Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De NBV in Van Dale kopt een artikel van Ton de Boon in Met Andere Woorden (N.B.G.). Twee fragmenten:

De invloed van de Bijbel op de woordenschat (en het woordenboek)
Van oudsher heeft de Bijbel een grote invloed op onze taal gehad. Veel algemeen idioom, variërend van uitdrukkingen als addergebroed tot een arbeider in de wijngaard des Heren en de tale Kanaäns, houdt verband met enige vertaling van de Bijbel. In de tijd dat het christelijk geloof velen bezighield en de Bijbel nog dagelijks aan veler tafel gelezen werd, werd de bijbeltaal gemeengoed. Gods woord bepaalde mede onze woordenschat. Vaak zelfs in die mate dat woorden en woordverbindingen die in de context van de Bijbel een bepaalde betekenis hadden, diezelfde betekenis geleidelijk aan ook buiten de Bijbel kregen. Zo kreeg zondares naast de algemene betekenis 'vrouw die zonden begaat of begaan heeft' in de algemene taal ook de specifieke betekenis 'overspelige vrouw' naar aanleiding van een interpretatie van het verhaal in Lukas 7.
Sommige woorden hebben een specifiek bijbelse betekenis in de algemene taal behouden, zoals addergebroed en hoereren, maar de meeste van dergelijke woorden staan inmiddels bekend als typisch bijbeltaal. Oude bijbeltaal welteverstaan, want woorden als beweegoffer, ongeheveld, spijsoffer en wederpartijder zijn woorden die niet (of in het geval van spijsoffer, nauwelijks) meer voorkomen in de hedendaagse bijbelvertalingen. Omdat de context waarin zulke woorden worden aangetroffen beperkt is, vermeldt het woordenboek bij de behandeling van deze woorden dat het om bijbeltaal gaat. Dat label geeft aan dat het gebruik ervan beperkt is. Naarmate de oudere bijbelvertalingen minder gelezen worden – wat onder meer te wijten is aan een afnemende orthodoxie maar bijvoorbeeld ook aan de publicatie van de Nieuwe Bijbel Vertaling – zal dergelijke oude bijbeltaal in onbruik raken en op den duur geheel verdwijnen – niet alleen uit onze taal, maar ook uit het woordenboek. De vraag is natuurlijk: komt daar iets voor in de plaats?

• Opnamecriteria
Taal ontwikkelt zich onder invloed van culturele, maatschappelijke, economische en technologische ontwikkelingen. Veranderingen in de werkelijkheid leiden tot nieuwe woorden, betekenissen of uitdrukkingen, die kunnen inburgeren en dan uiteindelijk een plaatsje in het woordenboek krijgen. De Grote Van Dale hanteert als opnamecriterium voor nieuwe taalvormen en betekenissen dat ze een aantal jaren gangbaar moeten zijn geweest in de beschrijvingsperiode van het woordenboek. In het algemeen gaat de redactie ervan uit dat taalvormen en betekenissen hun gangbaarheid hebben bewezen als ze circa drie jaren met enige regelmaat in Nederlandstalige bronnen zijn aangetroffen, dat wil zeggen in (landelijke) kranten in Nederland (o.m. AD, NRC Handelsblad, Trouw en Volkskrant) en Vlaanderen (o.m. De Morgen en De Standaard), in opiniërende tijdschriften, op de radio of de televisie. De NBV heeft in de jongste editie van de Grote Van Dale nauwelijks sporen kunnen achterlaten, want deze bijbelvertaling verscheen kort voor de publicatie van de 14e druk van het woordenboek. Typische NBV-woorden hebben daardoor nog nauwelijks de kans gehad om in de algemene taal door te dringen, laat staan om die duurzaam te beïnvloeden. Dientengevolge is de 14e editie van de Grote Van Dale nog sterk gericht op oudere bijbelvertalingen, variërend van de Statenvertaling tot de NBG-vertaling uit 1951. De NBV wordt in de Grote Van Dale in feite slechts door enkele woorden (cistusbars, klanktaal) vertegenwoordigd, waarvan de meest spraakmakende het woord huidvraat is. Dit woord, simpelweg omdat dat woord nogal uitvoerig in kranten en andere niet-specialistische media is besproken. Daardoor is het min of meer tot de algemene taal gaan behoren. Eventuele andere invloeden van de NBV – afgezien van conventies met betrekking tot spelling – zullen pas in de toekomstige edities van het woordenboek zichtbaar worden.

Gordel van God heet een boek van Willem Oosterbeek, ‘een voettocht langs ‘s Heeren wegen’ (uitgave Immerc, Wormer). De schrijver, ‘journalist en atheïst’, geboren in ‘een gereformeerd gezin’, ging te voet langs de bijbelgordel, van Staphorst tot Goes. Hij tekent op wat hij tegenkwam maar geeft ook verslag van ontmoetingen met min of meer bekende personen uit de ‘gordel’ (o.a. Oudenburg, Hardonk, ds. J.P. Boiten, ds. C.G. Vreugdenhil, Jan Zwemer). Hier volgt het slot van zijn in vele opzichten herkenbare reisimpressie:

Ben ik, honderden kilometers verder en vele gesprekken later, iets wijzer geworden van de reformatorische bevolkingsgroep? Ja. Het zijn mensen van vlees en bloed voor me geworden. Ik zie hen niet langer als amorfe massa 'zwartenkousenkerk'. Of als een vreemde, obscure sekte met volkomen wereldvreemde ideeën. Natuurlijk zitten er onversneden conservatieven tussen zoals dominee Boiten uit Sliedrecht, die gelooft dat we morgen, of anders in elk geval overmorgen, zullen moeten buigen voor de nieuwe katholieke inquisitie in Rome. Maar ook veel liberaler volk, zoals dominee Vreugdenhil, die met graagte discussieert over zijn ideeën met anderen. Ik heb ontdekt dat er rekkelijken zijn en preciezen. Dat er niet alleen onwrikbare standpunten heersen, maar ook regelmatig momenten van twijfel voorkomen – bij een aantal van hen in elk geval. Ik ben erachter gekomen dat hun standpunt over polio helemaal niet zo wereldvreemd is. Evenmin als hun ideeën over abortus, het zedelijk verval van de jeugd of hun gedachten over het einde der tijden, precies de ideeën waar de Boitens en Vreugdenhils elkaar in herkennen. Ondanks alle onderlinge verschillen heeft de bevindelijk gereformeerde bevolkingsgroep onmiskenbaar één ding gemeen: de Bijbel. Dat is voor hen het boek waar alles om draait. En ze zijn geneigd die Bijbel vrij letterlijk te interpreteren – en van kaft tot kaft te lezen. Aan dat voor hen heilige boek ontlenen ze de richtlijnen voor het dagelijkse leven. Het hele leven. Tot vervelens toe werd ik om de oren geslagen met bijbelteksten. Die Bijbel levert hen echter wel de normen en waarden die ik waardeer en die ervoor zorgen dat ze nooit luid brallend en bier zuipend de tribunes van een stadion zullen bevolken. Of je vrouw voor kankerhoer zullen uitmaken. Het zorgt ervoor dat ze niet te beroerd zijn hun handen uit de mouwen te steken om te voorzien in hun dagelijks brood. En het zorgt er ook voor dat ze het leven niet zien als één groot feest, maar proberen hun bestaan wat meer inhoud te geven.

Maar dan de omslag in zijn waardering:
Ik ben er ook opnieuw achter gekomen hoe knellend de bijbelse banden kunnen zijn. Zo knellend dat ze een verstikkend klimaat opleveren vol regels en bordjes met ge- en verboden. Niet fietsen op zondag. Verboden te dansen. Geen bezoek aan café of bioscoop. Twee keer per week naar de kerk. Seks voor het huwelijk: verboden. Homoseksualiteit: des duivels. Het duidelijkst voelde ik die beklemming tijdens de bijeenkomst van de Bond tegen het vloeken in Rouveen. Daar voelde ik aan den lijve het gebod: gij zult niet afwijken van de norm; de enige juiste norm. Alleen al daarom ben ik, ook aan het einde van mijn tocht, niet bekeerd. Mijn hart verlangt in het geheel niet naar een keurslijf. Ook geloof ik nog altijd niet in God. 'Waar het om gaat is of wij de Heer erkennen als onze meester en de Bijbel als zijn Woord', zei Chris Wisse. Ik moet hem teleurstellen.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 april 2006

De Waarheidsvriend | 17 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 13 april 2006

De Waarheidsvriend | 17 Pagina's