Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Waar hebben we het over?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Waar hebben we het over?

PASTORAAT [1]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dit is het eerste artikel van een reeks over het pastoraat. Het is de bedoeling een handreiking te bieden aan hen die in de gemeente van Christus pastoraal bezig zijn.
Daarbij denken we niet aan de herders en leraars in de eerste plaats. Die hebben als professionelen hun scholing en ervaring op dit gebied. Zij beschikken over de nodige literatuur en hebben de mogelijkheid van speciale vorming en training.
We denken vooral aan ouderlingen en huisbezoekers. Zij zijn eveneens geroepen om aan de gemeenteleden herderlijke zorg te besteden. Meestal zijn zij daartoe bij het aantreden in ambt en kerkenwerk niet geschoold en getraind. Aan vorming en toerusting ontbreekt het ook nogal eens in hun verdere loopbaan. Vaak is men leerling van een ervaren ambtsbroeder met wie men op huisbezoek gaat en leert men al doende. Nu zijn tegenwoordig kerkenraadsleden dikwijls kortverbanders. De nieuwkomer mist dan de samenwerking met een ouderling die door jarenlange ambtspraktijk veel pastorale ervaring heeft opgedaan. Het is dus zinvol om in de voorgenomen reeks artikelen stof tot bezinning en vorming te bieden.
Maar niet alleen ouderlingen en huisbezoekers, ook gemeenteleden doen er goed aan van de inhoud kennis te nemen. Als christenen zijn wij immers allen met elkaar verbonden en voor elkaar verantwoordelijk. We hebben de roeping om voor elkaars geestelijk welzijn zorg te dragen. Wij mogen er ons niet van afmaken door te zeggen: 'Ben ik mijns broeders hoeder?'

Wat is pastoraat?
Het zo-even gebruikte woord hoeder brengt ons bij het onderwerp zelf. Want hoeden is het werk van een herder. Hij hoedt de schapen. Pastoraat is afgeleid van het Latijnse woord pastor, dat herder betekent. Het is het gewone woord voor een veehoeder die zijn kudde leidt en verzorgt. Je zou kunnen zeggen: pastoraat is het werk dat een herder doet. Nu is herder een woord dat al in een ver verleden figuurlijk werd gebruikt. Oud-oosterse vorsten noemden zich de herders van hun volk. Zij wisten zich geroepen om zorg te dragen voor het welzijn van hun onderdanen. Het is een beeldspraak die we ook in de Bijbel tegenkomen. In de Psalmen wordt de Heere de Herder van Israël genoemd. Zo in Psalm 80:2, terwijl in Psalm 79:13 sprake is van 'Uw volk, de schapen Uwer weide'. Het meest bekend is deze beeldspraak in Psalm 23:1, waar David belijdt: 'De Heere is mijn Herder'.

Trouweloos
In Ezechiël 34 lezen we de profetie tegen de herders van Israël. Die herders zijn de vorsten van Israël. Maar zij zijn trouweloze herders. Zij weiden niet de schapen maar zichzelf. Zij hebben geen zorg voor het volk, maar heersen over hen met hardheid. De Heere spreekt het 'Wee u!' over hen uit. Want deze herders zijn er alleen maar op uit om zichzelf te verrijken ten koste van het volk. Maar God zal Zelf voor de schapen van Zijn weide opkomen en hen verlossen. Hij zal een Herder verwekken uit het huis van David. Die zal werkelijk zorg hebben voor de schapen.
Deze belofte is vervuld door de komst van Christus. Hij heeft gezegd: 'Ik ben de goede Herder'. De toenmalige herders van het volk noemde Hij huurlingen. Zij hadden geen zorg voor de schapen. De goede Herder echter stelt Zijn leven voor de schapen. Hij geeft hun het eeuwige leven (Joh. 10:27). Jezus Christus heeft dat waargemaakt en Hij doet dat nog. Nog altijd oefent Christus het herdersambt uit. Hij doet dat door middel van Zijn dienaren. Aan de ambtsdragers heeft Hij de zorg voor Zijn kerk toevertrouwd.
Predikanten worden vaak pastor genoemd. Want tot hun taak behoort niet alleen het preken, maar ook de herderlijke zorg voor de gemeenteleden. Vandaar de benaming 'herder en leraar'. Veelal woont de predikant in de pastorie, dat is het huis van de pastor.
Maar niet alleen de dominee is pastor. Ook de ouderlingen hebben een herderlijke taak. Hun opdracht is het mede leiding geven aan en zorg hebben voor de leden van de gemeente.
In de kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland lezen we dat aan de ouderlingen o.a. is toevertrouwd, tezamen met de predikanten, de herderlijke zorg, onder meer door het bezoeken van de leden van de gemeente (Ord. 3-10-1).

Herder zijn voor elkaar
Zoals al is opgemerkt, is het pastoraat niet alleen de opdracht van predikanten en ouderlingen. Het behoort ook tot de opdracht van de gemeente. Het is immers de bijbelse roeping van de gemeenteleden om oog en hart te hebben voor elkaar. Prof.dr. J.P. Versteeg heeft dat aangetoond in het mooie boek Oog voor elkaar.
Denk ook aan de bekende beeldspraak van Paulus in 1 Korinthe 12. Hij vergelijkt de gemeente met het lichaam dat vele leden en organen heeft, die met elkaar verbonden zijn en elk een eigen functie hebben waarmee zij het lichaam dienen. Zo zijn de leden van Christus' gemeente geroepen om met de hun geschonken gaven elkaar te dienen.
Waar de geloofsverbondenheid met Christus is, daar is ook de leiding door Zijn Geest. Dan kan het niet anders of er is de navolging van Christus, de grote Herder der schapen. De ware gemeenschap met Christus is niet denkbaar zonder de gemeenschap met elkaar.
Wat dat inhoudt, zegt de Heidelbergse Catechismus in antwoord op vraag 44. Daar gaat het over de gemeenschap der heiligen. De gelovigen, die deel hebben aan Christus en al Zijn schatten en gaven, zijn geroepen om de gaven die zij ontvangen hebben, aan te wenden tot het nut en de zaligheid van de andere leden. Er staat bij: gewillig en met vreugde.
Dit houdt ook het onderlinge pastoraat in. Dat is het omzien naar elkaar, het meeleven met elkaar. Al naargelang de omstandigheden betekent dat: elkaar helpen, elkaar bemoedigen, elkaar troosten, elkaar opwekken en, als het moet, ook elkaar vermanen. Dat laatste met de geest der zachtmoedigheid, zoals ons dat in Galaten 6:1 wordt voorgehouden.
In deze tijd, waarin een veelszins doorgeslagen individualisme onderlinge gemeenschap frustreert en blokkeert, kan de gemeenschap der heiligen een verademing zijn. Helaas is de kerk nooit immuun voor de tijdgeest. Daardoor is het individualisme ook in de gemeente waarneembaar. Zeker ook in hervormde gemeenten, waarin consumentengedrag van de leden gemeenschapsvorming niet bevordert. Gelukkig zijn er ook tegengestelde tendensen. Waar het beleid van de kerkenraad op gemeenteopbouw gericht is, wordt de gemeenschap, inclusief het onderlinge pastoraat, gestimuleerd.
Daarbij staan de vorming en toerusting van de gemeenteleden op het programma.

De kerkorde over de pastorale gemeente
De kerkorde van de Protestantse Kerk in Nederland zegt in artikel IV het volgende. 'De gemeente, daartoe begenadigd door de Geest, is geroepen tot de dienst aan het Woord van God, onder andere in de herderlijke zorg. Want alle leden van de gemeente zijn geroepen en gerechtigd hun gaven aan te wenden tot vervulling van de opdracht die Christus aan de gemeente geeft.'
Ordinantie 8 sluit daarbij aan en werkt dat nader uit. In 8-4-3 lezen we: 'De herderlijke zorg ten opzichte van elkaar en ten opzichte van anderen krijgt gestalte in het leven van de leden der gemeente. Zij worden opgewekt tot omzien naar elkaar en anderen die dit behoeven, als ook in de pastorale arbeid, die door en onder leiding van predikanten en ouderlingen wordt verricht.'
Dat laatste houdt in dat de ambtsdragers de taak hebben om aan het pastoraat van de gemeente leiding te geven en te zorgen voor de nodige vorming en toerusting.
In 8-1-4 wordt gezegd dat de toerusting van de gemeente tot de pastorale arbeid geschiedt in kerkdiensten, in onderricht en vorming, en door middel van publicaties.
Het lijkt me niet overbodig er predikanten en ouderlingen op te wijzen dat ook dit deel van hun opdracht is.

Conclusie
Als we het over het pastoraat hebben, bedoelen we de herderlijke zorg, ook wel zielzorg genoemd, die door predikanten en ouderlingen gegeven wordt aan de leden van de "gemeente, terwijl de gemeenteleden zelf ook de roeping hebben in herderlijke bewogenheid naar elkaar om te zien.

Met deze aflevering begint ds. Biesbroek zijn medewerking aan de rubriek Pastoraat, die voorheen verzorgd werd door ds. J.L.W. Koppenhol.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 februari 2005

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

Waar hebben we het over?

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 februari 2005

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's