Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Vasten en geven

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vasten en geven

Leven met God in tijd van welvaart [2b]

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het beoefenen van de stilte is een belangrijke dagelijkse geestelijke oefening. Maar het gaat ook om beslissingen met een lange doorwerking.

O oit heb ik besloten geen MSN, Hyves of Facebook te gaan gebruiken omdat ik vreesde tureluurs te worden van al die opfloepend schermpjes. Ik zit wel op het professionele netwerk LinkedIn en dat is gelukkig een rustige omgeving. Ik heb besloten niet te gaan twitteren. Soms twijfel ik, omdat het ook wel nuttig kan zijn, maar het voordeel weegt niet op tegen de onrust. Ik ervaar deze keuzes als geestelijke oefeningen die heel hard nodig zijn om de onrust het hoofd te bieden.

Onrust die het geestelijke en het psychische leven bedreigt. Ik probeer er ook met mijn kinderen over te praten, maar gemakkelijk is dat niet.

Vasten

Naast stilte noem ik een andere discipline van onthouding: vasten. Het beoefenen van vasten zou wel eens de belangrijkste geestelijke oefening kunnen zijn om los te komen van het web van consumptieovervloed. Ook hier is het belangrijk om te beginnen bij het oefenen in vasten zonder meer.

Vasten dus zonder daar een ander doel mee na te jagen. Concreet: begin er eens mee om één enkel moment in de week een maaltijd of een onderdeel van een maaltijd achterwege te laten.

Gebruik de tijd die je anders nodig zou hebben om te eten bijvoorbeeld om in de Bijbel te lezen. Wat je dan doet is je oefenen in het woord van Jezus dat je niet zult leven bij brood alleen maar bij ieder woord dat uit de mond van de Heere uitgaat. Wie dat aandachtig doet ontdekt dat er inderdaad een overvloed bij God is waar je van leven kunt. Het is belangrijk om ruimte te scheppen om van díe overvloed te proeven: aandachtig, bewust, genietend, ontvangend.

Als je dat eenmaal geproefd hebt, ga je ermee oefenen in de rest van de week. Op het moment dat je bijvoorbeeld in de verleiding komt een impulsaankoop te doen, wordt het gemakkelijker om tegen jezelf te zeggen dat dat je gevoel van leegte niet zal wegnemen. Op het moment dat je langs een billboard fietst, dat je een reclame hoort of je iemand enthousiast over iets hoort vertellen kun je daar toch even afstand van nemen en denken: nou, zou dat nou?

Lange doorwerking

Het gaat ook om beslissingen met het oog op de lange termijn. Beslissingen met het oog op consumptie worden heel gemakkelijk consumptiepatronen. Grote aankopen kun je meestal alleen doen als je er geld voor leent of het aan je spaargeld onttrokken geld per maand weer aanvult. Beide betekenen een maandelijks terugkerende

In de serie ‘Leven met God in tijd van welvaart’ is dit de laatste bijdrage van het tweeluik over discipelschap in een tijd van overvloed. Volgende week schrijft mw. Carla van der Vlist over ‘Een antenne voor sociale en financiële noden om ons heen’.

uitgave, wat je speelruimte beperkt. Voor je het weet is er eigenlijk geen ruimte meer om te geven. Of in elk geval niet genoeg ruimte. Korte termijnbeslissingen hebben soms een lange doorwerking.

Geven

Dat brengt me bij een discipline van toewijding die voor ons thema van groot belang is: geven. De oefening van het geven is naast vasten misschien wel de belangrijkste oefening die ons helpt om verbonden te raken met de overvloed van God.

Ook als het om geven gaat is het belangrijk om te beginnen bij geven zonder meer. Dus nog even niet bezig zijn met de vraag aan wie je geeft of aan wat, maar beginnen bij het geven op zich. Heel concreet: welke plek heeft het geven in het leven met God?

Op de laatste dankdag hield ik een preek over het geven van de tienden. Voor mijzelf (en naar ik begreep ook voor mijn gemeenteleden) was dit een uiterst leerzame preek. Wat mij vooral weer in de oudtestamentische gegevens trof is dat het afzonderen van gaven daar prioriteit heeft. Geven is in het Oude Testament nooit een sluitpost, iets wat je doet nadat je eerst je vaste lasten hebt betaald en hebt geconsumeerd. Nee, geven is de openingshandeling. Of het nu om eerstelingenoffers gaat of om de tienden: het eerste waartoe een Israëliet zich geroepen wist was het afzonderen van de gaven.

De bedoeling daarvan is ook duidelijk: door geven tot prioriteit te maken word je er steeds aan herinnerd dat we leven van de geef. Hoe hard we ook werken, hoeveel we ook verdiend denken te hebben, uiteindelijk leven we uit de hand van onze Schepper.

Het is dus een heel vruchtbare geestelijke oefening om in onze financiële planning te beginnen met het vaststellen van onze giften en pas daarna te kijken naar onze vaste lasten en ruimte voor vrije besteding. Want op die manier oefenen we ons erin om los te raken van onze eigen overvloed en dat schept weer ruimte om anders met ons koopgedrag en consumptiepatroon om te gaan.

Een altijd weer terugkerende vraag daarbij is of we in de christelijke gemeente gehouden zijn aan de 10 procentregel. Naar mijn mening moeten we als christenen niet op een wettische manier met de 10 procentregel omgaan. Feit is wel dat het handelen in de geest van deze wetten heel heilzaam is.

Karaktervorming

Het is belangrijk om bij het denken over discipelschap in een tijd van overvloed weg te blijven van moralisme en wetticisme. Discipelschap is geen kwestie van je aan de regeltjes houden of elkaar een schuldgevoel aanpraten over allerlei concrete zaken in ons leven. In discipelschap gaat het ten diepste om karaktervorming naar het beeld van Christus. In die karaktervorming gaat het onder andere om het aanleren van nieuwe gewoontes en levenspatronen, zodat ze ingeslepen worden in ons innerlijk. Het gaat bij christelijke karaktervorming ook om het beoefenen van christelijke deugden, zoals matigheid, nederigheid et cetera. Dit alles gaat dus nog vooraf aan concrete vragen als wat koop ik wel en niet en hoe moet ik omgaan met al die informatiestromen.

Tot slot een citaat van Graham Tomlin, uit zijn mooie boek Geestelijk fit. Over christelijke karaktervorming. Hij schrijft: ‘Discipelschap gaat over de ontwikkeling van christelijk karakter. Anders gezegd: de ontwikkeling van het vermogen om Gods wil te doen zonder daar echt over na te denken – in zekere zin moeiteloos.

Christelijke deugden worden alleen ontwikkeld in relatie met andere christenen, in de kerk. Maar als kerken deze taak serieus nemen, moeten ze er misschien heel anders uit gaan zien dan ze nu doen. De uitdaging is dat kerken net zo toegewijd zijn aan het doel van spirituele gezondheid en conditie, de ontwikkeling van christelijke deugden, als sportscholen toegewijd zijn aan de ontwikkeling van fysieke gezondheid en conditie. Dat is de echte uitdaging. En deze taak is van levensbelang. Niet alleen de overleving van de kerk, maar ook die van onze cultuur en zelfs die van de planeet waarop we leven staat op het spel.’

B.J. van der Graaf

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 maart 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Vasten en geven

Bekijk de hele uitgave van donderdag 4 maart 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's