en dood, loopt de zaak leeg. Op de jongerendag ging het volgens het uerslag om een oude boodschap in een moderne uerpakking. Die oude boodschap is dat God leeft en dat dat ertoe doet. Dat dat iets is om bij uitje bol te gaan. Laten we wel wezen, ze hebben gelijk. Als God echt bestaat, als Christus echt de vende is, dan mag allegeuoel, alle expressiviteit, alle lichamelijkheid aangesproken worden.'

Eén aanvulling bij dit citaat: Van der Kooi zal de HGJB niet kennen, want juist door deze organisatie wordt wél nadrukkelijk de (gereformeerde) identiteit in het jongerenwerk bewaakt en onderstreept. Van der Kooi vindt een negatief oordeel over de uitingen van de jongerencultuur op bijvoorbeeld de EO-jongerendag kortzichtig omdat het hier volgens hem om een generatiekwestie gaat. 'Bovendien', aldus Van der Kooi, 'is het theologisch niet in te zien waarom de ingang via de moderne multimediale cultuur, via de aandacht voor lichamelijkheid, voor gevoel theologisch van minder allooi zou zijn. Christus is ook de Heer van al deze dingen en Hij kan er gebruik van maken.' Hij vindt van de EO-jongerendag maar ook van het Flevo-festival:

'Ze hebben eerder het karakter uan een publieke demonstratie. De jongeren, ueelal verworteld in een eigen, naar vorm en traditie veel immobielere kerkelijke cultuur, zien op zulke manifestaties dat ze met veel meer en niet gek zijn. Je hoeft niet vreemd te zijn, ou bollig, als je ouders, om toch te geloven. het boek van Kevin Graham Ford, "Jezus voor een nieuwe generatie" (Voorhoeve, Kampen ïggg) las ik dat de doelstelling alleen kan wezen de juiste vragen te stellen, en te laten zien dat het in geloo/ergens om -gaat, dat er leven in zit, datje serieus genomen wordt. Bekering ter plekke op de manier uan Paulus hoort niet in het stramien uan de moderne euangelische jeugdcultuur. Tot geloof komen is meer een zaak uan proces, ontdekking, het aangaan uan relaties met mensen die door een authentieke leuenshouding het geloof belichamen. Ik weet, dat laatste klinkt vele lezers wellicht weer griezelig in de oren. Ik bedoel simpelweg dat onze eigen religieuze biografie mensen m ten is tegenkomen die niet alleen een goed -tuigenis gaven, maar ook een getuigenis wa ren, te een heenwijzing naar Hem die de bro van leuen en vernieuwing is. Zonder mensen, zonder die belichaming, zonder een bredere kring van mensen zijn zulke manifestaties losse uuurpijlen die snel uitgedoofd zijn. Alleen met wat er uan de kerk over is zullen ouders die hun kinderen mee willen nem in het geloof het niet redden. De kerkelijke gemeenschap heeft plaatsen nodig waar alle massaliteit gelegenheid wordt gebo om le- binnen onze huidige MTV-cultuur te merken dat geloof in God "cool" is, datjezu je vriend is met wie je kan praten, datje vragen mag stellen, en dat er voorafgaand aan al het praten iets te voelen is, namel vriendschap, genegenheid, oprechte mense lijkheid. Dat is lijkt me de junctie uan jongerendagen en christelijke Jestiuals.'

Ik kies nog een reactie, die van dr. At Polhuis. Polhuis is twaalf jaar diaconaal predikant geweest in Rotterdam- Centrum, een aantal jaren directeur van de stichting Oikos en sinds een jaar predikant in Rotterdam-Zuid.

'Het duurt op het moment dat ik dit schrijf nog 306 dagen, 22 uur en 59 minuten voordat de volgende EO-jongerendag g den wordt. Op de website (www.jongeren dag.nl) kunt u nagaan wat de stand nu is. Een bezoek aan deze website is zeker de moeite waard. Technisch goed verzorgd en qua presentatie een breed jong publiek aansprekend. In de uirtuele wereld een aanbod dat zijn mag.

Het uerbaast mij niet. Jaren geleden sloot ik mij als begunstiger aan bij de stichting Reformatica. De stichting is opgericht door mensen uit de "behoudende" hoek uan de Heruormde Kerk. Groot was mijn verbazing -dat hun kennis uan de computer zo uer strek- In te. Terwijl de kringen waarin ik meestal tof nog geen idee hadden van de grote mo gelijkheden die dit nieuwe medium bood, werd in de kringen van Reformatica al gedacht en gewerkt aan een bulletinboard, de uoorloper uan de huidige website. Al heel uroeg wist men dat men in deze wereld present diende te zijn. Om het euangelie wereldwijd bekend te maken, is het wereldwijde web een prachtig middel.

Juist deze moderne manier uan presenteren trok de aandacht uan de serieuze media. Met behulp uan de modernste middelen worden de jongeren tijdens de EO-jongerendag geboeid. De traditionele inhoud wordt in een moderne we in verpakking aan de (jonge) mens oe- gebracht. De (behoudende) kern wordt uastgehouden, ge- maar de vorm is vrij. Kan da - wel, uraagt de NRVzich aj(18 juni 2001). n Hoe traditioneel blijft een dub die zulke moderne middelen hanteert? Voor de NRC is het onmogelijk. In de ondertitel uan het betreffende artikel wordt het antwoord al gegeven: "Hoe moderne marketing de blijde boodschap verandert". Als bewijs daarvoor en wordt aangegeven dat binnen de EO nu oo ruimte is om ouer abortus en zelfs over homoseksualiteit in te spreken. De oude waarh den "medium is the message" lijkt bevestigd te worden.

s Kort na de jongerendag is er een heftige discussie in een e-mailgespreksgroep die ik uolg. Er is ueel kritiek. Verschillenden hebben zich ijk geërgerd aan het optreden van Henk Binnen - dijk. Tijdens de dag houdt hij een toespra om jongeren te waarschuwen voor de gev ren uan deze tijd. Hij gebruikt daaruoor het beeld van het stoplicht. Voor porno dient het licht op rood te springen, uoor inuloeden uan andere religies het licht op oranje en uoor de liefde uan Jezus het licht op groen. Men ergert zich uooral aan de oude waarheden die hier in een modern jasje gestoken de jeug voorgehouden worden. Er is geen sprake van dat het medium de inhoud aanpast. Het i ook opvallend dat de NRC niet op de toespraak van Binnendijk ingaat. ehou- Wie gelijk heeft of zal krijgen weet ik niet. - Wel weet ik dat de jongerendag ons in de kerk voor een aantal vragen telt. Ik noem er een paar.

Bij elkaar werk ik nu zo'n 15 jaar in een stadswijk. In al die jaren heb ik geen één er techisant meer gehad. Het aantal dopelingen is op de vingers uan twee handen te tellen. In de stad zeifis het aantal belijdende christenen uer onder de 50% uan de (Nederlandse) beuolking gezakt. In mijn wijk is statistisch gezien ouer ongeueer 10 jaar geen sprake meer van een gemeente. Niet dat die jaren niet hard gewerkt is. Integendeel, er ver- zijn veel indrukwekkende pogingen ge - weest. Het tij is niet gekeerd. Ik ken ook de verklaringen die gegeven zijn. Ik begrijp h allemaal wel, maar toch over tien jaar is het in de stad over. Huidige en komende generaties worden niet meer aangesproken. Zat er in degeneratie waartoe ik behoor nog een rest, een kern waaraan gerefereerd kon worden, nu is dat verdwenen.

Deze situatie baart mij zorgen. Niet omdat de kerk door deze ontwikkelingen aan macht ingeboet heeft. Het gaat mij meer om wat er in de leegte die door het vertrek van het christendom ontstaan is, in de plaats zal men. Blijft er gesproken worden ouer barmhartigheid, mededogen en vooral over ver ving? Blijft de Naam uan God die ons weer- t spreekt in onze strevingen onder ons? D mag ons als kerk toch wel ter harte gaan. Ondanks alle uerschillen die ik met de organisatoren uan de jongerendag en met de bestuurders van Reformatica voel, herken ik toch ook bij hen deze zorg. Zij constateren niet alleen, maar gaan op weg. Ze pakken

de uitdaging op en gebruiken de moderns middelen. Internet, sms, marketing. Zoals een van hen het zegt in het genoemde artik uan de NRC: "Zoals Nationale Nederlanden campagne voert met '"wij staan achter Oranje"', zetten wij het gevoel neer: G fantastisch". Wat is er daar op tegen? I dat dan niet? Ik zal ze niet kapittelen. Het is eerder een aansporing aan mij en de kerk ook deze middelen serieus te nemen.'

Kritiek heeft Polhuis ook: nu de positie van kerk en christenenheid totaal gewijzigd is vergeleken bij vroeger jaren, is het voor de hand liggend heimwee te koesteren naar vroegere tijden.

te Omdat de kerk niet direct een antwoord heeft op de totaal nieuwe situ- el atie van het moment, merkje in uitingen van kerk en christelijke politieke partijen een verlangen om eenmaal te- od rug is op het pluche veranderingen van s de God afgelopen jaren terug te draaien. Maar, aldus nog steeds dr. Polhuis, dat uit zich soms bedekt, soms openlijk in een superioriteitsgevoel ten opzichte van hen die thans de macht hebben. Hij vindt dat gevoel riskant. Ook de jongerendag kon niet helemaal aan dat gevaar ontkomen. Het komt er thans meer op aan om in de veranderde setting opnieuw te laten zien dat het de moeite waard is om op de God van Israël te vertrouwen. Niet een negatief getoonzet gevoel van afweer, maar een positieve inzet om in een gewijzigde cultuursituatie het op te nemen voor God en Zijn Zoon Jezus Christus. Ik heb begrepen dat de organisatoren van de jongerendag het ook juist in die richting willen zoeken. Gebruikmakend van de middelen en de mogelijkheden van nu getuigen van de liefde van God tegenover een MTV-generatie.

J. MAASLAND

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 september 2001

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Uit de pers

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 september 2001

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's