Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De volmacht van de prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De volmacht van de prediking

ZOEKEN, VERLANGEN, VERWACHTEN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het geheim van de prediking krijgen wij nooit in onze vingers. Dat heeft God zo gewild. Waar het zaad van het evangelie valt, ontkiemt dit - onzichtbaar voor het menselijk oog. Ons is niet meer opgedragen dan te planten en nat te maken, want groei komt op Naam van de Heere zelf. Nu Pasen achter ons ligt en we weet hebben van kruis en opstanding als inhoud van de prediking, mogen we er ook bij stilstaan dat God de dwaasheid van de prediking als hét middel ziet om te brengen tot het geloof in Hem. Hij heeft Zijn dienstknechten met volmacht bekleed.

Volmacht van de prediking - wat willen we ermee aangeven? Dit, dat we in de prediking van doen hebben met een boodschap die onvergelijkbaar is met welke andere vorm van communicatie ook. Hoe indringend een lezing kan overkomen, hoe appellerend een toespraak kan zijn, in de wekelijkse samenkomsten van de gemeente gaat het om de verkondiging van het evangelie. In de prediking brengt de predikant niet zijn eigen boodschap, maar staat hij in het krachtenveld van de Heilige Geest, om het Woord van God uit te leggen en toe te passen. Waar de dominee of zijn gemeente geen zicht meer heeft op de betekenis van de volmacht, vervlakt de prediking tot een stichtelijk woord. Het is niet zonder reden dat we er op deze plaats over schrijven, omdat we ons niet aan de indruk kunnen onttrekken dat de prediking in onze kerkenraden en daarbuiten niet altijd ervaren wordt als de bediening van de verzoening.

Machthebbende
Jezus Zelf heeft ook in Zijn prediking ons een voorbeeld nagelaten. Markus verhaalt in het eerste hoofdstuk dat Hij begon om het evangelie van het Koninkrijk Gods te prediken. De schare ontzette zich direct over Zijn leer, omdat Zijn woorden niet het gezag hadden van dat van de Schriftgeleerden. Nieuw was dat Jezus hen als machthebbende leerde (Matth. 7:29).
Het gaat hierbij niet alleen over de inhoud van Zijn boodschap, maar ook om de volmacht. Het geding tussen Jezus en de Schriftgeleerden gaat om de erkenning namens Wie Hij spreekt.
Immers, de zonden vergeven kan God alleen. Daarom klinkt hun vraag: 'Door wat macht doet Gij deze dingen? En wie heeft U deze macht gegeven, dat Gij deze dingen doen zoudt?'
Het is het refrein door alle evangeliën heen, ook door Lukas verwoord (4:32): 'En zij versloegen zich over Zijn leer, want Zijn woord was met macht.'
Zo heeft Christus van Zijn Vader de bevoegdheid gekregen om het bevrijdende evangelie te verkondigen: 'Daarom zeg Ik u: Alle dingen, die gij biddende begeert, gelooft dat gij ze ontvangen zult, en zij zullen u geworden' (Mark. 11:24).
Deze lijn zet zich na Pasen, Hemelvaart en Pinksteren voort, zodat de heidenapostel Paulus hoog mag opgeven over de bediening van de verzoening. Waar het Woord gebracht wordt, is sprake van bemiddeling tussen hemel en aarde, komt het werk van de Middelaar ter sprake. Dat is een woord dat niet in een mensenhart geboren is, maar dat bij God vandaan komt. Paulus schrijft in 2 Korinthe 2 dat de verkondiging in de tegenwoordigheid van God plaats heeft. Dat besef mag wel levend blijven, als we ons voorbereiden op en als we aanwezig zijn in de erediensten.

Werkplaats van de Geest
Die prediking staat in nauwe verbinding met de heilsfeiten. Zonder Pasen is de prediking ijdel, zegt 1 Korinthe 15 - zie het artikel dat prof. Immink vorige week in ons blad schreef. De verzoenende en verlossende daden van God komen centraal te staan, die Hij in Christus werkelijkheid heeft laten worden. Maar tegelijk wordt het Woord geopend met het gebed om de werking van de Heilige Geest, opdat de prediking zou zijn in de kracht van de Heilige Geest. Ook daarvan mogen prediker en gemeente zich terdege bewust zijn.
Waar we de kerkzaal zo ervaren als de werkplaats van de Geest, geven we aan de preek een spits, die geen enkele andere boodschap heeft.
Want het Woord veroordeelt en stelt in de ruimte.
Het Woord confronteert ons met ons zondaarsbestaan en neemt ons daadwerkelijk mee naar het kruis, waar het enige en volkomen offer voor al onze zonden gebracht is. De dienaar van Christus weet dat het bloed van de Zaligmaker op de gemeente drupt, waar hij de leden van de gemeente brengt voor de rechterstoel van Christus. Daar wordt de vrijspraak geschonken en ervaren.
Dat is wezenlijk wat anders dan dat de vrijspraak behandeld wordt, dat het geloofsleven beschreven wordt. Een onvoldoende helder zicht op wat in de eredienst aan de orde is, zal ook tot uiting komen in het taalveld vanaf de kansel. Waar de dominee van God uit preekt, mag hij namens zijn Zender het leven in Christus verkondigen en uitdelen, opdat in het geloof de zegeningen van Christus aanvaard worden: vergeving van zonden en eeuwig leven.
De dienaar weet zich de stem van de Meester en verwoordt zijn boodschap als zodanig. Hij komt niet tot formuleringen als: 'Gemeente, mogen we elkaar daarom voorhouden dat ...' Onverlet blijft dat een dienaar van het Woord ook tegen zichzelf preekt, maar dat is hier niet aan de orde.

Climax
Bovenstaande heeft alles te maken met het ervaren van een climax in de prediking. Kan het zijn dat, hoewel de tekst zorgvuldig wordt uitgelegd, de prediking niet werkelijk het hart raakt en de hoorder meeneemt? Waar 'van Bovenaf', vanuit de daden van God gepreekt wordt, raakt dit ons leven, ons concrete bestaan en moet er een beslissing vallen. Buigen voor Hem of struikelen over Hem. Hier gaat het over de zogenoemde sleutelmacht in de prediking, waarbij 'het hemelrijk ontsloten of toegesloten wordt' (Zondag 31 van de Catechismus). Die aangrijpende werkelijkheid is er dat het woord van het evangelie niet alleen een goede reuk in Christus is, maar ook een reuk des doods kan zijn in hen die verloren blijven. 'Waar de scherpe wetsprediking zich in volmacht voltrekt en met ontzag wordt verstaan, behoort het tot diezelfde volmacht om de genade af te kondigen als een goddelijke stand van zaken voor ieder die gelooft' (A. de Reuver).
Het is een zegen dat in de Reformatie een helder zicht verwoord is op de prediking als de bediening van de verzoening. Het kerkelijk onderwijs uit die jaren heeft vorm gekregen in de klassieke liturgische formulieren, zoals die onder ons nog altijd gebruikt worden bij de bevestiging van een predikant:
'In de eerste plaats moet hij het Woord des Heeren, dat door de geschriften van profeten en apostelen is geopenbaard, grondig en getrouw aan de gemeente uitleggen. Hij zal het toepassen, zowel in algemene als in bijzondere zin.' Waarom? Omdat aan de apostelen en de herders de bediening van de verzoening gegeven is.

Gebed
Waar de dienaar van het zichzelf zien als uitdeler van menigerlei genade, stempelt dit zijn leven en zijn levenstaak. Want een volmacht kun je niet claimen, maar moet een dienaar steeds ontvangen. Als God mensen tot Zijn dienst roept, worden ze vervolgens ook tot de dienst afgezonderd.
Dat betekent geen wereldvreemdheid, maar wel volledige overgave en toewijding aan deze taak. Die opdracht mogen we brengen op de noemer van het bekende gezegde 'bid en werk'. Om met dat laatste te beginnen, zonder een nauwkeurige voorbereiding kan het niet. Luther heeft ons geleerd dat we elke tekst net zo lang moeten bekloppen, tot we Christus erin horen.
Oefening in het luisteren naar een bijbelwoord is nodig, stilte en innerlijke rust om het Woord te ontvangen en te onderzoeken, gaan aan elke verkondiging vooraf.
Maar het gebed is vooral het geheim van de bediening van de verzoening.
Dr. Martyn Lloyd-Jones heeft gezegd dat kennis belangrijk is, omdat zonder kennis een predikant geen getuige kan zijn, maar 'om daadwerkelijk getuigen te zijn, heeft u bovendien de kracht, de zalving en de betoning des Geestes nodig'. Het Koninkrijk van God is immers niet gelegen in woorden, maar in kracht. En het evangelie wordt een schat in aarden vaten genoemd, 'opdat de uitnemendheid van de kracht uit God zij en niet uit ons'.
Tijdens een verblijf van John Livingstone in Noord-Ierland werd het avondmaal gehouden, waarbij enkele dagen achtereen het Woord bediend werd. Toen deze dominee gevraagd werd in een extra dienst voor te gaan, was hij bevreesd, ziende op zijn verantwoordelijkheid. Het grootste deel van de nacht bracht hij door in gebed. Vrede met God vond hij niet, tot God hem de zekerheid gaf dat zijn prediking met grote kracht gepaard zou gaan. In die dienst ... werden er vijfhonderd mensen aan de kerk toegevoegd. Het leermoment uit een dergelijke indrukwekkende gebeurtenis voor ons is dat een zorgvuldige voorbereiding en de bediening van de Heilige Geest beide nodig zijn. Waar de Bijbel spreekt over bidden en vasten, zoals bij Anna in de tempel, zien we dat God op een heel zegenrijke manier gediend wordt.

Verwachting
Waar onze predikanten zich zo voorbereiden, in afzondering vanwege hun hoge roeping, is er verwachting van de prediking. Hoe aangevochten een dergelijke levenshouding ook is in ons onrustige bestaan, inleveren hierop zou de prediking van zijn kracht beroven. Nog een keer Lloyd-Jones tegen de predikanten: 'Zegt u alleen tegen uzelf: Wel, ik heb mijn toespraak voorbereid; ik ga deze toespraak voor hen houden; er zullen er zijn die dat waarderen en anderen weer niet. Verwacht u dat u hiermee een ommekeer in iemands leven brengt? Verwacht u dat er iemand een hoogtepunt zal beleven? Dat is de bedoeling van de prediking.
Dat is het wat u in de Bijbel vindt en later in de geschiedenis van de kerk.
Zoek deze kracht, verwacht deze kracht, verlang naar deze kracht. Laat Hem Zijn kracht in en door u openbaren.'
Bezinning op de prediking is en blijft nodig. Centraal daarbij staat de overtuiging dat het 'door Mijn Geest geschieden zal'. Het geheim ligt daarom in de binnenkamer en de studeerkamer.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 2005

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's

De volmacht van de prediking

Bekijk de hele uitgave van donderdag 31 maart 2005

De Waarheidsvriend | 16 Pagina's