Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Kerk-Historische Agenda 2006, die mede door inspanning van Protestants Nederland is uitgegeven, staat bij donderdag 23 februari Polycarpus van Smyrna, de in het jaar 70 geboren martelaar van de Vroege Kerk. Een fragment:

De naam van Polycarpus leeft voort. Niet alleen in onze Kerk-Historische Agenda. Polycarpus liet ons ook een aantal brieven na, waarvoor weer belangstelling is. De christenen van de Vroege Kerk gaan ons aanspreken naarmate het christendom in Europa meer en meer een minderheid wordt. En in Smyrna? Het stadion waar Polycarpus is verbrand, is volgebouwd met huizen. In Smyrna is alleen een kerk die herinnert aan Polycarpus. Deze rooms-katholieke kerk – in 1660 gebouwd, in 1690 en in 1898 aanzienlijk vergroot – bezit vele fresco’s over het leven van Polycarpus. Toeristen bezoeken de kerk, bekijken de fresco’s, en … gaan weer. Wie denkt er aan de keuze die christenen destijds moesten maken: de keizer eren en leven, of Christus belijden en sterven. De dichter Willem de Mérode schreef het mooie gedicht Vitellus.

Vítellus
Waar is Vitellus, de wafelverkoper?
Waar is Vitellus, die snelle loper?
Hij danste als hij liep, en hij stond op één voet,
zijn wafels waren zo warm en zoet.

De keizer kocht, en de gladiatoren,
en de keizerin heeft van hem gekocht.
Hij mocht alles zien en alles horen,
was overal en nergens als men hem zocht.

Vitellus komt in paleizen en kroegen.
Men weet nooit wat hij doet, en nooit waar hij is.
Hij sprak straks met lieden die ketenen droegen,
zij vertrouwen hem, want hij tekent de Vis.

Vitellus heeft voor Christus gekozen,
hij loopt bij christenen uit en in.
Wáár is Vitellus, brullen de matrozen,
dat bakkertje was zo naar onze zin.

Men heeft Vitellus gevangengenomen,
op een nacht, met veel 'godsdienstig gespuis'.
Toen de keizer het hoorde, liet hij hem komen,
hij wou Christus niet vloeken, hij moest aan ‘t kruis.

Men heeft hem slechts aan het hout gebónden,
hij is jong en mooi, men liet hem graag vrij.
Spijker maar vast mijn lijf vol zonden,
sprak hij; Here Jezus, denk aan mij.

Allen die aten van zijn wafels
zien hoe een leeuw hem bespringt en verscheurt.
Slaven verwijderen bloed en rafels,
men praat en lacht of er niets is gebeurd.

Waar is Vitellus, de wafelverkoper?
Waar is Vitellus, de snelle loper?
Vitellus zag Christus, verliet zijn gewin
en snelde de Heer na, de hemel in.

In De Christenvrouw herinnert dr. C. Vermeulen aan De brief van Marcus aan Nicolaas in de 5e eeuw:

Bij de woestijnvader Marcus lezen we wel anders. Hij leefde in de 5e eeuw in het heilige land. Op een dag kreeg hij een brief van Nicolaas, een jonge man die hij eens had ontmoet. Nicolaas wilde zo graag met God leven, maar hoe meer hij het probeerde, hoe meer namen boze gedachten hem in bezit. Hij verlangde naar vrede maar hij bleef in onrust. Hoe zou Christus ooit gestalte in hem krijgen? Nicolaas was van nature opvliegend en zijn begeerten kon hij ook niet erg de baas worden. Ze namen hem telkens gevangen en dan brachten ze hem in dorre streken, ver van God. 'Wat moet ik doen?', vroeg hij aan Marcus.
Hij kreeg een prachtige brief terug: 'Dit moet je doen om een leven naar Gods wil te beginnen, schreef Marcus, je moet zonder ophouden alle zegeningen die God je vroeger en nu tot je heil geschonken heeft, in herinnering roepen. Deze voortgaande herinnering zal je hart aansporen zoals een paard de sporen krijgt en je helpen om op te staan uit je traagheid en vergeetachtigheid en dankbaar God te gaan dienen. Denk aan dat woord uit Psalm 116: “Hoe zal ik de HERE vergelden al zijn weldaden jegens mij?'
De drie sterkste wapenen die satan tegen Gods volk gebruikt zijn de vergeetachtigheid, de luiheid en de onwetendheid. Drie Filistijnse reuzen zijn het en zij vormen de voorhoede van een heel legioen demonen. Daal dus af in je hart, doe de wapenrusting Gods aan en bestrijd die reuzen met de wapens van het gedenken aan God, de ijver voor Zijn Naam en de geestelijke kennis. Het gedenken aan God is de bron van alle zegen, de ware ijver doet je ziel verlangen naar het heil en de geestelijke kennis zal je uit je sluimertoestand laten ontwaken en met haar licht de duistere onwetendheid verdrijven.’

Hier volgt een stukje dat voor zichzelf spreekt. Hoe onze voormalige minister van Sociale Zaken in godsdienstig opzicht opschoof, zegt hij in Ad Interim het nieuwe blad van de vrijzinnige geloofsgemeenschap(pen):

Van huis uit ben ik vrijgemaakt gereformeerd. Later ben ik opgeschoven naar een Nederlands Gereformeerde Kerk. In het begin van de jaren negentig zijn mijn vrouw en ik lid geworden van de vrijzinnige Kloosterkerk in Den Haag. Toen we in onze huidige woonplaats kwamen zijn we lid geworden van de Vrijzinnige Geloofsgemeenschap NPB.
Voor ons is het eigenlijk een geleidelijke ontwikkeling geweest. Tijdens mijn avondstudies en later toen ik aan de Erasmus Universiteit werkte, verbreedde mijn horizon zich steeds meer. Daarna kwam ik in het meerstromenland van de politiek terecht, ik kwam met allerlei andere geloofsovertuigingen in aanraking en zo breidde het blikveld zich uit. Geleidelijk aan ging ik mijn eigen vrijgemaakte achtergrond kritischer toetsen. Dan merk je dat je het godsbeeld van God die alles bestuurt, langzaam kwijtraakt. Net als vele anderen las ik Kuitert en maakte zijn ontwikkelingsgang mee. Ik las het monumentale boek van Teun de Vries over de geschiedenis van de vele ketterbewegingen in de christelijke kerk. Recentelijk las ik de boeken van Karen Armstrong, die hebben me bijzonder geboeid. Van het echte godsgeloof is niet veel over, maar ik blijf me verbonden voelen met de basiswaarden van het christendom. Daarom ben ik ook lid van de vrijzinnige gemeenschap
.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 2006

De Waarheidsvriend | 13 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 9 maart 2006

De Waarheidsvriend | 13 Pagina's