Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christelijke duurzaamheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christelijke duurzaamheid

Leven met God in tijd van welvaart [5]

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De waardigheid en het welzijn van mens en dier moeten een christen op het hart gebonden zijn. Wie uitroept ‘Na mij de zondvloed’ en maar raak leeft met wat de Heere ons heeft toevertrouwd, die roept een oordeel over zichzelf uit.

H et land achter bijna ieder huis waar ik als kind opgroeide, had z’n eigen vuilnishoop. Een plek achteraf waar je alles wat je niet meer nodig had kwijt kon. De verlopen olie uit de tractor van de buren ging voor een deel de slootkant in. Private vervuiling, dat was het. Het gebeurde op tal van plekken. Niet alleen achter woonhuizen en boerderijen, ook bedrijven en allerhande officiële instanties waren vervuilend bezig. Door die vervuiling en door ons consumptiegedrag hebben we er met elkaar voor gezorgd dat we in een ecologische crisis en een klimaatcrisis terechtgekomen zijn.

In de kleinschaligheid van de plaatselijke vervuiler en in de grootschalige verspilling hebben ook christenen – mijzelf incluis – nadrukkelijk verzuimd gestalte te geven aan wat rentmeesterschap in Gods schepping van ons vraagt.

Door onze onwetendheid en nalatigheid hebben we de aarde schade toegebracht. Het ecosysteem van de aarde is in gevaar, en daar hebben we met ons allen schuld aan. De hebzucht heeft zich – veel meer dan we voor waar willen houden – in het leven van christenen genesteld. Ook na ontvangen genade. Ik zeg dat omdat het me opvalt dat het bijna altijd mensen zijn van buiten de kerken die de vinger op het heikele punt van de vervuilde aarde leggen. Terwijl christenen als trouwe bijbellezers al veel eerder een tegendraadse beweging hadden moeten maken. Voor we het in de gaten hebben, hebben we de radicaliteit van de Schrift ingeruild voor de vanzelfsprekendheid van de heersende orde.

Verklaring

Toch zijn er ook christelijke tegendraadse bewegingen. De, naar de hoofdstad van Ghana vernoemde, Accraverklaring, bijvoorbeeld. Toen ik preses was, werd deze op de generale synode van de Protestantse Kerk behandeld. De verklaring stelt dat ‘oorlogen om hulpbronnen de levens nemen van miljoenen mensen (…), dat klimaatverandering, de uitputting van visvoorraden, ontbossing, bodemerosie en de bedreiging van schoon water slechts enkele van de verwoestende effecten zijn’.

Onder verwijzing naar een veelheid van bijbelteksten laat deze verklaring uit het Zuiden zien dat we op de tekenen der tijden moeten letten. Romeinen 8:22 bijvoorbeeld: ‘Wij weten dat heel de schepping gezamenlijk zucht en gezamenlijk in barensnood verkeert tot nu toe.’ Deze christenen uit het Zuiden zien een dramatische overeenkomst tussen het lijden van de mensen en de schade aan de rest van de schepping. Ze roepen op tot vernieuwing van het leven – vooral bij ons in het Westen.

In dat ‘wij weten’ uit Romeinen 8 zit opgesloten dat wij, christenen uit de welvarender delen van de aarde, er niet boven staan. Wij maken er deel van uit. Héél de aarde is Gods schepping.

Alledaagse leven

De eeuwen door hebben christenen beleden: ‘Ik geloof in God de Vader, de Almachtige, Schepper van hemel en van aarde.’ Het is niet zomaar dat hier schepping van hemel en aarde genoemd wordt. Die belijdenis wil gestalte krijgen in het gewone, alledaagse leven. Daarom is het goed dat een christen voor dat alledaagse leven aanwijzingen zoekt in de Bijbel.

Ik vind het altijd nog spannend dat de Bijbel de mens en de zorg die hij moet uitoefenen over de schepping zó centraal stelt. Maar het spanningsveld tussen ‘bewerken en bewaren’ van de schepping lijkt – zo laat ons de klimaatverandering zien – voor velen niet te dragen. Wie recht wilt doen aan de bijzondere positie van de mens, zoals die bijvoorbeeld in Psalm 8 getekend wordt, dan is duidelijk waar onze verantwoordelijkheid ligt. Te midden van alle stemmen over klimaatverandering in de samenleving is het primair de taak van christenen, en daarmee van de kerken, zo uit onze eigen bron te leven, dat wij de roeping waar maken om Gods schepping verantwoord te beheren. Daarbij zullen matigheid en zorgzaamheid persoonlijk ook ingevuld moeten worden. Concreet!

In de gebeeldhouwde taal van de Statenvertaling: ‘We zullen de wereldse begeerlijkheden verzakende, matig en rechtvaardig, en godzalig leven in deze tegenwoordige wereld’ (Tit.2:12). Kijk, dat staat telkens weer haaks op wat er in het hart van een mens – ook in mijn hart – leeft.

Bewogen

We hoeven met meer aandacht voor onze rol in de schepping niet bang te zijn dat het noodzakelijke accent op de rechtvaardiging van de goddeloze in het gedrang komt. Juist niet. Het is prof. A.A. van Ruler geweest die in zijn boek Ik geloof zegt: ‘De Geest is niet pas aan de gang als Hij in het binnen-

In de serie ‘Leven met God in een tijd van welvaart’ volgende keer de laatste aflevering: dr. S.M. de Bruijn over communicatie anno 2010.

ste van een mens aan de gang is. De Geest verlicht ons, we gaan de wereld beleven als Gods wereld. De Geest zet ons innerlijke en uiterlijke leven om tot een lofzeggende dienst aan God. We leren het zuchten en jammeren af, zelfs over de zinloosheid van het bestaan. We leren het ware zuchten om de volledige verlossing van de volledige werkelijkheid van alle vormen van het verderf.’

Naar mijn overtuiging zullen we in dat licht als goede rentmeesters over Gods schepping bewogen zijn. Zo moet klimaatverandering ons aan het hart gaan. Aandacht vragen binnen de christelijke gemeente voor (schoon) water en (schone) lucht is dan wezenlijk. Maar ook aandacht voor onze verspilling in deze consumptiemaatschappij.

Radicaal veranderen

Ons leven moet radicaal veranderen willen we duurzaam bezig zijn. En dan gaat het niet alleen om de verwarming die een graadje lager mag, de kraan die iets korter open staat, de auto die we eerder laten staan. Duurzaamheid vraagt ook om een oog voor de ander. Want ons consumentisme gaat vaak gepaard met uitbuiting elders in de wereld: ‘Kijk eens wat een leuk truitje voor € 4, 50…’ Vraag maar niet waar en onder welke omstandigheden het gemaakt is. Het jaarlijkse inkomen van de rijkste 1 procent van de wereldbevolking is gelijk aan dat van de armste 57 procent.

De profeet Micha schrijft over een wezenlijke houding van gelovigen op aarde: ‘Hij heeft u, mens, bekendgemaakt wat goed is en wat de HEERE van u vraagt: niets anders dan recht te doen, goedertierenheid lief te hebben en ootmoedig te wandelen met uw God’ (6:8). Dat ootmoedig wandelen met God gebeurt hier op aarde te midden van Zijn schepping in onze concrete leefomgeving. Ook als het om duurzaamheid en klimaatverandering gaat moeten we telkens weer ge-reformeerd worden (semper reformanda).

Dan klinken in een gehoorzaam luisteren naar de Schriften woorden als vernieuwing, volharding, gebed en creativiteit om te staan voor Gods schepping, in alle gebrokenheid. We hebben veel meer verantwoordelijkheid te dragen dan we voor waar willen aannemen. Rentmeester zijn houdt gehoorzaamheid aan de Eigenaar in en behelst tevens de ultieme verantwoordingsplicht.

G. de Fijter

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 maart 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Christelijke duurzaamheid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 25 maart 2010

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's