Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In liefde vermanen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In liefde vermanen

Ds. HET LAM BESPREEKT GEVOELIG PUNT IN PASTORAAT

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veel wordt de laatste tijd in allerlei samenlevingverbanden gesproken over waarden en normen. De discussie hierover schijnt echter meer gevoed te worden door het gevoel van onveiligheid en vrijheidsberoving dan door het verlangen naar heiligheid in bijbelse zin. Mensen op hun verkeerde gedrag aanspreken, lijkt slechts geaccepteerd te worden, voorzover ons dat zélf goed uit komt. Hiermee raken we een gevoelig punt, ook in de kerk.

Vermanen binnen de christelijke gemeente kan soms nodig zijn met het oog op bovengenoemde 'heiligheid'. Maar daarmee stuiten we op een probleem: mensen nemen dat niet zonder meer aan of houden er bewust een andere levensstijl op na gebaseerd op een andere interpretatie van bijbelse principes.

Dit voorjaar verscheen van de hand van drs. J. het Lam uit Wezep een boekje, dat op deze problematiek ingaat. De schrijver - zelf herder en leraar in een brede hervormde gemeente - worstelt al lange tijd met dit gevoelige aspect van het pastoraat. Dat heeft er bij hem toe geleid een onderzoek te doen naar de bijbelse fundering van vermaning in het pastoraat. Het resultaat van zijn studie mag er zijn: een handzaam boekje, waarin heldere lijnen getrokken worden vanuit de Schrift, de praktische theologie en de pastorale praktijk.

Praktijk

De auteur zet in met een praktijkvoorbeeld. Een gemeentelid belt de predikant om een afspraak te maken voor een huwelijksbevestiging. De jonge man deelt tegelijk mee dat hij sinds kort maar vast is gaan samenwonen met zijn verloofde, omdat het huis vrij kwam. Hij verwacht dat de predikant zijn verzoek zonder probleem zal inwilligen. Ds. het Lam geeft het telefoongesprek dat daarop volgde in de vorm van een verbatim (een letterlijk uitgeschreven gesprek) weer. Het gesprek loopt niet goed (af). De vraag blijft dan voor de schrijver open: hoe ver mag/moet je gaan in de kerk met vermaning (en tucht)? In het laatste hoofdstuk van deze studie treffen we een evaluatie van dit gesprek.

Om op deze voor de auteur klemmende vraag een antwoord te vinden, gaat hij op zoek in de Bijbel en te rade bij een aantal praktische theologen, waarbij verschillende types pastoraat de revue passeren. Ten slotte komt hij na een intensieve zoektocht uit bij een 'eigen weg', hoewel zijn worsteling met de problematiek daarmee niet opgeheven is.

De conclusie die de schrijver uit zijn bijbels-theologisch onderzoek trekt, is tweeledig. Enerzijds is duidelijk dat de Schrift veel voorbeelden kent van situaties waarin vermaning plaatsheeft of op zijn plaats zou zijn.

Zo vinden we o.a. in het Oude Testament verscheidene teksten in de Psalmen, bij de profeten en in de wijsheidsliteratuur (Spreuken, Prediker), waarin de vermaning door klinkt. De Wet van God (de Thora) is daarbij de het richtsnoer. De vermaning kan een scherpe vorm aannemen: toorn, oordeel!

Anderzijds komt naar voren uit het Schriftonderzoek dat vermanen in de Bijbel altijd staat in het kader van de liefde. Wet en Evangelie zijn de twee polen waartussen de vermaning plaatsheeft. Soms gaat daarbij het Evangelie voor de Wet uit en soms is het omgekeerd.

Vriend van zondaren

Veel aandacht is er bij de schrijver voor de wijze waarop Jezus met mensen omging. Ds. Het Lam neemt daarbij twee benaderingswijzen waar. Jezus schijnt anders om te gaan met de 'schare' dan met zijn discipelen. Voor de eerste groep lijkt hij ruimer te zijn dan voor de laatste. Hij bewijst zich als een echte Vriend van zondaren! Het Evangelie komt ruim naar hen toe. Voor zijn discipelen wordt de cirkel wat nauwer getrokken. Hij houdt hun voor wat het leven achter Hem aan betekent. Zij zijn het zout der aarde, de stad op de berg!

De auteur trekt hieruit de conclusie datje in de setting van een 'volkskerk' onderscheid moet maken tussen de schare en de discipelen. Tussen hen die nog 'buiten' staan en zij die door belijdenis en avondmaal toegetreden zijn tot de gemeenschap van de gelovigen. Of je deze lijn vanuit de Bijbel zo door kunt trekken naar de situatie van de volkskerk, is voor mij de vraag, omdat er mijns inziens geen waterdichte scheiding aanwezig is tussen beide 'groepen'.

De bedoeling van de schrijver is wel duidelijk: je zult bij vermanen rekening moeten houden met de wat wel genoemd wordt de 'geestelijke staat' van het gemeentelid. Het type kerk of gemeente en de visie op de gemeente waarbinnen het pastoraat plaatsheeft, speelt hierbij ook een belangrijke rol. In het vierde hoofdstuk geeft de schrijver een helder overzicht van de verschillende 'kerkmodellen'.

Bijbelse ethiek In het hoofdstuk 'Hoe weet ik wat goed of fout is' voert de predikant/pastor een pleidooi voor bijbelse ethiek, waarbij hij uitgaat van de Schrift als bron voor de waarden en normen, zonder toe te geven aan een tijdgebonden visie op de Schrift. Het eigen levensgevoel moet daaraan onderschikt zijn. Het Schriftgezag moet volgens de schrijver echter functioneren op een wijze dat mensen niet monddood gemaakt worden. Het is geen kwestie van 'slikken of stikken' (p.49). De Heilige Geest is de eigenlijke Leermeester die ons overtuigt van zonde, gerechtigheid en oordeel. Anders gezegd: de mens moet door de Heilige Geest aan God het gezag over zijn leven toekennen.

Evenwichtig pastoraat

De schrijver kiest voor een type pastoraat waarbij zowel rekening wordt gehouden met de bijbelse ethiek als met het individu: het zogenaamde hermeneutisch model. Hermeneutiek is de kunst van het vertalen en interpreteren van feiten en gebeurtenissen uit de ene taal en context naar de andere. In dit geval: van de bijbelse context naar de situatie van de pastorant. Bij dit type pastoraat is volgens de mening van de auteur sprake van een evenwichtige benadering. De Boodschap en zonodig de bijbelse vermaning wordt niet achter gehouden, maar er is ook alle ruimte in het pastorale gesprek voor het verhaal en de gevoelens van de pastorant. De pastor staat er zelf niet boven, maar hij gaat ook niet zonder meer met alles wat de pastorant vindt mee. Het kerygmatisch type pastoraat - waarbij alle nadruk ligt op het overbrengen van de boodschap (kerygma) van Gods heil aan de mens, zonder rekening te houden met de persoon en omstandigheden - alsmede het therapeutisch type - waarbij uiteindelijk degene met wie men in gesprek is 'het voor het zeggen heeft' - worden beide door de auteur als eenzijdig bestempeld.

Randvoorwaarden

Wanneer vermaning nodig is, moet dat gedaan worden in de liefde en met de gezindheid van Christus. Openheid, zelfkennis en kennis van Gods genade, alsook eerlijkheid zijn hiervoor onmisbare elementen. Soms is nodig dat de pastor dat niet alleen doet. pe kerkenraad en een (gebeds)kring van mensen die van de problematiek in kennis is gesteld, kan hierbij een taak hebben. Het moet dan gaan om een sterke vorm van vermaning: de tucht. We hebben het dan niet meer over vermanen in een pastorale context.

Zegenen

Er zou in sommige gevallen meer ruimte moeten zijn voor zegening (hoofdstuk 6). Zegenen is niet hetzelfde als instemming. De schrijver is wel van mening dat er grenzen zijn aan de zegening. Je kunt niet de zegen geven aan iemand die geen relatie met God heeft of wil hebben. Zegenen mag volgens de auteur ook niet in een situatie waarbij degene die om een zegen

vraagt een onbijbelse levensstijl of houding blijft voorstaan en praktiseert. Dit kan wel eens leden 'kosten'. Maar de groei van de gemeente is niet het criterium voor vermanen (pag. 85). Soms kan door een vermaning (tuchtmaatregel) de gemeente worden opgeschrikt en dat kan juist de groei bevorderen, omdat er duidelijkheid is. Voor de pastorant kan dat ook leiden tot persoonlijke bekering.

Door middel van een aantal gespreksverslagen laat de schrijver zien hoe een en ander in de praktijk werkt of soms ook mis kan gaan.

Als conclusie zou ik willen zeggen dat in deze studievrucht een warme toon van een zeer bewogen pastor doorklinkt. Naar verhouding krijgt de weergave van wat anderen zeggen wel erg veel ruimte en soms heeft dat ook te veel het karakter van een wat droge opsomming van aandachtspunten. Maar de hoofdlijn is duidelijk: vermanen in het pastoraat is een bijbelse opdracht, die met beleid en met de gezindheid van Christus moet worden uitgevoerd.

Ik beveel dit boek van harte aan. Voor ieder die bezig is in het pastoraat (ook ouderlingen), biedt deze studie veel materiaal en stof tot nadenken. Een boek dat dringt tot bezinning op dit gevoelige, maar belangrijke aspect in het pastoraat en op de eigen pastorale houding.

A. Visser, Apeldoorn

N.a.v. Drs. J. het Lam Vriend van zondaren. Over vermanen in het pastoraat. Uitg. Boekencentrum, Zoetermeer; 116 blz.; € 13, 50.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

In liefde vermanen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 23 september 2004

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's