Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Heel de Bijbel mag meedoen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heel de Bijbel mag meedoen

Gereformeerd verstaan van de Schrift [2]

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Reformatie was een terug-naar-de-Schrift-beweging. De betekenis van een gereformeerde manier van het lezen van de Bijbel heeft daarom ook te maken met het tota Scriptura.

Is het dan typisch gereformeerd om het sola Scriptura centraal te stellen? Nee: Luther deed het ook al. Dus het is eerder breed reformatorisch. Waarom dan toch gesproken over de waarde van een gereforméérde hermeneutiek? Dat heeft te maken met het tweede gezichtspunt, dat van het tota Scriptura, het geheel de Schrift. In de lutherse traditie bestaat altijd de neiging de Schrift terug te brengen tot de rechtvaardigingsleer. Dat is immers het ene (en enige) artikel waarmee de kerk staat of valt. Calvijn dacht van meet af aan al breder. Hij zag in de Schrift een dubbele genade naar ons toekomen, de duplex gratia van rechtvaardiging en heiliging. Meer dan Luther had hij oog voor de eigenheid van het Oude Testament naast het Nieuwe (zij het dat hij het Oude natuurlijk wel sterk vanuit het Nieuwe interpreteerde).

Afknellen
Vandaar dat we juist in de gereformeerde traditie zeggen: behalve het sola Scriptura is ook het tota Scriptura van onopgeefbare betekenis. Heel de Bijbel mag meedoen. Daarom moeten we de Schrift niet terugbrengen tot één centraal gezichtspunt. Niet tot de rechtvaardigingsleer, hoe belangrijk die ook is, en ook niet tot de verkiezingsleer. Want dergelijke concentraties gaan al heel gauw als versmallingen functioneren, die andere zijden van het Schriftgetuigenis dreigen af te knellen. Dan is het de theologie die gaat heersen over de Schrift.
Dat is ook in de gereformeerde traditie al te vaak gebeurd en het gebeurt nog. Het is echter niet in overeenstemming met het Anliegen van de gereformeerde Reformatie. Die was werkelijk een terug-naar-de-Schrift-beweging; en de veelheid van gereformeerde belijdenissen getuigt ervan dat de inhoud van die Schrift ook op uiteenlopende wijze verwoord kon worden, bijvoorbeeld van God uit zoals in de Nederlandse Geloofsbelijdenis, of van de mens uit zoals in de Heidelbergse Catechismus et cetera. Ook hier verschilt de gereformeerde familie van de lutherse, die immers wereldwijd haar éne Confessio Augustana kent.

Doperse traditie
In haar tota Scriptura verschilt de gereformeerde traditie naar het mij voorkomt ook van de pentecostale, of minder anachronistisch gezegd: van de doperse traditie. Mede doordat daarin vaak de subjectieve ervaring (of zoals men vroeger zei: het innerlijk licht) geldt als belangrijke kenbron naast of zelfs boven de Schrift, heeft men daarin de neiging met losse bijbelfragmenten aan de haal te gaan, zonder te letten op de heilshistorische en ook cultuurhistorische inbedding daarvan in het geheel van de Schrift. Daaruit is na de Verlichting de fundamentalistische hermeneutiek voortgekomen, waarin teksten als een soort geïsoleerde datapakketjes behandeld worden die dan op ingenieuze wijze aan elkaar gekoppeld worden, vergelijkbaar met de wijze waarop natuurwetenschappers proberen om te gaan met hun waarnemingsgegevens. De gereformeerde hermeneutiek is van huis uit (!!) pneumatologischer van aard, dat wil zeggen minder uit op rationele eenduidigheid; zij heeft meer oog voor de gang die de Geest van God door de geschiedenis gaat met mensen in hun eigen cultuur, met hun eigen verstaanshorizon et cetera.

Heilsbedoelingen
Kortom, zó ziet de gereformeerde hermeneutiek er naar het mij voorkomt in wezen uit. Zij legt alle accent op het primaat van de Schrift zelf, als het goddelijk tegenover in relatie tot al onze menselijke meningen, instituten en tradities. Je zou kunnen zeggen: de gereformeerde hermeneutiek is bij uitstek anti-ideologisch. Ze wil de Schrift beschermen tegen allerlei eigenmachtige menselijke pogingen om haar in dienst te nemen van eigen belangen en idealen, zodat zij zichzelf kan blijven, of liever: instrument van de Geest kan blijven in dienst van Gods heilsbedoelingen.
Dan komen we nu bij de vraag: Hoe functioneert deze hermeneutiek? Nú wordt het tijd om ons hermeneutisch vertrouwen gepaard te laten gaan met de nodige hermeneutische bescheidenheid. In de praktijk blijkt immers dat wanneer we oprecht horig willen zijn aan de Schriften, wanneer we onze eigen inzichten willen inleveren en brengen onder de gehoorzaamheid van Christus, dat niet leidt tot een eensgezinde visie op waar het dan in de Schrift om gaat. Misschien nog wel enigszins als het gaat om de belangrijkste hoofdzaken, maar niet zodra het gaat om de concrete inbedding daarvan. Wel wanneer het gaat om de heilsbetekenis van Christus, niet wanneer het gaat om de vraag naar zuigelingen- of volwassendoop, naar twee of drie verbonden, naar verbond of verkiezing als centraal theologisch begrip.
Op dit gebrek aan eensgezindheid gaat natuurlijk de ontstellende verdeeldheid van de gereformeerde kerkfamilie terug. Rome heeft niet helemáál ongelijk wanneer zij stelt dat zodra je de uitleg van de Bijbel overlaat aan de lezer zelf in plaats van deze centraal vast te stellen, het hek van de dam is en je de ene kerkscheuring na de andere krijgt.

Doorgaande Schriftstudie
De gereformeerde hermeneutiek laat zich dus niet terugbrengen tot enkele gemakkelijk hanteerbare principes of richtlijnen, waar dan een eenduidig resultaat uit komt rollen. Integendeel, zij bergt een blijvende opdracht in zich tot doorgaande Schriftstudie. Daarmee zijn we nooit klaar. Het is telkens weer een worsteling om onze eigen denkbeelden te stellen onder de kritiek van het Woord. In veel situaties zullen we elkaar niet kunnen overtuigen.
Dat alles is mijns inziens geen reden om terug te gaan achter het sola Scriptura van de Reformatie. Net als de inwoners van Berea hebben we telkens weer nauwkeurig te onderzoeken of de dingen vanuit de Bijbel gezien kloppen, om daarop ons geloof af te stemmen. Een centraal leergezag is immers maar een schijnoplossing voor de hermeneutische problematiek.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 augustus 2008

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Heel de Bijbel mag meedoen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 augustus 2008

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's