Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De rol van de omgeving

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De rol van de omgeving

DEPRESSIVITEIT ONDER JONGEREN [3]

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Annie kijkt met grote ogen haar moeder aan. Moeder is de wanhoop nabij wanneer zij haar dochter zo lusteloos en passief op de bank ziet hangen. Ze weet niet wat ze nog tegen haar dochter moet zeggen. Alles heeft ze uit de kast getrokken om samen iets leuks te ondernemen, maar al haar initiatieven worden door Annie afgewezen. Met geen stok is Annie in beweging te krijgen. Haar man is naar zijn werk. 'Gevlucht om zijn woede niet naar Annie te hoeven uiten', zoals hij zelf zegt.

Ook de twee jongere broertjes geven signalen af dat zij er niet meer tegen kunnen. Op school lopen hun resultaten terug. Tranen wellen bij moeder op. Ze gaat hier kapot aan en haar hele gezin wordt daarin meegesleurd, terwijl ze niet in staat is om het tegen te houden. De huisarts heeft Annie medicijnen voorgeschreven, maar zegt dat het nog wel twee weken kan duren, voordat de medicatie aanslaat. Hij nam ook het woord 'suïcide' in de mond. Zelfmoord, gedachten aan de dood bij haar bloedeigen dochter! Dat kan toch niet waar zijn!

De mentor van school belde vanochtend nog op en sprak haar medeleven uit. Vanavond komt de jeugdouderling langs, maar niemand kan iets doen. Nog een blik op Annie, die het liefst naar bed zou gaan, wakkert de gevoelens van machteloosheid bij moeder aan. In stille wanhoop vouwt zij haar handen en uit haar hart schreeuwt het: 'O God, wat moet ik doen...'.

Bovenstaand verhaal komt uit een stuk persoonlijke ervaring. Waar ik in dit artikel aandacht voor wil vragen, is de rol van ouders, school en anderen die om de depressieve jongere heen staan.

De omgeving lijdt mee

Zonder voorbij te gaan aan de problemen van de jongere zelf, wil ik aandacht vragen voor de ouders, de broers en de zussen van de depressieve jongere. Ook zij lijden. Ook zij hebben gevoelens die door de situatie (een depressief gezinslid) worden opgeroepen. Ik wil een aantal van die gevoelens noemen.

Aan die gevoelens gaat een proces van acceptatie vooraf. Acceptatie van het feit dat er iets mis is, dat er een depressie in het spel is. Dat is niet makkelijk. Wanneer je als ouders al depressieve kenmerken herkent bij je kind, valt het nog niet mee om toe te geven dat jouw kind depressief is. Vaak zijn er vermoedens en vragen bij ouders (wat is er mis met mijn kind, wat is er veranderd? ), maar toegeven dat jouw kind depressiefis, is niet eenvoudig. Wel noodzakelijk, want na de erkenning kan het gezin gaan werken aan 'herstel'. Zonder erkenning en acceptatie is dat niet mogelijk.

Dan spelen daar wel emoties of gevoelens mee. Te denken valt aan machteloosheid en onzekerheid. Ik zou mijn kind willen helpen, maar hij of zij reageert amper. Ik zou willen weten wat er allemaal speelt door het hoofd van mijn kind, hoe het zover heeft kunnen komen, maar ik kom er niet doorheen. Ik zou afleiding willen bieden, leuke dingen willen gaan doen om die somberheid weg te nemen, maar ik heb het gevoel dat het niet landt. Maar misschien doe ik het wel niet goed (genoeg). Wat is er gebeurd, wat hebben wij als ouders niet goed gedaan? Hadden we niet eerder in moeten grijpen? En dan komen de gevoelens van schuld. Of verdriet (waarom mijn kind...). Of schaamte (wat zullen anderen wel niet zeggen). Of van boosheid (over het inactieve gedrag van je kind, over het zo lang op bed liggen, slecht eten, veel slapen en de gevoelens van waardeloosheid bij je kind). Of boosheid, omdat je kind zich thuis helemaal laat gaan en bij anderen probeert zich positief op te stellen.

Het is voor ouders goed om te weten dat deze gevoelens normaal zijn en

horen bij het rouwproces van de ouders. Je moet er in alle eerlijkheid niet aan denken dat jouw zoon of dochter zich zo waardeloos voelt, zegt dat het leven niet meer waard is om geleefd te worden en dat iedereen beter af is, wanneer hij of zij er niet meer zou zijn. Ik zou er persoonlijk bij ouders altijd voor willen pleiten om deze gevoelens toe te laten en te uiten. Het is belangrijk dat de andere gezinsleden deze gevoelens bij elkaar accepteren en erover praten. Steun elkaar in die zin en geef elkaar ook ruimte om die gevoelens te uiten. Met één belangrijke beperking: uit ze niet naar je depressieve zoon of dochter. Het uiten van deze gevoelens bij je depressieve kind kan nog meer gevoelens van waardeloosheid oproepen. Vaak verstoort het ook de verhouding tussen ouders en kind, terwijl die relatie juist zo nodig is. Het is logisch datje boos wordt, verdrietig bent of wanhopig. Maar besef als ouders één ding: je kind heeft niet om een depressie gevraagd en je kind kan niet anders. Jouw kind zou zich graag anders willen voelen, maar kan de energie niet opbrengen om te veranderen. Laat staan om de handen uit de mouwen te steken.

Steun bieden: hoe doe je dat?

Alhoewel de jongere als gevolg van de depressie er niet voor open lijkt te staan, is het van groot belang dat de omgeving (ouders, gezinsleden,

school, kerk) beseft dat zij op velerlei manieren steun kan bieden aan de jongere met de depressie. Neem daarbij de volgende raadgevingen in acht.

Neem de jongere serieus. Dat houdt onder meer in dat er geen standaardopmerkingen gemaakt moeten worden zoals: 'Er zijn nog wel ergere dingen', of: 'Kom op, het gaat vanzelf wel over, zie het eens van de andere kant, probeer wat vrolijker te zijn'. Ook in het pastoraat kunnen zulke opmerkingen gemaakt worden: 'Bid maar veel, geloof in de Heere Jezus'. Alsof dan alles in één keer over zou zijn. Belangrijk is dat de omgeving zelf zich niet laat meesleuren in de neerslachtigheid. Blijf altijd in gesp rek met de jongere. Biedt een luisterend oor, vraag naar de ervaringen van die dag, bespreek de leuke en minder leuke dingen met elkaar. Maar ga niet mee in de moedeloosheid en somberheid. Serieus nemen betekent het accepteren van de gevoelens van de jongere. Stel geen hoge eisen aan de jongere.

De depressie heeft zo veel invloed, dat de jongere zichzelf niet waardevol vindt, zich schuldig voelt, somber en neerslachtig is en geen of weinig energie heeft om iets te ondernemen.

Wanneer de omgeving dan hoge eisen stelt, kan de jongere zich nog minderwaardiger gaan voelen.

Bovenstaande houdt niet in dat er helemaal geen eisen meer gesteld mogen worden. Aan het uitleven van irritaties en ander ongewenst gedrag moeten consequente grenzen worden gesteld, zonder de jongere het gevoel te geven dat hij of zij wordt afgewezen. Het heeft ook geen zin om helemaal mee te gaan in de problemen die de jongere heeft. Probeer de jongere te stimuleren om actie te ondernemen, het dagelijkse ritme vast te houden - zolang dat mogelijk is - goed te blijven eten en normaal te blijven slapen (liefst niet overdag). Houdt zo lang mogelijk vast aan de gewone dagelijkse dingen. Het leven met een depressieve jongere in huis kan soms het karakter krijgen van een uitputtingsslag. Voor ouders en andere gezinsleden is het vermoeiend en uitputtend om met een somber, neerslachtig en zich minderwaardig voelend gezinslid samen te leven. Maar besef te allen tijde dat het voor de jongere geen pretje is om je zo te voelen. Zadel uw kind niet op met een extra schuldgevoel.

Steun bieden: school en kerk

Voor hen die met jongeren omgaan, is het van belang dat zij de kenmerken van een depressie kennen en snel kunnen reageren wanneer een jongere 'depressieve' gedragingen vertoont. Jongeren brengen een groot deel van hun tijd op school door. Leerkrachten hebben een goed zicht op de jongeren, staan meer op afstand en kunnen het gedrag van jongeren vergelijken. Aan de andere kant kan van leerkrachten niet verwacht worden dat deze al zijn leerlingen goed kent. Bijzondere aandacht vraag ik voor de zogenaamde 'stillen'. Leerlingen die teruggetrokken zijn, weinig tot geen aandacht vragen, op de achtergrond aanwezig of bijna afwezig. Zonder al het stille gedrag te willen problematiseren, wil ik aangeven dat dit niet de ideale leerlingen zijn. Misschien geven zij geen problemen, maar hebben ze wel problemen. Samengevat: bij een teveel aan gedrag, maar ook bij een te weinig aan gedrag, is aandacht geboden. Leerkrachten: let op de 'stille wateren'.

Concrete signalen op school kunnen zijn: snel afnemende studieresultaten, labiel gedrag of gedragsstoornissen (geen tegenslagen kunnen verdragen), somatische klachten (ziekten), lusteloosheid en weinig initiatieven / interesse, concentratieproblemen en leerproblemen en sociaal isolement (angstig, niet naar school willen, buiten de groep vallen). Voor een depressie moeten deze signalen langere tijd aanwezig zijn. Een depressie te laat signaleren is niet goed, maar een depressie signaleren die geen depressie blijkt te zijn, is ook niet goed.

Dezelfde dingen die hierboven geschreven zijn, gelden ook het jeugdwerk in de kerkelijke gemeente. Ik heb dat zelf een aantal jaren mogen doen en weet dat het voor leiders van jeugdclubs verleidelijk is om alleen de 'stoorzenders' 'uit te schakelen' en daarbij de stille en verlegen kinderen te negeren, want ja: die zijn nu juist zo 'makkelijk' en 'hanteerbaar'. De aanhalingstekens maken duidelijk wat ik bedoel. Stille wateren en diepe gronden gaan vaak samen.

J. R. VAN VUGT, LIENDEN

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 2003

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De rol van de omgeving

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 augustus 2003

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's