Verlustig u in de HEERE!

De HEERE regeert! Vergeet dat niet, wanneer u meer dan eens denkt - op grond van ervaring, gevóel en omstandigheden - is de Heere er wel? Ziet Hij dit niet? Hoort Hij mij eigenlijk wel? Zou Hij Zich nergens mee bemoeien en alles maar op zijn beloop laten? De HEERE regeert!, zo zingt de dichter van Psalm 37.

Ondertussen lijkt het er veel op dat de goddelozen, de boosdoeners, zij die onrecht doen, maar hun gang kunnen gaan. Dit geldt in het groot en in het klein. In het groot: het wereldgebeuren is dagelijks getekend in onrecht, misdaad, terreur en leugen. In het klein: kinderen van God, rechtvaardigen, lijden onder wat ónrechtvaardigen op touw zetten. Wie denkt er in 'het vrije Westen' aan dat vandaag tweehonderdmiljoen christenen worden vervolgd? In het leven van hen die onrecht doen, lijkt er geen vuiltje aan de lucht, terwijl de rechtvaardigen in het nauw komen te zitten.

Onze psalm is bedoeld om de oprechten, de rechtvaardigen, de kinderen van God op te beuren, ze moed in te spreken. 'Wees niet afgunstig op de onrechtvaardigen, benijd hen niet' wier leven zich kenmerkt door list en geweld, door onrecht en hoogmoed, door loeren en slachten. Aan hun 'succes' te zien, zou je denken dat de Heere aan hun kant staat. De rechtvaardigen - daarentegen - ervaren hun God als 'een loerende beer', een verscheurende leeuw (Klaagl. Jer. 3). Zij zijn er niet te goed voor opstandig te worden en jaloers. Evenals Asaf (Psalm 73): 'Ik was nijdig op de dwazen...'

r e n - - e - Wees niet jaloers, niet afgunstig, zing David. 'Verlustig u in de HEERE', dat is 'vertrouw op Hem' (vs. 5). Daar gaat het om: Godsvertrouwen. Waarom ge bruikt de psalmist dan die moeilijke uitdrukking: 'zich verlustigen'? Om zijn bedoeling in een beeld te vatten. Wanneer een jood in zijn taal - het He breeuws - hoort van 'verlustigen', dan ziet hij iets vóór zich: een baby, een zuigeling die bij de moeder aan het drinken is, vol overgave, veilig en gerust. 'Zich verlustigen in de Heere' wi zeggen: de melk van Gods Woord drinken; aandachtig, intens naar de Heere luisteren, tot Hem komen, bij Hem schuilen, afhankelijk en zwak al een baby aan de moederborst. De lange Psalm 37 is een en al uitwerking van 'verlustigen': je diepste geluk in d Heere vinden (vert. Gerhardt/Van der Zeyde), dorsten naar gerechtigheid, d Heere verwachten, leven van wat Hij geeft. Dit in tegenstelling tot dorsten naar macht, invloed, aards bezit. De boosdoeners verlustigen zich in zichzelf, némen wat zij begeren, desnoods door middel van list en geweld.

De psalmist vraagt onze aandacht voor 'het einde' van zowel de rechtvaardige als de goddeloze. Let op!, zegt hij. Het einde is 'vrede' of'uitgeroeid worden'. 'Verlustig u in de HEERE, ZO zal Hij u geven de begeerten van uw hart'. Niet: alles watje hartje begeert. Gelukkig niet! Jezus zegt: '...uit het hart van de mens komen voort kwade gedachten, overspelen, hoererijen, doodslagen, dieverijen, hebzucht, boosheden, bedrog, ontucht, een boos oog, laster, hoogmoed, onverstand' (Mk. 7). Zó begeert het hart waarin de Heilige Geest niet woont. 'Het vlees begeert tegen de Geest'. Psalm 37 : 4 slaat op het leven van de rechtvaardige, die 'een nieuw hart' heeft (Ezech. 36).

Hoe is zo'n hart te herkennen? 'De wet van zijn God is in zijn hart', zegt David in vers 31. Hoe is dat te merken? 'Hij maakt een rechte gang', hij kronkelt niet, hij is duidelijk en eerlijk. Nu begrijpen we de tegenstellingen in Psalm 37. De oprechte is een sta-inde-weg, een voortdurende aanklacht voor de onoprechte. Vandaar dat de knoeiers pogingen in het werk stellen om de oprechten te 'slachten' (vs. 14). Een oud verschijnsel. De apostel Paulus typeert de Kerk als een kudde 'slachtschapen'? (Rom. 8; vgl. Ps. 44). Niet om zielig te doen of de martelaar te spelen, maar om te bemoedigen. Hoezo, bemoedigen? Eens worden namelijk de rollen omgekeerd! De HEERE zit te lachen (vs. 13; vgl. Ps. 2). Hij lacht de oneerlijke mensen, de geweldenaars, de terroristen en de leugenaars uit. Hij denkt: hoe kunnen ze zo dom doen. Dit loopt immers een keer goed fout! Inderdaad, zingt David: je behoort bij 'de gezegenden' of bij 'de vervloekten' (vgl. Matth. 25 : 34, 41). De 'gezegenden' krijgen de begeerten van hun hart. Christus zegt: 'Indien gij in Mij blijft en Mijn woorden in u blijven, zo wat gij wilt, zult gij begeren en het zal u geschieden' (Joh. 15). Wie de weg van het Woord gaat, wie Jezus volgt, krijgt vroeg of laat de bewijzen thuisbezorgd dat leugen, onrecht en geweld de Heere niet koud of onverschillig laten. Integendeel.

Dit laatste wordt ook duidelijk in de liturgie van de joodse synagoge. Vanouds wordt in de synagoge naast Psalm 37 gelezen uit Genesis 45. Daar zien wij Jozef staan tegenover zijn broers die hem ooit in een put hadden gegooid en hem daarna hadden verkocht als slaaf. De rollen zijn omgekeerd! Zó gaat dat, zegt David in Psalm 37. 'Boosdoeners' kunnen een voorlopig 'succes' boeken, maar vroeg of laat lopen ze vast en vallen ze door de mand. Jozef moest er jarenlang diep onderdoor. Maar er kwam een dag dat de HEERE hem verhoogde. Hij werd onderkoning van Egypte. Toen stonden zijn broers met hun slimme plannetjes op hun neus te kijken.

Vertrouw op de HEERE! Zie op Jezus! Uit Zijn aardse leven blijkt dat het dé Rechtvaardige tegen zit, dat dé Oprechte 'als een lam ter slachting is geleid'(Jes. 53). Nochtans: Hij leeft! Meer dan fozef is Hij. Hij regeert, maar op de wijze van het kruis. Met andere woorden: je kunt niet zien dat het goed gaat en goed komt. Je kunt het echter wel horen!

'Wie oren heeft, die hore wat de Geest tot de gemeenten zegt', ook met de woorden van David in Psalm 37.

M. VERDUIN, DIRKSLAND

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen