Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Credo - ’Ik geloof...’

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Credo - ’Ik geloof...’

GELOOFSBELIJDENIS ALS ANTWOORD OP GODS BELOFTE

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elk jaar worden er zo'n 350 mensen in de Nederlandse Hervormde Kerk als 'volwassenen' gedoopt; 200 vrouwen en 150 mannen. Sommigen zijn via het evangelisatiewerk tot geloof gekomen. Als je een belijdenisdienst meegemaakt urnarin iemand gedoopt ivordt, bekruipt je misschien het gevoel datje zelf ook zó gedoopt zou willen worden. Jezelf heel bewust overgeven aan de Heere; je jawoord geve knielen om teken en zegel van de Doop te ontvangen. Is de volwassendoop indrukwekkender dan de kinderdoop? Wat weetje daar nog van? Je hebt het alleen maar van-horen-zeggen. Wat hebben doop en belijdenis met elkaar te maken? We kijken eerst naar de volwassendoop, vervolgens naar de kinderdoop en da nog een paar praktische opmerkingen.

In de Vroege Kerk was er een direct verband tussen belijdenis en doop. In de zendingssituatie was de volwassendoop de 'normale' doop, de kinderdoop was daarvan afgeleid. Als iemand gedoopt wilde worden, moest hij eerst voor twee jaar als 'catechumeen' met de gemeente meeleven; een soort proefperiode. Aan het begin was er een toelatingsgesprek, waarin benadrukt werd dat de doop heel serieus is; je doet dat niet zomaar. Gedoopt worden betekent ondergedompeld worden, ten onder gaan, sterven aan jezelf. Het is een radicale afrekening met je eigen IK en een totale overgave aan Christus. Wij zijn 'enthousiast' met een grote groep belijdeniscatechisanten, maar misschien moeten wij tijdens de catechisatieperiode zulke vragen ook nadrukkelijk stellen: Weet je zeker dat je geloofsbelijdenis kunt doen? Ben je bereid in leven en sterven je de Heere Jezus te volgen?

Als je werd toegelaten, dan was je een 'catechumeen', wij zouden zeggen een belijdeniscatechisant. Je kreeg onderwijs van de bisschop. Na twee jaar werd je in de Paasnacht gedoopt. De doopdienst was een heel ritueel. Je moest je omkleden, je oude kleren afleggen en een nieuw wit kleed aandoen - onze doopjurkjes zijn daar nog van afgeleid. Je moest de duivel en de wereld openlijk afzweren. Dat komt nog terug in het doopformulier: 'de wereld verzaken, ' je gaat door de doop over in een andere wereld, in het koninkrijk van God - dat is trouwens iets meer dan 'niet wereldgelijkvormig leven.' (in de hertaling) Daarna werd de geloofsbelijdenis uitgesproken. 'Credo!' (Ik geloof) 'in Deum Patrum' (in God de Vader) 'et in Jesum Christum' (en in Jezus Christus) 'et in Spiritum Sanctum' (en in de Heilige Geest). Uit deze doopbelijdenis is onze 'apostolische' geloofsbelijdenis gegroeid. Na deze geloofsbelijdenis volgde de doop in de naam van de drie-enige God. en na de doop kwam de handoplegging waardoor symbolisch werd gezegd: 'Ontvang de Heilige Geest.'

De geloofsbelijdenis was meer dan een formule. Belijden is letterlijk: nazeggen. Het gaat erom datje de drieenige God belijdt. Je doet geen belijdenis dat jij nu een gelovige bent, maar je belijdt datje in God gelooft! Je belijdt God. Belijdenis doen wil zeggen: 'Ja, Heere, U bent een Vader, U zorgt voor mij. U bent Mijn Jezus, mijn Redder, die mij reinigt van mijn zonden. U woont ook in mij door Uw Geest, die mij troost en leidt. Alleen door het geloof wordt de drie-enige God ook jouw God. Bij de volwassendoop is de volgorde dus: eerst belijdenis doen en dan gedoopt worden. De belijdenis wordt uitgesproken op de drempel van de doop. Belijdenis doen betekent...

a. dat wilt sterven aan je eigen IK b. dat je bekleed wordt met het kleed van Christus c. dat je de wereld en de duivel afzweert d. dat God de Vader, de Zoon en de Heilige Geest door het geloof jouw God is e. datje de Heilige Geest en Zijn gaven wilt ontvangen.

Dat is niet niks. Dat is alles. Hoe zeker moet je dat allemaal weten om belijdenis te kunnen doen? De zekerheid ligt nooit in jezelf. Het anker moet overboord. De Rots is Christus. Is er een hartelijk verlangen om in deze dingen te delen? Is het leven met de drie-enige God je meer waard dan alles? Bij de kinderdoop draait God de volgorde om. Eerst word je gedoopt, dan mag je antwoord geven op Gods belofte door er 'Amen' op te zeggen. God is de Eerste. Alles wat in de volwassendoop wordt uitgebeeld is door God al aan jou beloofd. God heeft gezegd: Ik ben de Heere uw God. Hij is de God u van Israël, de God van het verbond. n Allen en dan die geloven worden ingelijfd in niet dat verbond. veel Inlijven wil zeggen datje een deel wordt van het lichaam ('lijf) dat je deelt in het leven ('life'). Dat ver- n bond volgen geldt ook voor de kleine kinderen. Een baptist zei eens tegen mij: 'God heeft wel kinderen maar geen kleinkinderen.' Dat is een dwaling. God neemt ons en onze kinderen als Zijn kinderen aan. In Zijn verbond zegt God dat Hij je Vader is, je Redder en je Trooster. Daarom ben je gedoopt in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

De doop vraagt om antwoord. Wat is jouw antwoord? Vanuit jezelf kun je alleen maar 'nee' zeggen. Je bent geen haar beter dan die zoon, die zei: Vader ik wou dat U dood was... Geef mij alvast de erfenis dan ga ik mijn eigen gang wel. Vreselijk is dat! God niet nodig. Doodzonde! De oude Adamitische weerstand tegen, God moet overwonnen worden. Dat kan de beste opvoeding niet doen, dat kan alleen de Heilige Geest doen. Alleen als je opnieuw geboren wordt, kun je het rijk van God ingaan. Herken jij het werk van de Heilige Geest, die jou confronteert met je eigen zondige weerstand tegen God en tegelijker jou wonderlijk naar de Heere Jezus toetrekt? De Geest laat jou buigen voor Gods majesteit en leert je ook vertrouwen op Gods vaderlijke genade. Het zijn grote woorden... Misschien zou je het zelf anders zeggen... Heb je in jouw leven de roepstem van God gehoord? Dan mag je nu stamelend antwoord geven: 'Ja Heere, ik geloof...'

De geloofsbelijdenis is een antwoord op Gods belofte. Daarbij luistert God niet naar de taal van onze lippen, maar naar de taal van ons hart. Jij mag van harte zeggen: 'Heere, ik geloof dat U mijn God bent. Ik geloof het, omdat U het zegt.' Je mag net als Thomas uitroepen: 'Mijn Heere en mijn God!' God wacht op jouw antwoord, net als de Vader op Zijn verloren Zoon. Hoe lang wacht God al? Al veel te lang hè!

Wat een wonder datje nu mag zeggen: 'Ja, Heere, ik geloof!'

Toen je gedoopt bent, hebben je ouders 'Ja' gezegd. Zij hebben erkend dat jij van Hem bent. Zij hebben beloofd dat ze je zouden opvoeden in de 'vreze des Heeren'. Zij hebben jou geleerd datje opnieuw geboren moet worden. Zij hebben verteld van de smalle weg naar de hemel en de brede weg naar het verderf. Zij hebben gezegd dat je mag geloven in de Heere Jezus. Zij hebben je leren bidden. Zij hebben voor jou gebeden. Misschien is het wel anders gegaan. Soms is het moeilijk om thuis over het geloof te praten. Soms is er een groot verschil in geloofsbeleving en in opvattingen. Soms sta je voor een muur... God kan gelukkig ook andere mensen gebruiken, maar meestal heb je toch aan je ouders ontzaggelijk veel te danken. Het is ontroerend voor hen als zij jouw jawoord mogen horen. Het is een verhoring van hun gebed. God heeft hen gebruikt om jou te leren geloven.

Datje eerst gedoopt bent en daarna belijdenis doet, maakt zichtbaar

a. dat God de Eerste is in jouw leven b. dat God toen al gezegd heeft: je bent van Mij c. dat jouw jawoord het antwoord op Gods belofte is d. dat jouw 'ja' alleen te danken is aan het werk van de Heilige Geest e. dat de Heere werkt via mensen.

Er is dus geen tegenstelling tussen de volwassendoop na de geloofsbelijdenis en de geloofsbelijdenis van iemand die als kind al is gedoopt. Het is altijd een belijdenis van de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest, van

de drie-enige God, van de God van jouw doop. Altijd moet onze belijdenis een zaak van ons hart zijn. Zo mag je biddend toeleven naar de belijdenisdienst: Doorgrond mij en ken mijn hart, o Heere.

Ten slotte wil ik nog een paar praktisch opmerkingen maken om dit bij-zondere moment in je leven op een bijzondere wijze te 'vieren'. Het zijn drie 'tips', waar je wellicht iets aan hebt.

1. Lees in de week voor je belijdenis doet het doopformulier nog eens goed door. Het is ook heel mooi om te luis; teren naar de kerkdienst waarin je zelf gedoopt bent. Heb je daar een bandje

van? 2. Vraag aan je ouders of aan andere mensen die veel voor jou betekend hebben of zij jou een belijdenisbrief willen schrijven. Daarin kunnen zij met jou delen wat het voor hen betekent dat jij belijdenis doet. 3. Jouw jawoord is niet het laatste

woord. Je krijgt een tekst mee, waarschijnlijk één die veel voor je zal gaan betekenen. Leer hem uitje hoofd, God heeft er vast een bedoeling mee En... heb een gezegende belijdenisdienst.

H. VAN DEN BELT, DELFT

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 2002

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Credo - ’Ik geloof...’

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 maart 2002

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's