Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bereid voor geluk te strijden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bereid voor geluk te strijden

Trouwen na echtscheiding...? [3]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Drie groepen

Ook in 1 Korinthe 7 worden behartigenswaardige opmerkingen gemaakt ten aanzien van ons onderwerp. In het gedeelte tussen vers 8 en 16 onderscheidt Paulus drie groepen in de gemeente: 1. De ongehuwden (onder wie de weduwen); 2. De gehuwden (beide partners zijn gelovig); 3. De overigen (gemengde huwelijken van gelovigen en ongelovigen). Groep 1 is in verband met ons onderwerp niet direct van belang, de groepen 2 en 3 daarentegen des te meer.

In de verzen 10 en n legt de apostel uit dat er maar twee mogelijkheden zijn voor een echtpaar dat uit elkaar gegaan is: of men verzoent zich weer met elkaar of men blijft verder ongehuwd. Dat aangedrongen dient te worden op het eerste, spreekt vanzelf. Wanneer dat niet lukt, blijft er weinig anders over dan in de breuk te berusten. Er wordt echter geen deur geopend tot een nieuw huwelijk. Voor God horen man en vrouw nog steeds bij elkaar. Een eenmaal gesloten huwelijk is onuitwisbaar. Op menselijk niveau kunnen wij een verbintenis verbreken, voor God kennelijk niet. Zelfs een scheidbrief verandert daar niets aan, aldus prof. Van Bruggen (CommentaarNT, Mattheüs, p. 361). Niettemin houdt Paulus tot op zekere hoogte kennelijk nog rekening met 'de hardheid van het hart', waarover wij hoorden in Deuteronomium 24, maar meer dan dat ook weer niet.

Gedoogbeleid

Van Bruggen (Het huwelijk gewogen, p. 52) spreekt met het oog op de scheidbrief over een gedoogbeleid. Het is echter wel 'een gekwalificeerd gedogen: er wordt een oordeel uitgesproken en een richting aangewezen', opdat de praktijk van echtscheiding steeds verder zou worden ingeperkt. Hij plaatst deze instelling tegen de achtergrond van het leven in Egypte, dat Israël nog maar ternauwernood achter de rug had en waar het was geconfronteerd met een levenspraktijk die haaks stond op Gods wet. Met het oog op de nieuwe situatie van Kanaan zou dan sprake zijn van een 120

overgangsbepaling. Daarop zou Paulus teruggrijpen in de jonge zendingsgemeente van Korinthe. Dat laat overigens onverlet dat juist in de nieuwtestamentische gemeente het niet mag voorkomen dat mannen en vrouwen elkaar opgeven, laat staan met een andere partner het huwelijk voortzetten. Of Paulus bij het schrijven van deze brief al beschikte over een schriftelijke vastlegging van het evangelie, is niet bekend. Het doet er eigenlijk ook niet toe. Jezus' woorden waren hem wel ter ore gekomen.

Dat de apostel zijn richtlijnen met het oog op het huwelijk begint bij de vrouwen, kan te maken hebben met een concrete situatie in de Korinthische gemeente. Deden zich onder de dames ascetische neigingen voor, waarbij men zich ging onthouden van de lichamelijke omgang met de huwelijkspartner, zoals prof. Douma voorzichtig oppert? We weten het niet. Wat we wel weten, is dat de apostel hen vermaant trouw te blijven aan hun mannen, maar ook voor de mannen is er een woord. Zij zullen hun vrouwen niet wegzenden.

Gemengde huwelijken

Vanaf 1 Korinthe 7 : 12 gaat het over gemengde huwelijken. Het ligt voor de hand te veronderstellen dat er hier vele van waren in de setting van de jonge christelijke gemeente. Paulus heeft dan vooral het oog op die situaties waarbij de heidense of joodse wederhelft zich tegen het evangelie verzet. Waren er soms mannen en vrouwen in de gemeente die meenden dat zo'n huwelijk, een juk met de ongelovige, niet te dragen was? Moeten we denken aan wat de apostel schrijft in 2 Korinthe 6 : 14? Hoe kan een gelovige met een ongelovige, een christen met een niet-christen gemeenschap hebben? Scheiding in zulke omstandigheden is echter ongeoorloofd. Ook in geval de heidense of joodse partner aan de eigen ceremoniën vasthoudt.

Leefklimaat

Dat onder invloed van de joodse of heidense omgeving gemakkelijk over echtscheiding gedacht werd, zou wel eens waar kunnen zijn. Eenzelfde gevaar bedreigt de gemeente van nu vanuit de maatschappelijke context waarin wij leven. Het taboe op echtscheiding is allang verdwenen. Wet en praktijk zijn zeer ruim gesteld. Het hele denken leefklimaat is sterk geïnfecteerd door de hoge(re) kwaliteitseisen die aan diensten en producten worden gesteld. Aan dat proces van materialisering weet ook het huwelijk kennelijk nauwelijks te ontsnappen. Wij zijn immers gewend geraakt aan een patroon van leven waarin onze verlangens en behoeften zo snel en zo eenvoudig mogelijk moeten worden bevredigd. De bereidheid voor geluk te strijden en te lijden is sterk afgenomen.

Daarnaast hebben we ook te maken met de teloorgang van allerlei sociale en maatschappelijke frames, zoals ouderlijk gezin, familie-, dorps- en kerkelijke netwerken. Wij leven midden in deze wereld en komen daar niet zonder smetten door. Daarom is het goed om het apostolisch onderwijs blijvend te horen en te actualiseren. Het zal duidelijk zijn geworden dat Paulus in de pas blijft met Jezus' woorden uit onder meer Markus 10 : 12. Prof. Douma (p. 69) merkt op dat waarschijnlijk 'nergens in de Schrift duidelijker wordt hoe sterk de band van het huwelijk is, dan in 1 Korinthe 7 : 12-14.' Tot nadenken bedoeld is ook zijn waarschuwing om 'niet met het argument aan te komen dat naast seksueel ook 'geestelijk' overspel de band van het huwelijk kan ontbinden'.

Tot vrede geroepen

De geestelijke kloof tussen man en vrouw kan diep zijn, maar wie 'a' zegt, moet ook 'b' zeggen. Of: wie 'a' zegt, moet ook 'a' doen. Er mag geen doperse vrees zijn om eigen geloof aangetast te zien worden door de andere partij. Echter, indien de ongelovige partij een scheiding inzet en doorzet, zegt de apostel zonder veel omhaal van woorden: 'Dat hij scheide...' Interessant in dit verband zijn de woorden in het slot van vers 15. Wat wil het zeggen dat God ons tot vrede geroepen heeft? Daarover is geen eensluidendheid onder de exegeten. Moeten we Paulus' woorden opvatten in de zin van: 'laat gaan...!', of: 'denk je vrede te hebben met een scheiding...'?

Beide mogelijkheden kunnen. Niettemin kan het moment aanbreken dat er een punt gezet wordt. Maar dan wel door de andere partij.

Gebonden?

De zinsnede dat 'in zodanige gevallen' (vs. 15) de broeder of zuster niet gebonden is, behoeft ook nog enige toelichting.

Sommige uitleggers zijn van mening dat van volkomen ontbinding van het huwelijk geen sprake kan zijn in bovengenoemde omstandigheden (J. Ridderbos, e.a.). Anderen bestrijden deze opvatting, maar verbieden tegelijkertijd het aangaan van een nieuw huwelijk door de gelovige. M. Henry, Calvijn, Beza en de meeste gereformeerde theologen en ethici kennen geen verbod tot een nieuw huwelijk in situaties waarin de gelovige partij door de ongelovige werd verlaten. Het huwelijk is definitief ontbonden. In Dachsel's Bijbelverklaring vond ik het volgende opgemerkt: 'Het is bekend, hoe in de Protestantsche Kerk verreweg de meeste kerkordeningen van de 16de eeuw, behalve echtbreuk, ook de malitiosa desertio of boosaardige verlating op grond van onze plaats als een grond tot echtscheiding overeenkomstig de Schrift hebben gemaakt...' De christenman of - vrouw moet alles in het werk stellen om de andere partij van scheiding te weerhouden. 'Kan hij (of zij) nu evenwel dezen niet terughouden, eene scheiding te bewerken, dan mag hij zichzelven ook beschou-

wen als werkelijk gescheiden, onverschillig om welke reden de scheiding heeft plaatsgehad, en zonder eerst te moeten wachten tot het tweede deel weder gehuwd of gestorven is.' Dezelfde teneur komen we ook tegen in het standaardwerk van Patrik, Polus, Wels, en andere Engelse godgeleerden (1754). 'De verlaten persoon mag wet-tig wederom trouwen; anders zoude een broeder of eene zuster in zulk geval dienstbaar zijn en als een slaaf onderworpen wezen aan zulken ongelovigen.'

Keuzes maken

Toch blijkt de tekst voor meer dan een uitleg vatbaar. Exegetiseren is keuzes

maken. Dat geldt ook hier. Welke leessleutel hanteren we? Wie de conclusie van vers n ook toepast op dit gedeelte, zal besluiten dat een nieuw huwelijk niet wettig kan zijn. Het ontbreken van zulk een stringente bepaling kan echter ook een manier zijn om iets onder de aandacht te brengen. In dat geval lezen we een tegenstelling tussen dit gedeelte en het voorgaande. Dat kan dan leiden tot de gevolgtrekking dat in heel bijzondere omstandigheden, wanneer het huwelijk ontbonden wordt op initiatief van de niet gelovige partner, het aangaan van een nieuwe verbintenis na echtscheiding niet verboden is.

J. Belder, Dordrecht

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Bereid voor geluk te strijden

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 februari 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's