Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Er staat wat er staat

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Er staat wat er staat

Gereformeerd verstaan van de Schrift [3, slot]

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het zal duidelijk zijn dat de gereformeerde hermeneutiek niet alleen beschrijvend is, maar niet minder een gegeven dat normatieve geldingskracht heeft. Elke christen zal zich immers door de Schrift (moeten) willen laten leiden. Daarom zul je er naar zoeken wat de Schrift zegt.

Filosofisch gezien houdt dit wat wel genoemd wordt een realistische betekenistheorie in. Daarmee bedoel ik dat een tekst een vaststaande betekenis heeft, en dat het in principe (zij het niet altijd in de praktijk) mogelijk is deze te achterhalen. Deze betekenistheorie staat in onze postmoderne tijd geweldig onder druk. Toch is de mogelijkheid en zelfs het goed recht ervan mijns inziens niet weerlegd. Er zijn dan ook nog altijd zeer bekwame auteurs die haar verdedigen. Ik denk aan de Amerikaanse theoloog Kenneth Vanhoozer en in ons land de filosoof dr. René van Woudenberg en diens boekje Filosofie van taal en tekst. Uit dat laatste werkje het volgende citaat:

‘De betekenis van een tekst verandert niet met de tijd maar blijft dezelfde vanaf het moment dat de tekst gecomponeerd is (…). Uiteraard kan in verschillende tijden eenzelfde tekst heel verschillend worden gewaardeerd, heel verschillend emotioneel worden beleefd. Maar dit heeft geen invloed op de betekenis van de tekst. Uiteraard is het zo dat lezers de teksten die zij lezen met een bepaalde verwachting tegemoet treden. Dat heeft zeker invloed op wat men uit de tekst haalt. Echter: het heeft geen invloed op de betekenis van de tekst. De tekst heeft de betekenis die zij heeft, onafhankelijk van onze benadering, onafhankelijk van wat wij eruit halen.’
Om met mijn voormalige wijkpredikant ds. J. Vos te spreken: je kunt heel lang discussiëren over wat een bepaalde bijbeltekst betekent, maar er is ook een moment waarop je moet zeggen: er staat wat er staat en er staat dus niet wat er niet staat. Je kunt niet elke willekeurige interpretatie aan een bijbeltekst geven. Hetzelfde geldt voor de Bijbel als geheel: er zijn interpretaties die de Bijbel als geheel onrecht doen, of onvoldoende recht.

Nieuwe kanten
Nu is het niet altijd gemakkelijk aan te geven wanneer en in welke mate dit het geval is. Toch lijkt me dat er in dit verband wel één globale richtlijn is.
Er is binnen de christelijke gemeenschap ruimte voor hermeneutische diversiteit, óók vanuit het sola Scriptura. Ik denk dat we er geen goed aan doen dat te ontkennen, maar dit van onze postmoderne tijdgenoten moeten willen leren. Met de Zuid-Koreaanse theoloog Seung-Goo Lee zeg ik echter wel: ‘… de interpretaties van de Schrift die binnen de christelijke gemeenschap toelaatbaar zijn, dienen het sola Scriptura en tota Scriptura te respecteren; zij dienen dus het uiteindelijke gezag in onze theologische discussies bij de Schrift te leggen, en daarbij te pogen om aan elke kant van de Schrift recht te doen’.
Daarbij moeten we ons overigens realiseren dat juist dat tota Scriptura ons telkens weer voor verrassingen kan plaatsen. Niet alles wat de Schrift ons zegt, is bijvoorbeeld ten tijde van de Reformatie helemaal verstaan en vertolkt. Ik denk aan wat we in de Bijbel lezen over Israël, over de zendingsopdracht, over het centrale belang van het Koninkrijk Gods. Zo kunnen in elke tijd weer nieuwe kanten van het tota Scriptura oplichten, zonder dat we het voorgaande generaties kwalijk kunnen nemen dat zij bepaalde dingen in hun tijd niet zagen.

Doorslaggevend
Dat neemt echter niet weg dat we er wel naar moeten streven om telkens weer de Schrift zelf de doorslag te laten geven. Voorzover we over en weer bereid zijn om te erkennen dat de Bijbel het mag zeggen, en dat wij slechts proberen naar ons beste inzicht de Schrift te verstaan en vertolken, is er legitieme verscheidenheid in de uitleg van de Bijbel mogelijk.
Anders wordt het wanneer openlijk gesteld wordt dat we aan de Schrift uiteindelijk geen boodschap meer hebben, maar bij onze eigen intuïties te rade moeten gaan. Even toegespitst op een concreet thema: het maakt verschil of je meent dat homoseksuele relaties in liefde en trouw in de christelijke gemeente acceptabel zijn omdat de Bijbel daar goed beschouwd ruimte voor geeft, of dat je meent dat ze acceptabel zijn, hoewel je heel goed beseft dat de Bijbel er geen ruimte voor geeft. Soortgelijke opmerkingen zouden te maken zijn over de doopkwestie, de vraag naar wel of geen chiliasme, de uitleg van Genesis 1-3 etcetera. Bepalend is steeds: erkennen we dat de Schrift in al haar verbanden uiteindelijk de doorslag mag geven?

Opvoeding en opleiding
Dan nog blijft echter de vraag naar de grenzen van wettige interpretaties staan. Sommige interpretaties lijken nu eenmaal voor de een vanzelfsprekend, terwijl de ander er een gekunstelde poging in ziet om eigen wensen in te lezen in de Schrift (de poging om het goed recht van homoseksuele relaties aan de Schrift te ontlenen, is hier opnieuw een goed voorbeeld). Dat brengt ons bij het inzicht dat de uitleg van de Bijbel óók wanneer je het sola en tota Scriptura hoog wilt houden onvermijdelijk mede gekleurd en gestempeld wordt door ons eigen voorverstaan: onze opvoeding, de opleiding die we genoten hebben, onze culturele context etcetera, etcetera. Wij kunnen ons aan de invloed daarvan op ons Schriftverstaan onmogelijk onttrekken.
Je zou kunnen zeggen dat er in onze omgang met de Schrift sprake is van een ellips met twee polen: aan de ene kant de Bijbel, aan de andere kant wijzelf met alles wat me met ons meedragen. Belangrijk is daarbij echter dat we ons van onze tijd- en cultuurgebondenheid bewust zijn, en ons daarom voortdurend door de pool van de Bijbel willen laten storen. Dáárin kan het ook helpen om kennis te nemen van andere kerkfamilies.

Belijdenisgeschriften
In het eerste artikel in deze serie betoogde ik dat de gereformeerde hermeneutiek de beste is, en dat laat ik staan. Dat betekent echter niet dat we ons pretentieus zullen moeten opstellen jegens anderen. Integendeel, juist vanuit het sola Scriptura zullen we met ernst luisteren naar wat anderen uit diezelfde Schrift hebben opgevangen, in de hoop ons eigen verstaan daarmee mogelijk te verrijken. Hetzelfde geldt overigens minstens zozeer voor onze traditie. Ook daartegenover was ik kritisch, want de Schrift gaat boven onze tradities. Toch helpt de traditie – en in het bijzonder haar kristallisatiepunten in de belijdenisgeschriften – ons natuurlijk geweldig in ons verstaan van de Schriften. We kunnen er slechts tot onze schade aan voorbijgaan.
Inderdaad: een hermeneutische heen-en-weer-beweging is dus onontkoombaar. Maar
a. zij is niet specifiek ‘rooms’ (de rooms-katholieke leer van Schrift en traditie behelst iets anders, namelijk de Traditie als geheime mondelinge overlevering náást de Schrift) en
b. is zij positief te waarderen. Juist in die voortgaande beweging leren wij voortdurend bij, en blijft de Schrift een nooit opdrogende bron die voortdurend nieuwe schatten prijsgeeft. Sterker nog: wij zullen voortdurend werk moeten maken van deze beweging en nooit op onze lauweren kunnen rusten vanuit de gedachte dat we het allemaal al weten!

Laten verrassen
De term ‘gereformeerde hermeneutiek’ is onder ons geïntroduceerd door prof. C. Graafland in het openingsnummer destijds van het tijdschrift Kontekstueel. Er was prof. Graafland juist enorm veel gelegen aan dít punt: dat wij – ook als theologen bij de preekvoorbereiding – geen stolp over de Schrift hebben liggen maar voortdurend blijven zoeken naar wat de Schrift nu zélf zegt, óók in haar doorgaande lijnen, en ons daardoor ook willen laten verrassen.
Dat zal niet alleen ons persoonlijk geestelijk leven ten goede komen, maar ook de prediking en daarmee de kerk. Juist deze voortgaande hermeneutische beweging vanuit onze tijd en situatie naar de Schriften en weer terug is een machtig middel waardoor de Geest naar Christus’ belofte de kerk wil leiden in alle waarheid.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 augustus 2008

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's

Er staat wat er staat

Bekijk de hele uitgave van donderdag 28 augustus 2008

De Waarheidsvriend | 20 Pagina's